No. 146. Vijf en tachtigste Jaargang. 1883. ZONDAG 9 DECEMBER. Voorstel derNeercn Van Delden c.s. omtrent de Inkomsten-belasting. FEUILLETON. so) Een staatsgeheim. Prijs der gewone Advertentiën Dit nummer bestaat uit twee bladen. EERSTE BLAD. #ffictëel (Bcbeelte. ALKIAARSCHE COURANT Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Eijk f 1, De 3 nummers O 06. Van 15 regels /0,75; iedere regel meer f 0,15. Gfroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HEEMs. COS- TEE ZOON. Zij gelooft dat de tegenwoordige toestand van 's rijks geldmiddelenhet voorgevallene bij de vroegere voorstellen eener inkomsten-belasting en belasting op de effecten en de veelzijdige ondersteuning van het be ginsel van gemeld voorstel der vijf leden het moge lijk maken, thans niet langs zij.vegen, maar recht streeks op gezegd einddoel af te gaan en daartoe de noodige stappen te doen. Daartoe acht zij het noodig dat men beginne met het aannemen van een wetsvoorstel, waarin alleen worde bepaald Met 1 Mei (1885) zal worden geheven eene rijks inkomsten belasting met verwerking daarin van eene bedrijfsbelasting en opheffing van het recht van patent. De vereicebte voorstellen omtrent de grondslagen dier belasting, de toepassing en de heffing zullen aan de Wetgevende Macht worden ingediend, vóór of op De openbare beraadslaging over ovengenoemde voor stellen zal Diet geschieden Jan maanden, nadat open baarheid zal zijn gegeven aan de betreffende die voor stellen tusschen de Begeering en de Tweede Kamer der Staten-Generaal gewisselde stukken. De bij ovengenoemde voorstellen gemaakte wettelijke bepalingen zullen binnen vijf jaar na hare toepassing moeten worden bekrachtigd of herzien. De Centrale Kiesvereeniging vermeent 1. Dat de door haar laDg gewenschte doch veel om vattende wijziging van ons belastingstelsel, niet mag worden in de weegschaal gesteld door het aannemen eener inkomsten belastingalleen als een tijdelijk hulpmiddel tot voorziening in een deel van het tekort, over één dienstjaar 2. Dat bij de voorbereiding der gewichtige hervorming zelfs den schijn van dwang oq overhaasting moet wor den vermeden 3. Dat de ondervinding reeds voldoende heeft geleerd dat tot groot nadeel van 's lands belang menige inderdaad nuttige maatregel niet is tot stand gekomen door verschil van gevoelen en politieken strijd bij de beoordeeling vooral van die onderdeelen van wetsontwerpen waarvan de al dan niet juist heid slechts door en bij de toepassingkon worden bewezen 4. Dat het voor eene deugdelijke belasting-hervorming dus in hooge mate wensehelijk isdat vooraf en voor goed het niet te nauw begrensd beginsel worde vastgesteld, en dat eerst daarna voor de toepassing, aanvankelijk alleen de grondslagen door de wet, en de uitvoering zooveel mogelijk bij gemakkelijker te herziene besluiten worden geregeld, om later na genoegzame ervaring zoowel voor de grond slagen als de uitvoering de dan noodig gebleken wettelijke bepalingen vast te stellen. Is toch hare verwachting en die der vele voorstan ders, omtrent het doelmatige eener Eijks inkomsten belasting gegrond dan zal het gevolg daarvan zijn dat door eene toepassingniet over éénmaar over een vijftal jaren voldoende gegevens zullen worden verkregen om met genoegzame zekerheid vast te stel len hoe door die belasting in verband met de andere middelen op hechter grondslag dan thans het even wicht der ontvangsten en uitgaven voor het rijk zal kunnen worden verzekerd. Tot dat op die wijze ten dien aanzien zekerheid zal zijn verkregen, kan in het tekort op de begrooting onder die omstandigheden juist zonder denkbare benadeeling van s lands crelietdoor geldleening worden voorzien. De Centrale Kiesvereeniging acht, om de aangevoerde redenen ter spoedige bereiking van het boven omschre ven doel een zoo kort mogelijk wetsvoorsteldoch daaren tegen een volkomen voldoende termijn tot het voorbereiden der toepassinghet meest geschikt, en zij wordt in die meening bevestigd, juist door wat door de vijf voor stellers in de memorie van toelichting en door betgeen in het Voorloopig Verslag door voor- en tegenstanders wordt aangevoerd. Eeeds in de memorie van toelichting toch wordt gewezen op de belangrijke vraag, welke gevolgen uit de hervorming der Rijksbelasting, voor die der gemeenten en provinciën zal moeten voortvloeien en wijders op de niet minder belangrijke vraag of bij eene definitieve inkomstenbelasting, óók de inkomsten uit onroerende goederen moeten worden getroffen, ter wijl de voorstellers zelve zich bereid verklarenhun voorstel zoo noodig te verbeteren. Aan die belangrijke vragen in de door de voorstellers min of meer erkende en gevoelde bezwa-en werden in bet voorloopig verslag nog andere en niet minder gegronde toegevoegd. De spoedige indiening van een voorstel van zóó ver strekkende gevolgen doch dat slechts als noodhulp tot dekking van een deel van het tekort van 1884 zou moeten werken heeft bij de voorst mders verwon dering en bij de tegenstanders afkeuring verwekt en aan de toch reeds moeilijke zaak een politiek strui kelblok in den weg gelegd. Dat struikelblok moet, naar het oordeel der Centrale Ki svoreenigingeerst worden op zijde geschoven en zij vermeent, dat dit ge schieden kan, door het vaststellen van bekwame ter mijnen, waardoor aan de Eegeering welke ook hare richting zij gelegenheid wordt gelaten om de voor steilen tot toepassing van het beginsel in haren geest te ontwerpen terwijl door de bekrachtiging of herzie ning binnen vijf jaar, al wat van politieken aard in voorstel en bewerking mocht zijn overgeblevenaan eene gezonde en door de ervaring geijkte schifting wordt onderworpen. Maar behalve dat politiek bezwaar wordt, en volko men terecht, ook door voorstanders van het beginsel KENNISGEVING. Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR brengt, op grond van art. I der wet van 22 Mei 1845 (Staats blad n°. 22), bij deze ter kennis van de ingezetenen der ge meente, dat het suppletoir kohier van het patentrecht over het 2e kwartaal van het dienstjaar 1885/84, op 6 December 1883 door den Provincialen Inspecteur der directe belastin gen in Noordliolland executoir verklaardop heden aan den Ontvanger der Rijks directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering is overgegeven. Ieder ingezeten, die daarbij belang heeft, wordt vermaand op de voldoening van zijnen aanslag behoorlijk acht te geven, ten einde alle gerechtelijke vervolgingen, welke uit nalatig heid zouden voortvloeien te voorkomen. Alkmaar, Het Hoofd van het Bestunr voornd., 8 Dec. 1883. A MACLAINE PONT. P O L 1 C I E. Ter terugbekoming is aan het Commissariaat van Policie het volgende gevondene voorhanden, als: een roodlederen hondenbalsband met penning No. 573; een kinder-portemonnaie (blauw); een noordsche balk een portemonnaie waarin eenige centeneen bril in étuigemerkt J A. J.; een half mud witte boonen; een pakje spijkers, een ijzeren plaatje en een staaf ijzer van ongeveer tien VGeteen koperen teeken passereen gekleurd omslagdoekje; een gouden peervormig oorbelletje en een bloedkoralen armbandje met kapittelstokje; een jas, waarin twee witte bandschoenen en een rozenkrans; twee onderstukjes van gouden oorbelletjes van gelijken vorm, waarin borstbeeldje van bloedkoraal. In de vergadering der Centrale Kiesvereeniging op den 28 November j.l. te Schagen gehouden werd met 17 tegen 10 stemmen een door mij voorgesteld besluit verworpen. Ter wederlegging van onjuiste berichten in sommige bladen opgenomen en ter voldoening aan de verzoeken om inlichting, mij van verschillende zijden gezonden is volledige mededeeling het beste middel. De Centrale Kiesvereenigiug heeft met belangstelling kennis genomen van het voorstel door vijf leden op 9 October j.l. aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal ingezonden van de daarbij behoorende memorie van toelichting en van de beoordeeling van dat voorstel in het Voorloopig Verslag van 13 November. Zij vereenigt zich gelijk uit bare vroegere beraad slagingen blijkt, geheel met het einddoel der voor stellers: eene rijks-inkomstenbelasting met verwerking daarin „van eene bedrijfsbelasting en opheffing van het recht van patent" en zij vermeent dat iedere maatregel moet worden ge steund die tot het bereiken van dat doel kan strekken De geheimraad knarsetandde van woede. Dus was Hochfelden hem voor geweest hij was van zijn ambt ontslagen en uit het kabinetsscbrijven bleek duidelijk dat men hem zelfs ontslagen zou hebbenindien hij zijn ontslag niet gevraagd had. Een hooggeplaatst staatsambtenaar, op wiens meening men geen acht wil slaanis veroordeeld de heimelijke bedreiging van Stolpen dat hij tot de oppositie zou kunnen overgaan, werd hier bijna op honende wijze beantwoord alsof men niet anders verwacht had en men aan hem geheel overliet, om naar goeddunken te handelen. Hochfelden had hem ongetwijfeld zwaar verdacht ge maakt bij den vorst de minister had tot dit spoedige antwoord aanleiding gegeven bet onthief Stolpen van zijn ambtsrechten voordat hem bet verleenen van zijn ontslag langs den langzamen officiëelen weg was ter kennis gebracht. De minister hadzonder hem te ontzien en op ruwe wijze zich van hem ontslagen, alsof hij den vijandigen aanval had voorzien Al was ook het officiëeie ontslag in den meest ver- schoonenden vorm gegeven het schrijven gaf Stolpen de stellige zekerheiddat de vorst in zijne terzijde stelling had bewilligd en hij allen invloed aan het hof verloren had. Er was geen bitterder verootmoedi ging denkbaar voor den trotschen, ijdelen, eerzucbtigen man, die zich verbeeld had, de vertegenwoordiger van het oude stelsel de in waarheid toegewijde dienaar des vorsten te zijnen gemeend had, dat de vorst vroeg of Lat zou inzien dat Hochfelden hem op verkeerde paden bnichtHet was eene persoonlijke krenking die men aan zijn ontslag toevoegde, en hij had daarloe zelf aanleiding gegeven door zich te verbeelden, dat de vorst zijne bezwaren zou onderzoeken zijne dien sten niet zou willen missen en zijn invloed op de oppositie vreezen zou. Hij balde de vuist. Hij had zich zelf in het gezicht kunnen slaan dat hij ook officiëel verzocht bad zijn verzoek om ontslag als ongedaan te beschouwen hij verschafte daardoor aan Hochfelden de voldoening hem dit te kunnen weigeren. Hij verheugde er zich nu dubbel over, dat het verdrag in handen van den gezant van gekomen was; indien hij zonder gevaar zich zelf als de schuldige had kunnen noemen dan had hij dit gedaan maar hij moest het geheim nu te beter trachten te bewaren daar hij nu weerloos was tegen alle vervolging zijne daad was nu bloot een misdaad ieder voorwendselom haar te verontschul digen ontbrak hem. „Ik ben van mijn ambt ontslagen zeide hij tot zijne vrouw die hij in haar boudoir vond, „zoo wreekt zich Hochfelden er over, dat Kurt zijne dochter ver smaad en zijn zoon in bet gezicht geslagen beeft. Ik zou den jongen er voor kunnen kussen indien hij overigens verstandig was. Claire had een toilet gekozendat bij eene neer- s^chtige stemming paste. Deze vrouw was het zoozeer tot eene tweede natuur geworden om met den uiter- Iijken schijn rekening te houden, dat zij van hetoogen- blik waarop men haar had medegedeeld dat Kurt in eene ziekenmriehting was gebracht in hare kleeding een sombere tint had gelegd. Het was Stolpen gemak kelijker gevallen, om haar verlangen naar een bezoek bij haren z eken zoon te overwinnen dm hij gemeend had. Claire had haar zoon misschien inniger lief, dan zij zelf wistzij had die liefde tot nu toe geuit op eene wijzealsof Kurt haar pop waswas hij in een gezelschap met een scheeve das gekomen dan had het hare ïjdelheid meer gegriefd, dan wanneer zij gehoord zou hebben dat hij m een examen niet geslaagd was. Zij was eene onmacht nabij geweest, toen Stolpen haar gezegd haddat Kurt gewond washet had hem moeite gekost, ora haar te troosten met de verzekering, dat de wond niet gevaarlijk was en evenmin het uiter lijk van haar zoon misvormen zou, maar het was hem volstrekt niet moeiehjk gevallen, haar te gewennen aan de gedachte, dat haar zoon in eene inrichting voor hersenlijders was opgenomen. „Op die wijze," had Stolpen gezegd „kunnen de dwaashedendie Kurt begaan beeft, het best aan overspanning van zenuwen worden toegeschreven, hij blijft straffeloos en hij geniet eene verplegingdie geheel voor zijn ge moedstoestand berekend is. Gij moogt hem niet be zoeken. Afgezien van de noodzakelijkheid, dat Kurt zicb zoo rustig mogelijk moet houden en hem iedere gelegenheid moet ontnomen worden om over zijne dwaasbeden te spreken moet gij zelve uwe zenuwen ontzienhet zou voor u niet goed zijnom in een ziekenhuis te komenwaar de menschelijke ellende op zoo huiveringwekkende wijze te voorschijn treedt. Kurt ziet daarvan niets, wie bem echter bezoekt, dien blijven deze indrukken die de verbeelding leven dig doen werken niet bespaard." Claire bad steeds een aangeboren tegenzin gehad in het zien van iets hetgeen aan de ellende van ar moede of ziekte herinnert zij greep reeds Daar haar fl ischje met spiritus wanneer hare kamenier eene dikke wang van tandpijn had of wanneer iemand zich in haar bijzijn in den vinger sneed zij had liever eene drie voudige aalmoes gegeven dan met een bedelaar een woord te wisselen en hem daarbij aan te zien. De verzekering van haar echtgenoot dat zij Kurt niet kon en mocht zien, was voldoende, om er haar toe te brengen zich zuchtend in de noodzakelijkheid te schikken en het lotdat haar de troost ontnam Kurt te kunnen verplegen ontzettend wreed te vinden. Zij had donkere kleederen en zwarte sieraden aange daan zij had aan raar gelaatdoor het aanbrengen, van twee zijlokkeneene zwaarmoedige uitdrukking gegeven had zich niet geblanket en haar geheele ui terlijk was dat van een berustende ljjdereszij sprak tot bare dienstboden op zeer zachten toon ea

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1883 | | pagina 1