No. 31. Zes en tachtigste Jaargang. 1884. De Gevangenen van Maagdenburg. WOENSDAG 13 MAAK T. Prijs der gewone Advertentiën (JDfóctëel (Bebeclte. Herijk van alle Maten en Gewichten ïauitenlflttb» FEUILLETON. l ALKMAARSCHE COURANT Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1, De 3 nummers O 06. Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. voor de neringdoenden vim ALKMAAR van 1 tot en met 31 Muart 1884 op alle werkdagen, van 's voorm. 9 tot 's nam 2 uren, ju het 1JKKANT00R. KENNISGEVING. Het HOOED van het Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR brengt, op grond van art. 1 der wet van 22 Mei 1845 (Staats blad n°. 22), bij deze ter kennis van de ingezetenen der ge meente, dat het suppletoir kohier van het patentrecht over het 3e kwartaal van het dienstjaar 1883/81 op 8 Maart 1884 door den Provincialen Inspecteur der directe belastin gen in Noordholland executoir verklaardop heden aan den Ontvanger der Rijks directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering is overgegeven. Ieder ingezetendie daarbij belang heeftwordt vermaand op de voldoening van zijnen aanslag behoorlijk acht te geven, ten einde alle gerechtelijke vervolgingen, welke uit nalatig heid zouden voortvloeien te voorkomen. AlkmaarEet Hoofd van het Bestuur voornd., 10 Maart 1884. A. MACLAINE PONT. n x tnii~*nr tinr~w-'-Viiiff iT nmm BELGIE. De in de vorige week aan de Kamer aangeboden begrooting voor 1885 bedraagt in ontvang 321,865,000 fres., zijnde frcs. 10,552,000 meer dan voor 1884 en in uitgaaf frcs. 330,387,000 d. i. 2,375,000 frcs. meer. In de memorie van toelichting wordt door den minister van financiën verklaard dat de toestand der geldmiddelen aanmerkelijk verbeterd is. Het ge matigde clericale blad le Journal de Bruxelles drijft met die beschouwing den spot. Zij strekt alleen om den kiezers zand in de oogen te strooien met het oog op de naderende verkiezingen. De uitgaven zijn toch weer booger en wel staat een hoogere ontvangst daar tegen over doch die vermeerdering is alleen te danken aan de ingevoerde zware nieuwe belastingen. Vooral de verhooging der onderwijsbegrooting met f 440,000 on dervindt bij dat blad veel bezwaar. Den 8 werd de begrooting van onderwijs door de Kamer aangenomen met 61 tegen 38 stemmenna verwerping van alle amendementen tot vermindering van verscheidene posten door het lid der rechterzijde "Woeste voorgesteld. Op de jaarwedden der onderwij- -? zers en de kosten van den schoolbouw had hij alleen f 1,500,000 willen schrappen. De minister merkte op, dat dit met de vernietiging van alle sedert 1879 ver kregen hervormingen gelijk zou staau. Over den post jaarwedde van den minister werd zelfs stemming ver langd. Met 77 tegen 21 stemmen werd bij goedgekeurd. DUITSCHLAND. De gezworenen hebben alle be schuldigden in zake den brand in de synagoge teNeu- stettin vrijgesproken. Deze vrijspraak beeft aanleiding gegeven tot nieuwe oproerige en vijandige handelingen tegen de israëlieten te Neu-Stettin, toen de vrijgespro- kenen terugkeerden. Een blad wijst op het feit dat ongeveer 1,300,000 duitschers in de laatste 13 jaren hun vaderland hebben verlaten en dat niettegenstaande die vermindering de bevolking van het geheele rijk nog met 400 a 500,000 toegenomen is. R ij k s d a g. Den 7 werd herkozen tot eersten voor zitter de heer von Levetzow, conservatief, tot tweeden de heer von Prankenstein, centrumslid en tot derden de lieer Hoffmann lid der fortschrittspartij. Bij de vermelding van de sedert de laatste bijeen komst qverleden afgevaardigden waaronder dr. Lasker behoordenam de afgevaardigde Rickert het woord om dank te zeggen aan het amerikaansche Huis van volksvertegenwoordigers. De voorzitter merkte op, dat hij een onderwerp besprak dat niet aan de orde was. De heer von Hammerstein verklaarde zich niet te kunnen vereenigen met het opnemen dezer zaak in de beraadsla gingen. De heer Hanel kwam toch op deze zaak terug en werd toen door den voorzitter tot de orde geroepen. De beer Richter kwam op tegen het verzet der conservatieven en verklaarde van oordeel te zijn, dat de rijkskanselier tot inmenging onbevoegd was. Minister von Bötticher verklaardedat het gedrag van den rijkskanselier in deze zaak noch door den Rijksdagnoch door een zijner leden beoordeeld mocht worden om welke reden hij tegen iedere beoordeeling opkwam. De heer Rich ter verdedigde toen de meening dat het den Rijksdag vrijstond, de officiëele handelingen van den rijkskanse lier te beoordeelen. De voorzitter ontnam hem het woord en sloot de beraadslaging. ENGELAND. Lagerhuis. Een amendement van den heer Labouchère, strekkende om hetsupplementair krediet voor den egyptischen veldtocht te verminderen, werd den 10 met 178 tegen 13 st. verworpen Minister Hartington verklaarde bij de beraadslaging, dat wijziging der lik^i- datiewet noodig zou kunnen worden doch dat zulks op geschikte wijze en in overleg met de europeescbe mogendheden zou moeten geschieden. Minister Glad stone was door ongesteldheid verhinderd de zitting bij te wonen. ERANKRIJK. Te Eenain woonde een mijnwerker, een zeer oppassende en werkzame man, die niet wilde mede doen aan de werkstaking der mijnwerkers. Hij bewoonde een net huis dat veel beter ingericht was dan de woningen der overige werklieden die ten hoogste verbolgen waren over zijne weigering om hun voorbeeld te volgen. Enkelen hunner hebben daarop in den nacht van den 29 op den 1 getracht, door mid del van dynamiet zijn huis in brand te steken. Aan het huis werd door de ontploffing belangrijke schade toegebracht. De juiste daders zijn nog niet ontdekt geworden. Door de ontploffing van een dynamietpatroon in de kazerne te Lyon werd een onder-officier gedood. De anarchisten hebben den 8 besloten op een der pleinen van Parijs eene groote bijeenkomst te houden, waarvoor zij de toebereidselen streng geheim zullen houden. Men vermoedtdat zij den 18 zal plaats hebben. Uit Lyon wordt berichtdat den 8 aan het kantoor der Messageries aldaar een pakje bezorgd werdbe stemd voor den graaf van Parijs. De ambtenaren vat ten argwaan op en het pakje werd naar het arsenaal gebrachtalwaar ontdekt werd dat het een ontplof bare bom bevatte die bij het openen van het pakje barsten moest. Te Parijs zal een nieuw blad uitgegeven worden onder den naam van „le Matin", waarin 4 dagblad schrijvers van geheel tegenovergestelde richting beurt om beurteeu hoofdartikel zullen schrijvennamelijk Emmanuel Arène gematigd republikein de Oasaag- nac bonapartistCornély, legitimist, en Jules Valles, radicaal. Hubertine Auclerc zal optreden als kampioen voor de rechten der vrouw. Ook voor het letterkundig gedeelte wil men personen van de uiteenloopendste gevoelens aan het blad verbinden. In de Temps schrijft Jules Claretiedat sedert den oorlog van 1870 de dronkenschap te Parijs aanmerke lijk is toegenomen en thans onder vrouwen veel meer voorkomt dan vóór dien tijd. Hij schrijft zulks toe aan de omstandigheid dat velen, die tijdens het beleg wijn moesten drinken om op de been te blijven aan dien drank verslaafd zijn geraakt, dat een nadeeligen in vloed op zeer vele sedert dien tijd geboren kinderen heeft uitgeoefend. Naar verhouding der bevolking is het verbruik van geestrijke dranken aldaar in vijftien jaren verdubbeld. In twaalf jaren heeft Parijs, volgens hem 2500 miljoen gulden den losprijs van geheel Erankrijk verdronken. Senaat. Den 6 werd met 54 stemmen meerder heid goedgekeurd het zeer sterk bestreden artikel der nieuwe gemeentewetwaarbij de prefect gemachtigd wordt, om, zoo de burgemeester in gebreke blijft zijne bevoegdheid als hoofd der gemeeute-politie behoorlijk uit te oefenen zulks in zijne plaats te doen. Men zag hierin beperking der gemeentelijke vrijheid. Den 7 werd het handelsverdrag met Oostenrijk goedgekeurd. Kamer. Met 320 tegen 184 stemmen is overeen komstig het voorstel van de regeering en de commissie besloten dat de benoeming der onderwijzers door den prefectniet door de gemeenteraden of door de aca demische rectoren zal plaats hebben. De hoofden der scholen voor uitgebreid lager onderwijs zullen rechtstreeks door den minister benoemd worden. De tegenstanders van deze regeling beweerden dat de regeering haar voorgesteld had om des te beter door middel van de onderwijzers invloed te kunnen uitoefenen op de verkiezingen ten platten lande. OOSTENRIJK HONGARIJE. Met bijna aigemee- ne stemmen heeft het oostenrijksche Heerenhuis de 13) HISTORISCHE NOVELLE. Een kamermeisje kwam zeggen, dat Erida Baumbach dringend verzochtde eigenares van het huis te mogen spreken. Mevrouw von Vosz wilde haar een ander uur bepalen doch de prinses zelf wenschte, dat het meisje zou worden ontvangen. "Weldra stond de schoone Erida vóór de beide vrou wen, terwijl zij met eene sierlijkheid boog, die de prin ses in een oogenbük geheel voor haar innam. „Een mooi meisjezeide deze halfluid en welwil lend tegen mevrouw von Vosz „en de kleine ziet er niet naar uit alsof de nood haar tot u voerde. Zou ook dit hart door de liefde moeten lijden? Vraag haar eens lieve, misschien kan ik ook hier mijn naam van „la belle fée eer aandoen Mevrouw von Vosz was opgestaan en reikte het jonge meisje de handwelke zij eerbiedig aan de lip pen drukte. „Hare koninglijke Hoogheid, de prinses veroorlooft mij u in hare tegenwoordigheid te ontvangen zeide zij vriendelijk. „Vertel eens, wat u hierheen voert; gij weet weldat ik gaarne helpwanneer het in mijne macht staat." Frida verhaalde alleszooals het zich had toegedra gen. Zij begon met den avond toen korporaal Mul ler zich tot haren verdediger tegen een half dozijn voorname heeren had opgeworpen. Had zij eerst slechts wijfelenden verlegen gesprokenspoedig gaf het goedige gelaat van de „schoone fee" en de angst, voor korporaal Muller, haar haren moed en hoop terug. En toen de oogen der schoone Frida zich met tranen vuldenen hare stem van opgewondenheid trilde toen zy van de gevangenneming van den korporaal sprak, bemerkte ook de prinsesover wier wangen bij het noemen van den naam van den prins van Nas sau zich meermalen een gloeiend rood had verspreid dat het niet alleen dankbaarheid was, die dit meisje tot eene smeekeling maaktedoch de overweldigende kracht van dat gevoel waarvan zij het bestaan vóór een oogenblik nog betwijfeld had omdat het haar zelf niet gelukkig had gemaakt. Erida had haar verhaal geëindigd. Zij was voor de prinses op de knieën gevallenen terwijl zij smeekend hare samengevouwen handen tot deze ophiefriep zij met eene door tranen verstikte stem: „Koninglijke Hoogheid help gij den korporaaldie niets anders misdaan heeft, dan dat hij een arm meisje verdedigde Red gij den mandie Frida hield plotseling blozende op de prinses boog zich over haar been en streek haar liefkozend over de gloeiende wangen. „Dien gij lief hebtzeide zij, den afgebroken volzin eindigende. Gij hieldt op omdat gij het uzelf en hem waarschijnlijk nog niet bekend hebt." De schoone Erida werd nog meer verlegen doch zij glimlachte door hare tranen heen toen de prinses haar zeide dat zij niet tevergeefs hare hulp zou heb ben ingeroepen. „Sta opmijn kindging de prinses op zachten toon voort. De korporaal behoort tot het Dernburg- sche regiment, zegt gij Dan wil ik mij dadelijk door oogen, die hem niet door de bril der liefde zien, over tuigen of bij het verdientdat wij hem bijstaan. Ka pitein van Werkenthin!" Terwijl de schreden van den kapitein in het zijver trek naderden, fluisterde de prinses mevrouw von Yosz sehalksch lachend toe: „Ik moet er de kleine wel dankbaar voor zijn dat zij mij gelegenheid geeft, mijn goeden neef van Nassau een weinig in verlegenheid te brengen. Een aange naam onderhoud zal het waarlijk niet voor hem zijn wanneer ik hem vraag, boe hij bet durft te wagen, mij liefde te zweren en tegelijkertijd met eenen korporaal om de gunst van een meisje uit het volk te dingen, ofschoon zich deze zelfs in eene „robe de cour," niet kwaad zou voordoen." Kapitein van Werkenthin gevolgd door de nu als eene roos bloeiende gravin Langeverscheen in het cabinet en plaatste zich in militaire houding vóór de prinses. „Ziet gij wellieve mevrouw von Yosz de kapitein heeft zijn adjudant medegebracht", zeide deze lachend. „Zeg eens kapitein hebt gij een zekeren korporaal Muller onder uw kommando?" „Tot uw dienst, Koninglijke Hoogheid, de korporaal is op het oogenblik in voorarrest wegens „Ik weet hetviel hem de prinses in de rede. „Welke getuigenis kunt gij overigens van hem geven?" „Het is een dapper maneen flink soldaateen voorbeeldeloos ondergeschikte", antwoordde de officier met militaire kortheid. „Is het een flink man vroeg de prinses met eenen schalkscben blik op de schoone Erida. „Zes voet twee duim." „Ik dank u kapiteingij kunt met uwen adjudant gaan." En zich tot het jonge meisje wendende zeide zy opgeruimd „Nu wanneer zijne overige goede hoe danigheden met zijne grootte gelijken tred houden, kan men u met den korporaal gelukwenschen kleine. Ik geloof wel een goed woord voor hem te kunnen doen en het zal het beste zijn dat ik mij tot den prins van Nassau zelf wend. Wanneer hij den korporaal in arrest heeft laten nemen, dan zal het hem ook zeker niet moeielijk vallen hem ook zijne vrijheid weder terug te laten geven." Erida bedekte de hand der prinses met kussen. „Geen dankzeide de prinses liefdevol„of ten minste niet eerder, dan wanneer gij uwen korporaal terug hebt en hem mij als uwen verloofde komt voor stellen. Houd tot dien tijd maar goeden moedmijn I 1 d

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1884 | | pagina 1