No. 48.
Zes en tachtigste Jaargang.
1884.
ZONDAG
EERSTE BLAD.
ONZE BODEM.
20 APRIL.
Dit nummer bestaal uit twee bladen.
dDtfictëcl (fJcbeelle.
Prijs der gewone Advertentiën
fênitettlanb.
ALkMAAJtSGHfi COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers O 06.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis, dat AL1 DA MARIA LOBACH,
wed. van CORNELIS BRIEEJES KOETSVELD, overschrij
ving heeft gevraagdten hare name van de vergunning tot
verkoop van sterken drank in het klein in het perceel aan
het Waagplein, wijk B No. 4, vroeger verleend aan wijlen
haren echtgenoot CORNELIS BRIEEJES KOETSVELD,
en dat gelijk verzoek is gedaan door MARIA CHRISTINA
QUATH, wed van JOShPHUS HUBERIUS GERARDUS
BENEDICT, om de vergunning verleend aan wijlen haren
echtgenoot, JOSEPHUS HUBERTUS GERARDUS BENE
DICT over te schrijven te haren na.ne.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
19 April 1884. De Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de le helft der maand Maart 1884.
C. C. van Wijk, Jan KarberMej. S. Roos, Amsterdam;
Jb. WortelAvenhornHirs (Mr. Smid) RotterdamC.
Bruin, Wieringerwaard; A. H. "Vogelpoel, 't Zand, Rijkse,
Klaas KloosterboerP
Van de hulpkantoren
Obdam: Jan Blom, St. Pancras.
Rustenburg: P. van den Broek Sloterdijk.
Schermerhorn: H de Heers, Velzen.
Briefkaart: Mej. P. Keuter, Amsterdam.
Verzonden geweest naar Amerika
Van het hulpkantoor: St. Pancras of Oudkarspel:
G. DekkerIllinois.
Engeland: Van Beckers en Heuckos Remscheid
Rusland: Majoor Sawadsky, St. Petersburg.
Na de geschiedenis van ons volk kan er voor den
Nederlander bezwaarlijk iets bestaan, dat meer verdient
- zijn belangstelling te wekken en door hem gekend te
worden dan de toestand en de geschiedenis van bet
land zelf, van den bodem waarop hij woont. En moeie-
lijk zal er een land te vinden ziin, welks geschiedenis
merkwaardiger is dan die van het onze, waarvan onze
dichters nog altijd naar waarheid kunnen zingen dat
het ontwoekerd is aan de baren. Ja, ons polderland
is een merkwaardig land en de heer Beekman uit Zut-
fen doet een goed werk met er opnieuw door wo< rd
en geschrift de aandacht op te vestigen. Wij weten
er over het algemeen zoo weinig van. Het is niet
de eerste maal dat er in dit blad op gewezen wordt.
Het opkomend geslacht kent Lamoraal van Egmond
en weet te verhalen dat hij twee schitterende over
winningen op de Franschen behaalde en ten slotte op
last van Alva te Brussel onthoofd werd. Het kent
Hendrik van BrederodeHeer van Bergendie aan
het hoofd van 300 Edelen de landvoogdes Margaretha
van Parma het verzoeks-chrifi aanbood, waarin de hand
having van 's lands vrijheden werd gevraagd en de
grieven tegen het toenmalig bestuur werden opgesomd;
maar boevelen weten tevensdat door den onderne
mingsgeest dier beide mannen de twee groote water
plassen ten westen van onze stad de Berger- en de
Egmonder meer, in welige weiden ziju herschapen?
Hoevelen weten in welk jaar de Zijp de Beemster, de
Purrner, de Wormer de Heer-Hugo-Waard, de Scher
mer zijn ingedijkt en drooggemalen? De aanwinst van
dezen grond was toch zeker even belangrijk als de
verovering van een of ander stukje grond tusschen de
Keerkringen, dat wij sedert lang weer hebben verloren.
De vestingbouwkundige Menno Baron van Coeboorn is
algemeen bekend en verdient het te zijn maar hoe
staat het met de algemeene bekendheid van Jan Adri-
aanszoon Leeghwater?
De geschiedenis van onzen bodem is hoogst merk
waardig. Voor een groot gedeelte was ons land vóór
eenwen een binnenzeewaar een aantal rivieren in
uitliepen en die van de groote Noordzee door de duinen
gescheiden was. In die binnenzee, waarvan de bodem
lager lag dan het watervlak der Noordzee zonken de
kleideeltjesdie door de rivieren werden meegevoerd
en vormden allengs een laag klei van een halve tot
twee el dikte. Daarop groeiden de waterplanten die
dezen plas ten slotte vulden en waarop de bosschen
zijn ontstaan waarvan wij de overblijfsels nog in onze
lage venen aantreffen. Door deze bosschen liepen
groote rivier-armen, waarvan de tegenwoordige Kromme
Rijn, Oude Rijn Vaartsche Rijn de naneven zijn en
door hun gedurige overstroomingen bedekten zij het
veen langs hunne oevers tot op een afstand van een
half tot twee uur met een laag vruchtbare rivierklei.
De eerste bewoners des lands vestigden zich op de
hoogere gedeelten waar zij des winters ook hun vee
brachten dat 's zomers op de droogliggende landen
had geweid. Jagers en visschers bezochten de poelen en
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
plassen In de elfde eeuw begon men de eerste dijken
te leggen aanvankelijk lichte zomerkaden, later zware
rivierdijken die ook 's winters het omliggende land
tegen het hoogere water beveiligden. In de 14de eeuw
werden de eerste windwatermolens uitgevonden, in de
15de begon men het tegen de rivieren beschermde
rraar op ongelijke hoogte liggende land in te polderen,
om bet overvloedige water te weren eu het noodige
wa'er te behouden en zoo ontstonden allengs, dat
kunstig geheel van dijkwerker, en dat aantal hoogere
en lagere besturen, die onzen waterstaat vormen. Op
sommige plaatsen werd daarenboven het veen uitge
baggerd en uitgestoken. Tot turt gemaakt bracht het
groote winsten op terwijl door het wegnemen van het
veen de zeeklei blootkwam en de uitgeveende plas
door droogmaking weer in een vruchtbaren polder werd
veranderd. In de groote meeren in Noord- en Zuid-Hol-
bnd was het veen door het water allengs geheel of
gedeeltelijk weggeslagen en ook deze plassen werden
achtereenvolgens drooggemalen en maken thans den
rijkdom des lauds uit. Voeg hierbij nog de bedijkingen
van gronden langs de oevers der Zuiderzee en de
Zeeuwscbe en Zuid-Hollandsche eilandenen het zal vol
doende zijn om onzen lust aan te wakkeren om met
onzen merkwaardigen bodemzijn geschiedenis en de
geheele thans bestaande inrichting tot zijn behoud en
verbetering beter bekend te worden.
Van de geschiedenis van onzen bodem levert de
rivier de Rijn een merkwaardig staaltje op. De vreem
delingen die ons land hebben bereisd en beschreven
wijden doorgaans eenige welsprekende woorden aan het
treurige beeld van vervaldat de groote de fiere
Duitsche Rijn aanbiedtwanneer hij de grenzen van
ons vaderland heeft overschreden. Ook ODze dichters
hebben van dit beeld meermalen gebruik gemaakt.
Helmers zong
„Van Ehrenbreitsteins top ziet elk zijn slangenloop,
En groet hem van die hoogte als bronaar van'Euroop.
Ach! zoek dien schoonen stroom "nu weer bij Katwjks
(stranden
Toch is het alleen de naam van den Rijn, die hier
den dichter tot weemoed stemt. Al moge Borger
zingen
„Te Katwijk waar de zoute golven
O Rijn u wachten in haar schoot",
van al het water van den Rijn vloeit te Katwijk geen
druppel in zee. De Rijn is in Holland evenmin een
river als de Zaan de Amstel, het Spaarne, de Gouwe
of de Vecht, 't Zijn alle afgesloten boezemwateren van
ons polderland. Te Wijk bij Duurstede wordt soms
nog eenig water uit de rivier den Rijn door een duiker
in den zoogenaamden Krommen Rijn gelaten als het
aangrenzende land watergebrek heeft maar dit water
komt niet verder dan tot Utrecht, waar het zoo noodig
langs de Vecht in do Zuiderzee komt. De zoogenaamde
Oude Rijn is van den stadsdam bij Utrecht tot Katwijk
in vier verschillende vakken verdeeld die behoorlijk
door schutsluizen zijn afgesloten en de boezems zijn
van verschillende waterschappen. In de laatste vakken
staat het water soms hooger dan in de vorige waar
door wel alle denkbeeld van een rivier en van stroo-
mend water moet vervallen. De Oude Rijn is de Rijn
niet meer en kan alzoo zijn naam dragen in de be-
teekenis van weleer de Rijn.
Wat de Rijn is, toont ons reeds de kaart. Eigenlijk
moest de Waal den naam van Rijn blijven dragen, als
de grootste tak der rivierdie twee derden van het
water opneemt. Maar nu men eenmaal aan den klein
sten tak die langs Arnhem vloeitdien naam heeft
gegeven is het duidelijk dat de rivier de Rijn onder
den naam van de Lek en later van de Maas, na opnieuw
water uit de Waal en dus oorspronkkelijk Rijnwater
in zich te hebben opgenomen langs Rotterdam in zee
stroomt. Ligt, Rotterdam dan niet aan de Maas?
Zoolang de Maas zich bij Loevestein met de Waal
vereenigtstroomt er ook eenig Maaswater langs Rot
terdam maar zoodra het groote werk waarmee reeds
een aanvang is gemaakt zoodra de verlegging van de
Maas door de opening van het Oude Maasje zal zijn
voltooid en deze rivier langs het Hollandsch Diep in
zee zal stroomen, zullen de Rotterdammers en hun
landgenooten met henwel blijven spreken van de
Maas en zal men in de leerboeken blijven lezen dat
Rotterdam aan de Maas ligt, maar niettemin zal langs
die stad geen ander rivierwater stroomen dan uit
den Rijn.
Zoo wordt in den loop der tijden ook de gesteldheid
des lands veranderdmaar de namen blijven. Het
stilstaand boezemwater te Utrecht, te Woerden en te
Leiden heet nog altijd de Rijn maar het is de Rijn
niet meer. De rivier langs Rotterdam heet de Maas
maas is hoofdzakelijk de Rijn en zal over eenige jaren
niets anders zijn dan de Rijn. Het gaat daarmede
als met vele woorden van onze taal waarvan de oor
spronkelijke beteekenis geheel is gewijzigd of verloren
gegaan.
BELGIE. De transvaalsche afgevaardigden werden
den 17 te Antwerpen waar overal de belgischene-
derlandsche en antwerpsche vlaggen uitgestoken waren,
door eene talrijke menigte niettegenstaande het gure
weder op het stationsplein ontvangen. Bij de aankomst
van den trein speelde de kapel der weesjongens het
transvaalsche volkslied, waarna de burgemeester, die
met de raadsleden eenige leden van den senaatde
leden der hollandsche club enz. hen opwachtte hen
hartelijk welkom heette. In open rijtuigen reden zij
naar het hotel Antoine. Op het binnenplein van dat
hotel sprak president Kruger zijnen dank uit voor de
hartelijkheid en welwillendheid waarmede de afgevaar
digden van de zijde der antwerpsche burgerij ontvangen
waren. Te twee uren werden de haven en de dokken
bezichtigd. Des avonds had in de zaal van het kunst
verbond een groot feestmaal plaats, waaraan 150 a 175
personen deel namen.
DENEMARKEN. Het Eolkething heeft met 66
tegen 26 stemmen ten tweede male geweigerd het door
de landsverdediging aangevraagde en door meer dan
100 000 personen ondersteunde krediet van 72 miljoen
toe te staan.
DUITSCHLAND. De regeering heeft van de haar
door de socialistenwet verleende bevoegdheid gebruik
gemaakt om eene groote vergadering der sociaal-demo
craten die den 10 te Berlijn gehouden zou worden
te verbieden. Door groote aanplakbiljetten was aan
gekondigd dat het lid van den gemeenteraad van Ber
lijn, Ferd. Ewald over de maatschappelijke hervormin
gen in Duitschland eu Oostenrijk spreken zou. In de
kringen der arbeiders werd beweerd dat de sociaal
democraat Hasenclever in de vergadering zon verschij
nen om zijne kandidatuur voor den Rijksilag in het
zesde berlijnsche kiesdistrict te bespreken. Naar aan
leiding daarvan verbood de regeering het houden der
vergadering, welk verbod eerst eenige uren vóór het
begin der vergadering werd uitgevaardigd zooJat de
talrijke werkliedentoen zij aan het lokaal kwamen
waar de vergadering zou gehouden worden dat lokaal
gesloten vonden, terwijl een groot aantal politie-dienaren
aanwezig waren om de orde te bewaren. De rust
werd niet verstoord de menigte ging uiteen en de
sociaal-demoeraat Hasenclever, die werkelijk naar Ber
lijn gekomen wasom de vergadering bij te wonen
ging onverricbterzake naar huis.
De Keizer heeft alle voorstellen van prins Bismarck
met betrekking tot eene wijziging van het pruisische
ministerie verworpen. Alles zou dus blijvenzooals
het is.
ENGELAND. De Koningin heeft in een openbaar
gemaakten brief, gedagteekend den 14, haren dank be
tuigd aan hare onderdanen in alle deelen des Rijks voor
de betoonde deelneming bij het overlijden van den
Hertog van Albany. Zij voegt daarbij dat zij, hoewel
zeer geschokt door de talrijke beproevingen die zij in
de laatBte jaren heeft ondergaan deu moed niet zou
verliezen en zoolang mogelijk voortgaan met te arbei
den voor het welzijn van haar land. Zij betuigt mede
den dank der Hertogin van Albany die den vreese-
lijken slag met treffende gelatenneid draagt en zegt ten
slotte ook aan de vreemde landen, die van hunne deel
neming deden blijken, dank.
FRANKRIJK. Den 15 zat des avonds in een bier
huis te Parijs de heer Savary vroeger afgevaardigde
van het departement Manche, met de vrouw van zeke
ren Lamy ambtenaar van Savary toen hij directeur
eener bank te Lyon was. Lamy, door bet faillissement
van Savary tot armoede vervallen werd verlaten door
zijne vrouw, die hare toevlucht nam tot Savary. Lamy,
hen samen in dat bierhuis ziende zitten, in tegenwoor
digheid van een vriend van Savary ontstak daarover
in woede vloog naar hen toe en begon hen te be-
leedigen en uit te schelden. Tusschen Lamy en de bedien
den ontstond daarop eene worsteling. Savary en Lamy's
vrouw gingen naar buiten en aldaar loste Lamy een
revolverschot op Savary. De kogel bleef in de overjas
zitten. Een tweede schotop de vrouw gelost
miste insgelijks. Onder geleide der politie en onder
een grooten toeloop van menschen ging het drietal
naar het politiebureau van waar de moordenaar naar
de gevangenis werd overgebracht.
De schouwburg te Tarascon is afgebrand. Het ont
snappen van gas was de oorzaak van den brand.
Op eeDe den 15 te Denain gehouden vergadering
van afgevaardigden der werkstakende mijnwerkers is met
25 tegen 15 stemmen besloten het werk onmiddelijk
te hervatten welk besluit denzelfden avond werd mede
gedeeld aan de algemeene vergadering van werkstakers,
die door meer dan 4000 personen bezocht werd. Het
besluit werd zonder verzet goedgekeurd zoodat de
werkstaking zoo goed als geëindigd is. De weigering