1
1
ISitmcttlanb.
•~r.
t
p K i
f' i
De fransche gezant Waddington is door den engel-
schen minister van buitenlandsche zaken ten gehoore
ontvangen. Het antwoord van Frankrijk op het door
Engeland gedane voorstel tot het houden eener bij
eenkomst in zake de egyptische geldmiddelen
zet de redenen uiteen van het verzoek dat zij
niet beperkt zal worden tot het voorgestelde onder
werp. In antwoord op de bij dat voorstel gevoegde
stukken wordt gezegddat de nood der egyptische
schatkist wordt veroorzaakt door de onlangs plaats ge
had hebbende avontuurlijke ondernemingen en dat de
zekerheid der schuldeischers niet verminderd mag wor
den door de betaling van de kosten dier veldtochten
wijl de vermindering van het onderpand der schuldei
schers voor het vervolg een gevaarlijk beroep op het
voorafgegane geven zou.
Bij de verkiezing van leden voor den gemeenteraad
op den 5 zijn gekozen 7 leden die tot de rechterzijde
behooren o.a de zoon van den oud minister Dufaure,
16 republiekeinen onaf hankelijken of opportunisten,
waaronder de heelmeester Despres die zich verklaard
had tegen de verwijdering van het geestelijk personeel
uit de hospitalen en 24 voorstanders van het gevoelen,
dat Parijs een zelfstandig bestuur moet hebben. 33
herstemmingen zijn noodig.
Zoodra de Kamer weder bijeen is, zal de minister
f 20,000,000 aanvragen ter voorziening in de onder
houdskosten der troepen en in het materiëel voor den
Tonkin-veldtocht.
ITALIË. Het ministerie heeft besloten het onlangs
door de Kamer met geringe meerderheid aangenomen
wetsontwerp tot hervorming der hoogescholen in te
trekkenbij de bestaande vreesdat de Senaat het
niet zou aannemen. De minister Coppino wil van de
daardoor vrijkomende gelden 2 miljoen beschikbaar stellen
tot verhooging der jaarwedden van de onderwijzers aan
de volksscholen.
OOSTENRIJK-HONGARIJE. Dr. Koppeen van
de invloedrijkste leiders der duitsche partij in het
oostenrijksche huis van afgevaardigden, bestreed in eene
door zijne kiezers belegde vergadering de naasting van
den Noorderspoorweg door den Staatwaarsan "thans
sprake is. Het bestaan van dien spoorweg onder par
ticuliere exploitatie was naar zijne meening voldoende
verzekerd. Dit gevoelen werd van verschillende zijden
levendig bestreden en ten slotte zelfs eene motie aan
genomen waarbij die naasting wenschelijk verklaard
en Dr. Ko^p uitgenoodigd werd, in dien geest te stem
men. Deze verklaarde dadelijk daaraan geen gehoor
te kunnen geven en zijn mandaat te zullen neerleggen,
aan welk voornemen hij reeds gevolg gaf. Zijne partij-
genooten juichen deze houding zeer toe.
De weduwe van Keizer Ferdinand Ioom van den
tegen woordigen Keizer, is den 4 's namiddags even
5 uren overleden.
PORTUGAL. Paul Kruger had eene bijeenkomst
met den minister van marine over deu spoorweg van
Pretoria. De moeielijkheden waren nog niet geheel
uit den weg geruimd. Aan de gezamenlijke afgevaar
digden werd in het koninglijk paleis een feestmaal
aangeboden. Een republikeinsch afgevaardigde bracht
aan Paul Kruger een bezoek en begroette hem uit naam
van de republikeinsche partij.
RUSLAND. De inschrijvingen op de nieuwe leening
zijn vastgesteld als volgt. Van 50 tot 1450 pond ver
krijgt ieder 50 p., van 1500 pond 5°/0, van 1500 tot
2450 verkrijgt men 100, voor iedere 950 pond meer 50.
Bedragen van 25 en 75 gelden voor 50 en 100.
SPANJE. De regeering ontdekte een plan om de
telegraaflijnen af te snijden en het spoorwegverkeer te
beletten. De uitvoering van dit plan werd grootendeels
verijdeld ten gevolge van de door de regeering geno
men maatregelen. Slechts enkele telegraaflijnon werden
officierensociëteit had hij zich op dit punt den naam van
matador verschaft en het scheen hem belachelijk dat
mijnheer von Osternau dien onderwijzer tegenover hem
stelde, een mensch, die tot nog toe zeker al zeer weinig
gelegenheid had gehad om zich de vaardigheid te ver
schaffen welke veel tijd en geld vorderde. Hij hoopte,
den onbekwamen speler flink te kunnen uitlachen, maar
hij werd in zijne verwachtingen volkomen teleurgesteld.
Het lot had Egon de vierde plaats achter den luite
nant gegeven. „Een slechte plaats merkte mijnheer
von Osternau op. Albrecht gaf zijn opvolger altijd zeer
moeielijke ballen en deed dit ook nu inderdaad. Hij
had zijn eigen bal zoozeer in zijne machtdat Egon
reeds bij den eersten stootwelken hij te maken had
een masqué en een zeer moeielijke kreeg.
Albrecht lachte er over.
„Nu kunt gij toonenof gij billiard kunt spelen
mijnheer Pechmayer," zeide hij op honenden toon
maar reeds in het volgende oogenblik verstomde hij
want met onfeilbare zekerheid maakte Egon de caram
bole met een prachtigen kunststoot.
„Meesterlijk riep mijnheer von Osternau bewonde
rend uitde luitenant noemde bet echter „een kolos
saal beesten gaf zich moeite, om bij den volgenden
stoot de ballen nog slechter af te spelen maar stelde
zijn tegenstander hierdoor slechts in de gelegenheid
om door een nog schitterender stoot zijn meesterschap
in het spel aan den dag te leggen.
„Nu, neef Albrecht, was dat ook een geluksstoot
vroeg Liesje spottend en bij iederen volgenden door
Egon kunstig gespeelden bal herhaalde zij de vraag
waarop zij geen antwoord kreeg, want de luitenant
beet zich woedend op de lippen. Hij gevoelde wel
dat hij zijnen meester gevonden had hij had er zich'
tot nu toe nog al iets op laten voorstaan, tot de beste
billiardspelers te behoorenhet hinderde hem zeer, dat
hij zich door dien onderwijzer ver overtroffen zag en
hij zich Liesje's plagerijen moest laten aanleunen. Toen
de partij ten einde was weigerde hij verder te spelen.
Hij zeide noodzakelijk naar het veld te moeten gaan
en hij liet zich niet tot eene tweede partij bewegen
ofschoon mijnheer von Osternau hem dringend uitnoo-
doorgesneden. Het vernielen eener brug was oorzaak,
dat de aankomst van den sneltrein van Barcelona naar
Frankrijk vertraagd werd.
EGYPTE. Het hof van cassatie te Alexandrie heeft
het in de vorige maand door de rechtbank van le
instantie gewezen vonnis vernietigd en dus beslist
dat zij onbevoegd was eene beslissing te nemen in
eene tegen de regeering ingestelde vordering tot be
taling der aan de bewoners van Alexandrie toegekende
schadevergoedingen als gevolg van het bombardement.
MEXICO. De Nationale Bankgenaamd „Monte
de Piedad", de oudste financiëele inrichting des lands,
werd den 30 gesloten. Het publiek was reeds eenige
dagen vroeger naar de Bank toegestroomd, om de bil
jetten in te wisselen en de belegde gelden terug te
balen daar men meende te weten dat de regeering
gelden van haar zou opvragen. Het gerucht, dat de
regeering den 30 eene dringende aanvrage om een
aanzienlijk voorschot ingediend had is later tegenge
sproken de bank schijnt over voldoende middelen "te
kunnen beschikken en zal aan hare verplichtingen
voldoen.
VEREENIG DE STATEN. Het huis van volksver
tegenwoordigers heeft den 29 eene motie aangenomen,
waarbij president Arthur uitgenoodigd is, de aandacht
der regeering van Venezuela te vestigen op de aan
spraken van een amerikaansch onderdaan die aldaar
door een ambtenaar was gepijnigd om hem te dwin
gen eene misdaad te bekennen, waaraan hij onschuldig
was en haar tot voldoening aan die aanspraken te nood
zaken op de wijze, die de president het best zou achten.
In Maart 1.1. kwamen 38597 landverhuizers aan.
Den 30 werd te Nieuw-York uit Havana het bericht
ontvangen dat den 29 te San-José eene buskruitfa
briek in de lucht was gevlogen waardoor in alle om
ringende woningen de gasmeters sprongen. In de fa
briek bevonden zich op het oogenblik der ontploffing
20 soldaten en een officier. Het arsenaal en de om
ringende gebouwen werden zwaar beschadigd. Reeds
werden 21 dooden en 79 gekwetsten gevonden. Deze
ontploffing wordt toegeschreven aan het vallen eener
vonk uit een komfoor, waarop aan een der beambten
zijn ontbijt werd gebracht.
Een der grootste speculanten te Nieuw-York M.
Keeueheeft zijne betalingen gestaakt als gevolg van
de voortdurende daling van effecten en andere artike
len. Men zegt dat hij eenmaal een fortuin van
150,000,000 bezeten heeft.
ZUID-AFRIKA. Aolgens berichten uit den Oranje-
Vrijstaat heeft het land veel te lijden van de rupsen.
Zij verspreidden zich in alle richtingen en kwamen het
meest voor in die streken, waar de droogte het sterkst
was. Men vreesde zeer voor belangrijke verwoestingen,
zooals voor 6 a 7 jaren ook het geval was.
De dienstbode van den heer P. Koning te Zijpe,
wiens woning den 21 April afbrandde, is den 27 d. a.
zoo geschrikt van het zien van den brand, die den
avond van dien dag omstreeks half acht in het Waar
land uitbrak dat zij een paar uren later overleed. Zij
bevond zich daar ten huize van A. Kroon Az., die met
zijne vrouw op eene bruiloft was.
Den 30 werd aan de St. Maartensbrug te Zijpe
een bijna tweejarig kind overreden.
De gemeenteraad van Kralingen gunde den 1
het bouwen van 2 mestverzamelplaatsen met kantoor
aldaar aan de laagste inschrijvers, de heeren J. Spruyt
en A. v. Staveren aldaar voor f 21,675, f 975 boven
de begrooting. De behandeling van het voorstel van
B. en W. tot aansluiting der gemeente aan de tele
foon werd verdaagd; B. en "W. zullen inmiddels bij de
Telefoon-Maatschappij pogingen aanwenden om voor-
digde zijne goede luim werd er niet door verbeterd,
toen Liesje lachend zeide
„Kwel neef toch nietpapa Hoe kunt gij nu ver
langen dat hij na zijn nederlaag nog verder speelt.
Hij moet te paard wat tot kalmte komen. Het wordt
hem hier in het slot te benauwd, hij moet naar buiten!"
„Uw would be aardig citaat dat naar de school
riekt, trek ik mij niet aan," antwoordde de luitenant
geprikkeld. „Ik erger mij volstrekt niet ik heb ook
geen nederlaag geleden maar al was dit het ge
val al was deze heer, die zijn studietijd voortreffelijk
sehijnt te hebben gebruiktook mijn meerdere op het
billiard dan zou ik mij toch niet daarover ergeren.
Ik ben geen billiardspeler van beroep en heb mij dus
nooit op die kunstenmakerijen toegelegd waarin myn
heer Pechmayer heeft bewezen een meester te zijn. Zoo
iets laat ik aan spelers van beroep over."
Hij zeide de laatste woorden op minachtenden toon
en legde er een bizonderen nadruk op en zag daarbij
Egon aan die tot nog toe zwijgend de kleine twist
had aangehoord, nu echter zich met bliksemende oogen
tot den luitenant wendde, met gedwongen kalme, maar
van toorn bevende stem zeggende
„G-ij hebt daar iets gezegd mijnheer de luitenant
dat ik u verzoek terug te nemen. Ik heb tot nu toe
uit achting voor de dames en mijnheer von Osternau,
niet om u te ontzienal uwe honende opmerkingen
onbeantwoord gelaten; uw laatste woord is echter eene
opzettelijke beleediging, gij zult het terugnemen of mij
voldoening geven."
„De man is gek geworden Hij heeft de brutaliteit,
om van mij voldoening te vorderen
„Gij zult ze hem geven, neef Albrechtzeide mijn
heer von Osternau op scherpen toon voordat Egon
nog op de nieuwe beleediging kon antwoorden. „Gij
zult ze geven en wel oogenblikkelijk door u te ver
ontschuldigen. Geef geen onbedacht antwoord, dat gij
misschien niet meer kunt terugnemen neefOverleg
wel voordat gij besluit. Ik heb u een uur geleden
gezegdniet te zullen dulden dat een manwien ik
het onderwijs mijner kinderen toevertrouw in mijn
huis op kwetsende wijze behandeld wordt. Gij hebt
deeliger voorwaarden voor de aansluiting te verkrijgen.
By kon. besluit van den 2 is tot eersten genees
heer in het rijks krankzinnigen gesticht te Medemblik
benoemd de heer dr. S. Doedes Breuker, geneesheer
directeur van het geneeskundig gesticht voor krankzin
nigen te Franeker, met ingang van 1 Aug. a.s.
Den 2 is te Haarlem plechtig ingewijd het hoofd
zakelijk uit vrijwillige giften gebouwde gesticht tot
verpleging van lijders aan vallende ziekte genaamd
Bethesda (huis van barmhartigheid), dat ingericht is
ter verpleging van ten minste 30 kinderen.
Den 2 werd door den advokaat-generaal bij het
gerechtshof te Arnhem levenslange tuchthuisstraf ge-
eischt tegen Gijsbertus van der Voort, die den 25 Nov.
Roodjes te Zutfen vermoordde door hem in den IJsel
te werpen en toen hij weer boven kwam, met steenen
den schedel te verbrijzelen.
Het vergrooten van de doorgangen der bruggen
van de Koepoort en bij den Nadorst te Hoorn is den
1 aanbesteed aan den laagsten inschrijverden heer
H. Vollewens, voor f 1086.
Den 3 bracht de Vorstin van Waldeck Pyrmont
een bezoek aan deu Koning en de Koningin op Oranje
Nassau s-Oord. Zij werd in een met 4 paarden bespan
nen rijtuig aan de station te Ede afgehaald.
De Keizerin van Oostenrijk maakte den 3, toen
zij in den voormiddag geheel onbekend een bezoek aan
's Gravenbage en Scheveningen gebracht had in weer
wil van het slechte wederna den maaltijd eene wan
deling van een paar uren in het Vondelpark. Den 4
woonde zij des ochtends te 7 uren in Brack's Doelen
hotel eene godsdienstoefening bijgeleid door haren
prelaat Maijer. Om 10 uren maakte zij op een stoom
bootje een tocht door Amsterdam's grachten daartoe
uitgenoodigd door den burgemeesterbleef van ruim
half één tot half vijf in haar hótel en ging toen per
rijtuig naar het Vondelpark waar zij 1% uur bleef
wandelen. Zij schijnt nog eenigen tijd onder behande
ling van dr. Mezger te zullen blijven.
Den 3 werd de eerste steen gelegd van den
nieuwen schouwburg te Rotterdam.
Den 3 waren op de veemarkt te Velsen ongeveer
150 stuks vee aangevoerd. Kalf koeien f 200 a 260
en gelde koeien f 160 a 240. Bijna geen handel.
De landerijen in het waterschap Kamperveen zijn
den 3 verpacht voor f 5704 tegen f 4124 in 1883.
Den 3 is besloten tot de opheffing van het te
Texel bestaan hebbende onderwijzersgezelschap.
Den 3 is te Haarlem de eerste steen gelegd der
nieuwe zwem- en badinrichting aan de voormalige oude
Brouwerskolk.
Den 4 is te Roermond overleden de heer L. F.
H. Beerenbroek lid van de le Kamer sedert het jaar
1849 en oud-burgemeester van Roermond.
Den 4 liep te Zaandam het eerste schipde
duitsche stoomboot Sirius, geladen met 2800 balken,
aangevoerd voor rekening dei heeren G. Kamphuis en
Zoon houthandelaars aldaar, het zijkanaal ter verbin
ding van de Voorzaan met het Noordzeekanaal binnen.
De Hooge Raad heeft den 5 het beroep in cas
satie van de gebroeders Wolters bankiers te Venloo
van het arrest van het gerechtshof te Arnhem, waarbij
de een tot 5 jaren tuchthuisstraf en de ander tot 4
jaren correctioneele gevangenisstraf veroordeeld is
verworpen.
De onderwijzer aan de burgerschool te Krommenie
J. van Hes is benoemd tot onderwijzer aan de openb.
lagere school No. 10 te Haarlemmermeer.
De maatschappij tot exploitatie van het Noord
zeebad W ijk aan Zee keert over 1883 geen dividend
uit. De toestand der maatschappij is overigens gunstig.
De heer C. Sweris onderwijzer te Zaandam is
benoemd tot hoofd der openb. school voor meer uitge
breid lager onderwijs te IJ 1st.
De vrijmetselaars-loge „La bien aimée" te Amster
dam heeft met algemeene stemmen besloten zoo spoe-
mijnheer Pechmayer zonder eenige reden zwaar belee-
digd dat duld ik niet en ik laat u de keuze, of uw
onbedacht woord dadelijk terug te nemen of Osternau
nog heden te verlaten. Geloof niet, dat ik scherts,
neef, mijn woord is onherroepelijk. Gij hebt mij belee-
digdin den persoon van mijnheer Pechmayer. Ik
eischdat gij u niet slechts jegens hemmaar ook
jegens mij verontschuldigt
Was de spreker de goedige; zwakke man, die sinds
jaren nooit een hard woord had gezegd tot zijn neef,
dien hij in zijn huis genomen had Hij stond
met de anders meestal gebogen magere ges alte hoog
opgericht, voor zijn ten hoogste verbaasden neef, hij
zag dezen met fonkelende oogen aan, zijn anders kleur-
looze wangen waren hooggekleurd uit zijne woorden
sprak eene beslistheid, waartegen niets viel intebrengen.
„Gij zijt in uw partijtrekken voor mij al te goed
mijnheer von Osternau viöl Egon in. „Het kan niet
bij mij opkomen om door mijne komst in uw huis
tweedracht te willen brengen tusschen u en een uwer
bloedverwanten. Ik dank u van ganscher harte dat
gij zoo grootmoedig voor mij partij trektte meer ge
voel ik mij genoopt om aan deze ongelukkige twist
een einde te maken door dadelijk slot Osternau weder
te verlaten. Ik zie nu duidelijk indat ik voor de
positie van onderwijzer, welke ik nooit had moeten aan
vaarden, niet geschikt ben. Van mijnheer den luitenant
von Osternau zal ik mij later de gevorderde voldoening
weten te verschaffen u echter geachte heer betuig
ik mijn hartelijken dank en zeg u tevens vaarwel."
„Daarvan kan geen sprake zijn antwoordde mijn
heer von Osternau. „Gij hebt eene verplichting op u
genomen welke gij zoo maar niet kunt verbreken en
waarvan ik u niet ontsla. Gij zultzooals gij beloofd
hebt beproevenof gij voor onderwijzer bij mijne kin
deren al of niet geschikt zijt. Tot zoolanghoud
ik u aan uw woord en laat u niet vrij. Ook zult gij
wel gehoord hebben dat ik niet slechts voor u maar
ook voor mijzelven voldoening vorder. Neef Albrecht
zal ze geven en nog op dit oogenblik, of slot Osternau
voor altijd verlaten. Voor altijdneef Albrecht
Bedenk wel wat gij doet Wordt vervolgd.