No. 89. Zes en tachtigste Jaargang. 1884. EEN GELUKKIG MENSCHENLEVEN? ZONDAG 27 JULI. Dit nummer bestaat uit twee bladen. EERSTE BLAdT BUITEN EUROPA. Prijs der gewone Advertentiën ADOLF STRECKFUSS. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt DiUSd&8"» DondordSJ?- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1, De 3 nummers 0.06. Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Buiten Europa wendt zich tegenwoordig het oog, als het de punten zoekt waar de Europeesche mogend heden met elkander in aanraking komen en dus ook in botsing kunnen komen, waar zich verwikkelingen kunnen voordoen, die de goede verstandhouding zouden kunnen verstoren en zelfs den vrede bedreigen die in ons werelddeel heerscht en welks behoud vrij algemeen vurig gewenscht wordt. NYAlvisch en olifant kunnen elkander niet bestrijden zei Napoleon Ien zoo kun nen Engeland en Rusland elkander niet beoorlogen. Maar in Azië naderen Engeland en Rusland elkander, niet als walvisch en olifantdie elk hun afzonderlijk element hebben, maar als twee landdieren, waartusschen de strijd onder zekere omstandigheden alleszins mogelijk en volgens de meening van vele Engelsehen eenmaal zelfs onvermijdelijk zal worden. Door elke schrede die Rusland in Midden-Azië doet, wordt het Engelsche volk opgeschriktals door den voetstap van een hei- melijken belagerdie allengs nader komttotdat hij het punt zal bereikt hebben vanwaar hij oordeelt met goeden uitslag den aanval te kunnen doen. Intusschen dringt Rusland stelselmatig met zijn spoorwegen vooruit, als het eenige middel om zijn gezag in de nieuw be zette gewesten onder de onrustige en vaak roofachtige bevolking te handhaven en veiligheid te verzekeren aan handel en verkeer en ziet, ondanks alle bezorgdheid voor de toekomst kan de Engelsche ondernemingsgeest niet nalaten plannen te ontwerpen om die spoorwegen te doen aansluiten met de spoorwegen in Indië en alzoo den weg over land naar den oevers van den Ganges voor te bereiden. Men begrijpt dat dit groote werk eenmaal tot stand zal moeten komen even zeker als het kanaal door de landengte van Suez er gekomen is en men begint zich allengs met dat denkbeeld gemeen zaam te maken en zoowel de voordeelen als de gevaren van dien toestand der toekomst te overwegen. Waar schijnlijk zal dan ook hetgeen eenmaal als onvermijdelijk wordt beschouwd ophouden uitsluitend een schrikbeeld te zijn en zich meer en meer de overtuiging vestigen dat er, als Rusland en Engeland elkander eenmaal in Azië zullen ontmoeten ook nog iets anders moge lijk is dan een oorlog op leven en dood. In het Congo-gebied doen zich de moeilijkheden ge voelen waarop wij pnlangs hebben gewezen en die on vermijdelijk zijn wanneer verschillende mogendheden met min of meer twijfelachtige en min of meer betwiste aanspraken op hetzelfde terrein, hoe uitgestrekt overi gens ook, het oog gevestigd houden in het belang van baar koloniale macht of van de handelsondernemingen barer onderdanen en naast haar een particuliere maat schappij is opgetreden, die, zonder te letten op het ver schil van nationaliteit, den weg wil banen voor den handel der beschaafde volken met de negerstammen van Afrika. De Internationale Afrikaanscbe Maatschappij heeft een traktaat gesloten met een negerkoning, die Neporeira genoemd wordtwaarbij deze zijn souverei- niteitsrechten op eenige dorpen en gronden aan haar overdraagt tegen betaling van eenige stukken geweven stoffen een paar geweren en daarenboven een geschenk, welk een en ander deze zwarte gebieder verklaart be reids ontvangen te hebben. Maar negen andere koningen komen tegen dit traktaat in verzet. Zijn zij vazallen van Koning Neporeira Zij schijnen althans belanghebbenden bij de overeenkomst te zijn en ver klaren dat zij er niet aan denken ooit hunne souve- reiniteitsrechten af te staan dat zij bedrogen zijn en wel de stoffen en geweren hebben ontvangen maar niet wisten wat het traktaat inhield, daar zij lezen noch schrijven kunnen en bereid zijn alles wat zij ontvangen hebben terug te geven. Zij smeeken ten slotte de te Boma gevestigde handelshuizen hen tegen de Maat schappij te beschermen als deze geweld mocht willen gebruiken en, wat merkwaardig is, deze handelshuizen ondersteunen openlijk het protest der negerkoningen. Erankrijk is voorspoedig in zijn handelingen tegen China. Een misverstand schijnt aanleiding gegeven te hebben tot verzet van Chineesche troepen tegen het in bezit nemen van het aan Frankrijk afgestane grondge bied. Een oogenblik dreigde daarop het gevaar, dat ten slotte toch nog de oorlog tusschen beide mogend heden zou uitbreken maar de oorlogspartij te Pekin moest opnieuw voor de voorstanders van den vrede onderdoen nieuwe onderhandelingen werden geopend, en zoo heeft Frankrijk gelegenheid gevonden om te her stellen wat hot bij het eerste vredesverdrag schijnt ver zuimd te hebben en een behoorlijke geldelijke schadeloos stelling voor zich te bedingen. De goede uitslag van den tocht naar China schijnt te Parijs het plan tot rijpheid gebracht te hebben om ook andere tegenstanders de macht van Frankrijk te doen gevoelen en Frankrijks eischen te doen aannemer Nu China tot rede ge bracht is zal het Madagascar gelden. Minder gelukkig dan Frankrijk is Engeland in zijne bemoeiingen in andere werelddeelen. Wel schijnt zich generaal °Gordon ondanks alle gevaren en bezwaren in Khartoem te handhaven en de Mahdi niet zoo on weerstaanbaar en snel in zijn bewegingen te zijn als voor eenigen tijd gevreesd werd maar de conferentie der mogendheden te Londen stuit op zoo groote be zwaren en verschil van inzichtdat de hoop op een goede uitkomst nog zeer gering is. De Fransche af gevaardigde blijft zich met nadruk verzetten tegen de vermindering van de rente der Egyptische schuld; an dere mogendheden steunen Frankrijks bozwaren, en in Engeland zelf beeft de vereeniging voor de belangen der bezitters van vreemde schuldbrieven zieb tot den Minister van Buitenlandsehe Zaken gewend met een uitvoerig protest in gelijken zin. Die vereeniging vraagt, welke waarborgen er overblijven voor de rechten der schuldeischers van vreemde staten Wanneer andere mogendheden zich bevoegd achten om die rechten op te oiferen aan zaken en belangen, waarmee die schuld eischers niets te maken hebben. Op zich zelf schijnt deze klacht niet ongegrond maar hoe zou het met de belangen der bezitters van Egyptische fondsen gesteld wezenwanneer de mogendheden zich volstrekt niet met dit land bemoeiden? Ongetwijfelddie mogend heden voogden van de Egyptische Regeering en cu ratoren van de te zwaar gedrukte schatkisthebben op de rechten der schuldeischers te letten en voor hunne belangen te zorgen. Maar watals er geen geld in kas blijkt te zijn en er gevaar bestaatdat de beta lingen gestaakt zullen worden Dan is een accoord meermalen de beste oplossingen verlaging van de rente is zeker altijd verkieslijker dan het onbetaald blijven van de rente. Wanneer de bezitters van Egyp tische schuldbrieven zich herinneren voor hoeveel zij die fondsen hebben gekoehtdan zullen zij moeilyk kunnen beweren dat zij in de meening hebben ver keerd met een volkomen solieden schuldenaar te doen te hebben. Hun waarborg heeft van den aanvang af in de bemoeiingen der vreemde mogendheden bestaan en in de verwachtingdat deze als eerlijke curators zooveel mogelijk voor hunne belangen zouden zorgen. Iets anders zou het zijn, als de vraag onderzocht werd, of de uitgaven voor de maatregelen van den laatstea tijd de uitgaven door de Engelsche tusschenkomst en hare gevolgen veroorzaaktwel blijken uitsluitend in het belang van den schuldenaar, van het Egyptische volk gedaan te zijn. Maar op dat standpunt plaatsen zich de schuldeischers niet. Zij hebben den oorlog toegejuichtomdat zij niet zondor reden voor de beta ling der renten vreesden als de Egyptenaren werden vrijgelaten zeiven hunne zaken te regelen, zooals zij goedvonden. En hoe staat het met de onderhandelingen tusschen Nederland en Engeland naar aanleiding van de gevangen neming der bemanning van de Nisero? Over den uit slag dier onderhandelingen wordt verschillend geoor deeld. Wat de maatregelen betreft om de bevrijding der gevangenen te verkrijgenkomt hij ons bevredi gend voor. Men is overeengekomen dat de Sultan vau Tenom zal worden bedreigd met een gemeenschap pelijke tuchtiging van Nederland en Engeland indien hij niet op een bepaalden dag de gevangenen in vrij heid stelten dat hem tevens zal worden gezegd, dat zijne havens voor den handel zullen worden geopend indien hij de gevangenen vrijlaat, en hem, die hen aan het Nederlandsch gezag uitlevert de vroeger reeds uitgeloofde som van f 100,000 zal worden uitgekeerd. Over het gemeenschappelijk optreden tegen den Sultan kan verschillend worden gedacht; men kan er een bewijs van zwakheid, van erkende onmacht van Nederland in zien dat alle vreemde hulp behoorde af te wijzen en met de daad te toonen dat het wel alleen in staat is om dan overmoedigen geweldenaar naar verdienste te straffen. Nu echter Engeland aan- DOOB 54) XVIII. Vroeg in den morgen had Egon het voor enkele dagen benoodigde linnengoed in een klein bundeltje bij elkander gepaktdat hij zelf naar het station Mir- bach medenamen was toen met den eersten trein naar Breslau vertrokken. Wat hij voornemens waswist hij zelf niethij liet ditzooals vaak in vroeger tijd aan de ingeving van het oogenblik over. Slechts één ding was hem duide lijk hij had rust noodig, bij had behoefteom alleen te zijn en zich met geweld los te rukken van de banden, die op slot Osternau zijn vrijen wil belemmer den ten einde tot een besluit omtrent zijne toekomst te kunnen komen. Te Breslau deed hij eerst de boodschapdie hem door mijnheer von Osternau was opgedragen. De wis sel werd hem prompt betaald. In het logement deed hij het geld in een verzegelden brief en adresseerde dien aan mijnheer von Osternaudaarop zond hij een tweeden dergelijken brief aan den predikant Widmann in Wermersdorf. Hij stiet een luiden, bitteren lach uittoen hij de daartoe vereischte som uit zijne porte feuille nam en in de enveloppe sloot. „Een brief daarbij is niet noodig zeide hij terwijl Lij de enveloppe verzegelde. „Het is eene dwaasheid, dat ik dit geld afzend maar ik heb het mijnheer von Osternau beloofd, laat mijnheer de dominé zich dan maar in zijn geluk verheugen Hij bracht de beide brieven zelf naar de post, waarna hij tot het vertrek van den middagtrein, die hem naar het gebergte moest brengen doelloos door de straten der stad wandelde. Hij trachtte gedurende die wandeling zijne gedach ten te verzamelen, maar het gelukte hem nietzij woelden verward dooreen. De drukte op de straat de onderscheidene indrukken van het levendige stads verkeer leidde ze nog meer af en eerst toen Egon laat op den namiddag den trein verliet en met de kleine reiszak, die hij te Breslau had gekochtop den rug zijne voetreis door bet gebergte begon werd hij eenig- zins kalmer. De inspanning van het klimmen, de nood zakelijkheid, om zijne lichamelijke krachten aantewenden, werkten weldadig op hem. Wel vlogen nog steeds zijne weerbarstige gedachten naar slot Osternau terughet gelukte hem niet ze te bepalen bij de afwisselende landschappen, die hij voor- bijwandelde, maar toch waren zij niet meer zoo ver ward en vluchtig als den vorigen dag en toen bij ta melijk laat in den avond na eene vermoeiende lange wandeling in een kleine herberg in het gebergte zich ter ruste legdelosten zij zich op in een niet door droomen gestoorden slaap. Yroeg in den morgen ontwaakte Egon door den vasten slaap naar lichaam en geest versterkt. Het weder was heerlijk en uitstekend voor eene wandeling in het gebergte geschiktde lust bekroop Egon om een paar dagen zich geheel en al aan het genot van de schoone natuur overtegeven. Hij gevoelde zich frisseher dan ooit en met grootere kalmte dacht hij door het geurende dennenbosch bergopwaarts gaande terug aan de verschillende gebeurtenissen op slot Os ternau gedurende zijn verblijf aldaar voorgevallen en die hem zoozeer hadden aangepakt. Kon hij naar het slot terugkeeren Hij was nu in staat, kalm daar over na te denken. Zijne positie daar was geschokt, de brief van dominé Widmann had mijnheer von Os ternau met wantrouwen vervuld een of ander toeval kon dezen aanleiding geven tot nieuwen twijfel, tot een nieuw onderzoek naar het verleden van zijn huisgenoot, en dan Het ineenstorten van het kunstig opgetrokken gebouw van leugen en bedrog Egon schaamde zich, het zoo te moeten noemen moest er het onvermij delijk gevolg van zijn. Met schimp en schande zou de ontmaskerde bedrieger dan uit het slot worden ge jaagd veracht door al degenendie hem zoo na aan het hart lagen. Neen aan zulk een gevaar mocht hij zich niet bloot stellen wanneer hij terugkeerde, moest hij zelf' mijn heer von Osternau de volle waarheid zeggen hij mocht eene ontdekking niet afwachten Maar kon hij dit doen De veroordeelende woorden klonken hem weder in de ooren die bijna door alle medeleden van den kleinen familiekring op slot Osternau waren uitgestort over dien mijnheer von Ernau, Liesje had hem een el lendig afschuwelijk mensch genoemdmijnheer en mevrouw van Osternau hadden ronduit hunne verach ting voor hem uitgesproken. En nu zou hij moeten zeggen „Ik ben de Egon von Ernau dien gij ge smaad hebt." Was hij in staat de tegen hem inge brachte beschuldiging te weerleggen Hij had het eens tegenover Liesje beproefd maar hoe ongeloovig had zij het lieve kopje geschud hoe verbaasd ja ont steld had zij hem aangezien? Waren al die beschuldi gingen niet door zijn vroeger leven gerechtvaardigd Kregen zij niet nieuwen grond, nu hij vier weken lang de familie die hem vertrouwd had om den tuin had geleid en onder een valechen naam als een avonturier in hun midden had geleefd Hij zag in zijne verbeelding Liesje tegenover zich terwijl zij vertoornd zich van hem afwendde en uitriep: „Niets haat ik zoozeer en veracht ik meer dan de leugen Hij hoorde het honend gelach van den luite nant. En Bertha Zou hij haar getuige doen zijn van zijne beschamende bekentenis? J Neen hij kon niet terugkeeren hij kon zich even min blootstellen aan het gevaar om ontmaskerd te wor den als dat hij zijn ongelijk openhartig erkennen kon. Beide dingen waren onmogelijk.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1884 | | pagina 1