f
Buitcnianb.
Btsmeulaab.
GE'
31 Ai
Gi
30 A
31
2 S
O
30 j
2
j.
Pat
t 5
dit
vet
pei
ve:
V(
di
ki
m
bi
21
2S
-28
28*
29
A
delt
Ter
8,
6,!
boor
y is
f 15
f 9 i
30
salve
a 14
8 B(
Am
Noori
a 4,2i
f 0,8
en het Landbouwbedrijf zijn uit onze provincie niet
aanwezig.
Akkerbouwgewassen van allerlei soort daarentegen in
groote menigte, daaronder zijn wonderschoone monsters,
welke het bewijs leveren van den vruchtbaren grond,
waarop zij geteeld zijn en van de zorg, aan de verbou
wing besteed.
Het rijke Noordholland neemt in deze afdeeling in
derdaad een eereplaats in.
De heer D. Pos te Edam geeft ons voederkoeken
voor rundvee te zien en voegt daaraan de grondstoffen
toe, waaruit de koeken vervaardigd zijn. Het artikel
is betrekkelijk nog nieuw maar toch heeft het in den
korten tijd van zijn bestaan bij vele landbouwers reeds
ingang gevonden. Althans vinden wij bij de inzending
een aanbevelingonderteekend door een dertigtal vee
houdersdie verklaren dat zij deze koeken met succes
aan hun vee hebben gevoerd.
In den laatsten tijd wordt veel geklaagd over ver-
valsching van raap- en lijnkoeken zooals men en
niet zonder grond 1 tegenwoordig klaagt over ver-
valsching van ongeveer alle mogelijke levensmiddelen
voor mensch en dier. Met het oog op die klacht is
het oogenblik gunstig, om een nieuw artikel ingang te
doen vinden. Maar om het gebruik er van algemeen
te makenzullen twee zaken niet uit het oog verloren
mogen worden een voortdurend zuivere bereiding en
een billijke prijs. De hoofdbestanddeelen waaruit de
heer Pos zijn koeken vervaardigt, worden door de land
bouwers zelf geteeld. Als hij zich dus niet met een
klein winstje tevreden steltzouden de veehouders zich
de moeite wel eens kunnen gaan getroosten, om die
of soortgelijke koeken zelf te bereiden een moeite
die op den keper beschouwdzoo heel groot niet zou
W6Z6Q*
Ten slotte zij nog vermeld, dat de heer K. Weeshoff,
te Schermerhorneen „hollandseh landschap met vee
en een „landschap met hollandseh vee" ik zou zeggen
twee hollandsche landschappen met dito veeexposeert,
benevens het portret van een prachtigen stier, toebe-
hoorende aan den heer WSluijste Beemster.
i
ITALIË. Den 1 stierven 65 personen aan cholera,
waarvan 20 te Napels en 13 te Spezziaden 2 Hf
personenwaarvan 17 in d6 provincie Cuneo, 13 te
Spezia en 69 te Napels.
SPANJE. Sedert den 29 is in de provincie Alicante
de cholera uitgebroken. Te Alicante kwamen 5 en te
Novelda 42 sterfgevallen voor. Het is verboden bij
zondere mededeelingen per telegraaf over te brengen.
EGYPTE. In brieven van generaal Gordon, tot 15
"Juni loopendewerd gemelddat Khartoem zich nog
4 maanden staande kon houden.
CHINA. De japansche gezant heeft voor zijn gou
vernement het souverein gezag opgeëischt over de Loo-
choo-eilandenmet waarborg van dezelfde rechten,
door China aan de andere vreemde Staten toegestaan.
De gezant weigerde verder over deze zaak te Tientsin
te onderhandelen en zou zich den 28 naar Peking of
Honkong begeven.
De fransche admiraal Courbet heeft aangekondigd, dat
de bewegingen der fransche vloot geëindigd waren en de
koopvaardijschepen thans veilig de Min konden opvaren.
Volgens bericht uit Peking van den 29 aan de Times
was in de straten aldaar eene kennisgeving aangeplakt,
bevattende de mededeelingdat met Erankrijk oorlog
gevoerd werd en een waarschuwing aan de inwoners
om zich te onthouden van het aanranden ofbeleedigen
van andere vreemdelingen. Zware straffen zullen op
gelegd worden aan hen, die er zich schuldig aan maken.
Den 2 werd uit Eoochow aan de Times gemeld
dat de stad en kolonie rustig waren. De onder-con
sul was teruggekeerd en de consul zou weldra in de
stad terugkeeren. De chineezen waren bezig aan het
herstel der forten. De orde werd alleen gehandhaafd
door de tegenwoordigheid der troepen die van de en-
gelsche en amerikaansche oorlogschepen aan wal gezet
waren.
BELGIE. Kamer. Den 3 werden de drie eerste artike
len van het wetsontwerp tot regeling van den accijns op
brandewijn aangenomen en werd met 63 tegen 10 st.
goedgekeurd het wetsontwerp betreffende den surtax op
vreemde suikers.
ENGELAND. Minister Gladstone in eene talrijk
bezochte bijeenkomst zijner kiezers het woord voerende,
heeft een overzicht gegegen van al hetgeen onder zijn
bestuur heeft plaats gehad. Volgens hem moet de re
gel voor de buitenlandsche staatkunde zijn, zich jegens
anderen te gedragen gelijk men verlangtdat anderen
zich jegens ons gedragen. Deze regel werd ook toe
gepast ten opzichte van het vraagstuk der duitsche
kolonisatie. Minister Gladstone verklaarde volmondig
dat Engeland geenszins naijverig was op de kolonisatie
plannen der duitschers integendeel het wenschte hun
eenen goeden uitslag toe mits zij de rechten van an
deren eerbiedigden.
ERANKRIJK. Krachtens eene oude overeenkomst
geeft de staat aan de stad Parijs eene bijdrage
van f 1.850,000 's jaars in de kosten van onderhoud
der bestrating. Vroeger was deze som meer e
helft der met dit doel gedane uitgaven maar sedert
de uitbreiding der stad is het aantal openbare wegen
bijna verdubbeldwaarom de gemeenteraad den prefect
van de Seine verzocht, bij de regeering aanzoek te doen
om verhooging der bijdrage tot f 2.500.000. De minis
ter van openbare werken heeft geantwoorddat de
toestand der schatkist belet, aan dit verzoek te voldoen.
SERVIE. De Koning van Rumenie is den 30 en 31
de gast van den Koning geweest. De gespannen ver
houding tusschen Rumenië en Servië is geheel geweken.
schrikt gij zoo? Is mijnheer von Ernau dan zulk een
verschrikkelijk mensch Ik hoop dat gij jegens hem
even vriendschappelijk gezind zult blijven als jegens
den toenmaligen onderwijzer Pechmayer. Op ditoogen
blik isdat kan ik u verzekerenmijnheer von Ernau
erg hulpbehoevend en heeft hij uwen sterken arm hoog
noodigom uit het rijtuig te komen.
Het rijtuig hield voor het slot stil Storting sprong
van de trede af en opende het portierzwijgend bood
hij Egon den arm hij was nog altijd zoo verrastdat
hij niet in staat was om te antwoorden.
De lange rid had Egon toch aangegrepen, hij
voelde zich zeer vermoeid en het zou hem zeker niet
gelukt zijnin het slot de eenigzins steile trap te be
klimmen die naar de reeds in gereedheid gebrachte
kamers leiddeindien Storting hem daarbij niet krach
tig ondersteund had.
Door de inspanning van het trappenklimmen was
Egon zoo geheel uitgeputdat hij nauwelijks een Mik
wierp op de zeer sierlijke en gezellige inrichting zijner
kamernauwelijks op zijne zitkamer gekomen viel hij
op een leuningstoel neer en verzocht Storting met
zwakke stem om hem een uurtje rust te gunnen, dan
eerst zou hij zijn vriend zoo kunnen begroetenals
eene behoefte voor hem was hij viel daarop afgemat
in den leuningstoel terug en was voordat Storting de
kamer verlaten had, reeds half in slaap in eene ten
gevolge van uitputting ingetreden bewusteloosheid, die
spoedig in werkelijke slaap overging.
Meer dan twee uren sliep Egon toen hij ontwaakte,
voelde hij zich veel frisscher en krachtiger, slechts
eene doffe hoofdpijn herinnerde hem aan zijn verwon
ding. Hij stond op en trad aan het venster, zijn blik
dwaalde over het uitgestrekte binnenplein de groote
reinheidde voorbeeldelooze orde die er heerschten
maakten op hem een zeer aangenamen indruk. Hij
herinnerde zich dat het er bij zijn laatste bezoek op
Plagnitz ongeveer vier jaren geleden niet zoo op het
plein had uitgezien. „Men ziet dadelijkdat Storting
hier de hand in heeft," zeide hij zacht met een glim
lach van voldoening.
ST ATEN-GENER AAL
Tweede Kamer.
Voorstel tot wijziging der Grondwet van
den keervanHouten. Om te doen wat m zijn ver
mogen is ter wegneming der gevolgen van de bedroevende om
standigheid dat tegenwoordig in regeerings-kringen meer aan
dynastieke dan aan volks-belangen gedacht wordtalthans aan
verbeteringen, die ten behoeve van de volksrechten m de grond
wet noodig zijngeene krachtige ondersteuning ten deel valt
heeft de voorsteller gebruik gemaakt van zijne bevoegdheid, om
een voorstel van grondwetsherziening bij de Staten-Generaai
aanhangig te maken.
Het eerste doeldat hij door dit voorstel wenscht te berei
ken, is de wegneming van de staatkundige en economische be
voorrechting, thans'aan het bezit van kapitaal en grond ver
leend. Aan den arbeid, dien hoofdfactor, wordt bij de grond
wet geen waarde gehecht.
Herinnerende, dat de grondwet het volkslickaam door den
census in twee zeer ongelijke deelen splitst en aan het klein
ste alle staatkundige macht geeftmeent hij dat deze onge
rijmde splitsing moet vervallen. Dit is een volstrekte eisck van
het rechtsbewustzijn onzer dagen.
De hoofdbron der onbillijke verdeeling van den rijkdom ligt
in de burgerlijke wetgeving, welke op hare beurt steun vindt
in de grondwet en wel voornamelijk in art 147. Met handha
ving van verkregen rechten, ook daarin verbetering te brengen,
beschouwt hij als een eerste eisch, welke aan de wetgeving onzer
dagen door de wetenschap en het rechtsgevoel van het aciiter-
uitgezette deel des volks gesteld wordt.
Behalve deze hoofdpunten heeft hij gemeendnog eenige
vraagstukken van tegenwoordig belang in de herziening te moe-
^Zii^zijn^ a. aanwijzing der staatsmacht, die een eventueel
mogelijk geschil omtrent de troonsopvolging beslist; b. voorbe
reiding van verbeteringen in de samenstelling en de wijze van
werken van de Staten-Generaaic. afschaffing van den staat
kundigen eed en zijne algemeene vervanging door eene belofte;
d. uitbreiding van de bevoegdheid des wetgevers m militaire
zakene. wijziging van de bepalingen omtrent het onderwijs
f. wijziging van die omtrent verandering der grondwet.
Art 1 van het voorstel behelst algemeene afschaffing van den
staatkundigen eeddie echter de afschaffing van den gerechte-
lijken en fiscalen eed geenzins medebrengt.
Hij geeft aan afschaffing van dien eed de voorkeur boven een
voorschrift om te zweren door het uitspreken der woorden «dat
zweer ik", en aan ieder vrij te laten, om onder het begrip «zwe
ren" in die formule eene godsdienstige handeling te verstaan,
of wel den sterksten en stelligsten vorm van belofte of verkla
ring overeenkomstig ieders eigene overtuiging.
Art. 2 bevat de door het ophouden der betrekkingen tusschen
den voormaligen Duitschen Bond en het hertogdom Limburg
geëischte verandering. I
Art. 3 kent aan de Staten-Generaai in vereenigde zitting de
beslissing toe, bijaldien bij overlijden des Konings meerderen be
weren tot de troonsopvolging gerechtigd te zijn.
In art. 4 is behalve aanwijzing van het collegedat de
koninglijke macht tijdelijk waarneemt, in geval van verschil
over de troonsopvolgingook het geval geregelddat een re
gentschap ophoudt.
Eene nieuwe regeling van het kiesrecht voor de Staten-Gene
raai waarbij de ingezetenen meer algemeen tot het verkiezings-
werk geroepen worden dan thans, is het voornaamste punt aer
geheele herziening en wordt in art. 5 ontworpen, welk artikel luidt:
Artikels 76 en 77 worden vervangen door de twee volgende
artikelen
«Art. 76. Het getal van de leden der Tweede Kamer wordt
bepaald naar de bevolking, voor ieder 45000 één.
Voor hunne verkiezing wordt het land verdeeld in minstens
elf kiesdistricten.
Het aantal in ieder kiesdistrict te kiezen leden is één voor
elke 45000.
Een overschot van 30000 wordt voor 45000 gerekend.
Zoodra in eenig kiesdistrict de bevolking 30000 meer of
minder blijkt te bedragen dan het aantal in dat district gekozen
leden vermenigvuldigd met 45000wordt het aantal dier leden
met een vermeerderd of verminderd.
Art. 77. De bepaling wie kiezers zijnen de regeling van
alles wat verder tot het kiesrecht en zijne uitoefening betrekking
heeft, hebben plaats bij de kieswet.
Veranderingen in de bij de kieswet vast te stellen bepalingen
omtrent de samenstelling van het personeel der kiezers voor
de Tweede Kamertreden eerst in werking na de eerste daarop
volgende algemeene verkiezing van leden voor die Kamer."
Bij dit voorstel wenscht hij noch hen, die minder uitsluitingen
willen, noch hen, die zoover niet willen gaan als hijtot tegen
stand te dwingen en vereenigt hij zich ook daarom met eene
regeling bij de wet, zonder andere voorwaarde dan dat door
eene overgangsbepaling de zekerheid verkregen worde dat het
kiesrecht bij de na de grondwets-herziening te maken kieswet
met ruime hand worde verleend, en de beslissing over die
kieswet niet in handen blij ve der tegenwoordige kiezers.
Hij verdedigt een kiesstelsel, waarbij zoowel aan de alge- i
meene als aan de plaatselijke invloeden, welke moeten samen
werken om eene werkelijke Volksvertegenwoordiging samen te
stellenbehoorlijke ruimte is gegevenen tevens de ingewik
keldheid is vermedenwelke andere omtrent de vertegenwoor
diging van minderheden voorgestelde stelsels voor de praktijk
onbruikbaar maakt.
Elk kiesdistrict (provincie) wordt verdeeld in zooveel onder-
kiesdistricten als er plaatsen te vervullen zijn. In elk onder
kiesdistrict worden candidaten gesteld door indiening eener j
aangifte, ondersteund door minstens honderd kiezers van het
onderkiesdistrict.
Aan de vermeerdering of vermindering van het aantal leder
uit kracht der grondwet zelve geeft hij de voorkeur boven de
bepaling van een vast aantal leden in vast bepaalde kiesdistricten.
De aangeslagene in het personeel is de persoondie als het
hoofd van een gezin te noemen is. Dat het kiesrecht zou
moeten worden onthoudenindien dit hoofd eene vrouw isj
weet hij met geen enkelen grond te verdedigen.
Verder stelt hij voor1». de Tweede Kamer der Staten-
Generaai in eens te doen vernieuwenin plaats van bij helften,
en 2°. uit de voorwaarden voor de verkiesbaarheid voor de
Eerste Kamer het geplaatst zijn op eene lijst van hoogstaan
geslagenen te doen vervallen.
In de uitsluiting van geestelijken en bedienaren van de gods
dienst ziet hij een onnoodige en ondoeltreffende beperking van
de volkskeus.
Een nieuw stelsel van onteigening wordt voorgesteld, dat
een belangrijke schrede voorwaarts brengt naar de oplossing
van het sociale vraagstukdie de eenige den voorste.ler be
kende is welke met de eerbiediging van verkregen rechten en
met de handhaving van het individueel eigendomsrecht bestaan-
baar is.
Het individueel eigendomsrecht behoeft met ten gevolge te
hebben, dat de vruchten van den arbeid des eenen den ander
ten deel vallenofmet andere woorden een deel van de
maatschappelijke productie toevloeie aan personendie daartoe
niet hebben medegewerkt. Aan het recht van ieder opde
vruchten van zijn arbeid zal niets te kort worden gedaan. Wie
de productiviteit van zijn goed verhoogtzal ookals onteige
ning noodig mocht zijn in verhouding meer ontvangen. De
eigenaar behoudt het recht van gebruis maar zijnjmcht,_oin
Hij gevoelde een vurig verlangen om dadelijk zijne
bezitting rond te gaan, heden kon hij die met andere
oogen aanzien dan voor vier jaren heden was hij in
gewijd in de geheimen der landhuishoudkunde zijn
blik was door de practijk gescherpt, hij had ondervin-
ding opgedaan. Met snelle schreden verliet hij zijne
kamer, maar hij was nauwelijks eenige treden van de
trap afgeloopentoen die ongelukkige duizeligheid
weder terugkwam en hem herinnerde, dat hij aan
vankelijk nog rust noodig had en zich ontzien moest
wilde hij weder geheel herstellen. Hij hield zich aan
de leuning der trap vasttotdat de aanval voorbij was,
en keerde daarop, langzaam en voorzichtig voortgaande,
daar iedere zware schrede hem pijn veroorzaakte naar
zijne kamer terug.
Hij ging weder in den leuningstoel zitten, en zoodra
hij rustig "zat, was de hoofdpijn, die door het schokken
van het lichaam bij iedere schrede werd te voorschijn
geroepenverdwenen hij kon weder helder denken.
Hij mocht zich niet lichamelijk inspannen dat zag hij
nu wel in maar toch voelde hij een dringend verlangen
nu hij eindelijk het toekomstig veld zijner werkzaamheid
bereikt had, zich door den administrateur Sieveking over
diens arbeid tot op dit oogenblik te doen inlichten.
Een zilveren tafelschel stond binnen zijn bereik hij
drukte er op en bijna onmiddelijk verscheen eene oude
dienstbodeom te vragenwat mijnheer te bevelen
hadzij vertelde tevensdat mynheer Storting haar
opgedragen hadbij de hand te blijven en hem dade
lijk medetedeelenwanneer mijnheer ontwaakt was.
Mijnheer Storting wachtte beneden bij den administra
teur, docter Wendeborn was ook beneden, deze was vyt
minuten geleden aangekomen. Mevrouw Sieveking had
hem laten roepen omdat mijnheer de administrateur
zoo zwaar ziek geworden was en te bed lag, en mijnheer
Storting had gezegddat dit zeer goed trof, want met
alleen mijnheer de administrateur had den docter noo
dig maar stellig ook mijnheer von Ernau, die er zeer
bleek en uitgeput uitzag en zich zeker zeer ziek ge
voelde. Dat was ook ongetwijfeld het gevalwant
mijnheer zag er uit, om medelijden mede te hebben.
En nu wilde zijwanneer mijnheer het veroorloofde,
en niets anders te bevelen had dadelijk naar beneden
gaan en mijnheer Storting zeggen dat mijnheer wak
ker was, zoodat mijnheer Storting met den docter bij
mynheer komen kon.
Egon had geen andere bevelen hij was blijde van
de babbelzieke oude vrouw bevrijd te worden en zond
haar dus weg om Storting te roepen binnen enkele
oogenblikken kwam deze vergezeld van den kleinen,
bewegelijken docter, met wien Egon des morgens reeds
op Linau had kennis gemaakt.
„Ei, ei, mijnheer von Ernau, wat hebt gy nu uit
gehaald zeide de docterreeds bij het binnentreden
met den vinger dreigende. „Heb ik u niet van mor
gen gezegd dat gij u een paar dagen zoudt ontzien
en iedere sterke beweging vermijden? Waarom zyt gj|
niet op Linau gebleven waar gij de beste verpleging
hadt? Een rid van twee mijlen op den slechten rijweg
is zeker geen sterke beweging? Gij ziet er verschrikke
lijk uitbleek en met holle oogen gij bevalt my vo.-
strekt niet. Maar zoo gaat hetwanneer de patiënten
hun eigen hoofd volgen, dan doen zij altijd domheden.
Geef mij uwe hand eens. Waarlijk, eenige koorts,
niet zoo ergmaar toch koorts. Wij zullen het ver
band even afnemen. Natuurlijkde wond is eemgzm
ontstoken. Yeel beteekent het niet maar gij moet
hoe het ook gaeenige dagen uwe kamer houden df
medicijnen innemen, die ik beneden bij den admini
strateur zal voorschrijven, en u misschien nu gerui
men tijd moeten ontzien. Dat alles hadt gij kunne
voorkomenwanneer gij mijne voorschriften hadt opg
volgd 1 En nu vaarwel 1 Heden heb ik geen tijd meet
want mijne patiënten in Ostrowko wachten; maar mor
gen kom ik u en mijn ouden vriend Sieveking nog een
opzoeken. Dus nog eens prompt innemen zooals op
het recept staatde kamer houden u met vee! bew
gen, maar rustig in den leuningstoel blijven zitten
grepen Adieu mijnheer von Ernau adieumijnbee-
Storting Ik zal er alleen wel uitkomen dank u
Wordt vervolgd.