No. 111.
Zes en tachtigste Jaargang.
1884.
WOE NSDAG
17 SEPTEMBER.
EEN GELUKKIG MENSCHENLEVEN?
(Dfóriêcl (Bebeeïtie.
Prijs der gewone Advertentiën
guitcttUnb.
ISimuenlatife.
ADOLF STRECKFUSS.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dilisdflë", DoudordflB" en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Eijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TEE ZOON.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennisdat de gemeente-begrooting
dienst 1885 zoo als zij den gemeenteraad door ben aangebo
den is ter gemeente-secretarie voor een ieder ter lezing ne-
derseleed en tegen betaling der kosten in afschrift verkrijgbaar
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
15 Sent 1884 De Secretaris,
li Sept. 1884. NUHOUT van dek VEEN.
NATIONALE MILITIE.
De verlofganger EVERHARDUS HOEKMAN ingekomen
van Amsterdam wordt verzocht zieh ter gemeente-secretarie
alhier aan te melden.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 2e helft der maand Juli 1884:
J. van der Zwaan, Marie Ravensloot, P- C. Hoofdstraat,
No. 56, Caillion Mojet, Amsterdam; N. 8. Krul, 's Graven-
hage; Pieter Zilver, Nibbikswoud.
Van bet hulpkantoor
Oudkarspel: VeenendaalAmersfoort.
Verzonden geweest naar Amerika:
P. Pijl, Detroit; A. Buisman, Nieuw-Holland.
BELGIE. De Senaat heeft den 13 met 46 tegen 4
stemmen en 5 onthoudingen het wetsontwerp goedge
keurd, waarbij de regeering tot 1 Januari a.s. gemach
tigd wordt tot het stellen van surtaxes op buitenland-
sche suiker. Dat betreflende den brandewijn is aange
nomen met 33 tegen 12 stemmen. Daarna is de zit
ting gesloten.
Te Brussel heeft zich een centraal bureau en eene
commissie van advokaten gevormd om zich de belan
gen aan te trekken van allen die onder de onlusten
van den 7 geleden hebben. Zij, die daarvan gebruik
willen maken moeten een daarvoor vastgesteld formu
lier invullen.
Te Aalst hebben eenige reizende kooplieden uit Brus
sel die op de markt eene plaats ingenomen hadden
een flink pak slaag gekregen. De burgemeester heeft
de hulp van gendarmes en politie-agenten aangevraagd.
DUITSCHLAND. De Keizer is den 14 des avonds
te elf uren met prins Bismarck en zijne zoons Herbert
en Wilhelm en verder gevolg uit Berlijn naar Skier-
nevice vertrokkenom de Keizers van Rusland en
Oostenrijk te ontmoeten.
ENGELAND. Den 9 is te Ormskirk een standbeeld
van lord Beaconsfield onthuld. De oud-minister Cross
voerde daarbij kort het woord doch hield des namid
dags aan een feestmaal een uitvoerige rede, waarin hij
o. a. ne vergelijking trok tusschen Beaconsfield en Glad
stone. Toestemmendedat ook Gladstone een man
was wiens gelijke slechts zelden meer dan eenmaal in
een eeuw voorkwam, was het groote verschil tusschen
beide ministers volgens hem dat Beaconsfield de ver-
antwoordelijkheid van het bestuur over een zoo groot
en in alle deelen der wereld zijne koloniën hebbend
rijk als Engeland aandurfdeterwijl Gladstone er voor
terugdeinsde die verantwoordelijkheid zooveel mogelijk
wilde beperken en scheen te meenendat Engeland
des te meer bloeien zouhoe beperkter zijne macht
was. Beaconsfield zou nooit een zoo smadelijk ver
drag gesloten hebben als Gladstone met de Transvaal;
Beaconsfield zou Engeland's eer in het egyptische
vraagstuk beter gehandhaafd en doortastender gekan-
deld°hebben. Ook tegenover Ierland zou hij krachtiger
opgetreden zijn. Ten aanzien van de kieswet verklaarde
hij dat lord Salisbury wien men de schuld gaf van
de houding en het verzet van het Hoogerhuisgeheel
in overeenstemming met de andere leiders der conser
vative partij had gehandeld.
Het Parlement is tegen 23 Oetober bijeengeroepen.
ITALIË. Den 12 werden te Napels 815 personen
door de cholera aangetast waarvan 314 met doodelijken
afloop. Den 13 in het geheele Rijk 430 en den 14 422
sterfgevallen waaronder 348 en 371 te Napels. De Ko
ning is den 14 des namiddags uit Napels naar Rome
vertrokken. Minister Depretis heeft den prefect van Rome
per telegram gelastelke beweging bij de aankomst
van den Koning te beletten daar hij te zeer getroffen
was door de smartelijke tooneelen, door hem te Napels
aanschouwd.
FRANKRIJK. In de den 13 gehouden minister
raad waren alle ministers, uitgezonderd den heer
WaldeckRousseau, tegenwoordig. De heer Jules
Ferry bekleedde het voorzitterschap. Hij bevestigde
dat geene oorlogsverklaring tot China gericht of van
China ontvangen was. Admiraal Courbet voltooide zijne
benoodigdbeden en wachtte op versterking uit Cocbiu-
China. Er zou tot geene beslissende handeling over
gegaan worden dan na verloop van tien dagen. De
vraag of de Kamers bijeengeroepen moesten worden,
wercf niet behandeldhet tijdstip van bijeenroeping
zal waarschijnlijk den 23 vastgesteld worden.
RUSLAND. Den 10 verlieten de Keizer en de Kei
zerin Warschau en kwamen des avonds te 11 uren te
Novo-Georgiewsk eene poolsche vesting ten noorden
van Warschau, waar de Weichsel en de Bog samen
vloeien aan. De door de politie te Warschau geno
men voorzorgsmaatregelen hebben die bij de kroning
te Moskou voorgeschreven zelfs overtroffen. Alle bui
zen gelegen aan stratendoor welke de Keizer moest
gaan werden een paar dagen voor zijne komst onder
zocht eerst door de politie en later door gendarmes
onder leiding van een genie-officier. De kelders wer.
den afgesloten en de aan de straat uitkomende kelder.
ramen met planken toegemaakt. Ook de kerken d;e
de Keizer bezoeken zou werden nauwkeurig onder.
zocht. Bij dat onderzoek werd in eene kerk een ge.
heime gang ontdekt, die met het keizerlijk slot in ver.
binding stond en indertijd door de poolsche Koningen
gebruikt werdwanneer zij de kerk bezochten. Die
gang werd terstond dichtgemetseld. De keizerlijke paleizen
werden door graaf Wielopolski bewaakt en aan ieder
werd de toegang daartoe reeds vele dagen te voren
ontzegd. Zelfs de wandeling in de tuinen van het
paleis was verboden. Verder waren verschillende ver
ordeningen uitgevaardigd betreffende het verkeer langs
de stratenhet versieren der huizen enz. Eindelijk
was bepaald dat alleen de wit-blauw-roode d. i. de
russisehe vlag gebruikt mocht worden en waren de
spoorbanen zorgvuldig onderzocht en door soldaten ge
heel afgezet. Dat deze voorzorgsmaatregelen niet over
bodig waren blijkt uit een telegram van den bericht
gever der Neue Freie Pressedie meldtdat op den
dag van de aankomst van den Keizer eene door het
centraal comité der revolutionaire partij ouderteekende
gedrukte brief verspreid en aangeplakt was, waarin ver
klaard werd dat de strijd tegen de regeering volge
houden en met dezelfde wapenen gevoerd zou worden,
waarmede de regeering de revolutionaire partij trachtte
te bedwingen. Niettegenstaande alle pogingen der po
litie werden de verspreiders van dien brief niet ontdekt.
Den 12 woonden de Keizer en de Keizerin de krijgs
bewegingen in den omtrek van Novo-Georgiewsk bij.
Aan de station te Jablowna werden zij door eenige
afgevaardigden uit de boeren ontvangen en later in
het dorp Sorotsk door afgevaardigden van den adel en
de oudsten der gemeenten uit het gouvernement Poel-
toosk. Zij gebruikten een feestmaal op het landgoed
van prins Radziwillom des avondsna overal harte-
telijk duor de bevolking begroet te zijn, terug te keeren
tot Novo-Georgiewsk. Den 14 vertrokken zij van daar,
om des avonds te 7 uren te Skiernevieewaar de 3
keizers elkander zullen ontmoeten aan te komen. Af
gevaardigden der boeren uit den omtrek ontvingen
hen en eenige knapen zongen het Czareniied. Den 15
kwam te 2 uren des namiddags de keizer van Oosten
rijk en te 4 uren die van Duitschland aan. De be
groeting der vorsten was hartelijk. Te 7 uren gebruik
ten zij samen het middagmaal.
ZUID-AFRIKA. Het port op de brieven van Hol
land naar de Transvaal is van f 0,35 tot 0,60 door
Engeland verhoogd.
De reis der transvaalsche afgevaardigden naar Europa
heeft ongeveer 48000 gekost.
STATEN-GENERAAL.
Vekeenigde Zitting der beide Kamers.
Den 15 is te l nre de gewone zitting namens den Koning
door den minister van binnenlandsche zaken geopend.
De ministers, allen in costuum, hadden zich, twee aan twee,
in hofkoetsen elke met vier paarden bespannen en met een
lakei naast elk portiervan het Paleis naar de vergaderzaal
begeven. De stoet werd voorafgegaan en gesloten door piketten
huzarenzonder muziek. De kamerheer-ceremoniemeesterde
heer J. M. L. van Bronkhorst, in eene andere hof
koets gezeten geleiddein costuumde ministers.
door
74)
Ik rekende het mij ten plichtden heer v. Sastrow,
den voogd van Fritsjehet vermoeden mede te deelen,
dat de heer von Osternau in een gesprek met mij had
uitgesproken; maar spoedig moest ik den ouden, waar-
digen grijsaard gelijk geven, toen hij mij als verstandig
aanried om een vermoedenzoo weinig gegrond als
ditte laten varen.
„Mevrouw von Osternaudeelde Storting verder
mede„kon na den dood van haren man niet besluiten
de haar zoo lief geworden plek te verlaten. De beer
von Sastrow drong er weliswaar op aan dat zij naar
Berlijn zou komen waar het haar gemakkelijker zou
vallenFritsje eene geschikte opvoeding te geven
doch hij gaf ten laaste toedat zijten minste
voorloopigzoo langtot het slot weer opgebouwd
zou zijn, een paar bescheiden vertrekken huurde
in de ruime pastorie. Hij kon haar de middelen om
te leven in den ruimsten zin toestaan dewijl de jonge
erfgenaam aan de moederlijke zorgen was toevertrouwd.
Mij belastte de heer von Sastrow met het beheer der
goederen en maakte het mij daardoor mogelijk om
mijne belofte om over Fritsje te waken den heer v.
Osternau plechtig gedaanna te komen.
Drie droevige maanden verliepen na den dood van
den heer von Osternau toen de ongelukkige weduwe
een nieuwe vreeselijke slag trof. Fritsje haar eenige
troost, haar levensvreugde ontviel haar door den dood.
Tot zoover had Egon zwijgend het treurige verhaal
aangehoordhet onheil van den geweldigen brand in
het slot, de dood van den heer von Osternau hadden
hem diep geroerd, maar toen Storting den naam van
Fritsje uitsprak schrikte hij hevig.
„Fritsje doodriep hij uit. „Wat een gruwzaam
noodlotEu dus wordt de luiLenant zijn erfgenaam
Zou de ongelukkige vader op zijn sterfbed een voor
gevoel hiervan hebben gehad
„Neen, mijnheer von Ernau," antwoordde Storting
vol ernsthoe groot de schuld van den luitenant ook
wezen moge, de dood van Fritsje heeft hij in geen
geval op zijn geweten. Het kind is gevallen als een
offer van die verraderlijke kinderziekte, de roodvonk.
Drie langebange weken heeft de knaap op het ziek
bed gelegen en freule Liesje heeft hem opgepast met
liefdegeduld en moed zonder weerga. Dag noch
nacht is zij van zijn bed geweken, ofschoon de doctor
haar streng verbood zich bloottestellen aan het gevaar
der besmetting, te meer daar zij zelf de rondvonk nooit
had gehad. Zij is de eenige verpleegster van Fritsje
geweest gedurende zijne gansche ziektewant mevrouw
von Osternau lag zelf zwaar ziek. Freule Liesje zat
onvermoeid dag en nacht tusschen de beide ziekbedden
en in hare armen heeft Fritsje den laatsten adem uit
geblazen.
Na den dood van den jongen knaap werd de luite
nant de eenige erfgenaam der goederen zijne rechten
waren onbetwistbaar alleen op het particuliere vermo
gen van den heer von Osternau hadden diens vrouw
en dochter aanspraak doch dit particuliere vermogen
bestond niet meer't was verloren gegaan in dien
vreeselijken nacht.
Acht dagen na Fritsje's dood kwam de nieuwe be
zitter der goederen te Osternau. Vooraf had hij van
zijne aankomst den predikant bericht gezonden en dezen
verzocht, voor hem in eene der eenvoudigste boerenwo
ningen eene kamer te hurenwaarin hij zou kunnen
wonen totdat de wederopbouw van het slot voltooid
zou wezen.
Dadelijk na zijne aankomst liet hij mij roepen. Ik
moest er wel aan voldoenwant hij was thans feitelijk
de heer van 't dorpen ik dus wel genoodzaakt hem
rekenschap te geven van het beheer der goederen
sedert dan dood van den heer von Osternau.
Met looden schoenen ging ik naar hem toe ik ver
wachtte dat hij gebruik zou maken van de machtdie
hij thans bezaten mij minstens op min vriendschap
pelijke manier zou behandelen daar hij eigenlijk een
zeker recht had zich te wreken over de behandeling
die hij eens van mij had ondervonden. Ik was vast
besloten mij niets van hem te laten welgevallen en
ieder hard woord met een nog veel harder te beant
woorden.
Hij zat in het armzalige vertrek der boerenwoning
het eenige, dat de predikant voor hem had kunnen
vinden druk bezigaan eene met papieren overdekte
tafel. Toen ik binnentrad stond hij op en kwam mij
tegemoet.
Eene in 't oog vallende verandering was hij hem
duidelijk waar te nemen in enkele maanden was hij
verscheidene jaren ouder geworden. Zijne oogen had
den eenen doffen glanszijne gelaatstrekken waren
bleek en vervallen. De flinke militaire houdingdie
vroeger een ieder terstond in het oog vielwas ver
dwenen. Hij was een oud man geworden.
Hij stak mij de hand toe en heette mij hartelijk wel
kom, en sprak daarbij op zulk eenen zoetsappig vriend-
schappelijken toon dat ik er van walgde. Een oogen-
blik zag hij mij scherp uitvorschend in de oogen, doch
wendde in het volgend oogenblik reeds weder zijnen
blik van mij af, als vreesde bij den mijnen te ontmoeten.
„Wij zijn op alles behalve vriendschappelijke wijze
van elkander gescheiden mijnheer Storting. Gij hebt
mij toenmaals diep beleedigden ik heb u zeer harde
woorden toegevoegd. Beiden verkeerden wij in eene
vreeselijke opgewondenheid, veroorzaakt door de treu
rige gebeurtenissen in dien verschrikkelijken nacht
dat alles is voorbijlaat ons vergeten wat ge
schied is en gedaan. Gij meendet aldus te moeten
handelen als de vertrouwde vriend en dienaar van