No. 139.
Zes en tachtigste Jaargang.
1884.
WOENSDAG
19 NOVEMBER.
De Australiër.
©fficiëel (Bcbccltc.
Prijs der gewone Advertentiën
tenitculanb.
fSitmettlanb.
FEUILLE TOJV.
Opening der zitting.
ALKMAAttSCHE CO! KAM.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80 J franco door
het geheele Eijk f 1,
De 3 nummers f 0.06.
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HEBMs. C08-
TEE ZOON.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis:
dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het
^en in?ediende verzoekmet de bijlagen van den heer
IHIMOIHEUS GERARDUS van den BOSCH, koopman
alhier, om vergunning tot het oprichten van eene bergplaats van
petroleum in het perceel aan het Luttikoudorp, Wijk C, No. 38,
en dat op Dinsdag2 December 1884, 's middags ten 12 uren,
ten raadhuize gelegenheid wordt gegeven, om tegen het oprich
ten va» die bergplaats bezwaren in te dieaen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
18 Nov. 1884. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 2e. helft der maand September 1884
H. Brons, Beek, W. van Praag P. BoekesteinU. Smit,
AmsterdamKlaziena Lebbing beverwijk I. Does Buik-
slootBleuts, Haarlem; Mej. M. G. Vermeer, 's Hertogen
bosch; I. W. Crouws, S. de Jong, Rotterdam; Jan Tin,
Veenhuizen.
Van de hulpkantoren.
Bergen: Mej. 1. Ezerman, Arnhem.
Burgerbr ugJ. Buiter Amsterdam.
Heiloo: Mej. C. Duits, Amsterdam.
K o e d ij k T. LindeboomHeiloo.
Schermerhorn: W. van EffenRijp.
Briefkaart: D. Brouwer, Wamel.
Verzonden geweest naar Amerika:
Van de hulpkantoren.
Egmond aan den Hoef: J. BeemsterNew-York.
Heerhugowaard: Rijntje KlaaverNew-York.
Schoorldam: N. de Jong, Verwood.
BELG1E. De gemeenteraad van Brussel hield den
1/ eene zitting waarin de burgemeester verklaarde,
dat hij de commissarissen van politie bevolen had, zich
niet te storen aan de jongste ministeriëele aanschrijving,
waarin aan de gendarmes in burgerkleeding een on-
derscheidings medaille wordt gegeven en proces-verbaal
op te maken tegen de gendarmesdie mochten han
delen zonder machtiging van de gemeentelijke overheid.
DUITSCHLAND. Den 15 kwam de Congo-verga-
dering bijeen. Prins Bismarck die haar opende, hee°tte
de vertegenwoordigers der mogendheden welkom. Op
voorstel van den italiaanschen vertegenwoordiger werd
hij tot voorzitter gekozen. Tot secretarissen werden
benoemd de fransehe legatieraad Baindregraaf W.
von Bismarck en de vice-consul Schmidt. Den 18 heeft
de volgende bijeenkomst plaats.
De Eaad van Regentschap van Brunswijk heeft prins
Albrecht van Pruisen tot toekomstig hoofd van Bruns
wijk gekozen. De Keizer heeft de keuze bekrachtigd
en bepaald dat Brunswijk tot een groot-hertogdom
zal worden verheven. De officieele bekendmaking ge
schiedt eerst een jaar na den sterfdag van den hertog.
Te Hannover is tot lid van den Rijksdag gekozen
de kandidaat der sociaal-democraten met 12306 stem
men tegen 11697 op den heer Bruel een der aan
voerders van de welfiscbe partij. Ook te Gotha en te
Auerbach in Saksen zijn nog sociaal-democraten gekozen.
De heer Eickert, met 20 stemmen meerderheid gekozen
voor Danzigheeft zijne benoeming niet aangenomen,
zoodra het zeker was dat daar 42 niet kiesgerechtig
den hadden medegestemd.
Te Berlijn verkreeg de bekende hofprediker Stöcker,
die zoo ijvert tegen de israëlieten, 15851 stemmen te
genover prof. Virchow die met 23796 stemmen gekozen
werd.
ENGELAND. Het beschermheerschap van Engeland
over de zuidkust van Nieuw-Guinea is den 6 plechtig
op het eiland afgekondigd door den bevelhebber der
engelsche zeemacht in de australische wateren in
tegenwoordigheid van 50 inlandsche hoofden. 5 engel
sche oorlogschepen lagen ter reede voor anker.
Hoogerhuis. Den 18 bomt de bij de eerste le
zing aangenomen wet op de hervorming der verkiezingen
bij tweede lezing aan de orde.
Den 17 verklaarde minister Granville, dat het be
richt van gruwelen in Macedonië door de consuls niet
bevestigd is. Integendeel was de toestand in Macedonië
beter dan sedert eenigen tijd en waren de rooverijen
aanmerkelijk verminderd.
Lagerhuis. Minister Pitzmaurice deelde den 14
mede, dat de heer Baring dien dag te 1 u. 50 m. des
namiddags geseind had dat hij van Swaine te Dongola
een telegram ontvangen had, inhoudende, dat daar
niets bekend was van Gordon's dood en dat men aan
dat gerucht dan ook niet de minste waarde hechtte.
Majoor Kitchener seindedat een boodschapper van
Gordon te Dsbbeh aangekomen was met een langen
brief van hem en vier berichten in arabisch cijferschrift.
Minister Childers verklaarde, dat hij den 17 voor
stellen zou indienen betreffende de wijze waarop het
geld voor de aangevraagde aanvullingsbrediefen zou
worden gevonden en minister Pitzinaurice deelde med6,
dat de wet op de huizenbelasting in Egypte wegens
moeielijkheden in de toepassing geschorst was. Zij zou
evenwel gewijzigd worden, om dan zoowel ten aanzien
van inboorlingen als van vreemdelingen in werkin» te
treden.
Den 17 zeide minister Gladstonedat hij slechts in
eene schikking over de kieshervorming ban treden
wanneer de regeering voldoende zekerheid heeft, dat
de kieswet in de najaarszitting wordt aangenomen. In
dat geval is zij bereid om óf onmiddelyk het wetsont
werp op de indeeling der kiesdistricten in hoofdtrekken,
óf in haar geheel, aan de oppositie vertrouwelijk mede
te deelen óf genoemd wetsontwerp bij het Lagerhuis
in te dienen en de beraadslaging daarvoor zooveel mo
gelijk te bespoedigen zoodat de tweede lezing in het
Lagerhuis gelyktijdig met de artikelsgewijze behandeling
der kieswet in het Hoogerhuis kunne geschiedenóf
de al dan niet aanneming der indeelingswet tot eene
kabinetsvraag te maken en zich tot taak te stellen
de aanneming vroeg in het aanstaande jaar door te
zetten.
Minister Childers stelde voor, om tot dekking van
het tekortdat door het nader krediet van 2 miljoen
zal ontstaan de inkomstenbelasting voor het loopende
dienstjaar van 5 op 6 pence te verhoogen, welk voor
stel zonder stemming goedgekeurd word.
PRANKRIJK. Het aantal sterfgevallen aan cholera
bedroeg te Parijs in de laatste dagen 56, 72 en 44.
VEREENIGDE STATEN. Volgens de officieele
telling heelt Cleveland in den staat Nieuw-York eene
meerderheid van 1078 stemmen zoodat zijne verkiezing
zeker is. Blaine berust in de nederlaag.
EGYPTE. Het tegen de regeering door de beheer
ders van de kas der schuld ingestelde rechtsgeding
is tot den 25 verdaagd. De advokaat der regeering
vroeg 4 weken uitstelop grond dat in dien tijd eene
regeling der egyptische geldmiddelen vermoedelijk tot
stand zou zijn gekomen.
Generaal Wolseley heeft den 16 des avonds eenen
brief van generaal Gordon ontvangen waarin deze ten
hoogste de schipbreuk van de door hem herwaarts ge
zonden stoomboot en den op de opvarenden Stewart,
Power, Herlein en dertig anderen gepleegden moord
betreurt. Met vreugde vernam hij het voorwaarts rukken
der engelsche troepen en hoopte zich tot hunne aan
komst te bunnen Btaunde houden. Hij ging voort met
zijne stoombooten de troepen van den valschen profeet,
die Khartoem trachtten te naderen, te bestoken.
7)
Nauwelijks had hij uitgesproken of mevrouw Meu-
bring vergezeld van Elvira, beiden in wandeltoilet,
traden de kamer binnen. Zij had de buitendeur met
haren eigen sleutel geopend zoodat zelfs Mina door
beider komst verrast werd. Zonder twijfel zou het geene
aangename verrassing zijn want het dreigend onweder
moest onvermijdelijk losbarstenen dat de eerste blik
semstraal haar arm onschuldig hoofd zou treffen, was
zoo zeker als iets.
Verbaasd bleven de dames staan toen zij in Otto's
geopende kamer den vreemden heer gewaar werden.
De niet weinig van zijn stuk gebrachte schoonzoon
haastte zich in de hoop van het gevaar te bezweren
om moeder Meubring de heugelijke tijding van de aan
komst van zijnen geliefden eenigen broeder uit Aus
tralië mede te deelen. Deze trad nu ook nader en
begroette de beide dames eenigzins stijf en terughou
dend terwijl Mina het geschikte oogenblik gekomen
achtte, om zich aan alle eventueele onaangenaamheden
te onttrekken. Maar bij de deur hield tante's vleezige
hand haar krachtig terug.
„Wacht even jongejuffrouwgij moet mij nog eerst
ophelderen hoe die vreemde heer daar in Otto's kamer
gekomen is.!'
Ottowiens dichterlijke fantaisie hem in dit critieke
oogenblik niet in den steek lietgaf zijne vrouw een
wenk van verstandhouding en riep vroolijk
„U moet de deur niet goed gesloten hebben, mama;
bij vergissing hebt u den sleutel uit het slot getrokken
zonder het om te draaien."
Maar de ronde Australiër bleek geen vriend van
dergelijke armzalige leugens te zijn. Ten minste hij riep
vrij ruw
„Ach wat een laffe onzin Hoor eens mevrouw
ik heb de deur met een mijner sleutels opengemaakt",
en tegelijkertijd hief hij de sleutelbos rammelend voor
de meer en meer onheilspellend lichtende oogen der
zachtzinnige huismoeder.
„Gij bracht ze in de uiterste verbazing uit.
„Yesik. Waarom hadt gij mijnen broeder ook
opgesloten 1"
„Mijnheer Als vreemdeling
„Ik ben Otto's broeder, die hier toch te huis is. Of
heb ik het mis?"
„Maar dat is geweld mijnheer 1" klonk het thans
dreigend van mevrouw Meubring's lippen. „Dat is in
braak in mijn huis, in mijn huis, verstaat gij
„Uw huis? O ja, dat begrijp ik zeer goed. Gij speelt
er eenvoudig de gevangenbewaarster over uwen schoon
zoon."
„Wat? Dat zegt gij mij in mijn eigen huis! Gij
vermeet u Met valsche sleutels opent gij mijne
kamers
„Bedenk toch lieve mama", aldus trachtte de be
angstigde Otto haar tot bedaren te brengen „hij is
mijn broeder Hij heeft mij in zoo langen tijd niet
gezien. „Lieve Elvira", smeekte hij zijne vrouw, „help
mij toch om
Maar Elvira wachtte zich wel een woord tot iemands
verdediging te uiten. Ook zou het vergeefsche moeite
zijn geweest om het uitbreken van den geweldigen
storm die in mevrouw's borst broeidenog te voor
komen. Hare verbittering over de brutale manier,
waarop haar die blauwjas had toegesproken en thans
met zijne doordringende oogen mat van 't hoofd tot
de voeten, was al te groot. Zij zag in den indringer
eenen vijand een revolutionair, die haren schoonzoon
verleiden wilde. De woede verstikte bijna hare stem.
Maar die vlegel zou er voor boeten zij zou hem too-
nen dat zij niet bang voor hem was.
„Je broeder stootte zij met moeite uit bloedrood
van kwaadaardigheid. „Een mooi heerdie hier in-
STATEN-GENERAAL.
Maandag 17 November.
De heer van Eysinga voorzitter der le Kamer,
opentnadat de leden der beide Kamers zich in de
vergaderzaal der Tweede Kamer vereenigd hadden
tegen half één de vergadering en laat het kon. besluit
van den 11 voorlezen, houdende zijne benoeming tot
Voorzitter der Eerste Kamer zoodat hij ook Voorzit
ter is van de Vereenigde Zitting.
De Voorzitter benoemt eene commissie van 18 leden,
om den Koning te ontvangen.
De ministersde kanselier der beide Orden en de
leden van den Raad van State verschijnen te één uur
in de vergaderzaal.
De Koning, gekleed in admiraals-uniform, die zich
volgens het vastgestelde programma naar het gebouw
begeven had, sprak de volgende openingsrede uit
Mijne Heeren
„Het is mij hoogst aangenaam de vertegenwoordi
gers van het Nederlandsche volk weder om mijn troon
vergaderd te zien.
breekt als een dief en mij uitscheldt als een straat
jongen Een avonturier is by, een landlooper, een
„Mama smeekte Otto.
„Zwijg kwajongen of ik
„Ja, mijn jongen, hou je mond", riep Albrecht hem
met onverstoorbare vroolijkheid toe. „Jij hebt hier toch
niets te zeggen, dat heb ik reeds lang gemerkt. Laat
mij maar begaan ik zal 't alleen wel klaar spelen met
die draak."
„Draak?" schreeuwde mama, en hare dochter sloeg
van namelooze angst de handen ineen.
„Ja zeker, draak, en een echte ook! Hoe komt
het u in de hersens om iemand de vrijheid te benemen!
In zijne eigen woning hebt gij mijnen broeder gevan
gen gezet. AU right Hij is een ezel, dat hij zich zoo iets
laat welgevallen. Maar het zal niet meer gebeuren, ik
duld het niet. AchOttohet werd hoog tijd dac
ik je de ketenen afnam waaraan die oude berenleidster
je naar hare luimen rondvoerde. Nu ik zal haar wel
klein krijgen
„Genoeggenoegraasde de fel getergde vrouw.
„Daar heeft de timmerman het gat van de deur gelaten.
En gij beet zij woedend de arme Mina toe, „waarom
hebt gij dien vreemden kerel binnengelaten
„Ik kan toch Otto's broeder de deur niet voor de
neus dicht doen"klonk het bijna trotsch uit den
mond van het aardige zwartje.
„Gij hebt het toch rustig aangezien dat hij de deur
openbrak
„Wat kan ik doen tegen zoo'n man?"
„Bestaat er dan geen politie Hadt gij den majoor
niet van boven kunnen roepen? O, domme gans 1 Ge
kunt niet eens behoorlijk op het huis passen i"
En kletsklets klonk het op Mina's wangen.
Woest sprong de Australiër tusschen beiden.
„Waarom slaat gij dat lieve meisje Razende furie!"
Medelijdend zag hij het arme kind aan dat meer
uit schaamte dan tengevolge der onzachte aanraking
met tante's hand rood werd tot de slapen. Zij weende