I laten was en in brand stond. Zij bezetten de verlaten stellingen en maakten zich meester van eene groote hoeveelheid wapenen, krijgsvoorraad en rijst. De verliezen der Chineezen waren zeer aanzienlijk zij trokken naar de grenzen terug. STATEN-GENERAAL. Tweede Kamer. De afdeelingen onderzochten den 17 o. a. de overeen komst met Duitschland betrekkelijk het auteursrecht en de regeling der staatsloterij. Tot rapporteurs over eerstgenoemd wetsontwerp werden benoemd de heeren RoëllHuberBorgesius Cremers en de Geer. De wijzigingen in de strafvordering werden den 18 onderzocht. Zitting van den 18 Februari. Algemeene beraadslaging over de staatsbegrooting voor 1885. De heer Oldenkuis Gratama komt op tegen het voor nemen der regeering, om de gewijzigde kiestabel in te dienen, ^eywjj. ZÜ vroe£er steeds grondwetsherziening het meest nood- zakelijk achtte. Waarom van standpunt veranderd Omdat de meerderheid verplaatst is Waarom niet veeleer de porte feuilles overgegeven Later zal hierop worden teruggekomen maar hij kon er niet van zwijgen, want, waar het hart vol van isloopt de mond van over. Ten tweede keurt hij af de wei gering der rechtspersoonlijkheid aan den Sociaal-Democratischen Bond. Men maakt op die wijze martelaars. Er wordt altijd geklaagd over gebrek aan belangstelling in de zaken en nu deze zich toontfnuikt men ze. Behoudens onmogelijke en onvoegzame eischen, heeft die Bond zijne volledige instemming. Ieder eerlijk man moet wenschen gelijkheid van rechten. Toen mr. Modderman het //herzie u zelf" uitsprak, heeft hij reeds op de wenschelijkheid gewezen van gelijk reeht. Vooral in ons land waar de vrijheid inheemsch ismoet men niemand be letselen in den weg leggen. Het is verkeerd, eene vereeniging tegen te gaan, die voor hare denkbeelden aanhangers tracht te winnen zoo licht ontstaat het denkbeeld, dat men die pogingen vreesteerst dan als men feitelijkheden vreest of moet fnuiken, kan de staatsmacht tusschen beide komen. Het socialisme kan en mag niet worden doodgezwegen. Het is een onderdeel der denkbeelden, in onzen tijd ingeweven. Men moet er reke ning mee houden. Hij zou wel wenschendat ze als in Duitsch land leden der Kamer waren. Dat hunne denkbeelden strijden tegen de gewone aangenomen denkbeelden beteekent niets Is dat niet geoorloofd Gebeurt het dan in de Kamer niet Hij bestrijdt daarna den rechtsgrond der weigering. De re geering heeft buiten de statuten om geweigerdterwijl zij alleen uit de statuten mocht oordeelen. Terecht zeide de N. liott. Ct., dat de regeering den toetsteen verward heeft met hetgeen getoetst moest worden. Alle groote bladen hebben dan ook bij het vernemen de weigering gemoedelijke artikelen daar- tegen geplaatst. Hij merkt opdat de fransche omwenteling door groote dwaasheden is verhaast. Onze Nederlandsche socia listen zijn geen oproermakers of dynamieters gij speeltzeide hij tot de regeering, met vuur; gij hebt de vonk niet uitge doofd maar aangeblazen. De heer de Jong verwondert zichdat er zoo weinig lust is tot het voeren van algemeene beraadslagingen. Hij heeft behoefte om te sprekenom licht te verkrijgen in de duisternis. De Kamer is om. Dit was reeds lang te voorzien; de liberalen waren verdeeld sedert langen godsdienst en beurs zijn zeer geschiktom de kiezers op te winden. De meerderheid is om, maar de vereende partijendie de meerderheid verkregen hebben na de overwinning bezuiniging tot leuze gekozen. Hij wenscht ook bezuiniging, maar de ondervinding heeft geleerd, dat deze regeering alleen door verhooging van belastingen het evenwicht denkt te kunnen herstellen. Aangenomendat op de begrooting millioen door amendementen is te bezuinigen, dan geeft dit nog weinig. Om goed te kunnen bezuinigen moet men regeering zijn en hij had gedacht, dat de overzijde de regeeringstaak op zich had genomen. Dezerzijds zal men winst is het, naar mijne meening, die een fatsoenlijk man aan bet spel doet deelnemen doch de naar ver strooiing zoolang men het nu slechts als een on schuldig middel tot tijdverdrijf beschouwt kan het ook niet schadelijk op het karakter werken." „Ik wil er niet met je over kwisten wij zouden het toch niet eens worden. In 't algemeen geef ik Menken echter gelijk in zijne pessimistische beschouwing over het speldat bij het hasard iedere speler iedere door den goudduivel wordt aangegrepen en dus slechts uit winzucht speeltZiezoo beste Blankner, ruim nu s.v.p. eens even de laatste goudstukken van mijn bed ik zal je het genoegen doen om op te staan. Wilt gij mijn „lever" bijwonen dan is bet mij goed anders staat het atelier en mijn zoogenaamde salon tot je beschikking." Blankner koos het laatste en ging met de tamelijk ironisch klinkende opmerking dat hij de laatste mees terstukken van Waldau eens zou gaan beziennaar het atelier. Intus8cben stond Elimar op. Hij voelde zich nog zeer uitgeputzoodat zelfs het ijskoude water en de vloed van eau de cologne, die hij over zijn hoofd uit goot hem toch nog niet geheel opfrischten. Daarbij was hij ontstemdals altijd na eenen feestelijk door- gebrachten nachtontevredener dan ooit met zich zelf en de geheele wereld. De afgeloopen nacht scheen hem ofschoon het in werkelijkheid niet eens zoo erg geweest was eene woeste orgie te zijn geweest; hij vervloekte zijne kinderlijke toegevendheiddie het hem steeds onmogelijk maaktehet wel honderdmaal opgevatte plan om solide te worden ten uitvoer te brengen. Doch waren zijne toegevendheid en de hem eigene lichtzinnigheid de eenige redenenwaarom hij zoo doelloos voortleefde? „Neen", riep het in zijn binnenste, „het zou anders zijnwanneer niet eene pijnigende on zekerheid mijn binnenste verteerde wanneer ik zeker wist hoe mijne toekomst zou zijn 1 Het is de tweespalt in mijne borst, die mij tot al die jongensachtige streken aandrijft en een krachtig besluit nooit tot rijpheid laat komen. Hoe kinderachtighoe laf van mijdat ik niet in staat ben mijn eigen weg te gaan Meent Menken het werkelijk zoo goed met mij terwijl hij mij juist in deze aangelegenheid die op geheel mijn volgend leven zulk eenen overwegenden invloed moet uitoefe nen het tegendeel raadt van hetgeen mijn hart mij zegt En ben ik verplicht naar hem te luisteren wanneer mijn hart spreekt Neenneendat zal anders wordendat moet anders worden Wordt vervolgd. gaarne tot bezuiniging willen meewerken. Wordt de begrooting met eenige bezuiniging aangenomen, dan zit minister Heemskerk weer vast. Hij vraagtheeft de meerderheid of de regeering ernstig gedacht aan het aanwijzen der middelen om de noodige uitgaven te dekken Zoo nietdan kan hij niet vóór de be grooting stemmen. Voor hem is de dubbeltjeszaak hoofdzaak; anders gaan onze geldmiddelen ten gronde. Zoolang die niet zijn geregeld, verbiedt zijn geweten hem, voor een begrooting te stemmen. De heer Savornin Lohman wijst er opdat de uit gaven tooh moeten gedaan worden, onverschillig hoe daarin moet worden voorzien. Wat de bezuiniging betreft, op de me dewerking der liberalen rekent hij daarbij niet veel. Hij wil echter de algemeene staatkunde bespreken. Er heerscht groote politieke malaise. De deelneming des volks aan de leiding der zaken is verlamd en verlammend. De staatsmachine staat op het doode punt voor equilibristen moge dit gewensoht zijn van de regeering verwacht hijdat zij de staatsmachine niet zal willen laten stilstaan. Daarom verwacht hij van haar spoe dig voorstellen tot grondwetsherziening. De Kamer verlangt naar grondwetsherziening. Elke ingrijpende maatregel van wet- gevenden aard moest uitblijven met 't oog op de bestaande grondwet. Met het bestaande kiezerspersoneel is geen grond wetsherziening mogelijk; het is te veel afgeleefd voor zulke een inspanning. Komt men dus niet tot censusverlaging, dan zal men na lange besprekingen over grondwetsherziening'niets verkrijgen. Gesteld, deze kamer nam haar aan, dan zal een nieuw kiezerspersoneel komen, dat weer zal alkeuren de <redane herziening en nieuwe noodig achten. Het staat vrij wel vast dat het kiesrecht sterker moet worden uitgebreid dan de grond wet toelaatdit is vrij wel het algemeen gevoelen. Waar dit vaststaat, moet men zeker verlangen, dat allen stem recht verkrijgen, die het binnen de grondwettige perken kun nen verkrijgen. Hij vestigt er de aandacht opdat de verte genwoordiging steeds die uitbreiding van stemrecht tegen hield. Had de souverein dit gedaan, men zou van tvrannie gewagen maar het volk blijft uitbreiding eischen, en als de vertegen woordiging dit blijft tegenhouden, dan zal het volk dit trach ten te verkrijgen, ondanks de Kamers. Men moet ook streven naar betere districtsindeelingde kiestabels zijn, om staatkundige winsten te behalenonrechtvaardig saamgesteld. Waar wij nu toch moeten stervenlaten wij dan ten minste rechtvaardigheid betrachten ten aanzien dier indeeling. Volgt men een eerlijken openhartigen weg, dan zal die staalkunde algemeen op prijs worden gesteld. Welke zal de uitkomst zijn van districtsindee ling en censusverlaging Hij weet het nietwellicht zal de indeeling ons ten goede komen, maar zeker is het niet en bij censusverlaging kunnen wellicht de liberalen winnen met het oog op de groote steden. Die uitkomst is hem onverschillig maar het recht zal dan zegevieren en de staat kundige strijd niet meer verbitterd worden door onderling ver wijt van onrecht, te handhaven om de macht te behouden. En wie weet, als een betere indeeling verkregen was, of onzerzijds dan met zou moeten worden losgelaten de eischgeen grond wetsherziening, zonder herziening van artikel 194 der grondwet! Eerst dus de nieuwe kieswet, met bepaling, dat zij in werking trede bij de eerste periodieke verkiezing in 1886, of Kameront binding. De nieuwe Kamers hebben dan alleen over Grond wetsherziening te oordeelen. Bij gelijkheid der partijen kan een rechtvaardige tabel nu meer dan ooit verwacht worden Hij rekent op de medewerking der Kamermaar in elk geval ook hier ligt in ons isolement onze kracht; wij staan op den bodem des rechts, als wij grondwetsherziening eischen, tot stand Ge bracht door het kiezerspersoneel, dat de grondwet toelaat°en dat wij niet wezen kunnen. De heer Borgesius komt krachtig op tegen den eisch om de grondwetsherziening uit te stellen en hooptdat de regeering niet zal voldoen aan den aandrang tot censusverlaging en zelfs, dat zij zal terugkomen van haar pogen om de kiestabel te herzien. Mocht de regeering dit niet doen, dan zou het overweging verdienen bij stemming te doen uitmakenof de verandering van standpunt der regeering is goed te keuren of niet. De minister van binnen 1. zaken zal over de wei gering der rechtspersoonlijkheid aan den sociaal-demoeratischen bond niet spreken; hij laat dit aanzijn ambtgenoot van justitie over, maar constateert met genoegen, dat de Senaat der Ver. Staten heeft uitgesproken afschuw en verontwaardiging over den gruwelijken aanslagin de hoofdstad van een der eSropeesche rijken gepleegd. Wat de grondwetsherziening betreft, de regeering beschouwt haar nog steeds als een even gewichtige als dringende zaak en houdt zich voortdurend met de voorbereiding bezig. Het zou tot mets leiden, te bespreken, welke de voorbereidend^ werkzaam heden waren of tot welk onderdeel de voorstellen zijn gekomen Hij kan alleen verzekeren, dat het hem leed doet dat zij no" met zijn ingediend maar dat dit spoedig zal geschieden. Geen Gogenblik is of wordt in de voorbereiding vertraagd. Er is gesproken over het al dan niet aanblijven dezer regeering. De Kamer heeft de macht uit te spreken, wie optreden moet maar dit moet hij uitdrukkelijk verklaren, dat wil men de baan' waarop deze regeering werktsluitenmen dit niet kan doen onder voorgeven, dat zij geen bezuiniging wenscht. De eisch van bezuiniging is juist door haar gesteld en terstond heeft zij gezegddat dit doel onmogelijk dadelijk kon worden bereikt met denkelijk zelfs in 1885 of eerst in 1886. Welnu op de tweede begrooting was reeds li millioen bezuinigd. Overigens wil men, dat de regeering haar mandaat in handen des Komngs stellezij is er toe bereid. Wat de kiestabel betreft, toen de grondwetsherziening nog niet zoover gereed was, vreesde de regeering, dat men een onbe- paalde verschuiving daarvan zou zien in het vooropstellen van herziening der kiestabel. Maar sedert is de Kamer veranderd en de voorstellen tot grondwetsherziening veel verder gevorderd en nu is er veel voor te zeggen, de tabelherziening gelijktijdig aanhangig te maken. De bedoeling is volstrekt niet eene staatkun dige herzieningdus eene staatkundige partijdige herziening. Enkele plaatsen hebben op zich zelf reeds aanspraak op één lid meer door de vermeerdering der bevolking, en overigens heeft er verschuiving op de kaart plaats. De herziening der tabel is een vraag eenvoudig van opportuniteit, iets anders zou zijn een wijziging van het kiesrechtdaarvoor ziet bij geen reden. De min. vanjustitie, den heer Gratama beantwoordende, wijst er opdat het woord des ministers Modderman//Help u zelfop schier elke vergadering der sociaal-democraten wordt uitgesproken en aangehaaldom de goedgeloovige werklieden in den waan te brengendat die staatsman erkendedat hun onrecht werd gedaan. Ingenomenheid voor de sociaal-democraten heelt hij niet; hij kan er niet aan meewerken, den Koning bondgenoot te maken van hen, die zijn gezag en het gezag der wet in Nederland willen omverwerpen. Terwijl men zich beroept op Christus en den bijbel en in de zaal' van Walhalla (het vereenigingslokaal dier leden te 's Gravenhage), verkondigt, dat Jezus de Nazarener hun hooid is, kan hij den Koning niet laten medewerken aan de vestiging van zulk een Bond, niet uit vreesmaar omdat hij het onstaatkundig acht een dergelijke vereeniging de hand te reiken. Hij handhaaft ove rigens de schriftelijk aangevoerde redengn voor de weigering vooral om de bepalingvoorkomende in de statutendat allé middelen aangewend mogen worden om het doel te bereiken. De heer Gratama komt er tegen op, dat de minister kan meenen, dat hij het besluit, in de Vereenigde Staten genomen met zou beamen. De m i nist er van binnen 1. zaken verzekert daaraan met getwijfeld te hebben. De heer Borgesius stelt als motie voor„De Kamer in overeenstemming met de meermalen door de regeering uitge sproken meenmg van oordeeldat voorstellen tot grondwets herziening zoo spoedig mogelijk moeten worden in behandeling genomen en afgedaan, en dat inmiddels geene wijziging van het kiesrecht of van de kiestabel behoort te worden in overwegins genomen, gaat over tot de orde van den dag." De Voorzitter stelt voor, deze motie te doen drukken en den dag der beraadslaging daarover later te bepalen. De heer van der Kaay heeft bezwaar tegen uitstelde motie behoort bij de algemeene beraadslaging. 0 0 r z 11e r zegt, dat zijne bedoeling, is de motie te behandelen bij de algemeene beraadslagingmaar ze eerst te laten drukken. De heer Van Houten bestrijdt de weigering der rechts persoonlijkheid aan den sociaal-democratischen öond. Hij wijst op de groote macht, die de wet op de vereenigingen aan de reeeerine heeft gegeven om rechtspersoonlijkheid te kunnen weigeren en meent, dat zij zich daardoor heeft laten verleiden tot weigeringzon der voldoenden grond. De minister Heemskerk heeft herinnerd aan het geweld door de sociaal-democraten in andere landen gepleegd. Zonder dit te verdedigen wijst hij er tot verzachting op dat zij, die van dit middel gebruik makendit geleerd hebben van conser vatieven en clericalen, die altoos met geweld leeringen hebben onderdrukt. Spreekt men van het gevaarlijke der stellingen van de sociaal-democratendan is dit een subjectieve opvatting. Hij bijv. acht de propaganda voor Encycliek en Syllabus veel ge vaarlijker, dan de leerwijze der sociaal-democraten; ware hij dus minister van justitiedan zou hij op dezelfde gronden rechts persoonlijkheid moeten onthouden aan vereenigingendie be doelde propaganda voorstaan. Het stelsel der regeering leidt tot misbruik van maeht door een tijdelijk regeeringspersoon, Hij keurt dit sterk af en noemt de oppositie tegen eene bewe ging in den lande met zulke zwakke middelen als weigering der rechtspersoonlijkheid gevoerd, zwak en inconsequent. Het doel bereikt men er tooh niet mede. Wat zal het gevolg zijn Dat het Walhalla niet op naam van vereenigingen, maar op dien van Domela Nieuwenhuis of anderen wordt ge kocht. Het eenige, wat men door die weigering verwerven zal, is verwarring in de burgerrechtelijke gevolgen, die de aanvrage bedoelde. Door den minister van justitie is gewezen op de on mogelijkheid om voor zulk een bond de koüihklijke goed- SLlnS f-e vragen. Daarointrent zal hij straks een voorstel doen. Wel moet eene socialistische vereeniging een zeer onschuldig karakter hebbenals het zich tooit met de koninklijke goed keuring. En welk motief van weigering gelegen zou zijn in het aanwezig zijn van een portret van Jezus Christus met op schrift: //hoofd der sociaal-democraten" in Walhalla, kan hij niet vatten. Hij wil geen bespreking openen over het christen dom en het communisme der eerste christengemeente, maar door J ezus te noemen hoofd der democratenacht hij de sociaal- democraten meer in hun rechtdan indien ze Jezus Christus als hooid der aristocraten betitelden. Hij wijst vervolgens op de mogelijkheid, om de sociaal-democraten te gaan bestrijden in hun eigen lokaal. Bestrijding en beteugeling van denkbeelden, omdat men daarmede niet instemtis altoos nadeelighij be roept zich op de jongste brochure van Schaffle, die thans eerst zijn bestrijding der sociaal-democratie kon doen verschij nen omdat men zes jaar geleden een ander werk van hem had verbodenop grond van de socialistische strekking er van. De regeering schijnt te meenen, dat elke vereeniging het bestaande staatsrecht moet eerbiedigen. Dit is onjuist. Wanneer eene vereeniging den republikeinschen staatsvorm wil bevorderen, is zij geoorloofd; natuurlijk is het verkrijgen van dien staats vorm niet anders geoorloofd dan langs den staatsrechterlijken geoorloofden weg. Hij keurt dus de weigering der rechtspersoonlijkheid af, al ontkent hij niet de bevoegdheid der regeering daartoe. De zitting wordt verdaagd tot den 20 11 uurwanneer tevens de motie-B orgesius aan de orde is. De proefvisscherij met den moordkuil, die den 10 11 en 13 plaats had op last van het College voor de Zeevisscherijen door een Volendammer spanbotter, be hoorlijk onder toezicht van iemand die in deze zaak juist tegenover de Volendammers staatheeft de volgende voorde Volendammers gunstige uitkomst opgeleverdop den 10 werd gedurende 3% uur 134% P. visch gevan gen waaronder 4% P. onder de maat. Hen 11 werd gedurende 5 uren 225 P. met 7% P. ondermaatsvisch boven water gehaald, terwijl den 13 eveneens gedurende 5 uren 900P. met 15% P. ondermaatsvisch gevangen werd. De visch bracht f 85,40 op. De verhouding der kleine tot de grootere visch staat dus als van 1 tot 45. Om beter te doen uitkomen, dat het verbod om met den wonderkuil te visschen voor de Volendammers een on dergang is wordt medegedeeld, dat de regeering toege staan heeft om met den kwakkuildie ook verboden was, te mogen visschen. In vier dagen tijds werd hier mede het hoogste, f 17, het minste f 4, verdiend. Eene week later was die opbrengst nog veel geringer en waren er zelfs vele bottersdie niets vingen en alzoo niets verdienden. Door een gebrek aan de machine op het station Avenhorn is den 15 de treindie te 8.21 des voor middags uit Hoorn vertrok ongeveer 1% uur te laat te Amsterdam aangekomen. De gemeenteraad van Koedijk heeft den 16 eer vol ontslag verleend aan mej. T. L. Wybinga als on derwijzeres aan den openbare school aldaar, met in gang van 1 Maart a s. De gemeenteraad van Zwolle heeft den 16 na de mededeeling dat er geene genoegzame geneigdheid bestond om aandeelen te nemen in het benoodigde ka pitaal voor den aanleg van een tramweg ZwolleKa- terveermet bad- en zweminrichting in den IJsel waarin de gemeente voor f 3000 aandeelen nam cn dat dientengevolge nu alleen die tramweg zou worden gemaakt, besloten daarin voor f 3000 aandeel te nemen. Ie Nijmegen werd den 16 onder de personen, die op straat het Carnaval vierden door de politie een persoon herkend die nog eenige dagen gevangenisstraf moest ondergaan. In zijn maskerade-pak als generaal met steek en epauletten werd hij naar de gevangenis gebracht. Het bestuur der IJsel-stoomtramwegmaatschappij te s Gravenhage beeft den 17 aanbesteed het gereed maken der baan het leggen der sporen en wissels met de daarmede in verband staande werken benevens het on derhoud daarvan voor de sectie Voorburgden Haag. Laagste inschrijver was de heer W. G.°Mansveld te Wassenaar voor f 55900. Den 17 des avonds is te Helder een stoker bij de kon. Nederl. marinedie zijne in het water ge waaide pet wilde halen uit het kanaaldaarin gevallen ea verdronken. Den 17 is in de Vrije gemeente te Amsterdam een voorstelom het onlangs genomen besluit der ver eeniging dat het lidmaatschap dier gemeente onver- eenigbaar zou zijn met dat van eenig kerkgenootschap, als niet genomen te beschouwenaangenomen met 96

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1885 | | pagina 2