No. 49.
Zeven en tachtigste Jaargang.
1885.
VRIJDAG
2lx APRIL.
ONZICHTBARE HANDEN.
Prijs der gewone Advertentiën
(©fïiciëel (Bcbecltc.
&uiteulauZ>.
FEUÏLLBTOKT.
UklIAAIISCIII; COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Sluis aan de Zes Wielen.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennisdat de doorvaart door de Sluis
aan de Zes Wielenten gevolge van noodzakelijke herstellingen
aan de sluisdeurengedurende ten hoogste veertien werkdagen,
ingaande 5 Mei 1885, gesloten zal zijn.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar. A. MACLAINE PONT.
21 April 1885. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennisdat zij in hunne op heden
gehouden vergadering ingewilligd hebben het verzoek van
B. J. STADEGAARD, goud- en zilversmid alhier, om ver
gunning tot het oprichten van eene goud- en zilversmidswerk
plaats in het perceel aan de zuidzijde van de Laat, Wijk A,
Nr. 104.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
21 April 1885. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
KENNISGEVING.
Het HOOED van het Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR
brengt, op grond van art. 1 der wet van 22 Mei 1845 (Staats
blad n°. 22) bij deze ter kennis van de ingezetenen der ge
meente, dat het kohier voor de belasting op het Personeel
No. 8, dienstjaar 1884/85 op 20 April 1885 door den
Provincialen Inspecteur der directe belastingen in Noord
holland executoir verklaardheden aan den Ontvanger der
Rijks directe belastingen binnen deze gemeente ter invorde
ring is overgegeven.
leder belanghebbende wordt vermaand, op de voldoening
van zijnen aanslag acht te geven, ter voorkoming van gerech
telijke vervolging.
Alkmaar, Het Hoofd van het Bestuur voorn.,
22 April 1885. A. MACLAINE PONT.
BELGIE. Den 21 is het wetsontwerp ingediend
strekkende om den Koning te machtigen, als het hoofd
van den Congo-Vrijstraat op te treden. De minister
president las eene mededeeling des Konings aan den
ministerraad voor, waarin Z. M. verklaardedat de be
tuigingen van instemming door de Kamers en tal van
gemeenteraden in zake bet werk aan den Congo en de
stichting van den nieuwen Staat, aan hem gericht, voor
hem een aanmoediging waren, om met zijne taak voort
te gaan. Hij had daarom den ministers opgedragen
de vereischte toestemming der Kamers te vragen om
op te treden als souverein van den nieuwen Staat,
welke, onafhankelijk, evenas Belgie zich zou verheu
gen in de weldaden eener onzijdigverklaring.
De Congo-Staafc zal zijne eigene inkomsten hebben
de verdediging en de politie zullen worden toever
trouwd aan afrikaansche troepen onder bevel van
europeesche vrijwilligers De band met Belgie blijft van
geheel persoonlijken aard zonder eenige lasten voof
Belgie. Aan het belgiscbe volk zal de Staat een uit
gebreid arbeidsveld opleveren. De Koning vertrouwt
zulks en herinnertdat Beigie's welzijn bet doel is
geweest van zijn gansche leven.
De regeering instemmende met 's Konings wensch,
verklaarde de gevraagde maebtiging aan te merken als
een gevolg van de waardeering van 's Konings werk
door de Kamers. Het was er niet om te doenin
A'ika de belgische vlag te hijschen doch Belgie kon
partij trekken van deze koloniale schepping. De Ko
ning had zicb door daartoe de eerste stappen te doen
en haar tot stand te brengen eenea keer te meer
verdienstelijk gemaakt jegens het land.
Het ontwerp luidt
De Kamer van Volksvertegenwoordigers gezien
art. 62 der Grondwet besluit
De Koning wordt gemachtigd om het hoofd te zijn
van den door de Internationale Vereeniging voor den
Congo in Afrika gestichten Staat. De band tusschen
Belgie en den nieuwen Congo-Staat is uitsluitend per
soonlijk.
Het ontwerp werd naar de afdeelingen verzonden
welke den 22 vergaderden.
DUITSCHLAND. De te Berlijn en Koningsbergen
gevestigde firma Bernstein is failliet verklaard. Twee leden
der firma maakten zich van kant en de derde vluchtte.
K ij k s d a g. Den 20 is niettegenstaande de felle
bestrijding der linkerzijde, het voorstel om het invoer
recht op paaiden te verdubbelen en op f 12 te brengen,
met 126 tegen 94 stemmen aangenomen. Dat op
rundvee is, na niet minder fel bestreden te zijn o.a.
door de sociaal-demokraten op grond dat het gebruik
van vleesch door de laagste klassen dan nog meer
verminderen zou, mede verhoogd en gebracht op 5,40
voor stieren en koeien f 18 voor ossen f 3,60 voor
jong vee tot 2% jaar en 1,80 voor kalveren beneden
6 weken. Den 21 is met 133 tegeu 106 st. dat voor
varkens tot f 3.60 en voor speenvarkens tot 0.60 ver
hoogd. Op vleesch versch of in bussen bouillon enz.
zal f 12 per 100 p. geheven worden.
ENGELAND. De ministerraad behandelde den 21
het antwoord van generaal Lumsden van den 17 op
de beweringen van generaal Komarofï betreffende het
gebeurde aan de afgbaansche grenzen. Generaal Lums
den wijst op de gematigdheid en het geduld der Af
ghanen, gedurende twee "maanden van onophoudelijke
uittarting. Toen de russische troepen den 30 Maart
voorwaarts rnkten waren de Afghanen wel genoodzaakt
zich te verdedigen. Ten slotte komt hij nadrukkelijk
op tegen de beweringdat engelsche officieren den
Afghanen zouden hebben aangeraden zich niet terug
te trekken toen generaal Komaroff dit van hen eischte.
Hoogerh uis. De min, van buitenl. zaken gaf
den 21 te kennen, dat het krediet, door de regeering
gevraagd, 132 000.000 belooptwaarvan f 54.000.000
voor Soedan en het overige voor algemeene toebereid
selen niet met Soedan in verband staande.
De kredietaanvrage voor Soedan omvatte geenszins
de gelden voor toekomstige offensieve operation aldaar,
of voor bet spoedig oprukken naar Khartoem. Do staat
kunde der regeering betreffende de verdediging van
Egypte had geene verandering oudergaan. De voort
zetting van den Soeakim-spoorweg zou met het staken
der actieve ondernemingen aan den Nijl geschorst worden;
doch de Britsch-Indische troepen hadden Soeakim en
eenige punten in de nabijheid bezettotdat andere
schikkingen getroffen zouden zijn. De in Soedan be
schikbaar komende troepen zouden voor een andereu
dienst gebruikt kunnen worden maar de aanzienlijke
versterkingen in Indie vereischt konden in Engeland
worden gevonden. Afgescheiden daarvan vormen de
in Soedan en Egypte vrij wordende strijdkrachten de
reserve.
De vurige wensch der regeering was dat de betrek
kingen met alle mogendheden van vriendschappeiijken
aard bleven, De vermeerdering der militaire en mari
tieme strijdkrachten deed niets af aan het verlangen
om alle geschillen met andere landen op vredelievende
wijze te regelen.
Lagerhuis. Op verzoek van minister Gladstone
werd de beraadslaging over de krediet aanvrage tot
den 27 verdaagd. Het indienen der begrooting zal
den 30 geschieden Er was geen bericht ontvangen
dat Oostenrijk Duitschland of Frankrijk aan de Porte
den raad hadden gegeven om de Dardanellen te sluiten.
Het gerucht over onderhandelingen met Turkije be
treffende de bezetting van Egypte met Turksche troepen,
was ongegrond.
Eene den 21 ontvangen dépêche van sir Peter Lums
den week belangrijk af van Komaroff's verslag over
het gebeurde bij Pendjeh.
De artikelsgewijze beraadslaging over het wetsontwerp
betreff nde de nieuwe verdeeling der kiesdistricten werd
ten eiude gebracht.
FRANKRIJK. Voor eenige dagen werd zekere
mevr. Cornet in haar woning waar zij a'leen met een
vrouwelijke dienstbode en een knecht huisde, vermoord
gevonden. Den dag van den moord had zij, op aanbe
veling van een „dienstkantoor", een andere knecht
aangenomen dia zich een zwart pak had moeten aan
schaffen waardoor de politie op het spoor van den moor
denaar kwam. De beschrijving, door dediens'bode van
den knecht gegeven kwam geheel overeen met die
van een persoon bij de politie reeds lang bekend als
een gevaarlijk misdadiger die er zijn werk van maakte,
zich met valscbe papieren als bediende te verhuren en
dan zijn meester te bestelen. Hij was daarvoor reeds
vroeger veroordeeld, kort geleden bij verstek. De politie,
onderstellende dat hij het zwarte pak in een uitdragers
winkel van den Temple zou hebben gekocht, deed daar
onderzoek en inderdaad bleek de manop wien hef:
signalement paste daar den dag van den moord een
pak gekocht te hebben. De uitdraagster kon mededeelen
dat hij zich naar Compiègne had begeven.
38)
XV.
Neen!
„Ongeloofelijk mooi! Waarachtig ongeloofelijk Zie
eenB daarheen, Waldau daar daar Dat is de
Mythenstein, en daar op den achtergrond de Urie-
Rotk8tock", riep de handelsraad Dreyfusz den jongen
schilder toe. Deze richtte zijn tooneelkijfeer in de richting,
waar aan gene zijde van de heldere waterstreep de rots-
pyramiden zich vertoonden, terwijl de Raad vol bewon
dering voortging „Ongeloofelijk De berglucht en
de frissche adem der golven grijpen mij zoo krachtig
aan dat ik de koffie bijna zou kunnen vergeten die
reeds tien minuten op ons staat te wachten Maar
nu moet gij uwen kijker eens ter zijde leggenmijn
waarde of liever wend hem eens naar de andere bant,
want daar komen de dames aan het scheen mij toe,
als zag ik de vuurroode linten op de muts mijner vrouw
in den wind fladderen
Dreyfusz en Elimar Waldau wendden zich van het
hek af, dat de tuin van het hotel naar den straatweg en
naar de zeezijde afsloot. Op hetzelfde oogenblik kwamen
ook werkelijk van achter de boomen de door Dreyfusz
aangekondigde dames te voorschijn eerst de vrouw van
den handelsraad de stralende gezondheid op het ronde
gelaateen werktascbje met het nooit ontbrekende
haakwerkje aan den arm daarna Lucia en mevrouw
von Sporken. Ook op deze beiden scheen de heerlijke
natuur heilzaam te hebben gewerkt in de ernstige
oogen der oude dame vertoonden zichnu zij den
blik liet zweven over de kabbelende golventot ver
naar de heuvels om den Seelisberg, iets van het geluk
van vroeger dagen en op Lucia's gezichtje spiegelde
zich de heldere zonneschijn af. Zij had do natuur
boven alles lief en zy ging geheel op in de schoonhe
den die deze haar bood.
Elimar, die niet juist toevallig den vorigen
dag de reizigers hier in Brunnen aangetroffen had
nadat hij, met potlood en schetsboek gewapend reeds
het schoonste deel der omgeving van den St. Gothard
bezocht had liep de dames snel tegemoet.
„Hüll 'n sich am Abend die Berge in Dunst, laehelt
am Morgen die Sonne mit Gunst", zeide ik u gisteren
reedseene oude spreuk der bergbewoners aanhalende,
en ik verheug mij dat ik gelijk had. Het onweder,
dat gij mejuffrouw, ons voorspeidetis niet gekomen,
wij kunnen dus ons plan om een boottochtje op het
meer te doen gerust ten uitvoer brengen
„Daar ben ik blij om", viel Lucia hierop in. „Ik zou
zoo graag den geheelen oever van het Urnermeer loe
ren kennen, de beide Mythen, Fluëlen en de Tells-
platte, Treib en de Riittliwiese
„Waar ook wij, evenals wijlen Stauffacher en bond-
genooten, een verbond kunnen sluiten", riep Dreyfusz
uit, „al is het dan ook niet tot wederzijdsche bescher
ming tegen onze gemeenschappelijke vijanden dan toch
misschien tegen vijanden in ons binnensteals daar
zijn: melancholie, verveling, droefenis en ergernis. Maar
laat ons dat bij de koffie verder bespreken De lange
Ganymed in de tent trekt reeds een gezicht vol ver
twijfeling, omdat hij sedert een vol kwartier den honig
tegen twee onbeschaamde vliegen verdedigen moet.
Lieve vrouw je arm
Onder eene kleine tent van licht roode stof was het
ontbijt klaar gezet. Men zat hier heerlijk. Men kon
door en over het tuinhek den oever van het meer zien,
dat nu reeds, zoo vroeg in den morgen wemelde van
booten en bootjes waarvan de zeilen zwollen in den
wind en welks wimpels met het helvetische kruis hel
der schitterden in de zon. Glinsterend breidde de vloed,
zachtjes door den wind bewogen zich voor hen uit nu
eens donkergroen dan weer zwart en donkerbruin ver
toonden zich de berg- en rotsmassa's daar ginds aan
het oog. Rechts stegen de hellingen der Frohnalp
omhoog, ernstig en dreigend in schilderachtige wen-
uingeu en links verloor zich de blik langs den met
vruchten- en kastanjeboomen beplanten oever tot ver
voorbij Gersau.
Men sprak veel en genoegelijk. Waldau moest ver
tellen hoe hij zoo plotseling tot het besluit gekomen
was eene studiereis in de zwitsersche bergen te doen
en waar hij tot nu toe geweest was. Deze laatste vraag
deed Luciadie door eenen brief van Anna Döring
reeds van het bezoek van Elimar in Rosenholz onder
richt was, met vrouwelijke tact het gesprek op de
„verstootenen" brengen.
Waldau vertelde dan ook openhartig van zijn bezoek
in de pastorie van Rozenbolz en ontlokte daardoor
den opmerkzaam luisterenden Raad menig zacht ge
mompeld „ongeloofelijk" en zijne vrouw eenige tranen
van vreugde. Dreyfusz zag eenigzins verstoord over
zijn kopje naar zijne vrouw die tranen die zoo ge
makkelijk en langzaam over de ronde wangen druppel
den ergerden hem. Hij vreesde eenige heftiger uiting
van haar gevoelig hart en achtte het noodig het ge
sprek eene andere wending te geven.
„Het bootje is om tien uur besteld", zeide hij, zyn
horloge latende repeteeren „dus is het tijd om ons
klaar te maken. Het schijnt mij het beste, dat wij ons
eerst naar Treib laten roeien en vandaar naar Seelis
berg en Riittli wandelen. In het „Kurhaus" daar moet
de wijn beter zijn dan het water uit de drie bronnen,
waarbjj Stauffacher en consorten hun verbond sloten
dat trekt ook aan
Men stond op om doeken en mantels uit het hótel
te haien en dan naar den oever te wandelen. In het
portaal gaf de portier den Raad eene zooeven aangeko
men depêche. Dreyfusz las en stak bet papier eenig
zins haastig in den zak.
„Toch niets onaangenaams?" vroeg mevrouw Tl
die een vreeselijken afschuw had van alle :nn t - g< u