No. 74.
Zeven en tachtigste Jaargang.
1885.
WOENSDAG
21\ J U N I.
ONZICHTBARE HANDEN.
Prijs der gewone Advertentiën:
33nit«n(anb.
Birmseni&ttfc.
FEUXüLEïTOÏNr.
ALKIHAARSCHE COURANT
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
BELGIE. Den 21 is bij de herstemming te Brussel
tot lid der Provinciale Staten gekozen de heer Demeur,
radicaalmet 3894 stemmen tegen 3528 op den libe
raal Goblet.
DUITSCHLAND. Dezer dagen zijn de grondslagen
voor eene overeenkomst tusschen de duitsche Rijnoe-
verstatenNederland en Zwitserlandbetreffende de
zalmvisscherijin het m nisterie van landbouw te Ber
lijn onderteekend.
De Keizer is den 21 des avonds naar Ems vertrokken.
ENGELAND. Den 20 was het 38 jaar geleden
dat Koningin Victoria den troon van Engeland besteeg.
In eene den 21 ten huize van den heer Gladstone
gehouden ministerraad besloten de door den beer
Salisbury verlangde toestemming niet te verleenen.
Na dien tijd scbijneD de leiders der liberalen en con
servation tot overeenstemming te zijn gekomen, waardoor
de beer Salisbury de regeering zou kunnen aanvaarden.
FRANKRIJK. Den 21 is te Rennes tot lid van
den Senaat verkozen de vice-admiraal Véron, conservatief,
met 577 stemmen tegen 534 op den republikein Courtois.
Kamer. Het wetsontwerp op de recru teering is
den 20 in zijn geheel en zonder wijziging met 350
tegen 89 stemmen aangenomen. Een voorstel om gees
telijken van de reservedienst vrij te stellen is den 18
met 296 tegen 120 Btemmen verworpen na krachtige
verdediging door bisschop Freppel.
ITALIË. De Koning had den 18 een onderhoud
met de voorzitters van den Senaat en de Kamer over
de ministeriëele crisis. Den 20 ontbood hij de heeren
Gialdini en Farini.
"V an de 24 personen die den 21 tot lid van den
gemeenteraad te Rome gekozen zijn waren 13
door de liberalen en 11 zoowel door liberalen als
clericalen aanbevolen.
SPANJE. Zoowel den 17 als den 18 heeft in de
Kamer eene onstuimige beraadslaging plaats gehad over
de maatregelen tot bestrijding der cholera en de be
weegredenen voor de officiëele afkondiging betreffende
die ziekte in bet regeeringsblad. Aan die beraadslaging
namen behalve de heer Sagasta die in laatstgenoem
den maatregel groot nadeel voor de neringdoenden
zag drie afgevaardigden deel die tevens geneesheer
zijn. De minister-president voerde aan dat de rap
porten der geneesheeren dien maatregel noodzakelijk
gemaakt hadden en dat de belangen van den handel
moesten wijken voor die der volksgezondheid.
Te Madrid heeft den 18 een volksoploop plaats ge-
bad naar aanleiding der officiëele Kennisgevingdat
de cholera daar heerschte. Er werd geschreeuwd en
geflotenzwarte vlaggen werden uitgestoken en de
gendarmes met steenen geworpen. Ongeveer 20 per
sonen werden gevangen genomen nadat het gepeupel
uiteen gejaagd was.
In de zuidelijke provinciën des lands kwamen den
19 in het geheel 724 cholera-gevallen voor, waarvan
316 met doodelijken afloop. Den 21 kwam te Madrid
slechts één cholera-geval voor. Van de in de vorige dagen
aangetasten stierven er vier.
Het ministerie dat zijn ontslag genomen had om
dat de Koning tegen den zin der ministers naar de
provincie Mureia wilde gaan is op dat besluit terug
gekomen nadat de Koning van die reis afgezien had.
EGYPTE. Den 16 heeft generaal Redvers Buller
met de laatste engelsche trcepeu Dongola verlaten.
De scheepvaart op het Suez-kanaal is den 21 her
opend.
ZDTD-AFRIKA. Den 16 Mei werd in den Volks
raad de begrooting voor 1885/6 gelezen, waarin de in
komsten geraamd werden op f 2.840.976, de uitgaven
op 2.556 204, alzoo een batig slot van f 284.772.
CHINA. Uit Hanoi wordt gemeld, dat volgens een
gerucht Lui Vhin-Pboe de aanvoerder der Zwartvlag
gen, door de chineezen gevangen genomen en geworgd
was.
BRITSCH-INDIE, Bij de onlangs plaats gehad
hebbende aardbeving te Cashmire zijn 3081 personen
omgekomen. 70000 huizen zijn vernieldterwijl het
verlies aan schapen en geiten op 25000 en aan runde
ren op 8000 wordt begroot.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van den 22.
Ingekomen is een ontwerp tot bekrachtiging eener overeen
komst met de Holl. IJzeren Spoorwegmaatschappij, betreffende
de exploitatie van den spoorweg AmersfoortKesterenNij
megen en strekkende om aan die maatschappij de exploitatie
te gunnen van de lijn AmersfoortKesteren en haar tevens de
verplichting op te leggen het gedeel e KesterenNijmegen te
exploiteerenzoodra de regeering dat verlangt overeenkomstig
de voorwaardenalsdan bij kon. besluit op te leggen.
Aan de orde is 1 het ontwerp tot vaststelling van uitgaven
wegens verstrekkingen door het dep. van marine, dienst 1885.
De min. van marine legt een schrijven over, bevattende
de voorstellen door de commissie tot hervorming der rijks
werven aanbevolen aangevuld met zijne beschouwingen en de
gevolgen, die er aan gegeven of in bewerking zijn. Hij geeft
in overweging dat schrijven te doen drukken.
Daartoe wordt besloten en het ontwerp eenparig aangenomen.
2°. de conclusie van het rapport omtrent de inlichtingenop
het adres van het hoofdbestuur der vereeniging van leeraren
aan inrichtingen van midd. onderwijs betrekkelijk de examens
van toelating tot het kon. instituut voor de marine te Wil
lemsoord.
De heer K i e 1 s t r a wijst er op, dat de wettelijke regeling
van het onderwijs van zeeofficieren een eisch blijft, daar het
een anomalie is, dat de regeling van het examen der officieren
van het leger bij de wet en die der marine bij kon. besluit
plaats heeft gehad. De akademie te Breda bloeit en de onder
vinding daar opgedaan pleit niet tegen wettelijke regeling. De
in het adres der leeraren uitgesproken wenschdat het toela
tingsexamen te Willemsoord in overeenstemming zij met de
kennisopgedaan in de drie eerste klassen eener H. B. school
met 5jarigen cursus, deelt hij niet; lagere eischen voor de
ontwikkeling der zeeofficieren dan voor officieren van het leger
mogen niet gesteld worden.
De minister maakt bezwaar tegen gelijkstelling der eischen
te Breda en Willemsoord, omdat dan de leeftijd van toelating
te Willemsoord zou moeten worden veranderd. Dit bezwaar
ziet hij niet inmen behoeft geen hooger leeftijd voor toela
ting te stellen. De gewone hoogere burgerscholen kunnen
jongens van 15 a 16 jaar te Willemsoord leverenterwijl bij
zondere scholen wel jongens van 14 jaar zouden kunnen leve
ren. Overigens is het niet zoo verkieslijk te jeugdige adel
borsten te Willemsoord te brengen. Ook beaamt hij volkomen,
wat de leeraren zeggen omtrent de wijze,van examineerenhet
is geen overdreven eisch te vergendat het toelatingsexamen
plaats hebbe voor mannen bij het onderwijs werkzaam. Men
behoeft niet alleen leeraren van Willemsoord te nemen, maar
kan ook voor de afwisseling van buiten examinatoren kiezen.
Hij raadt den minister ernstig aanhet voorbeeld van zijn
ambtgenoot van oorlog te volgen, ook wat betreft de wijze van
afneming van het schriftelijk examen.
De heer V i r u 1 y sluit zich bij het gevoelen van den heer
Kielstra geheel aan. Ook achtte hij het tijdstip van het examen
(half Mei) juist tijdens de Haagsche kermis ongeschikt.
De heeren VermeulenFabiusvan der Hoop en Roëll waren
van gevoelendat aansluiting van het toelatingsexamen aan de
2e of 3e klasse der hoogere burgerschool onmogelijk in het
belang van het onderwijs kan zijn. De examens waren goed
ingericht en er bestond geene reden voor de Kamer om zich
tegen de tegenwoordige regeling te verklaren.
De minister van marine wijst er opdat sedert het
bestaan van het instituut te Willemsoord, alle officieren, be
halve de vlag- en hoofdofficieren, hunne opleiding te Willemsoord
ontvingen. Niet dan met de grootste omzichtigheid zou in de
opleiding verandering moeten gebracht worden. Hij heeft reeds
verscheidene zeeofficieren in de examencommissies vervangen
door burgerleeraren. De tegenwoordige president heeft sedert
jaren tot het marineonderwijs in betrekking gestaan en neemt
zelf geen examen afen het andere liddat zeeofficier is
neemt geregeld examen af, ook van de overgangsexamens. Aan
wettelijke regeling heeft hij nooit gedacht en ze is nooit van
hem te wachten.
De heer V i r u 1 y verklaartdat zijn vertroutven in den
minister zeer is geschokt, omdat deze de eene maand verklaard
heeftgeen zee-officieren te zullen benoemen in de commissie
en de volgende maand het toch deed.
Het voorstel der commissiedankzegging aan den minister
voor de gegeven inlichtingen, wordt daarna aangenomen.
3°. de inlichtingen op het adres van de Kamer van Koophandel
te Vlissingen betrekkelijk de koninklijke maatschappij de Schelde,
houdende de klacht, dat de toezeggingen, voor de oprichting der
maatschappij in 1874 aan den heer Smit, den erfpachter, gedaan
omtrent werkdat door het ministerie van marine aan de fa
brieken der maatschappij zou worden opgedragen niet zouden
zijn nagekomen. Het voorstel strektden minister van marine
uittenoodigennader te overwegen in hoever 's lands belang
toelaat de levering van werken op te dragen aan fabrieken
buiten, de linie van verdediging gelegen, meer bepaaldelijk aan
de maatschappij de Schelde.
Dit voorstel wordt bestreden door de heeren Gleichman en
Oorver Hooft en verdedigd door den heer van der Sleijden.
Den 23 voortzetting.
60)
Lucia was dicht voor Menken blijven staan. Hij
voelde haar adem en hoorde haar bart van angstige
verwachting kloppen. Hij zagdat zij hare handen
gevouwen had en hoe haar boezem zich van inwendige
ontroering heftig bewoogen dat hare lippen beefden.
Hij zag ook hoe hare wangen gloeiden, en boe haar
oog smeekend en vol verwachting op hem rustte
maar hij bleef standvastig.
Hij had eenen vreeselijken strijd gestredentoen
Lucia hare aanklacht uitsprak. Was hij in bareoogen
meer dan een diefdan een verrader jegens de
familie van zijnen vriend, dan een huichelaar en leugenaar?
Hij drukte de nagels zijner handen diep in het vleesch,
om door de lichamelijke pijn de zielesmart te verdooven,
die zijn hart bijna vaneenreet. Daarop antwoordde hij
op kouden toon en bijna zonder dat zijne lippen zich
bewogen„Ziehier mijn antwoord mejuffrouw Ik heb
onwaarheid gesproken toen ik u zooeven zeidedat
het artikel van Rahlow een verzinsel was de kerel
heeft door eenen derdedie niet mijwel echter u,
mejuffrouw Lucia gevaarlijk kan worden een gedeelte
der waarheid, ofschoon niet de volle waarheid, vernomen.
Ik heb dus gelogen ik deed dit echteren ik roep
daarbij God tot gfetuigein u w belang In uw belang
ook opende ik in den nacht na den dood uws vaders
diens brandkastom er een document uit te nemen
dat u nooit onder de oogen komen mag. Ik vervulde
daarmede den laatsten wil van uwen stervenden vader
de laatste bededie hij aan mij richtte. Ik sidderde
toen tengevolge mijner onvoorzichtigheid eerst door
u, vervolgens door notaris Wallerstein de geopende
kast werd ontdekt en een onderzoek door de politie
werd ingesteldmaar ik sidderde niet voor mijzelf
maar alweder voor uIk geef u mijn eerewoord
juffrouw Lucia en ik hoop dat ik nog niet zoo diep
gezonken ben in uwe oogen dat gij aan deze verze
kering geen geloof kunt slaan ik geef u mijn eere
woord dat dit document geen enkele schaduw op de
familie Hackert werpt dat ik dit slechts uit eerbied
voor den laatsten wil van mijnen overleden vriend
wegnam. Het ligt goed bewaard in mijn schrijftafel
en ik zal het niet eerder afstaan alvorens de nood
zakelijkheid mij daartoe dwingtkom ik echter te vallen,
dan zal ik eene andere plaats weten te vinden waar
het document even veilig is als bij mij,"
„En gij zult het mij ook niet gevenwanneer ik er
op blijf aandringen vroeg Lucia snel.
Mijnheer von Meuken sprak niet dadelijk. Hij boog
het hoofd nog dieper en sloot eenigo seconden lang de
oogen. Zijn antwoord klonk rauw en gedrukt.
„Neen", zeide hij„ik mag en kan niet
Moedeloos liet Lucia de gevouwen handen zinkeu.
Zij was hierheen gekomen met het vaste voornemen
de oorzaak dier vreemde geruchten uittevorschen die
Rahlow in omloop gebracht had en die zij wist het
maar al te goed de wereld hondervoudige stof tot
de meest gewaagde vermoedens moest geven. Die
geruchten zeiden hetzelfde, wat vroeger de bij de politie
ingekomen anonieme aanklachten beweerd hadden en
wat Lucia bij zichzelf had gedacht. Ook Menken
loochende nietdat dat gerucht op waarheid gegrond
wasmaar hij weigerdehet weggenomen document
terug te geven. Dus stond Lucia nog op dezelfde hoogte.
Nog eenmaal trachtte zij den baron tot andere ge
dachten te brengen.
„Mijnheer von Menken", begon zij opnieuw op smee
kenden toon„herinner udat gij in het hart van
mijnen vader eene ruime plaats innaalmtdat deze mij
steeds geleerd heeft, in u eenen vriend mijner familie te
zien. En maak nu zelf eens de gevolgtrekking uit uw ge
drag. Zooals gij zelf zegt, is Rahlow en met hem een tweede
en derde in het geheim van het document ingewijd
„O pardon mejuffrouw", viel Menken haar levendig
in de rede, „dat heb ik niet gezegd! Ik heb slechts
verklaarddat er personen zijndie het bestaan van
zulk een document kunnen vermoeden niets meer."
„En toch schijnt dit voldoende, om eene lange rij
van avontuurlijke geschiedenissen aaneen te knoopen
die noch den goeden naam van mijnen overleden vader,
noch mijnoch mijne geheele familie tot voordeel
strekken kunnen
„Dergelijke praatjes verdwijnen gewoonlijk even spoe
dig als zij ontstaan zijn. Wanneer echter toch eene
onbeschaamde lastertong zich mocht vermeten, de eer
der familie Hackert aan te tasten dan staat er een
geheele kring van weerbare mannen gereedden
ellendeling den mond te snoereniets anders zou
het echter zijn wanneer ik aan het document open
baarheid wilde geven. En juist nu mejuffrouw juist
nu zou zulk eene handeling niet slechts een waren
storm van onaangenaamheden te voorschijn roepen
maar het zou mij ook verhinderenu voor altijd van
uwe vijanden te bevrijden. Eu gij hebt vijanden
juffrouw Lucia, gij zijt hoe onwaarschijnlijk het ook
klinkt van vijanden omringd
Het jonge meisje scheen deze laatste woorden niet
te hoorenof niet te willen hooren zij hield zwijgend
en ongeduldig deu blik op de grillige figuren van het
tapijt gericht. De kleine hand waarin zij de parasol
hield beefde.
„En wat antwoordt gij mijmijnheer von Menken",
riep Lucia plotseling„wanneer ik u zegdat ik al
uwe verzekeringen niet geloof, dat ik overtuigd ben
dat het document tegenwoordig in slechte handen is
dat ik vermoeddat gij met Rahlow en met dien
tweede en derde tegen mij samenspantdat gij nooit
een vriend van mijnen vader, maar een vijand mijner
familie m ij n vijand geweest zijt
Bijna berouwde het Luciadie harde woorden te
hebben gesprokentoen zij zag hoe bleek Menken
werd en hoe zijne oogen met eene doodelijk verschrikte