No. 86. Zeven en tachtigste Jaargang. 1885. WOENSDAG 22 JULI. ONZICHTBARE HANDEN. Prijs der gewone Advertentiën Btiittnlanb. Bitiuenlauh. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Eijk f 1, De 3 nummers 0.06. Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. C08- TEE ZOON. BELGIE. Den 16 heeft de Kamerna vrij leven dige beraadslagingmet 55 tegen 12 stemmen en 5 onthoudingen een voorstel van den heer Woeste aan genomen om gezamenlijk den 21 het Te Deum bij te wonen in de Gudula kerk te Brussel, ter herdenking van de troonsbestijging van wijlen Leopold I. DU1TSCHLAND. Piujisen. Den 16 stond te Berlijn de hotprediker Stöcker terecht wegens beleediging van den fabriekant Schmidt teElberfeld gedurendeden verkiezings strijd. Dr. Stöcker had op zijne beurt den fabriekant we gens beleediging aangeklaagd. Beiden zijn veroordeeld, dr. Stöcker tot f 90 boete en 3|4 der kosten en do heer Schmidt tot 30 boete en 1/4 der kosten. Zij werden tevens door den rechter gemachtigd het vonnis open baar te maken in daartoe aangewezen bladen. ENGELAND. De engelsche gezant te Madrid Mo- rier kwam den 17 te Londen aan en begaf zich on middellijk naar St. Petersburg om aldaar als gezant op te treden. Zoodra hij daar aangekomen is, vertrekt de daar gevestigde gezant, den heer Thornton, naar Konstan- tinopel. H o o g e r h u i s. Bij tweede lezing is den 20 het wetsontwerp betreffende den aankoop van landerijen door pachters in Ierland aangenomen. Lagerhuis. Den 17 werd zonder hoofdelijke stemming het voorstel van den heer Parnellom een onderzoek in te stellen naar het bestuur van lord Spen cer over Ierland verworpen. De regeering had zich in den loop der beraadslaging bereid verklaard elk aan haar oordeel onderworpen bepaald geval nauwge zet te onderzoeken, maar tevens verklaarddat zij hare goedkeuring niet kon hechten aan dit voorstel van den heer Parnell. Deze wilde het daarop in trekken maar het Huis stond op voortzetting der behandeling. Onderscheidene conservatieve leden keur den met nadruk de intrekking der bijzondere wetsbe palingen voor Ierland af. SPANJE. Den 16 werden 1743 personen door cholera aangetast en overleden er 721 (te Madrid 12 gevallen, waarvan 3 doodelijk); den 17 1371 aangetasten en 681 dooden (te Madrid 9 en 4)den 18 1885 aangetasten en 718 dooden waarvan te Madrid 5 en in de provincie Valencia 204; den 19 2005 aangetasten en 851 dooden waarvan 8 te Madrid 51 in de pro vincie Alicante 287 te Aranjuez, 84 te Murcia en 60 te Soria. De epidemie breidt zich over verscheidene provinciën uit. EGYPTE. Alle mogendheden hebben thans toege stemd in de onmiddelijke uitgifte der egyptische leening 72) Cadama nam weer tegenover haar plaats en begon dan na eene korte inleiding zijn verhaal. Het was volkomen dezelfde geschiedenis als die hij mevrouw Hil- gersdorf in Berlijn verhaald had slechts met dit on derscheid dat hij ditmaal de inleiding zijne aanwe zigheid bij het sterfbed van Carmella Boccaniweg liet en in plaats daarvan daar by een goede kennis van den overleden generaal von Hilgersdorf geweest was, zichzelf als getuige noemde bij die verruiling der kin deren in het anno negenenveertig van het oorlogsru moer verschoond gebleven dorpje in het kanton Tessino. Het geheele verhaal van Cadama was met zulk eene duivelachtige sluwheid bedacht en werd door hem op zulk eene overtuigende wijze voorgedragen dat ook een minder onschuldig gemoed als dat van Lucia het voor waar zou hebben gehouden. Lucia zatnaar adem hijgendein den hoek der sofa. Haar gelaat was doodsbleek en van tijd tot tijd beefde zij over het geheele lichaam. Zij was doo delijk vermoeid voelde zich als verlamd in ieder lid en slechts met groote inspanning bracht zij de woorden over de bleeke lippen. „Mqnheer von Hilgersdorf is dood en ook zijdie gij mijne moeder noemt'', zeide zij „er bestaat dus niemand die de waarheid van het door u verhaalde bewijzen kan Het was geen vraagdie Lucia met deze woorden aan Cadama gedaan had doch de advokaat vatte het als zoodanig op. Hij opende zijne brieventasch en haalde er een oud document uitwaarvan het schrift reeds hier en daar verbleekt was. „Mevrouw von Hilgersdorf heeft mij veroorloofd de nalatenschap van haren overleden echtgenoot te ordenen, STATEN-GENEEAAL. Eerste Kamer. Den 20 werden achtereenvolgend de volgende wetsontwerpen in behandeling genomen. 1°. Tot goedmaking der kosten van het regentschap. Aan genomen. 2°. Tot bekrachtiging eener overeenkomst met den dijkstoel van het polderdistrict T'ielerwaardbetreffende het inundatie kanaal van de Waal beneden Tiel naar de Linge. Na korte toelichting van den minister van oorlog aangenomen. 3°. Aanvulling van de wet op de rechterlijke organisatie. (Herstel van de aanbevelingen bij de hoven). Aangenomen met 25 tegen 4 stemmen van de heeren de Vos van Steenwijk, Viruly Stork en Pijnappel. 4°. Verhooging van de begrooting voor Ommerschans en Veenhuizen dienst 1885. De min. van justitie beaamt de wenschen in 't eindverslag geuitdat voorloopig nog niet tot opheffing van 't gesticht te Ommerschans worde overgegaan en dat alles zal gedaan worden om de gestichten in de oogen der bevolking als een kwaad te doen besebouwen. Aangenomen. 5». Wijziging der wet tot regeling van het hooger onder wijs. Aangenomen. 6'. Overeenkomst met Amsterdam betreffende de overdracht aan het Rijk van een deel van het Trippenhuis. De min. van binnen 1. zaken verklaart met genoegen, dat er geene herstellingen aan het Trippenhuis noodig zullen zijn. Hij verdedigt verder de overeenkomst. Aangenomen met 30 tegen 1 stem van den heer Scbimmelpenninck v. d. Oije. 7°. Opruiming en beheer van vaartuigen en andere voor werpen in openbare binnenwateren gestrand gezonken of aan den grond geraakt. Aangenomen. 8°. Regeling der staatsloterij. De heer van Swinderen laat de deugden van dit ont werp daarmaar verklaart zich tegen op grond van liet beginsel, dat de Staat een zaak, die hij afkeurt, niet moet exploiteeren. Lotery is spel, dat de Slaat zelf verklaart buiten de wet te stellen. Maar dan kan de Staat die ook niet exploiteeren. De min. van financiën is het in beginsel eens met hem. Hij keurt de loterij niet goed. Nu ze echter 1& eeuw bestaatis het beter ze goed te regelendan ongeregeld te laten. Dit ontwerp strekt niet om het spel aanlokkelijker te maken, maar om den Staat grooter voordeelen en de spelers meer waarborgen te geven. Tussehenpersonen zijn voor het lotendebiet onmisbaar, tenzij men de loterij kunstmatig wil dooden. Hetzij de tussehenper sonen rijksambtenaren zijn of niet, ze moeten beloond worden. Bij maatregel van inwendig bestuur zal bepaald worden dat de loten op straat of in koffiehuizen niet mogen worden verkocht. De heer Blijdenstein verheugt ziolidat de minister in beginsel de loterij afkeurt, maar betreurt daarom te meer hare bestendigingdie met het cachet van staatsloterij prikkelt tot deelneming. De heer Moolenburgh zal vóór stemmen. Afschaffing der staatsloterij is nu niet aan de ordeal hoopt hij dat ze spoedig kan plaats hebben. Toch is het vreemddat de staat, die de volksontwikkeling beoogtdit middel van inkomst be stendigt, dat op de volkshartstochten zoo zeer werkt. Het ontwerp wordt aangenomen met op 2 na algemeene stemmen. Tegen de heeren van Swinderen en Blijdenstein. 9°. Wijziging van hoofdstuk IX der staatsbegrooting voor 1884. en ik vond daarbij gelegenheidmijne berinneringen aan hem weer eens op te frisschen. Het waren be langwekkende zaken die ik uit de oude geschriften van den generaal te weten kwam het gewichtigst scheen mij echter dit papier. Het bevat slechts weinige volzinnen maar die zijn van het hoogste belang. Ver- oorlo >f mij, dat ik u het kleine document voorlees, bet luidt als volgt„Opgemaakt den 17 Maart 1859 in het dorp B kanton Tessino, in tegenwoordigheid van den len luitenant Bodo von Hilgersdorf van Berlijn. Ik, ondergeteekendebevestig en verklaar hiermede, door mijne in tegenwoordigheid van den zooeven ge noemden getuige eigenhandig geschreven onderteekening, dat de gisteren hier geboren dochter van mevrouw Anna Maria, uit den huize von Walmitzen den Freiberr Karl von Hacbert-Selchern een uur na hare geboorte gestorven is bevestig verderdat het lijk van dit kind in de plaats is gelegd van de terzelfder tijd geboren dochter van Carmella Boccani marke tentster bij de alpenjagers onder Menotto Garibaldi en datmet bewilliging van genoemde Carmella Boc cani de dochter derzelve als rechtmatig kind van den Ereiherr Karl von Hackert-Selchern gelden en opgevoed worden zal. Ik bevestig dit feitomdat ik er getuige van was en voeg aan mijne handteekening mijn fami liewapen toe. Giulio Cadama Dr. jurToen ik deze regels onder de oogen kreeg herinnerde ik mij dadelijk, wat ik reeds lang vergeten was, dat ik in het bezit van een volkomen gelijkluidend document was dat in mijne tegenwoordigheid door den len lui tenant von Hilgersdorf in B. was opgemaakt. Ofschoon Hilgersdorf, evenals ik mijnheer von Hackert beloofd had het geheim van uwe geboorte te zullen bewaren, voelden wij ons toch, ten einde voor mogelijke gevallen, die tot een proces konden lijden, verzekerd te zijn, verplicht, beiden het feit te bekrachtigen, waarvan wij toevallig getuigen geweest waren ik ben zelf ad vokaat die bevestiging heeft kracht voor de wet. Zulk een geval was tot nu toe niet voorgekomenen 101. Bekrachtiging der overeenkomst met de stoomvaart maatschappij Zeeland. Ns. 9 en 10 aangenomen. 11°. Voorstel-Reekers tot wijziging der wet op de zeevis- scherijen (intrekking van het verbod tot het visschen met den wonderkuil.) Aangehouden in verband met het ingekomen antwoord van den heer Reekers op het voorloopig verslag der Kamer. 12°. Verhooging en uitbreiding van het zegelrecht op effecten. Dit wetsontwerp wordt door verscheidene leden bestreden om de daarin opgenomen terugwerkende kracht, de onduidelijke redactie en den last, daarbij opgelegd zoo aan het publiek als aan de ontvangers der registratie, en wel door de verplichting om hunne effecten te vertoonen. Verscheidene leden, die nu tegen zouden stemmen om de onduidelijkheid en onnauwkeurig heid van het ontwerphoopten spoedig een beter opgesteld ontwerp te ontvangen Verworpen met 26 tegen 9 stemmen. Daarna werd op voorstel van den beer Pijnappel besloten de regeering te verzoeken haar oordeel omtrent bet wets voorstel-Reekers schriftelijk in te dienen. 13°. Heffing van 10 buitengewone opeenten op de rijks personeele belasting. Aangenomen na de verzekering van den min. van financiën, dat gelijkmatige herziening der huurwaarde zal worden ter hand genomen, zoodra de rijksbelasting is los gemaakt van de gemeentelijke belastingen. 14°. Het wetsontwerp omtrent de uitgifte van schatkist biljetten. Na bestrijding wordt dit ontwerp aangenomen met 23 tegen 12 stemmen van de heeren van Akerlaken, Breuning, van Swinderen Viruly, Stork, Moolenburgh, Muller, van de Putte, Sickesz Blijdenstein, Pijn ppel en de Sitter. De min. van financiën verzekerdedat de goudvoorraad bij de bank nog zoo aanzienlijk is, dat de kans van uitvoering der wet op de zilverontmunting te beschouwen is als herleid tot een minimum van waarschijnlijkheid. 15°. Het wetsontwerp tot wijziging van art. 240 der ge meentewet. Na breedvoerige beraadslagingwaarop zal worden terug gekomen, aangenomen met 20 tegen 13 stemmen van de heeren: Muller, van de Putte, Sickesz, de Sitter, Visser, van Roven BreuningInsinger van Pallantvan Swinderen de Vos van Steenwijk, Coenen en Moolenburgh. Bij kon. besluit van den 10 is aan mevrouw de wed. J. M. van Gelder, geboren Nijhofï, te Velp, als blijk van waardeering barer belangstelling in 's rijks wetenschappelijke verzamelingen, door schenking betoond, de bij kon. besluit van 5 Mei 1877 No. 32 ingestelde zilve-en medalje toegekend. Den 15 is te Uitgeest eene niet tegen brand schade verzekerde hooischelf afgebrand. Bij bon. besluit van den 16 is benoemd tot rechter in de arr. rechtbank te 's Gravenhage de heer mr. J. W. Oosterzeo thans rechter te Rotterdam vóór dien tijd te Alkmaar, en te Utrecht de heer jhr. mr. H. M. J. van Asch van Wijck thans substituut officier van justitie bij die rechtbank. Bij kon. besluit van den 16 is benoemd in het bestuur van den polder Wieringerwaard tot dijkgraaf de heer C. Dirkszoon liezelman en tot heemraad de heer J. Corneliszoon Blaauboer; tot heemraad van den Terschellingpolder de heer G. A. de Boer en tot hoog heemraad van hot hoogheemraadschap Rijnland de heer mr. D. Visser van Hazerswoude. ik hadzooals ik reeds zeideevenals generaal von Hilgersdorf, dit zonderlinge geschrift reeds lang onder andere papieren begraven en vergeten daar kreeg ik plotseling op zekeren dag eenen brief van den student Herbert von Hackert die mij verzochtnaar Berlijn te komen om een gewichtig procesdat ik voor hem voeren zou in te leiden. Mevrouw von Hilgersdorf had de verklaring onder de nalatenschap van haren gemaal gevonden en daar zij unaar ik meen te mogen veronderstellen niet zeer genegen is den student daarvan mededeeling gedaan. Ik stond dus tegenover deze zaak niet meer als vriend van mijnheer von Hackertmaar als advokaat van den student die zich door u bedrogen waande. Om niet dadelijk te veel opzien te verwekken vestigde ik mij in Berlijn als onderwijzer in de italiaansehe taal en deed dik wijls genoeg door de indiscretie van den student daarin tegengewerktin het geheim onderzoek. Zoo kwam ik tot de verrassende ontdekkingdat kapitein von Haokert verzuimd hadu te adopteeren en dat mijn cliënt dus de e e n i ge rechtmatige erfgenaam van den kinderloos overleden kapitein is. De oorzaak dezer ongelukkige nalatigheid van den kapitein verklaarde ik mij alleen uit de vrees die de oude man koesterde voor eene openbaring van zijn geheim dat hij zoo goed bewaard wist. De student was en is in elk geval in zijn reebtwanneer hij dadelijk een proces tegen u begint wegens het voeren van eenen onrechtmatigen naam en het in bezit nemen der nalatenschap van den kapitein. Dat het tot nu toe nog niet zoover gekomen is hebt gij aan mij te danken ik wilde de zaak niet overijlenwilde vooral vermijden, u signorina, te kom- promitteeren." De advokaat zweeg om de uitwerking zijner woorden gade te slaan. Maar hij vergiste zichwanneer hij geloofd had dat zijne onthullingen Lucia geheel zouden terneerdrukken. Bleek als tevoren zat zij voor hem doch hare trekken drukten vastberadenheid uit en schenen versteend. Slechts haar donker oog fonkelde

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1885 | | pagina 1