Zeven en tachtigste Jaargang.
1885.
WOENSDAG
16 SEPTEMBER.
Dc mijngroeve op Stolzenhagen.
No. HO.
Prijs der gewone Advertentiën
©Ifictëel (Scheelte.
Bnitcnlanb.
I3innenlanh.
FEUILLETOKT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennisdat het gedurende de eerstvol
gende marktdagen op Zaterdag verboden zal zijn op de Voor-
dam te rijden met aangespannen wagenszullende op het
kleine marktplein nabij de Schapenbrug de wagens, die vruchten
aanvoerenmoeten lossen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
15 Sept. 1885. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
FRANKRIJK. De gemeenteraad van Thuis in de
Ooster-Pyreneën is ontbonden op grond van herhaalde
weigeringom over de gemeentezaken te beraadslagen.
In 39 departementen is de bevolking in 1884 ach
teruit gegaan. In het geheel hebben de geboorten de
sterfgevallen overtroffen met 78974 tegen 96843 in
1883, 97027 in 1882, 108229 in 1881 en 61940 in
1880. De onwettige geboortendie in 1883 74213
bedroegen klommen thans tot 75754.
Alle pogingen tot het sluiten van een handelsverdrag
met Rumenië zijn mislukt.
Uit Tamatave op het eiland Madagascar is gemeld,
dat de franschen de vijandelijkheden hervat en Marau-
gora gebombardeerd hebben, nadat de onderhandelingen
met de Hova's mislukt waren.
ITALIË. Van 6 Aug. tot en met 12 Sept. werden
146 personen door cholera aaDgetastwaarvan 86 be
zweken. Den 13 waren er 4 gevallen te Palermo, allen
met doodelijken afloop en in de provincie Parma 17
gevallen waarvan 5 met doodelijken afloop.
SPANJE. De berichten uit Spanje blijven melding
maken van volkomen rust. De belofte van den minis
ter van marine, dat hij de bevelen openbaar zou maken,
aan de bevelhebbers der 3 naar Yap gezonden vaartui
gen gegeven, heeft de opgewondenheid onder de marine
doen bedaren.
EGYPTE. De zitting der algemeene vergadering
is den 12 verdaagd.
Volgens bericht uit Soeakim had den 12 eene scher
mutseling plaats tusschen eene voorhoede der oproer
lingen en een piket bengaalsche kavallerie. De
oproerlingen werden op de vlucht gejaagd met een
verlies van 4 man aan dooden en gekwetsten.
VEREENIGDE STATEN. In vele ijzerfabrieken
van Pennsylvania die gedurende eenigen tijd gesloten
warenis de arbeid hervat.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
De regeering antwoordt op het verslag omtrent het ontwerp
7)
III.
Er waren ongeveer acht dagen verloopen sinds de
vrienden elkander hadden teruggevonden. Renner was
met zijne zuster naar Stolzenhagen teruggekeerd en
had het nieuwe huis bij de mijn tot het in orde maken
waarvan hij voornamelijk naar Berlijn was geweest
reeds betrokken Camile Venaggio of zooals wij hem
liever willen noemen graaf Camile Stolzenhagen, bleef
voorloopig te Berlijnde komst van mijnheer Paul
Müller werd echter in de kleine directeurswoning da
gelijks verwacht.
Weinige dagen na Renner's terugkeer kwam plotse
ling en onverwacht graaf Edgar op het slot. Hij had
een kort onderhoud met zijnen vader en een lang ge-
sprek met zijne zuster in het eerste vroeg hij slechts,
of den graaf omtrent het optreden van een bloedverwant
van denzelfden naam in de residentie iets naders bekend
was. De oude heerdie niemandook zijnen zoon
nietin zijne kaarten liet kijken en hem daarom ook
over bet proces slechts vluchtig gesproken had, noemde
dien man ronduit een oplichter. W as het om Renner
niet in ongelegenheid te brengen of wilde Edgar op
zettelijk zijnen vader niets over zijne ontmoeting met
Camile mededeelen in ieder geval hij zweeg er over
en vertelde slechts ter loopsdat hij bijna het ongeluk
had gehadjuffrouw Renner te Berlijn te overrijden-
Ook tegenover zijne zuster verzweeg hij zijne ont
moeting met Camile. Daar zij echter steeds van Gerta.
met wie zij spoedig vriendschap gesloten hadwist
dat Renner bij dat ongeval een ouden vriend had te,
ruggevonden vertelde hij toen zij hem naar verdere
bizonderheden vroegdat de heer, die zijne paarden
tot bekrachtiging eener met de Hollandsche Spoorwegmaat
schappij gesloten overeenkomst betreffende de exploitatie van
den spoorweg AmersfoortResterenNijmegen, dat zij reeds op
ondubbelzinnige wijze haar voornemen te kennen heeft gegeven,
om eene rechtstreeksche spoorwegverbinding van Amersfoort
tot Nijmegen tot stand te brengen, zoodra de tegenwoordige
overeenkomst bij de wet bekrachtigd is en de onmogelijkheid
mocht blijken om over het gemeenschappelijk gebruik van het
spoorwegvak KesterenNijmegen door twee daarbij betrokken
spoorwegmaatschappijen eene regeling te treffenwaarmede
beide ondernemingen genoegen nemen. Zij is gaarne bereid
eene nadere verklaring van gelijke strekking te geven in den
vorm, daarvoor het geschiktst geacht, maar mag toch de op
merking niet weerhouden dat het noemen van een bepaalden
termijnbinnen welken die verbinding gereed moet zijn zelfs
wanneer men daarvoor de rekbare uitdrukking "binnen den
kortst mogelijken tijd" gebruiktbedenkelijk voorkomt.
Zij is dan ook van oordeeldat het beter isin de wet
zelve geene bepalingen op te nemen, als waarop in het verslag
gedoeld wordt. Nopens de besproken overeenkomst, die tusschen
de Hollandsche Spoorweg-maatschappij en de Exploitatie-maat
schappij gesloten zou zijnis aan haar niets anders bekend dan
het daaromtrent in het verslag medegedeelde.
Die overeenkomstwaarvan hier sprake iskan volgens de
algemeene regelen van het burgerlijk recht de door de H. IJ.
S. M. met den Staat gesloten overeenkomst nimmer vitiëeren
en enkel en alleen tot eene vordering tot schadevergoeding
tusschen de beide daarbij betrokken maatschappijen aanleiding
geven, waarover de beslissing bij de rechterlijke macht
behoort. De vraagof de maatschappij tot exploitatie van
Staatsspoorwegen een terminus te Amsterdam hebben moet,
wordt voornamelijk beheerscht door overwegingen van gelde-
lijken aard. Het maken van de noodige inrichtingen voor het
goederenverkeer der exploitatie-maatschappij te Amsterdam is
eene zaakwaarvan de kostenzoolang geene plannen daarvoor
zijn vastgesteldonmogelijk met eemge zekerheid te bepalen
zijn, maar die in ieder geval een zoo beduidend cijfer zullen
bereiken dat bij de regeering in den tegenwoordigen toestand
van 's lands geldmiddelen daartegen overwegend bezwaar moet
bestaan.
Met de exploitatie-maatschappij zijn geene onderhandelingen
gevoerd over het maken voor hare rekening van eene spoor
wegverbinding met Amsterdam.
Het verwijt aan de regeeringdat zij van deze gunstige
gelegenheid om het libre parcours voor de exploitatie-maat
schappij over den aan de H. IJ. S. M. toebehoorenden Oos
terspoorweg AmsterdamAmersfoort te regelen geen gebruik
heelt gemaakt, moet zij van zich afwijzen. Aan de H. IJ.
S. M. is bij den aanvang der onderhandelingen voorgesteld,
om nopens dit punt eene regeling als in het voorloopig verslag
bedoeld werd te treffenmaar zij heeft dit voorstel op de
stelligste wijze afgeslagen.
Ten aanzien van den gekozen maatstaf voor de berekening
der door de H. IJ. S. Maatschappij wegens het medegebruik
van het spoorwegvak KesterenNijmegen te betalen schadeloos
stelling blijft de regeering van meening, dat de door de exploi
tatie-maatschappij te lijden winstderving als factor voor de
berekening van de haar te dezer zake toekomende schadeloos
stelling buiten aanmerking moet gelaten wordenzoodat dan
uit den aard der zaak voor de bepaling dier vergoeding geen
andere maatstaf overblijft dan diedoor de regeering gevolgd
namelijkde schadeloosstelling moet geëvenredigd zijn aan het
bedrag der rente over de kapitalen, aan den tot gemeenschappe
lijk gebruik aangewezen spoorweg ten koste zijn gelegd.
Bij kon. besluit van den 6 is de erf-groothertog
op het kritieke oogenblik tot staan had gebrachteen
buitenlander was geweest en ging hij dan zoo spoe
dig mogelijk tot een ander onderwerp over. Else lachte,
zij vermoeddewaar hij been wildezij had reeds bij
zijn laatste bezoek bemerktdat Gerta Renner haren
broeder niet onverschillig was gebleven. Maar aan
den anderen kant dacht zij met dat deze neiging
ernstig wortel had geschoten in zijn hart. Toen bij
baar nu echter in allen ernst verzekerde dat hij alleen
op Stolzenhagen gekomen wasom Gerta nogmaals
verontschuldiging te verzoeken zag zij hem scherp aan.
„Gerta is mijne vriendin geworden", zeide zij toen en
ik wensch ronduit gezegd niet dat gij baar wellicht
eene ongelukkige liefde inboezemt."
De graaf bloosde maar herstelde zich snel en trachtte
bare bedenkingen te weerleggen. Aan den eenen kan;
kende bij juffrouw Renner veel te weinig, dan dat
daarvan sprake kon zijn aan den anderen kant mocht
Else hem toch waarachtig geen oneervolle plannen toe
schrijven. Hij wilde niet loochenen dat het jonge meisje
indruk op hem had gemaaktmaar hij moest haar
toch eerst nader leeren kennen en zijn eigen hart on
derzoeken. Daarenboven verklaarde hijdat zijn te
genwoordig leven hem ontzettend tegenstond de een
tonigheid van den dienstbet geheele leven in Berlijn
deed hem walgenhij verlangde naar een anderen
werkkringnaar inspannende bezigheid. Er lag iets
koortsachtigs opgewonden en overprikkeld in zijn wezen,
dat Else verschrikte en verontrustte.
Eindelijk gaf zij aan zijn wensch toe en reed met
hem naar de mjjn. Zij vonden broer en zuster vóór
het huis ijvrig bezig met het in orde maken van den
nog in aanleg zijnden tuin. Men begroette elkander
vriendelijk de graaf bood zijne verontschuldigingen
aandaarna verwijderde Else zich onder een of ander
voorwendsel. Toen zij na een klein kwartier terug
keerde zaten de beide achtergeblevenen zwijgend tegen
over elkandereene roosdie Edgar voor Gerta had
medegebracht lag onopgemerkt op tafel.
Frederik Willem Lodewijk Leopold August van Baden
benoemd tot ridder-grootkruis der orde van den Nederl.
leeuw.
De nieuwe cursus aan de tooneelschool te Am
sterdam is den 8 aangevangen met 15 leerlingen voor
volledig onderwijs en 4 vakleerlingen waarvan reeds
3 aan een tooneelgezelschap verbonden zijn.
Den 9 is de bliksem geslagen in een huisje nabij
Wijkerend te Wijk aan Duin zonder belangrijke
schade te veroorzaken.
Bij kon. besluit van den 10 is de miD. van jus
titie de heer mr. M. W. baron du Tour van Bellinc-
havemet ingang van den 15, eervol ontheven van
het ministerie van buitenl. zaken, onder dankbetuiging
voor de in die betrekking bewezen diensten.
Den 10 is door eene commissie uit Gedeputeerde
Staten de kas van de gemeente-ontvangers te Koedijk,
TV armenhuizen, Harencarspel en St. Pankras opgenomen.
Aan J. G. H. Wolters, laatstelijk bankier te
Fenloo, bij arrest van het gerechtshof te Arnhem van
7 Februari 1884 wegens bedriegelijke bankbreuk enz.
veroordeeld tot 6 jaren tuchthuisstraf en boetenis
volledige kwijtschelding van straf verleend tengevolge
waarvan hij den 11 uit het tuchthuis te Leeuwarden
ontslagen is. Hij is 76 jaren oud en lijdt aan eene
slepende ziekte die zijn dood zou verhaasten bij langer
verblijf in gevangenis.
Den 11 heeft voor het gerechtshof te 's Herto
genbosch terecht gestaan Johannes Yerhuijsen oud 60
jarenburgemeester, secretaris en ambtenaar van den
burgerlijken stand te Someren (Noordbrabant), be
schuldigd van knevelarij. Uit de verklaringen der 9
gehoorde getuigen bleek dat hij bij het sluiten van
huwelijken van de personen die huwden veel meer
geld vorderde dan hij werkelijk aan verschotten had
uitgegeven. Te zijner verdediging voerde bij aan dat
hij zich namens partijen belastte met het aanvragen
der voor hun huwelijk benoodigde stukken en daarvoor
eenige guldens in rekening brachtniet als ambtenaar,
maar als bijzonder persoon. Één getuige verklaarde,
dat bij ter verkrijging der stukken een bewijs van on
vermogen overgelegd had en de beschuldigde hem toen
te kennen had gegevendat hij niets schuldig was
maar geven kon wat hij goed vond waarop hij f 5
als fooi had gegeven. De procureur-generaalde op
vatting van zijn ambt door den beschuldigde zeer be
treurende eischte schuldig verklaring en veroordeeling
tot 3 maanden celstraf. Zijn verdediger, mr. van Zin-
nicq Bergman meendedat hij vrijgesproken moest
worden.
Bij beschikking van den minister van binnenl.
zaken van den 1£ is ingetrokken de benoeming van
den schoolopziener in het arrondissement Tessel tot lid
der commissie in het najaar van 1885 in Noordholland,
belast met het afnemen van het examen voor onderwijzer
en onderwijzeres en in zijne plaats benoemd de school
opziener in het arr. Helder thans lid-plaatsvervanger.
De graaf was op den terugrit zichtbaar ontstemd.
Else wilde blijkbaar het gesprek niet beginnen, zij nam
eene afwachtende houding aan. Eindelijk drong hij
zijn bruin dichter tegen haar paard aan en vroeg ronduit
„Gelooft gij, dat zij m\j liefheeft?" Er lag iets ge
drukts in zijne licht bevende stem.
Zij haalde de schouders op. ,Hoe kunt gij mij dat
vragen Edgar Gerta is een verstandig meisje dat
hootd en hart op de rechte plaats heeftzij zou, geloof
ik nooit een hartsgeheim verraden. Yraag het haar
zelfwanneer gij een man zijtZijn paard zette
scherper aan het moest de sporen des ruiters gevoeld
hebben. Zij reden een eindweegs zwijgend door het
bosch, toen begon hij opnieuw „Heb ik eigenlijk wel het
rechthaar te vragen? Wat kan ik haar aanbieden?
Ben ik niet afhankelijker dan de armste Mijn vader
zou mij uitlachen wanneer ik baar tot mijne vrouw
verlangdehet majoraat zou voor mij verloren zijn
„Dan zijt gij geen man antwoordde Else scherp
en beslist.
Hij vond geen antwoord. Eerst toen hij den vol
genden dag van zijne zuster afscheid nam kwam hij
nog eens op het gesprek terug.
„Houdt, hetgeen wij gisteren op de terugreis be
spraken voor u Else", smeekte hij. „Beantwoordt mij
eens eene vraagwanneer gij eenen armen man van
lagere afkomst liefhadt, zoudt gij dan aarzelen, uwe
hand in de zijne te leggen
„Wanneer bij een edel mensch naar geest en hart
was, wat zou mij dan terughouden antwoordde zij snel.
Hij zag haar bewonderend aan. „Gij hadt eenen
man moeten zijnElse. Ik wildedat ik uwe be
slistheid bezat ik overleg en peinszonder dat ik
tot daden kom. Zuster, „ik heb Gerta lief, ja, ik
heb haar lief boven allesmaar
Tevergeefs verwachtte hij van zijne zuster een ant
woord of een opwekkend woord. Hij zag haar nog
een oogenblik twijfelend en vragend in de oogen
toen wendde hij zich snel om en verliet met een smar-