Clllcvlei- &clcg¥-Afi0chc öertcüte?». JMab0~ï3eric6t«tt. Voor het bouwen der r. k. kerk te Zaandam aan het Kalf, was van 19 inschrijvers de heer J. Slenters te Haarlem voor 66135 de laagste. Een gewezen korporaal der marine heeft uit eene weide te Haarlemmermeer eene koe gestolen. Hij is door de politie aangehoudeu. Te Wedde bij Winschoten was een geacht ingezeten met zynen 17jarigen zoon en een knecht op de jacht. De vader schiet op een patrijsdoch mist. De zoon legt hierop aan doch op hetzelfde oogenblik rijst vóór hem de knecht ongezien uit een boschje omhoog en bekomt het volle schot in het aangezicht. Hij verkeert in bedenkelijken toestand. Op de aanbeveling voor gemeente-secretaris te Graft kwam met den benoemde voor de heer J. E. Im- mink, ambtenaar ter secretarie te Sloterdijk. De Werkmansbode geeft het volgende blijkbaar van een lid der deputatie zelve afkomstig verslag van de ontvangst der deputatie die Maandagmorgen de beken de motie aan den heer Heemskerk bracht Maandagmorgen tegen 10 uur waren schier alle af gevaardigden (van elke vereeniging een a drie) present in het gebouw Walhalla. De Minister van Binnen- landsche Zaken had zich bereid verklaard, eene deputatie te ontvangen van ten hoogste zes personen en het hoofd der politie had er in toegestemd dat de afge vaardigden de Deputatie in optocht, zonder banieren, zouden volgen. Voor de Deputatie werden aangewezen de voorzitters en secretarissen der drie hoofdbesturen. Daar echter de heer Domela Nieuwenhuis wegens bezigheden ver hinderd was te komen vervulde een ander bestuurslid zijn plaats. De afspraak was, dat de Voorzitter de motie maar enkel aan den Minister zou overhandigen met eene korte toelichting en de deputatie daarna rechtsomkeert zou maken. Met die boodschap ging de Deputatie op weg door omstreeks 200 afgevaardigden govoigd. Aan den ingaug van het Binnenhof werd zij opgewacht door twee po litieagenten die hen voorgingenenwaar noodig ruim baan maakten. Vóór het Ministerie van Binnen- landsche Zaken gekomen vond zij er den hoofd-com- missariseen commissaris en eenige inspecteurs van politie slechts een paar agenten en de te 's Hage ge stationeerde maréchaussees te paard. De stoet stelde zich op en de Deputatie ging on der de diepste stilte, die heersehte het gebouw in. De politiebeambten waren zeer voorkomend en de lagere ambtenaren van het Ministerie, die wij op onzen weg door het gebouw naar de wachtkamer ontmoetten, bogen dat het een aard bad. In de wachtkamer werd ons een audiëntielijst ge presenteerd hierop moesten wij naam, voornaam, quali- teit en woonplaats invullen. Na een minuut of vijf wachtecs plaatste zich iemand aan de deur eener kamer, die geopend werd en riep naar volgorde onze namen afde algeroepene trad tegelijkertijd de kamer binnen en passeerde den Minister die hem met eene buiging ontving en noodigde plaats te nemen met verwijzing naar de zes stoelen, die voor de lange zijde eener tafel stonden geschaard de Minister nam daarna achter de tafel plaats. Naast den Minister zat een heerdie ons door zijn excellentie werd voorgesteld te zijn de heer Arntzenius referendaris, en die zich belasten zou met het doen van enkele aanteekeningen van betgeen zou worden gosproken. Na door den Minister daartoe te zijn uitgenoodigd nam de heer Gebing het woord. Na allereerst gewe zen te hebben op de beteekenis der bewegingzeide hij in hoofdzaak het volgendekon hij in 't vorige jaar spreken van duizenden deelnemersthans mocht hij zeggen, dat tienduizenden aan de beweging deelna men. Het vorig jaar had de Begeering beloofd, de zaak in ernstige overweging te zullen nemen. Spreker wilde gaarne geloovenflat zij dit heeft gedaan maar waar is het tevens dat onze hoop na die belofte niet is vervuld en de handelingen der regeering integendeel teleurstelling hebben opgewekt. Tengevolge hiervan zijn wij tot het besluit gekomennog eenmaal onze wensehendoor tienduizenden gedeeld kenbaar te maken. Na nogmaals te hebben doen uitkomenhoe uitgebreid de beweging voor Algemeen Stemrecht in Nederland is, verklaarde hij, dat het de hoogste wensch der vergadering wasdat de regeering dit naar rechte waarde zoude schatten en handelen iu overeenstemming met die wensehen. Hierna reikte hij de motie in couvert aan den mi nister over. Nog met het ongeopend couvert in de hand begon de minister allereerst te kennen te gevendat men het door hem gesprokene beter mocht vertolken dan het vorig jaar het geval is geweest. Hij betuigde voorts, in min of meer opgewonden stemming, zijne af keuring over hetgeen door hem in de bladen was gelezen om het algemeen stemrecht in verband te brengen met den treurigen ecouomischen toestand van heden en b. v. aan de lui te vertellen dat de werkeloosheid een gevolg was van het tegenwoordig kiesrecht, zoo ook, dat her haling daarvan zal worden voorkomen door het alge meen stemrecht. Niemand meer dan ik zeide de mi nister, betreurt de tegenwoordige ongunstige toestanden en waar dat mogelijk is, wil ik die helpen verbeteren maar het algemeen stemrecht kan daaraan niet helpen. Hierop opende de Minister het couvert en zag de motie in. Eene zekere ontsteltenis maakte zich van zijne excellentie meester bij het lezen van de woorden „de nationale vergadering" en zonder verder te lezen, zeide hijmet verheffing van stem „ik ontzeg u het recht aldus te schrijven. Wij kennen geen nationale verga dering. Die is er niet. Dat herinnert aan een revo lutionair tijdperk, waaraan het Nederlandsche volk is ontwassen en zeker ook de kinderen en kleinkinderen van de ouderen die daaraan deelnamen." Na langzamerhand wat bedaarder te zijn geworden vervolgde de Minister op zeer gemoedelijken toon, met te wijzen op de wetsontwerpen, die door de regeering zijn ingediend en eene belangrijke uitbreiding van bet kiesrecht te voorzien geven. Wat van die voordrachten het lot zal zijn, wist hij nog niet te zeggen, dit hangt ook niet van hem af, maar van de beslissing, door de regeering en de Kamer te nemen. De heer Heldt nam daarna het woord, om allereerst den Minister te verzekeren, dat hij aan de woorden „nationale vargadering" eene geheel onjuiste beteekenis hechtte. Hij wilde niet ontkennen, dat die woorden vatbaar zijn voor zulk eene uitlegging, maar hij kon tevens verzekeren dat door geen der stellers van de motie het denkbeeld van revolutie op den voorgrond was geplaatst. Integendeel heeft men met deze woorden te kennen willen geven, dat de beweging in haar karakter nationaal is, maar vooral ook, dat zij algemeen is en in alle provinciën in vele daarvan tot zelfs in de kleinste dorpen, en niet alleen bij de werk lieden maar ook onder welgestelde burgersvoorstan ders vindt. Wat voorts het verband aangaat tusscben de staats inrichting oa de economische toestanden, spreker achtte het hier zooal de plaats, dan nu de tijd niet, om daar uitvoerig over te spreken. Men mag, meende hij, deze beweging ook niet aansprakelijk stellen voor hetgeen ieder voor zichzelf van Algemeen Stemrecht verwacht of an deren voorspiegelt. Wat spreker aanbetrof, hij was ge woon dikwijls voor z. i. overdreven verwachtingen te waarschuwen. Maar daarom ontkende hij niet, dat er een groot verband bestaat tusscben het algemeen stem recht en de sociale toestanden, en inzonderheid voor zoover de wetgeving tot verbetering daarvan kan me dewerken. Als voorbeeld wijst spreker maar alleen op de wetten op den arbeid, die in Nederland nog zoo goed als geheel ontbreken. De heer Gebing sloot zich bij het gesprokene van den heer Heldt aan ea bevestigde de beteekenis, door hem aan den aanhef der motie gegeven. Da Minister vernam die beteekenis met veel genoe gen. Hij bleef echter doch zonder nadere verklaring bij zijne meening volharden, dat de maatschappelijke toestanden door algemeen stemrecht niet zullen verbe teren. „Ware dit het geval, dan," zeide hij, „zou ik mij morgen aan uwe zijde scharen maar omdat ik van het tegendeel overtuigd ben doe ik het niet." Hiermede was de audiëntie afgeloopen. De Minister stond op en maakte eene buiging voor de heeren de ze deden d t wederkeerig en vertrokken. Buiten gekomen vonden zij de gevolgde afgevaar digden in 't gelid, bijna stijf tegen een muur geplaatst en van voren ingesloten door de marechaussees en politieagenten, zoodat zij voor- noch achterwaarts kon den. Even stil echter als de deputatie naar binnen was gegaan, kwam zij weder buiten en zonder eeni ge afspraak werd zelfs de kreet„leve het alge meen stemrecht", als het vorige jaar, niet gehoord. De deputatie plaatste zich aan het hoofd van den stoet. De hoofd-commissari8 overtuigde zich van deu te vol gen weg, met eeu wenk, om toch vooral niet door het Noordeinde langs het Paleis des Konings te gaan en wensehte toen de heeren eene aangename wande ling toe. In De Wekker van 26 Sept. lezen we: „Door de Oostenrijksche regeering is op advies van eene commissie van oogheelkundigen en schoolautoritei- ten op all 3 openbare scholen en burgerscholen het gebruik van geruite schrijfboeken en leien verboden. Dit besluit is genomen op grond van het toenemen van verschillende afwijkingen in den bouw van het oog en vooral van bijziendheid bij de schoolkinderen. Het nieuwe besluit treedt in 1886 in werking. De oogartsen meenen in het gebruik dezer schriften een der hoofdredenen te moeten zien voor het toenemen der refractie-anamaliën. Het is wel van belang na te gaan of men hier te lande gelijke ongunstige ervaring van de ruitjes heeft opgedaan. Zoo ja, dan ware het zeker niet raadzaam tot verdere invoering van dit leermiddel over te gaan. De bevindingen ten aanzien van het gebruik van driewielers voor postboden komen bij de gehouden proef, volgens de Pr. Over. en Zw. Ct., op het vol gende neer Een besteller heeft er verschillende dagen achtereen van Zwolle tochten mede gemaakt naar naburige plaat sen. Op straat- en grintwegen bij meer of minder goeden weg en meer of minder hevigen wind, heeft hij gereden en trots de medegevoerde pakketten die ge woonlijk ea. 50 kg. wogen werd de rit zonder bijzon dere vermoeienis en in betrekkelijk korten tijd afge legd. De persoon die den wieier bereed was met dit middel van vervoer geheel onbekend zoodat de proef werkelijk in elk opzicht dien naam mocht dragen. Bij gunstigen wind en weg kan gereden worden in iets meer dan de helft van den tijd, dien men ai loopende noodig heeftbij vrij sterken tegenwind moet men op drie vierde van dien tijd rekenen. Blijktdat het voer tuig op den duur voldoet, dan kan er voor het vervoer der pakketten ten plattelande met veel vrucht gebruik van worden gemaakt en zal er ongetwijfeld eene niet onbelangrijke bezuiniging door verkregen worden. De wieier is thans te Assen. In den omtrek aldaar zullen de proeven worden voortgezet. Te York werd dezer dagen een chirurgisch kunst stukje uitgevoerd. Op de Western-Grange-Earm iu de nabijheid dier stadhad eene kostbare koe een der pooten gebroken en dokter M. Snarryeen der kun- digste veeartsen uit den omtrek verklaarde, dat het bepaald noodzakelijk was om den poot te amputeeren. Op zijne aanwijzingen werd daarop voor het dier een prachtige houten poot gemaaktwaarop de koe thans, vergezeld door haar kalfjetrotsch en vroolijk op de weide heen en weder draaft. Niet van de bank der beschuldigden. Daar zat een verdoolde, maar een slachtoffer, zij het ook van eigen verkeerdheid maar meer dan toch van anderer ondeugd. Maar van de banken, gevuld met zoogenaamde fat soenlijke dames, oudere en jongere, geurend en schoon gekleed, vermogend en in welstand in weelde. En wat kwamen zij nieuwsgierig geprikkeld hun kerend bekijken begluren genieten De marteling van eene jonge vrouw, gepijnigd tusschen misdaad schuldbesef en de wereldsche gerechtigheid. Wat het hart van een man een rechter zelfs, smar telijk aandoet, kwamen zij hunkerend bezien, evenals de horden, die voorheen popelden bij bet schavot, waar halsrecht werd uitgeoefend. Hare kuische ooren schuwden de woorden en de ont hullingen nietdie bij het ontblootend onderzoek ge openbaard werden. En zij krompen niet in één van wee en deernis, om eene genoote van haar geslachtmaar kwamen door de uitstalling van haar weelde haar vrijheid haar stand hare sexe de pijniging der arme verscherpen. De tranen der gevallene zullen haar smet kunnen uitwisschen, maar het elegante kleed der toeschouwsters bevlekkeu, Moge de openbare meening deze schaamteloosheid- brandmerken. In de Spectator van 26 Sept. leest men Een stuitend en beschamend schouwspel leverde in de vorige week en deze week de zaal van het gerechts hof te 's Gravenhage op. Eene circulate, door den eigenaar van een door stoom gedreven molen te Neuerod in de wereld gezonden bevat het volgende „Den geeerden landbouwers en in de omstreken lig- genden landlieden, beveel ik als eene prachtige bemes ting het fijne beendermeel van mijn nieuw ingerichten stoombeendermolen aan. Ik ben ook gaarnetegen geringe vergoeding, bereid om voor heeren landbouwers, wanneer zij daaraan de voorkeur gevenhun eigen beenderen te malen. Maandag 28 Sept. 's Gravenhage. Tweede Kamer. Het algemeen debat over het adres van antwoord is afgeloopen. De beer Mees constateerde namens de commissie, dat bet adres deels saamvatte, deels aanvulde, wat de troonrede ver zweeg. Hij en de heeren Keuchenius en Borgesius critiseerden de trooorede als onbeduidend en de ware toestanden miskennend. De heer Borgesius zeide, dat zulk eene troonrede het prestige vau het koningshuis meer benadeelde dan revolutionaire redevoeringen. De heer Heemskerk verdedigde de troonrede als kort, bon dig en niet onjuist. Hij deelde mede, dat de regeering wijzigingen in hoofdstuk X der grondwet heeft voor gesteld en het advies van de Baad van State daarom trent eergisteren is terug ontvangen. De heer van Houten constateerde dat de regeering bij niemand steun vindt en dientengevolge het prestige der kroon benadeelt. De heer Keuchenius heeft eene nieuwe ali nea voorgesteld bij paragraaf 2 waarin aangedrongen wordt, dat de regeer ng hare aandacht wijde aan de handhaving van het gezag en ten aanzien van de kroon en aan de behartiging van de rechten nooden en be langen van het nederlandsche volk. Amsterdam, Het vonnis in zake van Ommeren is in hooger beroep door bet gerechtshof te Amsterdam bevestigd en de beschuldigde mitsdien veroordeeld tot ééu jaar celstraf. Parijs. Het nieuwe turksche ministerie wendde zich, na hare optreding terstond tot de gezanten met aan drang de tueschenkomst der mogendheden verzoekende. Athene. De Koning is alhier teruggekeerd en met ontzaggelijke geestdrift ontvangen. De Koning ver klaarde dat Griekenland zich groóte opofferingen zou moeten getroosten. Berlijn. Het Berliner Tageblatt meldt, dat Engeland het eiland Helgoland aan Duitschland heeft afgestaan. Volgens het nieuwe besluit betreffende de samen stelling en indeeling der dienstdoende schutterij zal de sterkte der dienstdoende schutterij alhier bedragen 2 compagnieën met 266 man. De laatst overgebleven leden der 2e sectie van het Metalen Kruis, de heeren B. Snitger J. Land man en H. A. Schoenmaker alhier, hebben aan het stedelijk museum afgestaan de door de le en 2e sectie gebruikte banier, de naamlijst der leden van het Me talen Kruisdie op 8 October 1856 eene vereeniging onder de zinspreuk „Ons genoegen Voor Koning en Vaderland" oprichtten, alsmede de medalje, geslagen bij gelegenheid van de onthulling van het Monument op den Dam te Amsterdam en die geslagen ter nagedachtenis van van Dam van Isseit. Met genoegen maken wij van deze scheuking melding waar door deze voorwerpen voor het nageslacht bewaard blijven. Benoemd tot betaalmeester te Zutphen de heer A. J. P. van Strijen alhier en in zijne piaats de heer Paehiigthans te Zutphen. BURGERLIJKE STAND. GETROUWD. 27 Sept. Perdinand Karei Nebbeling en Anna Susanna Krug. lleinier Pallemans en Harmina de Vries. Cornelis Simon Nicolaas Adolf en Catharina van Dijk. GEBOREN. 25 Sept. PetrusZ. van Dirk Groothuizen en Maria Kieft. Anthonius, Z. van Albertus Mensink en Anna Ca tharina Lobach. Trijntje, D. van Cornelis Groot en Geertje Klinkhamer. Johanna, D. van Jokannis Koopman en Geertruida Langedijk. HendrikaD. van Jacob Romijn en Christina Anna Hazes. Simon Gerardus PetrusZ. van Pieter Bastiaan Swart en Anna Catharina Backes. 26 27 28

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1885 | | pagina 3