No. 124*.
Zeven en tachtigste Jaargang.
1885.
TWEEDE BLAD.
ZONDAG 18 OCTOBER.
©ö»jciê*I (Bebezltz.
SCHOUW.
de groote Veemarkten dit jaar in.
rallen op 2 en £S JVorember 18SS en
dat op Zondag IVorember 1885 geen
ree op de markt zat teorden toege
laten róór des middags £2 uren.
BttitcaiAttb.
fiiunculaub.
Jugczoubew
ALKMAARSCHE COURANT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen, onder herinnering aan de verplichtingen, aan eige
naren ofagebruikers van slooten opgelegd bij de politie-veror-
dening op de gebouwen, straten, pleinen wegen en wateren van
IA December 1881w
töqiter algemeene kennis, dat op Woensdag
18 Januari 1881, D
21 October 1885 door den opzichter over den hout en de plant
soenen zal worden gehouden de jaarlijksche schouw over de
vaarten en slooten in de gemeente.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
9 Oct. 1885. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR,
ontdekt hebbendedat in de laatste dagen herhaaldelijk de
steenen uit de straten getrokken worden door kinderen met
eene zuigmachineroepen de medewerking der ouders inom
zulks te voorkomenonder herinneringdat art. 68 der poli
tieverordening bedreigt eene geldboete van f 1 tot 25 met
of zonder gevangenisstraf van 1 tot 3 dagen tegen hen die
gemeente-eigendommen beschadigen.
Zy maken tevens bekenddat zij de hoofden der scholen
uitgenoodigd hebbende kinderen van de scholen te verwijderen,
die in het bezit zijn van eene dergelijke zuigmachine.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
15 Oct. 1885. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
ALKMAAR brengen ter algemeene kennisdat
Burgemeester en Wethouders voornoemd f
Alkmaar, A. MACLAINE PON1.
15 Oct. 1885. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
FRANKRIJK. De heer Grévy heeft verklaard, dat
hij herkozen wordende de benoeming van president
der republiek zou aanvaarden.
OOSTENRIJK-HONGARIJE. Den 16 bestreed de
minister-presidentgraaf Taaffe in het Heerenhuis bij
de beraadslaging over het adres van antwoord op de
troonrede, de aanvallen der oppositie. Hij verklaarde,
dat de regeering naar de geleidelijke ontwikkeling
van alle volken der monarchie streeftonder hand
having van de eenheid des rijks. Wat het gebruik der
duitsche taal betreft, acht zij het utiliteitsstandpunt
het verkieslykst. De regeering weet zeer goed, hoe ver
zij kan en mag gaan. Deze woorden werden door de
rechterzijde toegejuicht. Het antwoord op het adres
werd ten slotte goedgekeurd met slechts 22 stemmen
tegen.
SER VIE. De duitsche gezant is van Nisch naar
Begrado teruggekeerd. Aan zijne zending wordt geen
bijzonder gewicht gehecht. Hij bepaalde zich tot het
geven van den vriendschappelijken raad om voorzich
tigheid te betrachten en deze stap zal geen invloed
uitoefenen op het door de regeering te nemen besluit.
De Koning hield den 15 eene revue over de bi)
Nisch gelegerde troepen. Hij was zeer voldaan over
hunne uitmuntende houding. Uit Hongarije kwamen
1500 paarden aan.
TURKIJE. De Porte richtte den 15 een schrijven
aan de mogendheden waarin hare aandacht gevestigd
wordt op de voor den vrede bedenkelijke wapeningen
in Griekenland.
BR1TSCH-INDIE. De engelsche regeering laat den
Onderkoning in het met Birma gerezen geschil volko
men vrij.
Het bestuur der Liberale Unie stelt in zijn advies
over den schooltijd op den voorgrond, dat, ware het
alleen te doen om het zoeken eener oplossing, het
zou voorstellen, de zaak voorshands niet te behandelen,
daar na het uitvaardigen der twee bekende nota's en
na de houding der tegenstanders bij het voorloopig
onderzoek der ontwerpen tot grondwets-herziening ie
dere poging tot oplossing vooruit tot onvruchtbaarheid
is veroordeeld. Met eene tegenpartij, die nadrukkelijk
weigert hare eischen duidelijk en verstaanbaar te for
muleeren is overleg onmogelijk. Maar het stichten
van vredehet streven naar verzoening is niet het
eenige doelveelmin het koopen van den vrede door
het doen van concessien. Het houdt zich overtuigd
dat bü geen liberaaldie wijziging van art. 194 der
grondwet wenschtdit laatste de beweegreden is.
Veeleer zoekt het die in het ernstig streven naar waar
heid en recht in het staatsbeleideen strevendat
noopt tot vernieuwd onderzoek ook naar de waarde
van die opvattingen van welker juistheid men sedert
lang overtuigd was. Alleen in dezen zin meent het
het stellen der vraag te mogen opvatten. Het geldt
geen loven of bieden met de tegenpartijmaar een
hernieuwd onderzoek in eigen boezem, tot vorming
van nieuweof tot bevestiging van bestaande overtui
ging. Ziet het zich dus ontheven van de verplichting
om het door de bestrijders van art. 194 verlangde te
onderzoeken het kan en moet zich bepalen tot het
onderzoek van de beginselen der bestaande grondwet.
Leert dat onderzoek dat wijziging gewenscht ishet
bestuur bepaalt zich tot het duidelijk aangeven van de
verlangde wijzigingenzonder tot hare formuleering
over te gaan. Het is te doen om eene gemeenschap
pelijke overtuiging van alle liberalen over de hoofd
punten zooveel mogelijk te vestigen of te bevestigen.
Uitgaande van het bestaande voorschrift der grond
wet stelt het als eerste vraag: Moet de zorg der
overheid zich over het onderwijs uitstrekken? Zoo ja
binnen welke grenzen Het antwoord komt in hoofd
zaak hierop neder.
Dat het onderwijs in het algemeen een voorwerp van
de aanhoudende zorg van het staatsgezag moet zijn
kan redelijkerwijze niet worden betwist. De rechts
grond van die aanhoudende zorg is gelegen deels in
de roeping van den Staatwaaraan hij niet beant
woordt wanneer zijne leden beneden het algemeen
gevorderde peil van verstandelijke ontwikkeling blijven
en daardoor ook hunne stoffelijke belangen schade lij
den deels in den plicht der overheid om zich de be
langen aan te trekken van hen die niet voor zich
„zelf kunnen zorgen. De werkelijkheid leert maar al te
duidelijk dat zonder hulp van de overheid de ouders
niet in staat zijn dien plicht naar behooren te vervul
len. Tusschenkomst van het staatsgezag is dus onmis
baar en moet zich noodwendig alleen uiten in het
van overheidswege verschaffen van de gelegenheid aan
de ouders, om hunne kinderen te doen onderwijzen. De
zorg van den Staat moet zich uitstrekken tot het ver
schaffen van onderwijs naar de behoefteoveral waar
die behoefte bestaat en niet van elders wordt vervuld.
Nevens die onmiddelijk ingrijpende zorg moet de over
heid toezicht houden op het buiten bare bemoeiing ge
geven onderwijs.
Het door de overheid verschafte onderwijs moet blij
ven buiten leerstellige begrippen: het moet de gods
dienstige begrippendie in eindelooze schakeeringen
bij het volk leven eerbiedigen en mag niet leiden tot
haat en minachting der godsdienstige gevoelens van
andersdenkenden.
Nevens dat onderwijs blyve het bijzonder onderwijs
volkomen vrijmits onderworpen aan de eischen van
het algemeen belang dat waarborgen vordert voor be
kwaamheid en zedelijkheid der onderwijzers. Die waar
borgen mag en moet de overheid eischen evenals zij
bevoegd is voor de gezondheid van de schoolgaande
kinderen te waken mits beperkt tot het hoog noodige.
Met deze beginselen als punt van uitgangis de
vraaghoever zich de staatszorg voor het onderwijs
moet uitstrekken geheel eene vraag van opportuniteit
waarvan de beantwoording afhangt van tijdelijke en plaat
selijke omstandigheden. Overal waar en zoolang zonder
staats-tusschenkomst voldoend onderwijs wordt gegeven,
kan de overheid zich van het verschaffen van onder
wijs onthouden zij trekt hare onmiddelijke werkzaam
heid terugniet omdat zij die als een noodzakelijk
kwaad beschouwtmaar omdat zij niet meer noodig is.
Die onthouding kan eerst plaats vinden, waar wer
kelijk zonder hare tusschenkomst voldoend onderwijs
te verkrijgen isvoldoend èn naar gehalte èn met het
oog op de godsdienstige meening der ouders. Deze
hoofdbeschouwingen geven het bestuur aanleiding als
slotsom van zijn onderzoek te stellen, dat hetter ver
duidelijking van het voorschrift van art. 194 der grond
wet wenschelijk is
in a'.inea 1 te doen vervallen het woord „openbaar";
in alinea 2 te omschrijven de eerbiediging der gods
dienstige begrippen. Hoever die eerbiediging moet gaan,
worde gerust aan den tact des onderwijzers en de zorg
van het schooltoezicht overgelaten. Dat zij zich kan
bepalen tot eerbiediging der godsdienstige begrippen
van de ouders der aanwezige leerlingen kan geree-
delijk worden toegegeven. Slechts worde gewaakt, dat
het onderwijs niet worde gebezigd tot het aankweeken
van geloofshaat en verachting van andersdenkenden.
In alinea 3 uit te drukken, dat de overheid zich te
rugtrekt van het direct verschaffen van onderwijs daar
waar, en zoolang als door het bijzonder onderwijs in
de behoefte op voldoende wijze wordt voorziendie
onthouding te bepalen door de regeering en mits dat
bijzonder onderwijs gegeven worde zonder subsidie van
overheidswege
alinea 4 onveranderd te behouden.
Verder als nieuwe alinea aan het artikel toe te voe
gen, dat de Staat verplicht is te zorgen, dat voor onver-
mogenden de gelegenheid tot het ontvangen van kos
teloos lager onderwijs niet ontbreke.
Bij kon. besluit van den 2 is aan den heer mr.
J. P. P. baron van Zuylen van Nijeveltlaatstelijk
gezant bij de fransche republiek een tweede pensioen
toegekend van 2398 's jaars.
Bij kon. besluit van den 7 No. 17 is aan de ar-
rondissements-schoolopzieners voor de jaren 1886 en
1887 de vergoeding hunner reis- en verblijfkosten
verbonden aan het gewone toezichtop den ouden
voet bij abonnement verlengd.
Den 8 heeft de heer mr. P. F. van Cooth ge
durende 32 jaren griffier der Staten van Noordbrabant,
medegedeelddat hij in de aanstaande zitting der Sta
ten uit die betrekking eervol ontslag zal vragen.
In den nacht van 8 op den 9 is bij een goud
en zilversmid kashouder te Alfen a/d. Rijn eene belang
rijke waarde aan gouden voorwerpen ontvreemd. Van
dien diefstal worden 2 landloopers verdachtdie den
vorigen dag het terrein verkend hadden.
Den 11 is te 's Gravenhage overleden de heer I.
Esser, oud-resident van Timor, een der steunpilaren
van de anti-revolutionaire partij en meer in het bij
zonder bekend door zijne predikingen op straat.
-— Bij kon. besluit van den 11 is benoemd tot rechter
in de arr. rechtbank te Rotterdam de heer mr. Th. J.
Hoppe rechter te Roermond.
In den nacht van den 11 op den 12 is by Slo-
terdijk in de weide van den heer P. Franzen te Wijde
Wormer, de ram geslachtdien deze op de verkooping
op de Badhoeve had gekocht voor f 80 en waarvoor
indertijd 400 betaald is. De daders namen het vleesch
mede en lieten kop en huid achter.
Te Meppel is in den nacht van den 12 op den
13 in het Kanaal een schip gezonken. De schipper
met zijn gezin kon zich met moeite redden.
- Te Sneek waar eenige avonden ongeregeldheden
plaats haddenzijn den 13 des avonds bij sommige in
gezetenen de glazen ingegooid. De avond van den 14
ging rustig voorbij. De burgemeester heeft samen
scholingen van 3 of meer personen verboden.
Den 14 is van den Oostertoren te Zaandam de
blauwe vlag uitgestoken als seindat de waterstand
der Zaan zoo hoog wasdat geen water van nabij ge
legen polderswaarop ongeveer 200 molens hun wa
ter bergen meer mag ingelaten worden.
Te Oldebroek is den 14 een paarddat aan
kwaden droes leed afgemaakt en begraven.
Te Zevenaar is den 14 bij een uit Duitschland
gekomen reiziger naar Amsterdam die aan de beambten
verklaarde, niets belastbaars bij zich te hebben in zijne
schoenen en zijn ondergoed eene gezamenlijke belastbare
waarde te hebben van ruim f 1000. Dit was het 4e
geval in een paar dagen.
Den 14 en 15 zijn te Amsterdam van de 16 voor
onderwijzeres geëxamineerden 10 geslaagd te weten
de dames F. A. Kooiman J. T. van Heyningen H.
C. P. Bosch A. S. BijlC. A. C. van OlstL. Su-
verijnS. H. Bok W. C. van Swaaningen M. de
Vries en A. J. Cardinaalallen te Amsterdam.
Het provinciaal bestuur van Noordholland heeft
den 15 bij enkele inschrijving aanbesteed de voorzie
ning der boorden van het Noordhollandsch Kanaal en
het maken van een bestraat paardenpad in den grind
weg op den kanaaldijk in drie pereeelen. Minste in
schrijvers waren voor perceel 1, geraamd op f 2950
A. Prins Tz. te Sliedrechtvoor f 2483 2e perceel
geraamd op f 7500, dezelfde, voor ƒ2636; 3e perceel,
geraamd op 4730, R. Schreuders te Kolhorn voor
2020.
Uit het verslag van het tooneelverbond over het
jaar 1884/5 blijktdat het ledental slonk van 1800
tot 1730. De rekening Bloot met een tekort van ruim
f 330 en de begrooting voor het volgende jaar met
een van ruim 1330, grootendeels een gevolg van het
besluit der Staten van Noordholland, om het 2 jaar
geleden toegekende subsidie niet verder te bestendigen.
Op de algemeene begrooting is de post voor het tijd
schrift van 1135 tot 600 teruggebracht kunnen
worden door de inkrimping van het aantal afleveringen
en door het besluit van den redacteur, den heer Taco
H. de Beer en den uitgever, den heer JL. Beyers
om afstand te doen ten behoeve van de tooneelschool
van het tot du3 ver genoten tractement. De directeur
der tooneelschoolde heer Bouberg Wilson, heefc af
stand gedaan van f 500 van zijn tractementdat daar
door op 3500 uitgetrokken is. Door die verminderin
gen is het tekort op de begrooting verdwenen.
's Rijks middelen hebben in September opgebracht
10.439.493 tegen 9.626.626 in September 1884 en
gedurende de eerste 9 maanden f 76.091.301 tegen
75.578.443. De raming bedroeg 80.467.782.
Beroepen bij de ned. herv. gemeente te Zuid-
scharwoude ds. A. G. Reede te Osch.
M. de R.
Ten vorigen jare, als ik mij wel herinner, werd bij
gemeenteraadsbesluit bepaald, dat het water langs het
zoogenaamde Baanpad buiten de voormalige Boom
poort, zou gedempt worden, doch werd vreemd genoeg
de riolering van den nieuw te winnen weg, zoo al ter
sprake gebracht, dan toch daaromtrent zeker geen be
palingen opgenomen, althans werden geen riolen gelegd.
Onlangs werd de weg weder opgebroken voor het leg
gen van buizen voor de nieuwe waterleiding en kunnen
de bewoners eerlang wel goed drinkwater bekomen,
maar ontbreekt hun dan zoo goed, als nu, de gelegen
heid om het vuile en het overtollige hemelwater te
loozen. Daarom wordt nu de kortste weg bewandeld
en eenvoudig alles op den openbaren weg geworpen.
Het zal wel geen betoog behoevendat ook zonder
het tegenwoordige regenachtige weerdie weg wel
op een modderpoel, een specie van een vuilnisplaats
gelijkt en uit een hygiënisch oogpunt beschouwd een
waar broeinest is van schadelijke miasmen.
Waarom word ons net stadje ontsierd door besten
diging van een dergelijken toestand, die toch niet
houdbaar mag geacht worden
't Is vooral voor de bewoners te wenschendat
hierin zoo spoedig mogelyk verbetering worde gebracht.
Met dank voor de verleende plaatsruimte.
Alkmaar, UWEd dw. Dr.
15 Oct. 1885. M.