So. 127.
Zeven en tachtigste Jaargang.
ZONDAG
25 O CTOBER.
l>e Condéer.
Prijs der gewone Advertentiën:
Dit nummer bestaat uit twee bladen,
EERSTE BLAD.
EERSTE KLASSE.
FEUILLETOKT.
Ëitmcnlaud.
c
Deze Courant wordt Dinsdag-, Dondardag- en
Saterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,30; franco door
het geheele Bijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
RIX
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HEBMs. COS-
TBE ZOON.
Amsterdam eerste klasse. Den Haag eerste
klasse. Waarom niet? Het verschil tusschen den prijs
van de eerste en de tweede klasse is zoo gering. Wie
zou in de tweede klasse willen reizen als hij voor
enkele stuivers meer in de eerste kan zitten Dat
verschil maakt niet uit. Als ik het daarmee winnen moet,
kom ik er toch niet.
Wie heeft deze of dergelijke redeneering niet meer
malen gehoord? Wie van ons heeft zelf wel niet eens
op die manier geredeneerd? En heeft bij, die zoo
spreekt, geen gelijk? Het verschil is inderdaad zeer gering.
Wat maakt het uit? Als iemand te kort komt, zal
de besparing van die enkele stuivers hem er niet bren
gen. Dat is volkomen waar, en op de geheele rede
neering valt niets aan te merken indien de man, die
zoo spreektslechts zeer zelden van den spoortrein
gebruik maakt en waar het andere uitgaven geldt
niet op dezelfde wijze redeneert. Maar daar zit het
bedenkelijke. Dezelfde redeneering past niet alleen op
het reizen met den spoortreinmaar kan even goed
in alle andere omstandigheden gehouden worden. Voor
een paar centen meer heeft men een betere sigaar,
voor een paar stuivers meer een lekkerder glas bier
voor een paar gulden meer een mooiere parapluie of
een fijnere jaseen fraaier tapijt en nieuwmodische
stoelenvoor een honderd gulden 's jaars meer een
mooier huis. En als nu het oude Hollandsche spreek
woord dat veel kleintjes één groot maken waarheid
bevatdau is het duidelijk dat de zaak bedenkelijk
wordt. Niet in een enkele reis in de eerste klasse
ligt het gevaar, maar in^de geheele levenswijze op den
zelfden voet.
Onze maatschappij tracht het leven zoo aangenaam
mogelijk te maken en de aangenaamheden des levens
onder het bereik te brengen van het grootst mogelijk
aantalonder het bereik van velen zeer velen waar
het kan van allen. Men tracht zooveel mogelijk voort
te brengen en de prijzen zoo laag te stellen als het
kan. Op zich zelf een loffelijk streven maar de ver
leiding om er gebruik van te maken, zooveel men maar
eenigszins kan en ook iets meer dan men kan wordt
er sterker door. De meeste menschen zullen er eerder
toe komen tweemaal telkens vijf gulden voor dezelfde
zaak uit te geven dan eenmaal tienen als zij wat
zwak van geheugen zijnzullen zij dezelfde uitgave
driemaal gedaan hebbeneer zij het zeiven weten.
Koffiehuizen en bierhuizen bierhallen biertuineu en
biergrottensociëteiten en wintertuinen zien er heel
wat gezelliger uit dan vijf en twintig jaar geleden.
Hier en daar kan men ook met dames komen. Een
9)
VII.
Sinds dezen pijnlijken avond lag er iets vreemds tus
schen man en vrouw. Hij gaf zich wel moeiteom
even kalm en vriendelijk te schijnen als gewoonlijk
en Toni kon zich ook volstrekt niet verklaren, waarom
het op eens zoo anders geworden wasmaar het was
haar niet meer zoo blij en onbezorgd te moede als vroe
gerde hemel van haar huwelijksgeluk was verduisterd
en de schaduwen op haar voorhoofd wilden r iet wijken.
Hij beproefde op alle wijzen om met haar te schertsen;
zij kon niet meer onbevangen of zelfs uitgelaten daarop
ingaan. De toon zijner stem vond geen echo meer in
hare borBt. Hij speelde en dartelde met Lotje als
vroegermaar het kwam moeder voordat dit aan
halen van het kind door den vader bij dezen geen
uiting was van rein gevoel. Een wantrouwenwaarvan
zij zich de oorzaak niet wist te ontraadselenwerd
van dag tot dag sterker bij haar en hem ging het
evenzeeromdat hij het hare raadde. Zij kregen beiden
eene instinctmatige vrees voor elkander. Hijomdat
zijn kwaad geweten was begonnen te sprekenzij
omdat zij het voorgevoel niet meer van zich kon af
zetten dat haar een of ander gevaar dreigde en haar
man iets voor haar verborg.
Te vergeefs berispte zij zich zelfen nam zij zich
vastbesloten voorzich met de oude liefde tegenover
hem te gedragen. Maar de hartelijke woordendie zij
tegen hem spreken wildebestierven haar op de lippen,
en de kusdien zij zich zelf dwong hem te geven
was niets dun een koude adem en bracht haar eene
huivering over de leden. Hij, van zijnen kant, hoe
hij zich ook voor het uiterlijk wist te beheerschen
halve beafstaek of de „plat du jour" is wel zoo sma
kelijk als een broodje met kaas, en werkelijk niet duur.
Het verschilt maar weer een paar stuivers. De tram
is zoo gemakkelijk en toeh maar een zaak van enkele
centen men verslijt het baast aan zijn schoenen. Zoo
krijgt menigeen langzamerhand de gewoonte om op den
tram te stappen ook als hij niet meer dan vijf minu
ten zou moeten gaanen als de afstand wat grooter
is wint hij nog zooveel tijd dat hij vóór het vertrek
van den trein nog even een koffiehuis kan binnen
gaan of zoo lang aan het station moet wachten dat
hij uit verveling in de wachtkamer nog iets gebruikt.
Tusschen f 1.en f L.20 tusscheD 50 en 60 cents
is inderdaad het verschil zoo groot niettoch bedraagt
het 20 percent en wanneer alle uitgaven in dezelfde
verhouding worden verhoogdkan men er zeker van
zijn dat f 500 ook f 600 zai worden en f 5000 wel
dra 6000 zal zijn. Nu is het niet minder zeker, dat
wie jaarlijks f 500 te verteren heeft, het niet lang zal
uithouden als hij ƒ600 uitgeeft, en dat hij, die zonder
bezwaar f 5000 kan uitgeven, daarom nog geen ƒ6000
kan verteren.
Misschien is het niet geheel overbodig in dezen tijd
ons deze eerste beginselen der rekenkunde te herinne
ren. Wij hebben tijden van voorspoed gehad en heb
ben daarin misschien het rekenen wat afgeleerd. Zoo
is het in 't groot gegaan, zoowel als in 't klein, in de
huishouding van den staat, zoowel als in die van par
ticulieren. Bezuiniging spaarzaamheid vereenvoudi
ging is het wachtwoord geworden dat ten aanzien van
de rijksuitgaven wordt aangeheven zou het ook van
veler particuliere uitgaven niet moeten gelden Zijn
wij niet wat te veel gewoon geraakt, in de eerste
klasse te reizen ofschoon ons de tweede beter zou
hebben gevoegd of in de tweede niettegenstaande
ons als wij goed gerekend hadden, zou gebleken zijn,
dat wij met de derde genoegen hadden bohooren te
nemen Gemakkelijk is het nietmet de gewoonte
te breken. Het voorbeeld van den staat leert ons
hoe moeilijk het is te bezuinigen en als de huishou
ding eenmaal op zekeren voet is ingericht de uitga
ven in te krimpen maar waar de noodzakelijkheid ge
biedt dient men door den zuren appel heen te
bijten en de eerste beet kost de grootste over
winning later wordt het gemakkelijkermenigeen
die een tijd lang sigaren van een stuiver heeft ge
rookt is later weer aan die van drie centen gewoon
geraakten rookt niet minder smakelijk dan vroeger.
De eerste leveusbeboetten brood kleeding turf,
steenkolen zijn aanmerkelijk lager in prijs dan een
kwart eeuw geleden allerlei kleine geriefelijkheden
zijn voor weinig geld te krijgen en velerlei genoegens
zijn om zoo te zeggen voor allen bereikbaar. De plei-
ziertrein is ontegenzeggelijk al heel goedkoop, en ook
de mindere man kan gaan zien, wat vóór vijftig jaren bui
ten zijn bereik zou gelegen hebben, en zich vermeien in
Bchoone streken die vroeger voor hem ontoegankelijk
zouden geweest zijn maar wat weelde en ontspanning
kon de onrust van zijn gemoed niet meester worden
hij vermeed, zijne vrouw in de oogen te zien en meer
dan volstrekt noodig was met haar te zamen te zijn
en te spreken. Hij zocht zijn opvallend gedrag te
rechtvaardigen door zijn talrijke bezigheden op het
veld en zij wilde het gelooven. Doch iederen nacht
kwelden haar verschrikkelijke droomen en iederen dag
verontrustten haar pijnlijke gedachten alsof een booze
geest, die in huis geslopen wan, baar die inblies.
Het was midden in den zomer en een heete dag
het liep tegen den avond en de schemering viel
reeds in. Toni zat met een of ander naaiwerk aan
het venster der huiskamermet het kind aan hare
voeten.
Daar zag zij van den oever van het meer recht door
het land een man aankomen en hoezeer haar dit reeds
opvielnog veel meer was dit bet geval, toen de vreem
deling het tuintje doorkwam en op het huis toekwam.
Het was wel niets ongewoonsdat er menschen op
Horak's hoeve kwamen om met hem zaken in vee of
veldvruchten te bespreken. Maar op zulk een laat uur
was het zonderling en daar van den kant van het meer
geen openbare weg liep kwam het haar vreemd voor,
dat de bezoeker uit die richting naderde. Bovendien
zag de man er niet uit als een boer uit de buurt
maar eerder als een landlooper of een bedelaar.
Doch daar hij het buis binnentrad besloot zij hem
tegemoet te gaan en hem te vragenwat hij verlangde.
Voor de deur sprak zij hem aan. Hij nam met eenen
ootmoed die baar honend toescheen zijne vuile muts
af en verklaarde den heer des huizes te willen spreken.
Nu schrikte de jonge vrouw, daar zij zich nu herinnerde,
den man meer te hebben gezien. Op het oogenblik
wist zij nietwaarmaar het stond haar levendig
voor den geestdat die vroegere ontmoeting met dien
man haar toen evenzeer onaangenaam had aangedaan
en die lange kerelmet zijne vuurroode baard, loerende
oogen en gehuichelde beleefdheid reeds toen haren
achterdocht had gewekt.
ismoet weelde en ontspanning blijven en kan geen
dagelijk8ch brood worden. Nu men de kermissen gaat
afschaffen kan bet daarom niet alle dagen kermis zijn.
Hartelijk hopen wij dat spoedig weer betere tijden
mogen aanbreken. Als wij onze wakkerheid en krachts
inspanning verdubbelen, kan dat niet uitblijven maar
als de kwade tijd, waaronder wij gebukt gaan, ons volk
een duurzame les achterlaat, dat blijvende voorspoed
niet zonder spaarzaamheid bestaanbaar is zal ook uit
dit kwaad iets goeds voor ons kunnen voortkomen.
Een zegen zal het daarbij zijn, als de ontspanningen en
genoegens, die men zoekt, wat minder van stoffelijken
aard zullen worden. In dit opzicht hebben wij ons in
derdaad in minder goede richting bewogen. In allerlei
geriefelijkheden en gemakken des levens in eten en
drinken en mooie kleeren, in uiterlijkheden heeft men
inzonderheid den vooruitgang willen zien. Dat is de ware
beschaving niet. Geestelijk genot is beter en duurzamer
en goedkooper, maar kost meer inspanning. Onder
een glas bier of een glas wijn naar eenige vroolijke
deuntjes muziek te zitten luisteren of niet luisteren
vergt inderdaad ai bijzonder weinig inspanning, en de
bloei van het café-concert en café-chantant bewijst
hoezeer deze soort van genoegens in den smaak valt.
De ware muziekliefhebber eischt echter iets anders en
iets betersgetroost zich meer inspanning maar kan
ook wijn en bier ontberen. Een schoone féerie, prach
tig tooneeldecoratief kan een poos het oog behagen
maar een geslacht, dat daarop in de eerste plaats gesteld
iszal niet gezegd kunnen worden den waren bloei
en de verheffing van het tooneel bevorderd te hebben.
De ware beschaving stelt andere eischen aan de kunst
en is met minder pracht tevreden. Hoogere kunst geeft
hooger genot, maar vergt meer aandacht en inspanning,
dan waarvoor menigeen na een overvloedigen maaltijd
en een goed glas wijn in staat is. Zoo staat ook in
dit opzicht stoffelijk genot aan de hooge genietingen
van den geest in den weg.
Liberale Unie.
In de vergadering der kiesvereeniging Burgerplicht
te Groningen werd den 22, na langdurige bespreking
van de adviezen over kiesregeling door de Liberale Unie,
met 28 tegen 7 stemmen een voorstel van den heer
Sannes verworpenom het kiesrecht toe te kennen
aan alle mannelijke meerderjarige Nederlanders in
bezit van hunne burger- en burgerschapsrechten met
uitsluiting der bedeelden. Aangenomen werd met 22
tegen 11 stemmen eene motievoorgesteld door de
hoogleeraren Cort van der Linden en Oppenbeim
luidende: „De vereeniging Burgerplicht verklaart dat:
1°. grondslag van het kiesrecht behoort te zijn de zelf
standige wilom mede te werken tot de behartiging
van het algemeen belang 2°. de zelfstandigheid moet
worden aangenomen bij allen die geen openbaren
onderstand genieten 3°. de wil om mede te werken
„Wat verlangt gij van mijnen man vroeg zij wan
trouwend. „Ik weet nietof hij thuis is."
„Welnu, beste vrouw", antwoordde hij met vriendeljjk
smeekend gelaat„ga dan eens zien anders zal ik
maar wachten totdat bij komt."
Op dat oogenblik ging aan de andere zijde van den
gang waar Horak zijne kamer had de deur open en
deze trad te voorschijn. Hij schrikte bij het zien van
den vreemdeling zoozeerdat hij een oogenblik onbe
wegelijk met de deur in de hand bleef staan.
„Gij kwam het daarbij over zijne lippen.
De roodbaard knikte hem toe.
„Gij kent mij dus nog mijnheer Horak ik dacht
het wel, ik uacht het wel! Dat is aardigi Dan zult
gij mij ook wel een woordje willen gunnen
„Kom hier binnen riep Horak den bezoeker toe.
Toni bemerkte uit den toon zijner stem hoeveel
moeite het haren man kostteom zich te beheerschen
en om de uitnoodiging bevelend te doen klinken. Hare
oogen bleven wijd geopend op hem gevestigd alsof zij
eene verklaring wachtte. Hij keerde zich intusschen
snel om en daar de roodbaard zich haastteom binnen
te sluipen sloot bij de deur terstond voor hare neua
dicht. Met beklemd hart ging zij naar de huiskamer
terug om het avondeten gereed te zetlen.
„Schoft begroette onderwijl met onderdrukte stem
Horak zijnen bezoeker, nadat de deur gesloten was, en
zijne oogen schoten vuur. „Gij durft hier komen
Blijkbaar weerstond hij met moeite de verzoeking
in zijne heftige woededen langen Michel bij de keel
te vatten.
Zonder een zweem van vrees intusschen beantwoordde
deze zijnen blik en met listig gelaat fluisterde hij
„Duivels! Voorzichtig maar, vriend! Voorzichtig maar
en kalm 1"
Deze aanmaning gaf inderdaad Horak zijne bedaard
heid terug en had ten gevolge dat hij dadelijk inzag,
op welke wijze hij in alle opzichten meester zou blijven
van den onverwachten en gevaarlijken toestand, fly