v.
20
23
14
12
9
32
35
30
19
17
26
13
14
7
11
58
37
45
35
11
304
287
174
151
110
205
166
109
107
59
19
19
12
8
8
13
14
8
9
6
2L
18
17
16
9
16
23
10
14
6
16
15
11
10
7
5
7
3
5
6
29
27
29
31
12
23
24
15
15
15
72
71
42
44
49
19
21
18
12
10
15
15
12
12
7
21
18
11
18
5
s t wi*ï,oruii IJ.
Donderdag, 9 Jan., Je lQst.
Nr. 15245 2000Nr. 12896 f 1500Nr. 638
f 100.
M
T.
M.
heer mr. A. Looijen eervol ontslagen procureur-ge
neraal in de kolonie Suriname, te 's Gravenhage.1
De gemeenteraad van Gouda heeft den 5 beslo
ten tot benoeming eener commissie van deskundigen
ter voorlichting van den raad in zake de gaskwestie.
Den 6 zijn te Botterdam alle kandidaten der
vrijzinnige kiezersvereeniging tot leden van den nieuwen
gemeenteraad gekozen met 1791 tot 1095 stemmen
van de 2072 geldige stemmen. Onder de gekozen 39
leden behooren 5 personen, die te Delftshaven lid van
den raad waren, waaronder de burgemeester.
In de navolgende gemeenten zijn gedurende
1885 voorgekomen
Geboorten. Sterften. Huwelijken.
Avenhorn
Barsingerhorn
Egmondbinnen
Egmond a. Zee
Haarlemmerm.
Hoorn
Obdam
Opperdoes
Oude Niedorp
Oudkarspel
St. Maarten
St. Pankras
Rijp
Schoorl
Texel
Warmenhuizen
West woud
Zuidscharwoude
Bovendien kunnen nog de volgende bijzonderheden
vermeld worden
Haarlemmermeer. Levenloos aangegeven 32 1 echt
scheiding ingeschreven. Bevolking op 31 December
1885 14540.
Opperdoes. Bevolking op 31 Dec. 1885 406 m. en
378 vr,, totaal 784.
Oude Niedorp. Er vestigden zich 37 m. en 45 vr.,
terwijl vertrokken 17 m. en 16 vr. De bevolking ver
minderde gedurende 1885 met 11 m. en 1 vr. en be
stond op 31 December 1885 uit 535 in. en 567 vr.,
te zaraen 1102 personen 1 echtscheiding werd in
geschreven.
Bijp. Er vestigden zich 59 m. en 57 vr., totaal 116,
terwijl vertrokken 74 m. en 70 vr., totaal 144.
Schoorl. Levenloos aangegeven 2.
St. Maarten. Er vestigden zich 28 m. en 34 vr.,
terwijl vertrokken 40 m. en 47 vr. De bevolking ver
minderde gedurende 1885 met 7 m. en 8 vr., en be
stond op 31 Dec. 1885 uit 514 m. en 535 vr., te zamen
1049verdeeld in 787 Ned, Herv 176 B. Kath., 48
Christ.-Geref. en 38 Doopsgezinden.
Warmenhuizen. Gedurende de maand December
kwam geen enkel sterfgeval voor.
In 1869 is door de ned. herv. gemeente te Am
sterdam op de uitdrukkelijke vraag der synodale com
missie verklaard dat men, na de afschaffing van het
staatstoezicht op de kerkelijke goederen de goederen
der Amsterdamsche kerk op den bestaanden voet in
vrij beheer wilde behouden. Eene kerkelijke commissie
beheerde die goederen thans vrijnaar een voorschrift
van den algemeenen kerkeraad. In dat voorschrift is
den 14 December 1. 1. verandering gebracht. Er werd
besloten datmocht de algemeene kerkeraad geschorst
wordende kerkelijke commissie dien geschorsten ker
keraad toch zou blijven erkennen. Dit besluit vond
daarin zijn oorsprong, dat zoowel in den kerkeraad als
in die kerkelijke commissie de aanhangers van Dr.
Kuyper's leer de meerderheid hadden. Werd de kerkeraad
dus geschorstdan zou ook het meerendeel van de
leden dier commissie tijdelijk van zijne macht beroofd
van uwe figuur, mijnheer, maar blond. De matrozen-
huur is de arme duivel mij schuldig gebleven en de
gierige oude wil niets loslaten."
De vreemdeling had met gespannen aandachtdoch
uiterlijk onverschillig naar die woorden geluisterd.
„Hoe heette de boot zeide hij daarop op eenen
toon, alsof hij maar iets zeggen wilde.
„De „Bozario", de prachtigste boot, die tusschen hier
en West-Indie vaart."
„De „Bosario", juistZoo heette het schip zeide
de vreemdeling bevestigend.
„Kapitein
„Neubertmijnheer
„Jajuistik herinner het mij. En het ongeval ge
beurde voor Jamaica niet waar
„Zoover ik weetantwoordde de huurbaas„voor
Porte au Prince."
„Ongeveer wacht eens ongeveer twee jaren
geleden, niet waar."
„Beeds langer mijnheer Ja het kan wel drie jaren
geleden zijn. In April wordt het drie jaar."
„Hm!" zeide de vreemdeling nadenkend. „Heeft ie
oude meer dan eene dochter
„Slechts eene! Heeft mijnheer haar gezien?"
De vreemdeling haalde de schouders op.
„Een pracht van een meid, dat Fransje!" beweerde
de huurbaaskneep het linker oog dicht en smakte
met de tongdat het klapte. „Om te pakken mijn
heer 1"
„Wat gij zegt Er is dan ook stellig reeds een
vrijer, he P"
„Zoo half en half!" was het minachtend antwoord.
„Wie is de gelukkige?"
„Mijnheer schijnt bizonder veel belang te stellen in
de Haideckerszeide de gevraagde lachendvertrou
welijk met de oogen knippende.
„Een beetjewel zekerantwoordde de vreemde
ling koel. „Willi Haidecker kende ik. Ik was des
tijds passagier op de „Bosario"
De huurbaas trok een verblufd gezicht. Al mocht
het echter ook bij hem opkomendat zijn gast hem
voorloogde bewijzen ontbraken hem echter, die zijnen
twijfel konden rechtvaardigen. Zijn opkomend wan-
wordendat men voorkomen wilde. Het klassikaal
bestuur heeft met dat besluit geen genoegen genomen,
en de leden die het genomen hadden geschorst tot
den 18, op welken dag zij moeten verklaren of zij
willen gehoorzamen. Het besluit zelf werd vernietigd
op grond dat1° de kerkeraad het niet mocht nemen,
als behoorende tot het kerkverband van de ned. herv.
kerk met hare wetten 2° in 1869 de stemgerechtigde
lidmaten verklaard hebben, het beheer te willen behou
den op den bestaanden voetmaar dat nudoor de
veranderingen in dat voorschrift, in dien bestaanden
voet verandering was gebracht. Den 4, des middags,
nam de schorsing der leden die door middel van ge
drukte brieven mededeeling hadden ontvangen vau het
besluit van het klassikaal bestuur een aanvang. Des
avonds kwamen sommige geschorste leden toch bijeen en
wilden in de kerkeraadskamer gaan waarvan de
deur gesloten was. Toen zij een smid wilden laten halen,
om met geweld zich toegang te verschaffen, vroeg de koster
aan ds. Westhoff, voorzitter van het klassikaal bestuur, die
in de consistoriekamer was, wat hij doen moest. Deze
raadde aan de hulp der politie in te roepen, om het ge
weld met geweld te keer te gaan. Toen de koster, bevreesd
voor de waarschuwingen zijner kerkeraadsleden om
wel te weten wat hij begonaarzelde aan dien raad
gehoor te gevenliet ds. Westhofi zelf de politie
roepen, om den toegang der kamer te beschermen tegen
hendie zonder recht daar binnen wilden dringen.
Drie politie-agenten vatten post voor de deur en
morrende gingon de geschorste leden uiteen. De
kerkelijke commissie vau beheer is reeds tijdelijk aan
gevuld tot den 18, den dag, waarop de schorsing ein
digt. Het klassikaal bestuur heeft aan het gemeente
bestuur verzocht, gedurende den eersten tijd de Nieuwe
Kerk door politie te laten bewaken.
In de Sloterdijkermeer is op 69ne stal het milt
vuur uitgebroken. Één beest bezweek reeds en werd
onmiddelijk verbrand.
In 1885 werden van Texel uitgevoerd 21929 lam
meren 5400 schapen, 1428 stuks rundvee, 409 balen
wol, wegende door elkaar 300 a 350 pond en 300.000
kipeieren.
De bevolking van Amsterdam die op 1 Jan.
1885 bestond uit 172662 mannen en 193.998 vrouwen,
vermeerderde in 1885 door de geboorte van 7029 m.
en 6679 vr. en door de vestiging van 9434 m. en 10864
vr. en verminderde door het sterven van 4480 m. en
5235 vr. en het vertrek van 9051 m. en 10129 vr.,
waardoor zij op 31 Dec. 1885 bestond uit 372.771
personen, 6111 meer dan in 1884. Er werden 2722
huwelijken voltrokken.
De bisschop van Haarlem heeft benoemd tot pas
toor te Krommenie den heer J. D. Looijaard te Oud-
Beierland en te Oud-Beierland den heer P. J. J. Schef-
f'er, kapelaan te Dordrecht.
Op 31 December 1885 waren in het tuchthuis
te Leeuwarden 342 gevangenen.
Te Callantsoog is tot zetter voor 's rijks directe
belastingen benoemd de heerj. Yos, in plaats van wijlen
den beer D. Buik, te Enkhuizen de heor G. Gastia
plaats van den heer D. Koelemau en te Bijp de heer
B. Buiter in plaats van den hear A. K. Wmeke.
De werkstaking der raadsleden te Bergharen schijnt
geëindigd te zijn. Althans 5 raadsleden zijn beëedigd
en hebben zitting genomende rekening over 1884
is reeds onderzocht en vastgesteld.
De naamlooze vennootschap Maatschappij tot huwe-
lijksvt-rzekering te Amsterdam is failliet verklaard.
Tegen de schalen van schatting en de als tijpen
geschatte perceelen voor de grondbelasting der onge
bouwde eigendommen zijn te Heemskerk 20 bezwaar
schriften ingediend.
6 Jan., 4e kt., 3e lijst.
Ns. 14125 15858 en 17427 f 1000Ns. 1602 en
trouwen was den vreemdeling intusschen niet ontgaan.
„Hoe zeidet gij ook dat de vrijer van Fransje Hai
decker heet?" vroeg hij onverschillig, zich langzaam
naar de deur wendende.
„Daarvan zeide ik nog nietsantwoordde de waard
met een onaangenamen glimlach. „Wanneer mijnheer
het echter gaarne weten wil Baier heet hij, Hartwig
Baier. Zij zijn echter nog niet verloofd. Ik twijfel
zelfsof het wel ooit zoover komen zal. De oude kijkt
hooger
Onwillekeurig had de huurbaas eene verklarende
handbeweging gemaaktdie de vreemdeling dadelijk
voor zichzelf uitlegde.
„Woont hij hier in huis?"
„Twee trappen hoog mijnheer
„Wat doet de man?"
„Ik denk, dat hij meesterknecht is! Vroeger werkte
hij in de kruitfabriek, sedert kort in het laboratorium hier."
De vreemdeling moest eene oogenblikkelijke verras
sing hebben verraden.
„Het is niet gevaarlijkgrijnsde de huurbaas. „Het
is hier veilig. Geesthacht ligt hier ver vandaan 1"
„Geesthacbtherhaalde de vreemdeling getroffen
hoewel bij zich snel weder beheerschte zoodat de huur
baas niet bemerktedat zijn aandacht ten hoogste
gespannen waste minderdaar juist een paar nieuwe
gastendie den vreemdeling niet zeer zacht ter zijde
duwdenmet veel gedruisch binnentraden en den oude
luide begroetten.
„Fatsoenlijk jongens schreeuwde de huurbaas den
oogenschijnlijk dronken matrozen toe, met de ellebogen
hunne ruwe liefkozingen afwerende.
„Wat moet de de kapitein wel van julliekerels,
denken
Zijne verontschuldiging bij den vreemdeling voorkwam
deze echterdoor met de belofte spoedig te zullen
terugkomen, en een genadigen groet afscheid te nemen.
Indien hij werkelijk plan had gehad eene kennis
making met de dochter der weduwe Haidecker aan te
knoopen dan moest hij dit plan ten minste voorloo-
pig hebben opgegeven.
Bestormd door de levendigste, plotseling in het leven
geroepen voorstellingen, sloeg hij, buiten gekomen, we-
8318 f Ns. 2952 2955, S715, 9472, 18037 en
18089 f 100.
De heer mr. S. van Houten vangt Nos. 15 en
16 zijner staatkundige brieven, gedagteekend den 28
December 1.1., aan met de woorden De tegenstandert
der grondwetsherziening juichen. De weg voor deze hervor
ming schijnt door de besluiten van vele liberale kiesvereni
gingen bezegeld door dat der Unievoor goed afgesloten.
De sluis is dicht. De eene deur was reeds door de kleri
kalen toegedraaid met hunnen eisch„geene grondwetsher
ziening zonder wijziging in onzen geest van artikel 194",
nu sluit de liberale Unie de andere met kaar program: her
ziening der grondwet maar met ONVEBXNDEttD behoud van
dat artikel. Is het ons volk ernst, een wezenlijke volks
vertegenwoordiging in het leven te roepen dan zal het
die krijgen, gaat hij voort, oïlangs een omweg, door den ge-
wonea wetgever de bevoegdheid te verleeueü,degrondwets-
bepalingen die niet de samenstelling en de bevoeg
heden der staatsmachten betreffen te wijzigen of wel
met vernietiging der hinderpalen d. i., door eene wijziging
vau den staatsvorm langs feitelijken weg. Zijne voor
liefde voor den grondwettigen weg doet hem thans de
pen opvattenomdat het wellicht nog te verhinderen
is, dat het advies der Unie, hoewel kracht ontieenende
aan voorafgegane besluiten vau eenige kiesvereenigingen,
bij de liberale partij die ten slotte toch de beslissing
heeft ingang vinde.
Zj kau zich toch niet verschuilen achter besluiten
van kiesvereenigingen of van hare afgevaardigden ter
Unie, vooral niet, indien deze den geheel onuitvoerbaren
eisch stellen den werkman het kiesrecht te doen toe
kennen en alzoo aan de wetgevende macht een breeden
grondslag te geven en den toekomstigen nationalen
wetgever de beslissing over het vraagstuk van het on
derwijs te onthouden.
Hij toont daarna aan, hoe zonderling de geheele U nie-
bewegiug isdat de liberale kiezers zoo goed als geen
prijs stellen op de voorlichting hunner afgevaardigden.
Hem is nauwelijks een voorbeeld bekend dat eene
kiesvereeniging over de voorstellen der Unie het advies
van een kamerlid heeft gevraagd. Hier moet schuilen
misverstand of conflict. Is het da bedoelingter zake van
artikel 194 een nieuwen strijd in de liberale partij te ver
wekken Dan moet die strijd niet vermeden worden. Mis
schien is er nooit beter terrein geweest om de liberale partij
van hare conservatieve elementen te zuiverendan het
Unie-besluit voorbereidt. Hij vertrouwt te kunnen aan-
toonen dat in den strijd onzer dagen onveranderd be
houd van artikel 194" eene zuiver conservatieve leus is;
eene leus, voor mets anders geschikt, dan om uitgangs
punt eener politiek van stilstand te zijn. Is het niet
het doel der voorstanders van het Unie-besluitde
kiesrecht-hervorming onmogelijk te maken, door daar
nevens de onveranderlijkheid van artikel 194 te decre-
teeren dan houdt hij staande, dat zij noch de politiek
der conservatiefklerikale leiders, noch de onderwijs-
vraag zelve doorzien.
Voor hen die het Unie-besluit ondersteunen doch
in dwaling moeten verkeeren wenscht hij 1° toe te
lichten de staatkunde der conservatief-klerikalen en 2'
aantetoonen, dat de liberale beginselen in zake onderwijs
zijn samentevatten in den drieledigen eisch onbeperkte
vrijheid van onderwijsbehoud der gemeentelijke leekenschool
en weigering van subsidie voor scholen die ter verbreiding
eener godsdienstleer dienen. Het liberalisme lost zich
geenszins op in lettervergoding van artikel 194.
Uitvoerig toont hij o. a. aan hoe de liberale Unie
de klerikalen uit de verlegenheid geholpen heeft met
het bijna komisch klinkende voorstel om een den werk
man bereikend kiesrecht in te voeren mits de grond-
der de richting in vanwaar hij gekomen was, liep ver
scheidene straten door, riep eindelijk een hem tegemoetko
mend rijtuig aan en liet zich naar zijn hotel brengen.
„Mijnheer Potter thuis vroeg hij toen hij dit be
reikt had den portierdie hem bij het uitstappen be
hulpzaam was geweest.
„Ik geloof het wel, mijnheer de baron Ik zal dade
lijk gaan zien
Toen de vreemdeling de portiersloge naderde, hoorde
hij daarin zijnen vollen naam baron Giacomo Picco-
littis noemen en bemerkte hij, binnentredende, den
eigenaar van het hótel en eenen heerdie uit het
voor hem open liggende vreemdelingenboek blijkbaar
aanteekeningen had gemaakt en nu heenging terwijl
hij den binnentredenden vreemdeling onderzoekend
aanzag.
„Die mijnheer heeft eene brutale manier, om iemand
aan te zien", merkte dezetoen hij met den eigenaar
alleen was, op.
„Het is zijn beroepmijnheer de baron veront
schuldigde zich de chef van het hótel „de Kroonprins",
op beleefden toon„Die mijnheer is geheimpolitie
agent
„Ah
De vreemdeling was eenigzins verbleekt en wendde
zich haastig tot den binnentredenden portierdie hem
kwam zeggen dat mijnheer Potter op zijne kamer was.
„Is er iets bizonders zeide hijzich weder tot den
chef wendendeop onverschilligen toon. „Is hij op de
jachtde man van de wet
„Dat is hij altijdmijnheer de baron. Hy vereert
ons iederen avondvolgens zijne instructie met een
bezoek, om het vreemdelingenboek na te zien. Voor
onshoteliers is hij een lastige vriend. Achter iederen
naam zoekt hij een masker en achter ieder masker een
spitsboef."
„Is er iets bizonders?" herhaalde Piccolittis onver
schillig zijne vraag.
„Ik kan 't u niet zeggen, mijnheer de baron, de man
is zeer kortaf en gesloten."
„Het is mij een baantje t" zeide de vreemdeling, met
een gedwongen glimlachgroette den chef en ging
kalm naar binnen. Wordt vervolgd