No, 92*. Acht en tachtigste Jaargang, 1886.
TTUVEÏEÏIÏE; blad, ZONDAG l AUGUSTUS.
©ffisiëel (Sc&sslXt.
STEDELIJK MUSEUM.
Bnitenianb-
Binneulaub.
ALK1AARSCHE COURANT
Bezichtiging tegen 10 cents per persoon ZONDAG,
1 Augustus 1886 van 1 tot 3 uren.
KOSTELOOZE bezichtiging op ZONDAG, 8 Augus
tus 1886waarvoor toegangskaarten te verkrijgen ter
vergadering der commissie van toezicht op DONDER
DAG, 5 Augustus 1886, 's namiddags 2 uur, op het
stadhuis.
Verder wordt herinnerd dat het Museum iederen
MAANDAG en VRIJDAG, van óén tot drie
uren des namiddags, kan worden bezichtigd tegen
25 cents per persoon.
l)e volgende personen worden verzocht zich ter secretarie
dezer gemeente aan te melden
Antje Bakker, laatste woonplaats Akersloot; Cornelia Meester,
1. w. Oosthuizen: Dirk Bolten, 1. w. Sckoorl; Jan Leijen
1. w. UitgeestGeertruida Koster, 1. w. UitgeestKasper
Smeehuisen1. w. den Helder; Dirk Bruin. 1. w. Anna Pau-
lowna; Trijntje Dekker, 1. w. Oude-Niedorp.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Aan het Commissariaat van Politie zijn voor de recht
hebbenden terug te bekomentwee hengelstokken; een honden
penning Nr. 225; eene portemonnaie met eenig geld; een zeis;
een achterbord van een wagen; een wandelstok; een huissleutel;
een onderstukje van een oorbelletje; een bont boezelaar; een
bloedkoralen armbandje; een meerschuim sigarettepijpjeeen
blauw zakje inhoudende zeep en veteen militaire stropdas
een groote bal; een ring met 4 sleuteltjes.
BELGIE. Het gerechtshof van Henegouwen heeft
den 29 uitspraak gedaan in het rechtsgeding tegen de
personen vervolgd wegens vernieling der spiegelfabriek
van den heer Roux. Vier beschuldigden werden vrij
gesproken. Veroordeeld werden 2 personen tot levens
langen, 2 tot 15 jaren en 3 tot 12 jaren dwangarbeid;
een tot 10 jaren ,2 tot 5 jaren en 7 tot 3 maanden
tuchthuisstraf.
ENGELAND. De hertog van Cambridge heeft als
opperbevelhebber van het leger een aanschrijving uit
gevaardigd waarbij bepaald isdat de soldaten die
tot beden niet in het openbaar mochten rooken van
1 Oct. tot en met 31 Maart na 5 uren des namiddags
en van 1 April tot en met 30 Sept. na 6 uren des
namiddags op straat mogen rooken.
De advokaat Henry Matthews is tot minister van bin-
nenl. zaken benoemd; de heer John Manners tot kanse
lier van het hertogdom Lancasterde heer Arthur
Balfour tot minister voor Sehotlaud de heer Cecil
Raikes tot postmeester generaal, de drie laatstgenoemden
met zetels in het ministerie.
Minister Gladstone werd den 30 op Osborno door
de Koningin ten gehoore toegelaten aan wie hij zijn
ambtszegel overhandigde.
FRANKRIJK. Den 26 zijn de jachthonden en
paarden van den hertog van Aurnale in het openbaar
verkocht.
De minister van oorlog, generaal Baulanger, is den
31 op reis gegaan om de grenzen van Frankrijk aan
de zijde van Italië te bezoeken. Deze reis is van tecb-
nischen aard.
SPANJE. De Senaat heeft den 30 de begrootiug
voor Cuba aangenomen. De ministerraad behandelt
den 2 de voorstellen van den minister van financiën.
STATEN-GENERAAL
Tweede Kamer.
Onder de rapporteurs over de tweede groep der
grondwetsvoorstellen is vermeid de heer W. van De-
dem dit had moeten zijn de heer Farneombe Sanders.
Nadat op voorstel van den beer van der Loeff
den 29 besloten was, in de pauze nog te onderzoeken
het wetsontwerp betrekkelijk de onteigening van per-
ceelen te Maassluis in verband met de doorgraving
van den Hoek van Hollandgelijktijdig met de te
onderzoeken suppletoire begrooting van waterstaat
richtte de heer Reuther de volgende vragen over
de te Haarlem op te richten militaire school tot den
minister van oorlog 1°. Waarom is de wijziging in de
opleiding van officieren noodig 2°. Waartoe was die spoed
met de oprichting noodig 3°. Waarom is de zaak bij
kon. besluit geregeld? In de toelichting keurde hij de
oprichting dezer school bij kon. besluit, buiten mede
weten der Kamerzeer af. De maatregel had zeer
goed een jaar kunnen wachten, om de Kamer daarover
te laten beslissen. Aan de inrichting bestond bovendien
geene behoefte. Naar zijne meening zal zij alleen
kunDen we.ken met onttrekking van jongelui aan de
bestaande, goed ingerichte, en voor de behoeften vol
doende inrichtingen, de kon. militaire akademie en die
bij de korpsen. In een klein land zijn 3 categoriën
van opleiding voor officieren onnoodig. Hij ziet in
dezen maatregel slechts een voorrecht voor hendie
gymnasium en hoogere burgerschool kunnen betalen.
Door de voorwaarde, dat de jongelieden 't recht be
komen, om na 3 jaren voldoende studie als officier te
worden benoemd ook al zijn er geene vacaturen is
de inrichting eigenlijk eene vermomde militaire aka
demie. Een vergelijkend examen heeft niet plaats en
zij genieten eene hoogero bezoldiging dan hunne rang-
genooten in het leger.
De minister van oorlog antwoordde, dat
de interpellant zich van het in de Staatscourant ge
plaatste besluit verkeerde voorstellingen gemaakt en
schrikbeelden gevormd had die niet bestaan.
De Kamer zal op geen andere wijze voor een fait
accompli worden geplaatst dan als gebruikelijk is en
waarop de minister bevoegd was het te doen. Al de
uitgaven voor de instelling worden op de begrooting
van 1887 aangevraagd,
De heer Reuther schijnt geen gebruik te willen maken
van de middelen die het gymnasiaal en middelbaar
onderwijs aanbieden om kundige en veelzijdig ontwik
kelde officieren te verkrijgen. Nu hij uit de schutterijen
en militie geen reserveofficieren kan verkrijgen na het
besluit der Kamer van 1885 moest hij toch zorgen
het tekort zoo gering mogelijk te maken roet 't oog op
eene mobilisatie, waarvan het tijdstip niet is te voorzien.
De beide inspecteurs van het onderwijs hadden den
maatregel aanbevolen. De inrichting te Haarlem is
louter voor de infanteriewat de artillerie-cursus te
Delft is voor de artillerie. Zij is militaire school ge
noemd om haar duidelijk te onderscheiden van andere
cursussen.
Er is niet gewachtomdat 2 jaar geleden de Kamer
in een zelfde geval te Delft hare volkomen goedkeuring
aau de zaak heeft geschonken.
Jaarlijks vermeerderde het tekort der officieren met
6 a 7. Er mocht dus niet langer gewacht worden. Als
men in 't tekort wilde voorzien door de hoofdeursutsen,
dan moest het wetenschappelijk peil dier opleiding wor
den verlaagd. Hij denkt er niet aan, te raken aan eene
der schoonste instelliugen van het leger, waaraan ieder
een den officiersrang kan verwerven. De driejarige
opleiding te Haarlem zal juist strekken om militaire
kundigheden aan te leerendaar de jongelui reeds
wetenschappelijk zijn ontwikkeld. De cursus te Haar
lem begint met het tinde van den cursus der burger
school die te Breda reeds na het derde jaar der bur
gerschool, De kadetten hebben dus in de eerste twee
jaren der akademie nog aan te leeren wat zij die te
Haarlem komen reeds kennen. De voorspellingen voor
twee jaren van den heer Reuther omtrent den artillerie
cursus zijn volstrekt niet verwezenlijkt. De cursus te
Haarlem is nuttig en noodigzal niet schaden aan de
militaire akademie en hij handelde binnen de grenzen
van zijne bevoegdheid en de wet.
De heer Reuther verklaarde geen vijand te zijn
van de hoogere burgerscholen. De maatregel was al
leen verdaagd op grond van het toenemend tekort aan
oficieren der infanterie. De opgaven van den mi
nister waren lijnrecht in strijd met die feiten. Op grond
van de officiëele statistieken betoogde hij, dat het tekort
sedert 1880 was verminderd met 54. Dat het verloop
grooter zou geworden zijn is onjuist. Hij betoogt uit
den naam- en ranglijst, dat het verloop der officieren
ruimschoots wordt opgewogen door de aauvulling. Hij
zette nader uiteen de wenschelijkheid, om meer zeker
heid te krijgen omtrent de opleiding der officieren en
stelde als motie voor„De Kamer, van oordeeldat
de regeling van het militair onderwijs ter opleiding van
den officiersrang behoort te geschieden bij de wet, gaat
over tot de orde van den dag." Besloten werd de
motie te drukken, rond te deelen en te behandelen op
een naderen dag. De interpellatie is intusseben geschorst.
Daarna hield de heer de Savornin Lohman
zijne aangekondigde interpellatie over de ongeregeld
heden te Leiderdorp. Na gewezen te hebben op de
2 rechtsbeschouwingen thans in de Ned. Herv. Kerk
aanwezigvolgens een waarvan men lid van de kerk
is over het geheele land en volgens de ander lid
van de plaatselijke kerk, gaf hij als zijne meening te
kennen dat de rechterlijke macht ten slotte zou moe
ten beslissen. Tbans was te Leiderdorp de beslissing
aan wien het kerkgebouw behoordedoor do politie
gegeven. Hiertegen kwam hij op. Hij was niet tegen
losmaking der kerk maar hij kwam op voor het recht
der minderheid, zooals hij vroeger ook deed in de duiven-
kwestie. De anti-revolutiouaireu waren de gehoorzame
dienaren van het gezag. Zj hadden nooit gestreden
tegen inroeping van de rechterlijke machtniet om
gelijk te krijgen, want als de regter zegt: Gij hebt
geen recht op kerkelijk goed, dan zal hij zich verheugen.
Maar kerkvoogden mogen geen goed vrijwillig loslaten
dat ware ontrouw tegenover de bezitters. Strikte ge
hoorzaamheid aan het rechterlijk gezagmaar strikte
afbakening ook van het gezag. Dit was van het grootste
belang om eene bepaalde klasse niet van het gouver
nement te vervreemdenvooral in troebelen die we
misschien te gemoet gingen.
Os minister van binnenlandsche za
ken, opmerkendedat geene regeoringsdaad beoor
deeld was, 'maar de daad van een plaatselijk ambte
naar gaf uitvoerige inlichtingen omtrent het ge
beurde, nagenoeg overeenkomende met de berichten
van bijzondere personen in de bladen. Er bleek o. a. hier
uit, dat tegen ds. Vlug proees-verbaal opgemaakt was we
gens storing der godsdienstoefening. Hij verdegdigde hou
ding van den waarnemenden burgemeester, die alleszins
gerechtigd was om troepen te ontbieden ter handhaving
van het gezag, en zulks doen moest ter voorkoming
van ongeregeldheden daar twee veldwachters daarvoor
onvoldoende waren. Zoolang geene rechterlijke beslis
sing gevallen is, moet de overheid zorgen voor de orde.
Volgens een arrest van den Hoogen Raad hadden
erkende kerkgenootschappen recht op wettelijke be
scherming. Hij hoopte ten slottedat zijdie elkaar
als broeders moesten liefhebben, niet voortdurend als
vijanden tegenover elkander zouden staan.
De heer Beelaerts van Blokland betreurde
de interpellatie. Het werd veeleer tijd, den nederland
sehen ingezetenen eens aan hunne plichten te herinneren,
dan steeds van hunne rechten te spreken. In geen geval
was deze overhaaste interpellatie gewettigd veel beter
ware het geweest, eeu adies aan de Kamer te richten,
dat dan aan de regeering zou zijn gezondenwaarna
de zaak beter had kunnen worden besproken. Wets-
schennis wordt toeh niet beweerd. De vraag is alleen,
of een ambtenaar op de geschiktste wijze gebruik heeft
gemaakt van zijne wettelijke bevoegdheid. Het doel
der interpellatie scheen enkel om rechten van oproer
lingen toe te kennen aan hen, die afbreuk doen aan
en afwijken van de gevestigde orde in de kerk. De
reglementen alleen beslissen, wat in het kerkgenootschap
recht is. Ds. Vlug heeft zelf erkenduit het kerk
genootschap te zijn getreden. In deze hebben kerk
voogden beslist, die het wettig gezag hebben ingeroepen.
Hij brengt een woord van hulde en lof voor de hand
having van het gezag door kerkvoogden, die de regle
menten moeten handhaven, en aan den vertegenwoor
diger van het burgerlijk gezagdie in moeielijke
omstandigheden de orde had te handhaven en het
kerkgenootschap te beschermen. Z. i. was het optreden
van ds. Vlug niet gewettigd. Hij was niet om gewetens-
wille verplicht op te treden. Waar de heer Lobman
zelf den plicht der Synode erkent, om een ring-predikant
aan te stellen was het geen plicht van ds. Vlug om
op te treden dat was spelen met vuur. Wij beleven
treurige dagen en hoogst moeielijk is de plicht van
burgemeesters en autoriteiten. Krachtens zjjne beginselen
moet bij bet gezag steunen. Bij waardeering der handelin
gen van burgemeesters en autoriteiten moet men ook in
aanmerking nemen de moeielijke toestandenwaarin
men plotseling geplaatst is. Dat de burgemeester van
Leiderdorp te ver gegaan is, gelooft hij niet. Moge
de vorm zijner proclamatie overhaast zijn nog over-
haaster was deze interpellatie. Hij vraagt ten slotte
nog aan den ministerde regeering is verant
woordelijk voor de orde en de veiligheid onmisbaar
voor onze vrijheid, is zij volgens de wetten genoegzaam
gewaarborgd om rustige burgers te beschermen Heeft
zij in verband met de wet van 1791 en het decreet
van 1811 behoorlijke middelen om tegen ieder en een
iegelijk de gevestigde orde te handhaven met zachtheid,
mei beleid, maar tevens met onweêrstaanbare veerkracht
De heer Lohman antwoordde, dat de feiten, door
den minister medegedeeldovereenstemden met zijne
berichten. Naar zijne opvatting was te Amsterdam
hunnerzijds niets gepleegd tegen recht op wet, maar
bier had de burgerlijke overheid beslist om de ned.
herv. kerk te stellen in het bezit van het kerkgebouw.
Waren er wettelijke bepalingen noodig, dan moest
men ze maken, of, men moest de rechterlijke macht
laten beslissen. Maar het gaat niet aan de politie
te laten beslisseD over zakenwaarover ze niet kan
oordeelen. De politie is niet om het rechtmaar om
de orde te handhavenwanneer die verstoord is of
dreigt verstoord te worden. Hij zal zorgen dat deze
zaak nog op andere wijze aan het oordeel der Kamer
onderworpen worde.
De minister v. binnen 1. zaken handhaafde
zijne meening, dat de burgemeester zijue macht niet te bui
ten gegaan was. De regeering meent, dat de bestaande wet
ten voldoende macht geven om het gezag te handhaven.
Hij wijst er overigens op, dat een der aanhangige grond-
wets-voorstellen op het door den beer Beelaerts ter
sprake gebrachte punt betrekking heeft. Is het ech
ter noodig, andere deelen der wetgeving te herzien
om rustige burgers door de bestaande machten krach
tiger te doen beschermen tegen aanvallen van kwaad
willigen die bet volk ongelukkig schijnen te willen
maken dan zal de regeering niet in haar plicht te
kort komen. (Bravo's
De heer Beelaerts ontkent nogmaals, dat de
burgemeester bedoeld zou hebben eene rechtskwestie
uit te maken. Absolutisme acht hij verderfelijk maar
anarchie nog verderfelijker. Daarom dankt hij den mi
nister voor zijne bevredigende mededeelingen.
De beer Lobman houdt voldat de kerkvoogdij
civiel bezit heeft en dat de politie niet kan beslissen,
wie eigendom bezit.
De interpellatie liep hiermede af.
Nadat met 37 tegen 12 stemmon besloten wasden
30 mede te behandelen het wetsontwerphoudende
nadere bepalingen omtrent den suiker-accijnswerd
door den beer Gleichman de wensch uitgesproken, om
ook nog te behandelen de wetsontwerpen tot uitbrei
ding van het personeel der rechtbank te Amsterdam
wijziging van hot tarief van gerechtskosten en aanvul
ling der gestichten wet. Bij de daarover gevoerde be
raadslaging verklaarde de V oorzitter zich bereid
de Kamer op nieuw bijeen te roepeD, als de ontwerpen
in staat van wijzen waren en wees de heer W. van
D e d e m er op dat het ontwerp betrekkelijk de recht
bank te Arasterdam eene hoogere uitgave van 30000
per jaar zou vorderen en sterk in de afdeelingen be
streden was. Hij hoopte, dat de heer Gleichman
geene pressie op de rapporteurs zou uitoefenen die