No. 94. Acht en tachtigste Jaargang. FEUILLETON. Mevr. Harrington's geheim. 1886. V K IJ D A G 6 AUGUSTUS. Prijs der gewone Advertentiën: (Officieel (Oebcelte. dat bet IJKKANTOOR alhierte beginnen met 9 Augustus e.k., weder geregeld geopend zal zijn eiken MAANDAG WOENSDAG, VRIJDAG en ZATERDAG, van des voormiddags 9 tot des namid dags 1 uur. ünitcnlAttb*. Naar bet Engelscb. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag" en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Kijk f 1, De 3 nummers f 0.06. Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Ue BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt ter kennis van de ingezetenendat de heer Commissaris des Konings in de provincie Noordholland voornemens isdeze gemeente op Maandag 9 Augustus a.s. te bezoeken; dat voor hendie hem op dien dag wenschen te sprekendaartoe de gelegenheid zal bestaan ten stadbuizedes namiddags te 2 uren. wanneer zij zich vooraf ter gemeente-secretarie aanmeldeD, om op de lijst te worden geplaatst. Alkmaar, Ue Burgemeester voornoemd, 5 Augustus 1886. A. MACLAINE PONT. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen ingediende verzoek, met de bijlagen, van JAN de LANGE, om vergunning tot het oprichten van eene broodbak kerij in het perceel aan het Groot-Nieuwland No. 74, en dat op Donderdag 19 Augustus 1886, 's middags te twaalf uren, ten raadhuize gelegenheid wordt gegeven om tegen het op richten van die broodbakkerij bezwaren in te dienen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 5 Augustus. 1886. De Secretaris, NU HOUT van der VEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van belanghebbenden Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 3 Aug. 1888. De Secretaris, NUHOUT VAN DER VEEN. Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn' verzonden gedurende de le helft der maand Juni 1886; A. J. Banning, Amsterdam; Teuuis PlanteijdHaarlem mermeer; Mej. Petit, Sint MaartensP. Scheltis, Nieuwediep; van de LippeSehoorlCorns. NieuwlandZijpeDoris Welage, Verzonden geweest naar Amerika: C. G. van Groos, Brownville. Belgie: Mej. B. de Jong, Antwerpen. Duitschland: Klemens Tunizes HagstetOldenburg, E r a n k r ij k Van het hulpkantoor Grootschermer P. C. J. van Goens Parijs. DUITSCHLAND. Bij de feestviering in de ge hoorzaal der Universiteit te Heidelberg op den 3 ter gelegenheid van baar öOOjarig bestaanhield de dnitsche kroonprins eene uitvoerige toespraak, waarin hij des Keizers groet en gelukwensch overbracht en herinnerde aan de roemrijke geschiedenis aan de verschillende lotswisselingen dezer boogescbool in haren 23) De beide vrienden van Jonas Kedge begaven zich alzoo naar diens huis met het plan zich enkele kleine herinneringen aan hun dooden vriend toe te eigenen die goed geluk hun in handen mocht doen vallen. Met dit loffelijk doel gingen zij de oude brug over en naderden het eenzame huisje, waar eens Jonas Kedge heer en meester geweest was. ,,'t Bevalt me hier toch niet", zei de een tot den ander. „Verbeeld je eensdat Jonas z'n geest uit het water kwam en ons aanviel." „Geesten komen niet uit het waterals ze er een maal in zijn", antwoordde de ander, „en dan nog doen ze nooit kwaad als je ze niet kwaad maakt. Wees maar niet bangkameraad." „Nou, daar is toch wel reden voor, in zoo'n duisternis Hoor wat is dat f" „Alleen de wind in de boomen. Kom, kerel. Kijk, er is niemand in. Doe de deur dicht, dan zal ik licht maken." De beide mannen traden zoo zacht binnenals vreesden zij de levenlooze voorwerpen te storendie zich in de kamer bevondenevenals menzoo stil mogelijkin een kamer zal treden waar een doode rust. Na de deur gesloten te hebben, bleven zij staan luisteren. „Alles in orde", sprak Eneryde moedigste van de twee. „Blijf nu staan, dan zal ik een kaars opsteken. Laat dat gordijn vallen, anders zien ze ons van buiten." Het gordijn werd neergelaten, de kaars opgestoken; daarna begonnen zij voorzichtig hunne nasporingen. „Hier zijn ze aan 't vechten geweest", merkte Tom op „en goed ook. Kijk hier ligt nog een papier strijd om vrijheid van godsdienst en vrijheid van on derzoek. Verder herinnerde hij aan het plechtige uur, waarin de groothertog de eerste was om den Keizer te huldigen en wees op do betoekenis dezer Universi teit voor de vareeniging der duitschers uit alle land streken en voor de vestiging van het geioof aan de gemeenschappelijkheid des volks thans Duitschland's steun en sterkte. Nu do eeDheid des vaderlands her wonnen was is er ter bewaring der oude deugden behoefte aan des te grootere mate van bezonnenheid zelfverloochening gestrenge intellectueels tuchtten einde uit den geest der vrijmoedigheid de levensvormen der eigenaardigheden van het duitsche volk tot rijpe ontwikkeling te brengen. De Groothertog van Baden begroette de vergader den als Rector Magnificentissimus der Universiteit en betuigde zijne vreugde over de tegenwoordigheid van den kroonprins als vertegenwoordiger des Keizers on der wiens roemrijke regeering dit feest des vredes ge vierd werd. Verder zijne ingenomenheid betuigende met de wetenschappelijke feestgave waardoor de Paus zijne belangstelling in dit jubilé betoond had deed de Groothertog da verdiensten uitkomen van de Heidel- berger Universiteit jegens alle rakken van wetenschap. ENGELAND. Den 31 zijn te Belfast weder onge regeldheden voorgevallen tusschen het protestantsche en het katholieke gepeupel, welke niet door de politie bedwongen konden worden. Nadat de menigte door de te hulp geroepen militairen gevraagd was om uiteen te gaan en deze geweigerd had daaraan te voldotn werd er met bagel gevuurd waardoor een jongen van 12 jaar gewond en verscheidene personen zwaarder of lichter gekwetst werden. Den 1 schenen de ongeregeld heden op nieuw te zullen beginnendoch door het vroeger laten aanrukken der militairen kregen zij niet de uitbreiding van den vorigen dag. Verscheidene politie-agenten werden gewond, doordat uit de menigte op hen geschoten werd. Den 2 moesten de militairen bij de hervatting der ongeregeldheden weder vau hunne vuurwapenen gebruik maken waardoor een persoon gedood en verscheidene gekwetst werden. De banken en bankiers te Londen zullen vau af den 1 October des Zaterdags om 2 in plaats van om 3 uren des namiddags sluiten. EEANKBIJK. De volledige uitslag der verkiezingen voor de algemeene raden is dat 847 republikeinen en 411 conservatieven gekozen zijn. De republikeinen wounen 76de conservatieven 83 zetels. Er moeten 177 herstemmingen plaats hebben. De Eigaro deelde in de vorige week mededat generaal Boulanger de tegenwoordige min. van oorlog, in 1880 den hertog van Aumale bedankt had voor zijne benoeming tot generaal. Nadat de juistheid dezer mededeeliug tegen gesproken was deelde dat blad den brief mede door dien generaal den 8 Mei 1880 dat lijkt wel van de wet zoo maar op den grond. Ik wou, dat 'k 't lezen kon, maat; hij heeft 't zeker laten vallen. Is er nog wat in de kast F Niets? Jonas moet toch nog geld gehad hebben; waar zou dat zijn?" „Misschien in zijn slaapkamer. Hij was een slimme oude rot. Je kunt er zeker van zijn, dat daar wel wat zit. Laten we maar eens gaan zien", sprak Tom. „Ben je bang 't Is wel een zaakjedaar we voor kunnen zitten als ze ons snappen." „Nouwe zijn er nu eenmaal. Ik denk alleen maar om den geest." Het tooaeel was tamelijk vreesaanjagend; het zwakke licht, de kruipende mannenhet schijnsel van de kaars op hunne angstige gezichten, de bewegelijke schaduwen op den wand en bij dit alles de nachtelijke stilte in het kamertje die door geen enkel geluid verbroken werd en de beide mannen werkelijk beangstigde gaf aan de geheele omgeving iets spookachtigs. „Hier in dit kamertje", fluisterde de een, „laten we hier eens zien. Stil hoorde je daar niet wat?" „Neenik niet", antwoordde Tom zenuwachtig. „Wat hoorde je?" „Een geknars, alsof er een deur op roestige hengsels draaide", sprak de ander. „We moeten hier niet ge snapt worden. Daar heb je 't weer." „Misschien is 't de geest", fluisterde Tom onrustig. „Laten we naar huis gaan. Ik heb er genoeg van." „Ik ookom je de waarheid te zeggen. O God daar heb je hem Hij wees naar het raam terwijl hij dit uitriep. Tom hief ziju hoofd snel boven 't kozijn en zag vlak in het grijnzend gelaat van Jonas Kedge. Met een kreet van schrik vlogen de beide mannen de deur uit en renden in de duisternis voort, de kaars achterlatendeop den vloer der slaapkamer. Eenige oogenblikken later trad een doornatte gestalte binnen en keek rond. „Mij te bestelen Die schurken Ho daar ligt nog een papier. Nou m'n boeltje gepakt en dan gauw hier vanaaan." aan den Hertog geschreven, aldus aanvangende „Mon seigneur Gij zijt bet, die mij als generaal hebt voor gesteld het is aan u dat ik mijne benoeming ver schuldigd ben," Daarnaast drukte het uit de staatscourant de woorden atdoor den minister van Oorlog den 13 Juli j. 1. in de Kamer ten antwoord op eene uitdruk king van den heer de la Rochefoucauld gesproken „Ik ben tot generaal benoemdtoen generaal Wolff liet 7 legercorps komtnandeerde en generaal Farre m'nister van oorlog was. Ik zie dus niet iu, in hoever de Hertog van Aumale bij mijne benoeming te pas komt." Deze brief draagt den stempel van het bureau van den kolonel van het 133 regiment infanterie dat toen tot bet 7 legerkorps behoorde en eindigt met de woorden „Ik zal alt jd trotsch zijn onder een aanvoerder als gij gediend te hebben en gezegend zou de dag zijn die mij weder onder uwe bevelen riep." Generaal Boulanger ontkende dezen brief geschreven te hebben en verklaarde overtuigd te zijn, dat dit stuk verdicht moest wezen. Hjj erkende in alle aan den hertog geschreven brieven bet woord „monseigneur" gebruikt te hebben gelijk alle officieren van het 7 korps; dat was eene bij het geheele korps gebruikelijke, in zekere mate verplichtende formule en at wie haar niet gebruikte, zou daarover berouw hebben gehad. Daarop zijn door de Figaio de facsimiles der brieven gegevenwaarvan de inhoud volkomen overeenstemt met hetgeen gezegd werd. De minister ontkent thans niet meer dat hij ze heeft geschreven, maar betoogt, dat de inhoud slechts een vormelijke beleefdheid is. Een fransch officier zou in dit geval eveneens jegens zijn vertrekkenden chef gehandeld hebben. Deze vreemde houding des ministers wordt zoowel door de bladen der rechterzijde als door de republikein- sche bladen scherp afgekeurd. OOSTENRIJK HONGARIJE. In eene door 10000 personen meest werklieden en winkeliers, te Pe3fc ge houden bijeenkomst, waar de studenten met goed gevolg de orde handhaafdenwerd een besluit genomen waarbij de handelwijze van den minister van oorlog die generaal Janski bevorderde en generaal von Edels* heira ontsloeg, ten sterkste werd afgekeurd. Van dit besluit zal door een afgevaardigde kennis worden gege ven aan het hongaarsche lagerhuis. Den 7 komen Keizer (Vilhelm en Keizer Frans Jozef te Gastein samen. Prins Bismarck en graaf Kal- noky zullen daarbij tegenwoordig zijn. SPANJE. De heer Lopez Puigcervezonder-secre taris van staat bij het ministerie van financiën, is be noemd tot minister van financiën. BULGARIJE. Prin3 Alexander heeft een besluit genomen, waarbij bepaald is dat na verloop van 2 maanden de russische roebel geen wettigen koers in zijn rijk meer zal hebben. Jonas Kedgewant hij was 't in eigen persoon nog doornat van zijn bad in de rivierbegon zijne schatten uit de schuilhoeken op te delven. Eene aan zienlijke som gelds en eenige boeken stak hij bij zich een leege flcBch van een bijzondere kleur pakte hjj zorgvuldig iu een papier en stak ze in zijn zak. Daarna deed bij iets heel bijzonders. Hij ging naar buiten verzamelde ai 't oude hout en de krullen die hij vinden kon en stapelde 't op een hoop op den vloer van zijne kamerdaarna wierp hij er een kruik olie en een half vat teer over en maakte eenige openingen in den hoop dien hij met papier en stuk gescheurde oude boeken opvulde. Ver volgens plaatste hij de kaars in dien stapel van brand stoffen en wachtte bedaarddat de krullen en het papier in bran 1 raakten. „Dat gaat goed", mompelde hij. „Nou zullen ze niet meer komen stelen. De geest steekt zijn huis in brand, ha, ha. Ze zuilen hem niet beschuldigen van brand stichting geesten staan buiten de wethaha Dit zeggendeverwijderde hij zich. Op een afstand bleef hij staan wachtentotdat hij de vlammen uit zijn huisje naar buiten zag slaan. Toen bij bemerkte dat er volk op de been kwam en op het brandende huis toeliep, sloeg hij een landweg in met het plan naar Londen te gaan. Daar aangekomenzocht hij John Harrington toe vallig ontmoette hij hem aan het kantoor der booten. Op dat oogenblik ontzonk hem de moed, uit vrees van ontdekt te worden. „Ik zal hem wel op een anderen tijd spreken als ik maar weg ben. Er is nu te veel gevaar bij. Wacht maar, tot ik aan boord ben dau zuilen wij eens zien, mijnheer Mackenziewie het spelletje winnen zal", mompelde Kedge.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1886 | | pagina 1