No. 98*. Acht en tachtigste Jaargang. 1886.
TWEEDE! BLAD. ZONDAG 15 AUGUSTUS.
(©Ificiëel (Sebeelte.
PATENTEN.
De VOLJAARS-PATENTEN van ingezetenen dezer
gemeente, dienst 1886/87, kunnen van de secretarie
worden afgehaald op alle werkdagenvan af den
16 tot en met den 29 Augustus a.s., van des voor-
middags 9 tot des namiddags 2 uren.
BnUgalattïi.-.
Bimtcuf
mitlAARSCHE COURANT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis
dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het
aan hen ingediende verzoek, met de bijlagen, van A. J. H.
VAN DEN BURG, winkelier en koopman alhier, om vergun
ning tot het oprichten van eene machine tot het zuiveren van
bedveeren in het perceel aan de Boterstraat, wijk A, No. 3
en dat op Vrijdag 27 Augustus 1886's middags te twaalf
urenten raadhuize gelegenheid wordt gegeven om tegen het
oprichten van die machine bezwaren in te dienen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar A. MACLAINE PONT.
13 Augustus 1886. De Secretaris,
NUHOUT van dek VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis, dat de kermis dit jaar wordt
gehouden van Zaterdag 21 tot en met Zondag 29 Augustus a.s.,
terwijl den 30 Augustus des morgens onmiddellyk moet worden
aangevangen met het afbreken en opruimen der tenten, kramen
of uitstallingen, zijnde den commissaris van politie opgedragen,
de straatmuziek zooveel mogelijk in te korten en aan regelmaat
te onderwerpen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
14 Aug. 1886. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis
dat heden door mej. ALIDA MARIA LOBACH, weduwe
van C. BRIETJES KOETSVELD, tapster, wonende alhier,
vergunning gevraagd is tot voortzetting van den kleinhandel
in sterken drank in het perceel aan de Houtt.il, wijk G, No. 42,
thans gebruikt door JACOB VAN DER WAL alhier.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
14 Aug. 1886. De Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
V E R G A D E R1 N G van den RAAD der gemeente
ALKMAAR op Woensdag, 18 Aug. 1886, 's namid
dags 12®/, uren.
Namens den Voorzitter van den Raad,
De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Aan het Commissariaat van Politie zijn voor de recht
hebbenden terug te bekomeneen zilveren broche (verguld)
een wit boezelaar en lijfje; een portefuilleinhoudende eenig
geld; een gouden medaillonnetje met portret; twee hon
denpenningen Ns. 350 en 344een witte kinderkraageen
schuitje; een stuk van een gouden ketting met franje; een
zilveren rozenkrans; een plat gouden stukje van een oorbelletje;
twee hondenpenningen Ns. 397 en 225.
aaa»—».*imi.ii. i n jjiiiii iwiimiim iiiii tiiiiiiiiiiTBrrriiwmiiwuuiiir^-mftiKi^.^atora!^^^
BELGIE. De krijgsraad te Lnik heeft de deelne
mers aan een duel dat onlangs tusscken 2 officieren
plaats bad en waarin de officier van gezondheid Henri
Praile bij de tweede wisseling van kogels doodelijk ge
troffen neerviel, veroordeeld en wel den officier, die duel
leerde, tot 3 maanden celstraf en f 250 boete en de
vier getuigen tot eene week celstraf en f 13 boete.
Te Brussel zijn uitgebreide voorzorgsmaatregelen ge
nomen voor de bijeenkomst der werklieden op den 15.
De burgemeester beeft de geheele burgerwacht opge
roepen welke met inbegrip der voorsteden 6000 man
telt. Verder beschikt hij over 600 politie-agenten en
gendarmes. Het garnizoenGOOO man sterkstaat
gereed om op de eerste uitnoodiging van den burge
meester tusschen beiden te komen. Ook de garnizoenen
der naburige steden zullen gereed staan.
ENGELAND. Minister Salisbury heeft den 11, des
avonds, het woord gevoerd op het banket van den
lord-mayor te Londen. Hij wenscfcte de aanwezigen
geluk met den uitslag der verkiezingen. De gevallen
beslissing was die van het volk niet van de eene of
andere klasse. Ofschoon de vraagstukken betreffende
de afghaansche grensregeling en Egypte nog niet ge
regeld waren bestond er goede reden om de handhaving
van den vrede te verwachten. Hij dankte lord Rosebery,
de juiste staatkunde van Engeland tegenover Ierland
hersteld te hebben. Hij zeide verder, dat het de taak
der regeering moest zijn om de goedgezinden in Ier
land te bevrijden van den dwang op hen uitgeoefend.
De daaraan verbonden moeielijkheden waren groot
maar de regeering bezat het mandaat van het volk
dat zich onherroepelijk tegen een onafhankelijk gou
vernement in Ierland had verklaard. De regeering moest
de maatschappelijke orde herstellen want daarin lag de
eenige ware reden van de ontevredenheid der ieren.
FRANKRIJK. Het hof van assises heeft Louise
Michel veroordeeld wegens aanzetting tot moord tot 4
maanden gevangenisstraf en 50 boete.
VEREENIGDE STATEN. De onlangs overleden
staatsman Tilden heeft meer dan 2/3 van zijn op eenige
miljoenen geschat vermogen bij testament bestemd voor
het stichten van openbare bibliotheken en andere nut
tige instellingen.
STATEN-GENERAAL
Tweede Kamer.
Zitting van den 12 Augustus.
Aan de orde zijn de ontwerpen
1«. tot onteigening voor den aanleg van twee nieuwe straten
tusschen de Goudsche Wagenstraatde Oostvest en het Achter
klooster te Rotterdam.
De minister van binnen 1. zaken betoogt, dat ten
deze onteigening »par zone" onnoodig was.
Het ontwerp wordt eenparig aangenomen.
2°. Wijziging in de wet tot vaststelling der tarieven van
gerechtskosten in strafzaken.
De minister van j u s t i t i e'beantwoordt het verslag,
waarna het ontwerp eenparig wordt aangenomen.
3°. Uitbreiding van het personeel van de rechtbank te Am
sterdam.
De heer W. K. van Dedem komt op voor het belang van
eene goede rechterlijke indeeling in Noordhollandboven het
IJ. Moge hem verweten worden voor een plaatselijk belang te
pleiten onmiskenbaar is het algemeen belang de harmonische
bevordering der bijzondere belangen.
Op nieuw betoogt hij, dat, terwijl twee spoorweglijnen Noord
holland in de geheele lengte doorsnijdende indeeling thans
zoo is, dat twee rechtbanken ten westen zijn gelegen en geen
enkele ten oosten. De ingezetenen van het oostelijk deelook
van de steden Hoorn en Medemblik, lijden er onder; zij moeten
de geheele provincie doortrekkenom te Alkmaar te komen
voor de rechtbank. Het gevolg is dan ook, dat de strafwet
minder streng wordt toegepast. Hij wenscht dus Hoorn te zien
hersteld als rechtbank en Alkmaar bij Haarlem gevoegd te zien.
De heer Earneombe Sanders betreurtdat ten deze
op de banken links geen volkomen overeenstemming te ontdekken
is. Hy wenseht alle heil, zegen en voorspoed aan de West-
Eriezen, maar hij betwijfelt, of hunne belangen bevorderd zullen
worden door instelling van een //rechtbankje" te Hoorn. Want
«rechtbankje" zal het blijven. Hij betoogt, dat de meeste deelen
der provincie belang hebben om te Alkmaar te komen niet
om te Hoorn te gaan. Bij Hoorn zouden enkel komen Edam
Medemblik en Purmerend, Bovendien te Hoorn is thans slechts
één advocaat tegen 9 te Alkmaar of 25 te Haarlem. Niet door
een rechtbankje te Hoorn moeten de twee deelen van Noord
holland worden vereenigd maar door dwarswegen te maken
goede tramwegenopdat de dam te Rustenburg tusschen Alk
maar en Hoorn worde opgeheven.
De heer Van den Biesen wijst op het belang van dit
ontwerp voor de Amsterdamsche rechtspleging en van het
geheele land, daarbij betrokken. Hij wijst daarbij op de statistiek.
In 1884 werden 7290 vonnissen uitgesproken door alle recht
banken, en daarvan alleen te Amsterdam 2045 door 17 rechters.
Per hoofd en per jaar sprak de rechter te Amsterdam 120
vonnissen uit tegen 40 een rechter .buiten Amsterdam. Naar de
verhouding moesten er te Amsterdam 51 rechters zijn. Ook van
de faillissementen, pleidooien, enquêten enz. is een zeer groot
deel te Amsterdam.
De rechtsbedeeling in de hoofdstad is dus allerongelukkigst.
Het is daar een waar Eden voor gedaagden. De uitbreiding van
zaken is niet alleen het gevolg van den algemeen gedrukten
toestand maar wel degelijk ook van de toeneming van zaken
in 't algemeen. De rechters te Amsterdam doen wat zij kunnen
en het O. M. ook dat nooit bij de pleidooien tegenwoordig
kan zijn uit tijdgebrek. Voor de rechtzoekenden is verandering
van den toestand dringend noodig. De uitgaaf moge groot zijn,
ze is noodzakelijk en de goede rechtsbedeeling te Amsterdam
is in 't voordeel van geheel Nederland,
De heer Van der Kaaij erkent, dat een goede rechtsbe
deeling uitbreiding der rechtbank te Amsterdam eischtmaar
hij vindt het onredelijk, nu reeds maatregelen te nemen om te
voorzien in behoeftendie waarschijnlijk zullen ontstaan na de
invoering van het nieuwe strafwetboek. Hij betreurt dus het
standpunt der regeering ten deze.
Hij is voor de afschaffing der conclusie van het O. M. in
burgerlijke zaken; dan zou uitbreiding van 't personeel van
het O. M. ook noodig zijn. Ook vraagt hij naar de plannen
van den minister voor de toekomst, ook ten aanzien der ver
vulling van het maximum aantal zetels.
De heer Kist doet uitkomendat de vorige spreker zelf
erkent, dat de nieuwe strafwetgeving aan de Amsterdamscbe
strafkamer vermeerdering van werk zal geven. De rechtbank is
thans met gewone strafzaken overladen en doet meer dan eenige
rechtbank in Nederland. Hij vergelijkt Amsterdam en Rotterdam.
In de laatste 3 jaren heeft Amsterdam 1829 correctioneele zaken
behandeld, van die in geheel Nederland, en Rotterdam
slechts 772.
Er is ook geen enkele rechtbank die meer crimineele zaken
voortaan ter behandeling zal krijgen dan Amsterdam. Bovendien
zal de nieuwe strafwetgeving heel veel meer hoofdbrekens kosten
voor rechter en O. M. De ondervinding behoeft niet afgewacht
te worden. Waar een zware taak de Amsterdamsche rechtbank
wacht behoort zij in 't belang van het recht degelijk en be
hoorlijk te zijn saamgesteld. De zaak moet op zich zelf be
schouwd en niet vastgeknoopt worden aan allerlei andere vraag
stukken, b.v. de overoude instelling der conclusiën van het O.
M. ten civiele, waarop, gelijk meermalen trouwens is gebleken,
de rechter zeer gesteld is. Ook verdedigt hij de vermeerdering
van het O. M. in de civiele kamer met het oog op eigen ervaring
als noodzakelijk. De zuinigheid door dit na te laten zou de wijsheid
bedriegen.
De heer G r e e v e denkt niet ongunstig over deze voordracht.
Het ongunstig oordeel daarover is vooral het gevolg hiervan
dat men niet genoeg rekening heeft gehouden met den aard
der rechterlijke betrekking en dat men in vergelijkingen is ge
tredendie falen moeten, omdat de grondslag onjuist is. Hij
toont dit door voorbeelden aan.
Wat de statistiek betreft, het terrein van het rechtsgebied
te Amsterdam is niet te vergelijken met dat van andere arron
dissementen. Veeleer zou men kunnen bewerendat de kleine
rechtbanken eigenlijk veel te groot personeel hebben voor het
weinige dat zij doen. Hij heeft het indertijd te Rotterdam
geziendat soms pleitdagen bijna een jaar moesten worden
verdaagd. En Rotterdam is in de verste verte niet te vergelij
ken met Amsterdam thans.
De heer van der Linden heeft nog eenige bedenkingen.
Hoeveie leden te Amsterdam moeten zijn, weet hij niet en de
statistieke cijfers vertrouwt hij niet. Maar als de procureur-
generaal te Amsterdam vermeerdering noodig achtgeeft hij
zieh gewonnen. Doeh hoeveel meer zijn er noodig 'f De mi
nister vraagt er 16 a 19. Dit acht hij verkeerd. Vraag er
16 als ge er 16 noodig hebt: vraag meer als gij het noodig
acht, maar hij wil den minister vrijwaren voor den aandrang
tot vermeerderingook ais ze onnoodig ismaar door de
gegeven speling mogelijk wordt gemaakt. Dat er meer werk
zal komenis wel mogelijkdaar men nu in schier alle zaken
de inmenging van advocaten mogelijk heeft gemaakt. Wij zyn
op den slechten weg. Eerst hebben we de rechtsorga
nisatie verkleind en het personeel verminderden nu zijn we
weer aan het vermeerderen. Waarom niet liever de conclusiën
van het Openbaar Ministerie ten civiele afgeschaft, gelijk reeds
26 jaar geleden is geschied? Mooi zijn ze, die conclusiën,
maar onnuttigtijdroovend en kostbaar ook. Zij mogen plei-
zierig zijn voor de ambtenaren van het O. M. want het is
niet pleizierig altyd op strafgedingen te zitten knabbelen maar
de heeren zitten daar niet voor hun pleizier. Ook dringt hy
aan om terug te komen van de ongelukkige wet van minister
Smidt.
De m i n i s t e r v a n j u s t i t i e, de sprekers beantwoordende,
iswat betreft de rechtbank te Hoornnog overtuigdgoed
gedaan te hebben door indertijd de voordracht tot wederin
stelling dier rechtbank in te trekken, daar hii ook nu nog geen
de minste kans van aanneming ziet. De opheffing der rechtbank
te Haarlem ware zeker niet gerechtvaardigd en die maatregel zou
niet leiden tot bezuiniging, maar tot aanzienlyke vermeer
dering van uitgaven. Geen grond bestaat er om terug te
komen van den maatregel in 1877 genomen. Veeleer is door
verbetering van vervoermiddelen de maatregel thans nog meer
gerechtvaardigd. Hij betoogt vervolgens, dat de vermeerdering
der zaken niet het gevolg is van de malaise in den handel.
Veeleer neemt hij aandat de processen toenemennaarmate
de handel zich uitbreidt. Omdat de Amsterdamsche rechtbank
vermeerdering van personeel eischt, vloeit daaruit nog niet voort,
dat dit ook het geval zal zijn bij alle rechtbanken der eerste
klasse. Na 1 September komt men juist tot den goeden toe
stand dat die rechtbankendie nu niet overmaat van werk
hebbenmeer werk krijgen. Hij herhaalt, er steeds naar ge
streefd te hebben het wettelijk minimum niet te overscbryden.
Wat de afschaffing der conclusiën in civiele zaken betreft
hij wijst er op, dat vele bekwame juristen voor het behoud
zijn, omdat daarin een onpartijdig man advies geeft. Minister
Godefroi zelf wilde ze zelfs bij den Hoogen Raad behouden.
Intusschen wil hy wel nog nader onderzoeken, of het wen-
schelijk is in de organisatie en in rechtsvordering verandering
te brengen. Afschaffing dier conclusiën zou ook geen geldelijk
voordeel gevendaar men wel advokaten-generaal zou kunnen
missen, maar dan ook bij iedere rechtbank ten minste één
substituut-officier zou noodig hebben.
De noodzakelijkheid tot uitbreiding van het parket te Am
sterdam blijkt ook uit het feit, dat werkelijk krachtige mannen,
daar komende, binnen kort worden uitgeput. Wel degelijk
zal de nieuwe strafwetgeving meer werk en inspanning vorderen
van het parket en de rechters. Wat het bezwaar van den heer
van der Linden betreft, deze kan voorstellen dadelijk het
maximum aan te nemen; hij acht echter facultatieve bepaling
raadzamer. Het was hem onmogelijk alsnog de wet van den
heer Smidt omtrent den rechtsbijstand te herzien.
De heer van der Kaay houdt voldat de uitbreiding
der rechtbank te Amsterdam alleen op grond van meer werk
door het nieuwe strafwetboek niet gerechtvaardigd is.
De heer van der Linden blyft voorstaan het stellen van
een vast cijfer van rechters in de wet.
De minister van justitie doet uitkomen op 25
Maart 1885 aan de drie dekens der voornaamste plaatsen zijn
antwoord te hebben gezonden op hun advies tot intrekking
der wet van den minister Smidtmaar geen repliek te hebben
ontvangen.
De beer W. van Dedem antwoordt den heer Earneombe
Sandersdat de tramverbinding Hoorn—Alkmaar nooit is ge
slaagd en alleen hier in de Kamer dienst doet, als er sprake
is van eene rechterlijke indeeling. Hij bestrijdt verder den
minister ter zake van verbeterde gemeenschap. De afstand
Hoorn—Alkmaar is even groot gebleven.
De algemeene beraadslaging wordt gesloten.
Art. 1 bepaaltdat de rechtbank te Amsterdam zal bestaan
uit 1 president4 vice-president16 a 19 rechters1 officier,
5 a 6 substituut-officieren1 griffier en 5 a 6 substituut
griffiers.
Nadat een door de heeren van Baar, Rutgers en den
minister van justitie bestreden amendement-Lobman,
om de minima als maxima aan te nemen en dus speling te
geven tusschen 13 a 16 rechters, 4 a 5 subsfc-officieren en 4
;i 5 subst.-griffiersverworpen was met 42 tegen 27 stemmen,
worden de artikelen 2 en 3 onveranderd en de geheele wet
aangenomen met 61 tegen 8 stemmen van de heeren van Asch
van Wijck, van der Borch, van Alphen, Beelaerts Lobman,
van der LindenKeuchenius en Bahlmann.
3. Aanvulling en wijziging der wet van 3 Januari 1884 ter
aanwijzing der gestichtenwaar hetzij gevangenisstrafhetzij
hechtenis wordt ondergaan en van aanverwante gestichten. Bij
de algemeene beraadslaging werd door de heeren van d er
Kaay en van Dedem aangedrongen om het gevangenishuis
te Hoorn na September ook voor andere doeleinden te ge
bruiken. Laatstgenoemde meendedat dit huis ook aangewezen
moest worden als verplegingsgesticht voor niet-disciplinair ge
straften. De minister vanjustitie verklaarde, hieraan
nog geen gevolg te kunnen geven. Art. 1 van dit ontwerp
werd verworpen met 36 tegen 25 stemmen, waarna met 34 tegen
28 stemmen de verdere behandeling verdaagd werd tot den 13,
toen de regeering een nieuw artikel 1 voorsteldestrekkende
om het jongensgesticht niet te Ommen maar te 's Hertogen
bosch te vestigenvolgens den minister van justitie eene
besparing zullende geven van ongeveer f 500.000. Thans zal
met f 5000 volstaan kunnen worden. Aangenomen met 50
tegen 6 stemmen. Art. 2zooals het nu door de regeering
gewijzigd wasbepaaldedat zoolang de bijzondere strafge
vangenissen te Gorinchem's HertogenboschEindhoven en
Amersfoort niet zijn ingevoerdze tijdelijk met gewone straf
gevangenissen of Rijksopvoedingsgestichten in één gebouw
kunnen vereenigd zijn en datzoolang in de bijzondere straf
gevangenis te Leeuwarden geene gelegenheid bestaat tot afzon
dering de straf van afzondering zal worden ondergaan te
Groningen. Een voorstel van den heer van der Eeltz om
de zaak tot September aan te houdendaar de Kamer niet op
de hoogte scheen te zijn, werd verworpen met 49 tegen 7
stemmen. Art. 2 werd met 56 tegen 2 stemmen aangenomen,
nadat de minister overgenomen had een amendement van de
heeren Kist en Beelaerts, strekkende om te voorkomen,
dat veroordeelde gevangenen onder één dak geplaatst worden
met rijksopvoedelingenalleen voor veroordeelde jonge meisjes
werd eene uitzondering gemaakt.
Na verwerping met 40 tegen 18 stemmen van een amende
ment Beelaertsom art. 2 niet langer te laten werken dan tot
1 Jan. 1889 als prikkel om den tijdelijken maatregel niet voor
goed te laten bestaan, werd de geheele wet aangenomen met 56
tegen 2 stemmen van de heeren van Kerkwijk en E'eltz.
De Voorzitter deelde mededat ingekomen was een
voorstel der heeren Borgesius, Bahlmann, Beelaerts, Eabius,