No. HO.
Acht en tachtigste Jaargang.
1886.
De arbeidsdag.
ZONDAG
12 SEPTEMBER.
Prijs dar gewon© Advertentiën:
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Plaatsgebrek noodzaakt ons het feuilleton
achterwege te laten.
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
EERSTE BLAD.
föittnculauö.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Dondsrdag" en
Baterdagavond, uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Kijk f 1,
De 3 nummers f O 06.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMb. COS-
TER ZOON.
m jMiniijlLLIlJILBIBIilWII IIBII IIHWlTWWiilllllllllti1 II II
ii.
Blijkens bet verslag van het Algemeen Nederlandsch
Werklieden-Verbond in ons vorig artikel vermeld is
men algemeen overtuigd, dat in Nederland geen be
perking van een te langen arbeidsdag mogelijk is zon
der tuBSöhenkomet van den wetgever. Men «enscht
daarom een wet die deze zaak regelt en behoudens
onvermijdelijke öitzonderingen en bevoegdheid tot af
wijken verbiedt langer te werken of te laten werken
dan een zeker getal uren daags. Ook de heer Heldt,
die het verslag heeft bewerkt, geeft wol den werklieden
den raad niet alles op de wet te laten aankomen
maar gelooft toch ook dat zonder tusscbenkomst van
den wetgever de regeling van den arbeidsdag in .Neder
land tot de vrome wen chen zal blijven behooren. \an
dezelfde meening is ook de heer Kerdijk blijkens zijn
artikel „Wettelijke beperking van den arbeidstijd voor
volwassen mannelijke werklieden" in de 'dragen des Tijds.
„Bovendien" schrijft hij aan het slot van dit met
zaakkennis en kalm oordeel geschreven stuk «neig ik
te eerder tot het inzicht, dat hier te lande zonder staats
inmenging het doel met te bereiken is omdat bij den
betrekkelijk geringen ontwikkelingsgraad onze- nijver
heid waarmede samenhangt de zeer matige bloei, die
voor onze vakvereeuigingen schijnt weggelegd, op toe
reikenden druk van den kant der aan zichzelven over
gelaten werklieden niet te rekenen valt."
Maar spreekt dat niet van zelf zal vermoedelijk deze
of gene willen vragenkan de arbeidsdag dan anders
geregeld eu tegen een te langen werktijd gewaakt
worden dan door een wet? Is het dan in andere lan
den ook niet op die wijze gegaan Het antwoord
zal hoogst waarschijnlijk velen bevreemden. Wel heeft
men in de beschaafde staten wettelijke bepalingen tegen
overmatigen aïbeid van kinderen, van jeugdige personen
en van vrouwen, maar voor vol wassen mannen ontbreken
zij bijna overal. In de eerste plaats b.v. in Engeland. Nog
in 1875 verklaarde daar de staatscommissie, die benoemd
was om de wenscbelijkkeid te onderzoekon van een alge-
meene herziening der tallooze wetten op fabrieken en
werkplaatsendat „mannen" in staat zijn zich zeiven
te helpen. De beperkende bepalingen ten aanzien van
den arbeid van kinderen nog onvolwassen personen en
vrouwen hebben het in sommige vakken ook voor vol
wassen mannen onmogelijk gemaakt langer te werken
en over het algemeen er veel toe bijgedragen om den
werktijd in te korten. Maar daarenboven hebben de
vakvereenigingen onder de Engelsche werklieden door
groote eensgezindheid en taaie volharding gedurende
vele jaren zonder tusscbenkomst van den staatmaar
door middel van onderhandelingwerkstaking en in
spanning van alle krachten om in minder tijd evenveel
af te doen als vroeger in iangeren tijd het zoover
gebrachtdat in de meeste groote fabrieken de werk
tijd belangrijk is ingekort.
Evenmin is in de Vereenigde Staten van Noord-
Amerika de wet met haren dwang tusschenbeide geko
men. Wel vinden wij daar voor de werklieden in dionst
van de Regeering en ook voor de arbeiders in sommige
fabrieken door de wet een vasten arbeidsdag bepaald
aanvankelijk van 10later meestal van 8 uren maar
met da vrijheid om bij onderlinge overeenkomst daarvan
af te wijken. Is er niets overeengekomendan kan
men met 8 uren daags volstaan maar de regel is dat
men volgens contract langer werkt.
In Frankrijk is alleen voor hoogovens en fabrieken
de arbeidsdag' op 12 uur bepaald, maar met bevoegd
heid van de Regeering om uitzonderingen toe te staan
en een Iangeren werktijd te veroorloven. Van die be
voegdheid wordt een zeer ruim gebruik gemaakten
aan de geheele wet wordt slecht de hand gehoQden.
In Oostenrijk is eerst in het vorige jaar een stap in
deze richting gedaan door te bepalen dat in bedrijven
die fabriekmatig worden gedreven niet langer dan 11
uur daags mag worden gewerktmaar van deze alge-
meene bepaling worden zoovele afwijkingen toegestaan,
dat inderdaad kan gezegd wordendat de arbeidsdag
van 11 uur in de wet is gezet als een ideaalen voorts
aan de Regeering is overgelaten de werkelijkheid zoo
veel mogelijk met dit ideaal in overeenstemming te
brengen. In het Duitsche Rijk is men tot nog toe niet
tot een wettelijke regeling kunnen geraken.
Zeer uitvoerig zijn de mededeelingen van den heer
Kerdijk aan wiens opstel wij het bovenstaande ont
leenden omtrent Zwitserland. Van de algemeene be
paling der wet van 1877, dat in fabrieken de geregside
arbeid van eiken dag niet langer dan 11 uur mag du
ren kunnen door de kantonnale en plaatselijke bestu-
|i i 11 i ii Mill
ren in vele gevallen vrijstellingen en afwijkingen wor
den verleend en worden er meer verleend dan met
de bedoeling en zelfs met de woorden der wet overeen
gebracht schijnt te kunnen worden. Aan de ervaring
in Zwitserland opgedaan hecht de heer Kerdijk blijk
baar groote waardeen te rechthet is het eenige
land waar reeds sedert eenige jaren de proef is geno
men om door wettelijke bepalingen den dagelijkschen
werktijd in te krimpen. Het kanton Glarus had in
1864 het voorbeeld gegeven dat door sommige andere
kantons was gevolgd, totdat in 1877 de regeling voor
het gansche eedgenootschap tot stand kwam. Men
bedenkedat die regeling alleen den arbeid in „fa
brieken" betreft en dat ais fabriek wordt aangemerkt
elke werkinrichting, waarin gelijktijdig en regelmatig
meerdere werklieden (eine Mehrzald von Arbeitern) buiten
hunne woningen in besloten plaatsen werkzaam zijn.
De meest uiteenloopendesoms vrij willekeurige be
slissingen zijn naar aanlading van deze wetsbepaling
genomen, en het gevolg isdat alleen eigenlijk ge
zegde fabrieken naar de gewone beteebenis des woords
onder de heerschappij der wet zijn gebracht; daar buiten
is alle arbeid ongeregeld. Toch is de wet niet zonder
beteekenis en hechten de werklieden er althans waarde
aan. De heer Kerdijk vat zijn oordeel omtrent hare
werking aldus samen: „Wie het voorstelt, alsof in de
zwitsersche fabrieken behoudens de nadrukkelijk ver
leende vergunningen nooit langer dan 11 uren daags
en nooit buiten de wettelijk vastgestelde uren gearbeid
wordtmiskent de werkelijkheid in niet geringe mate.
Doch evenzeer doet dit degeen, dia daaruit de gevolg
trekking afleidt, dat de maatregel is mislukt. Teleur
gesteld moeten zich eigenlijk slechts zij gevoelen die
zich overgegeven hadden aan den waan, dat geen jaren
noodig zouden zijn om alle bezwaren te overwinnen
en eiken tegenstand te breken. Wel behelst de in
Zwitserland opgedane ervaring een ernstige waarschuwing
tegen het koesteren van overdreven verwachtingen
doch allerminst rechtvaardigt zij de slotsom dat in
andere landen waar de eenheid van het staatsgezag
niet door federalistische instellingen wordt verlamd
een onbegonnen werk wezen zou het aldus gegeyen
voorbeeld te volgen."
Zal men nu ook in Nederland overeenkomstig den
wensch van de 19 afdeeliügen van het Alg. Ned. Werk
lieden-Verbond, die de haar voorgelegde vragen hebben
beantwoord den dagelijkschen werktijd door een wet
gaan vaststellen en regelen Met den heer Kerdijk
zijn wij van meening, dat het niet aangaat, op deze
vraag eenvoudig te antwoordendaartoe is de staat
onbevoegd daartoe heeft de staat geen recht. Ten
aanzien van kinderen en minderjarigen bestaan onge
twijfeld bijzondere redenen, die niet gelden ten opzichte
van volwassenen en meerderjarigen; maar als de staat
gerechtigd is beperkende bepalingen te maken ten aan
zien van volwassen vrouwen kan men dan beweren
t'at hij dit in geen geval mag doen ten aanzien van vol
wassen mannen, indien blijkt dat zij buiten machte zijn
zich zeiven te helpen De toestanden kunnen van dien
aard zijn dat in het belang van de volksgezondheid
en van de algemeene veiligheidtot behoud van de
algemeene volkswelvaart en de peil van zedelijkheid
en ontwikkeling, dat het volk heefc bereiktstaatsbe
moeiing gerechtvaardigd zon zijn, als het beoogde doel
er door bereikt kan worden zonder aan den anderen
kant in misschien nog grootere bezwaren te vervallen.
De vraag is duszijn de toestanden in Nederland van
dien aarddat de staat iu het belang der werklieden
zou moeten tuBschenbeide komen en is van zijn tusschen-
komst de gewenschte vrucht te verwachten
-— By kon. besluit is vernietigd de benoeming van
den heer Habraken, tot secretaris der gemeente Baekel,
die minderjarigdoch in het bezit van brieven van
meerderjarigverklaring wasop grond datwaar de
gemeentewet van meerderjarigheid spreektdaarmede
bedoeld wordtzooals uit art. 19 blijkteen leeftijd
van 23 jaren.
Den 8 heeft de gemeenteraad te Helder de re
kening over 1885 voorloopig vastgesteld in ontvangst
op f 179704.25% in uitgaaf op 181.611.70alzoo
met een nadeelig slot van f 1907.44%. Een voorstel,
om de met 1 Sept. opgeheven rijksnormaallessen voor
rekening der gemeente voort te zettenwerd gesteld
in handen van burgemeester en weth. om bericht en raad.
Den 8 is de heer l'Hoste vergezeld van den heer
Stephanik met zijn ballon te Amsterdam opgestegen
en om half negen zonder eenige moeite te Meppel neer
gedaald. Hij bereikte eeue hoogte van 1860 el. De
Zuiderzee is op hare grootste breedte door hem over
gestoken. Het weer was helder, zoodat Marken Urk
en Schokland gezien waren. De thermometer wees op
1000 el hoogte 12 graden Celsius en op 1800 el hoogte
7 graden.
De minister van binnen], zaken beeft den 9 een
bezoek aan de landbouwtentoonstelling te Gorinchem
gebracht.
Den 9 is door het r. k. parochiaal kerkbestuur
te Duistervoorde bij Deventer aanbesteed het bouwen
eener kerk met toren dakruiten en sacristie, met bij-
levering der materialen. Laagste inschrijver was de heer
L. A„ de Haan te Twelloo voor f 70637, aan wien het
werk gegund is.
De gemeenteraad van Amsterdam heelt den 9
vastgesteld de volgende
Veuobdesing houdende bepalingen omtrent het ven
ten en om niet verspreiden van n ieuws-
bladen en andere gedrukte of geschreven
stukken.
Art. 1. Het is aan iederwien daartoe door den
burgemeester het recht ontzegd is gedurende den tijd
waarvoor de ontzegging beeft plaats gehad verboden
op of aan den openbaren weg nieuwsbladen of andere
gedrukte of geschreven stukken te venten of om niet
te verspreiden.
Art. 2- Dat recht kan door den burgemeester alleen
ontzegd worden aan hem wiens venten of verspreiden
aanleiding heeft gegeven tot stremming van het verkeer
of tot verstoring der openbare orde.
De ontzegging geschiedt voor ten hoogste één jaar.
Van iedere dergelijke ontzegging geeft de burgemees
ter zoo spoedig mogelijk schriftelijk kennis aan den raad.
Art. 3. Overtreding van art. 1 wordt gestraft met
eene geldboete van ten hoogste vijf en twintig gulden.
Art. 4. Deze verordening treedt onmiddellijk na
hare afkondiging in werking.
Den 9, des avonds ongeveer 11 uren, is te Haar
lem een begin van brand in een pakhuis aan de Ge
dempte Voldersgrachtdienende tot bergplaats van roet
enz. van een schoorsteenveger, spoedig gebluscht.
Te Terschelling is bij herstemming tot Jid van
den gemeenteraad benoemd de heer D. Doeksea te
Midsland.
Ds. J. F. Bakker te Twisk is beroepen tot pre
dikant bij de doopsgezinde gemeente te Midwolde c. a.
Te Texel is eeue vereeniging tot beoefening der
gymnastiek tot stand gekomen.
Te Assen breidt zich het roodvonk zeer uit. Reeds
kwamen 17 gevallen voor.
Bij de matig bezochte wedrennen den 9 achter
het rijks museum te Amsterdam gehouden, had o. a. eene
tweespaasharddraverij plaats voor paarden van alle lan
den en rassen driejarig en oudervoor elkander ge
spannen. Minimum afstand 2500 el. Prijs 200 en
een eerediploma de tweede aankomende ontving een
diploma. Aan die harddraverij namen deel. 1. De
Dikke en de Vogel A. C. v. d. Akker, Hazerswoude.
2. Roza eu Bles J. J. de Wit, Zijpe. 3. Wilhelmina
en de Gravin, W. H. J. Brom, Utrecht. 4. Jetsbeen
TrompH. F. Bultman Haarlemmermeer. 5. Helena
en EmmaH. DalenbergSehoorl. 6. Mazeppa en
Virginia, H. J. Walker, Amsterdam. 7. Brunhilde en
HoopvalA. de GoedePurmerend. 8. Roza II en
Flora J. Bouter Ameide.
In de eerste serie reden mede de Dikke en de Vogel,
Wilhelmina en de Gravin Jetske en Tromp. In de
tweede serie Helena en Emma, Brunhilde en Hoopval.
Voor de derde maal reden over allen, behalve Wilhel
mina en de Gravin. Prijs Helena en Emma van H. Da
lenberg te Sehoorl in 6 m. 12f sec. Premie de Dikke
en de Vogel in 6 m. 21 sec.
De gemeenteraad van Amsterdam heeft den 9
benoemda, tot hoofden aan vier openbare lagere
scholen der eerste klasse; 1°. H, W. J. A. Schook
le onderwijzer a/d openbare scholen aldaar2°. M.
Meerwaldthoofd der gemeenteschool aan de overzijde
van het IJ 3°. J. J. Schippersonderwijzer aldaar
4°. W. J. Jongejan Jr. te 's Gravenhage b. tot leeraar
in de wiskunde aan de H. B. S. met öjarigen cursus
den heer A. L. J. Bonten, leeraar te Dordrecht: c.
tot leeraar in de fransche taal en letterkunde aan de
zelfde school den heer C. M. Robertleeraar aan
eene der middelbare scholen met 3jarigeu cursus aldaar.
De heer E. Kiderlen te Delft heeft den 24 Aug.
1.1. het world record op den road voor den try-
cvcle geslagen. Hij vertrok te 1 uur 30 min. uit Oroos-
wijk, bij Rotterdam, en kwam om 3 uur 18 min. te de
Meern, bij Utrecht aan alzoo een afstand van 52 mijlen
afleggende in 1 uur 48 min.
De gemeente-rekening te Krommenie over 1885
is den 30 vastgesteld in ontvangst op f 34095.04 en
in uitgaaf op f 31336,52%.
De spoorweglijn HaarlemZandvoort vervoerde
in Juli 47409 reizigers en bracht 12408.96 op, zijnde
per dag en per mijl f 47.09,
Den 16 wordt de zaak van Domela Nieuwenhuis
in hooger beroep voor het gerechtshof te s Gravenhage
behandeld.
Te Amsterdam is een cursus voor helpsters aan
bewaarscholen geopendonder leiding van den heer
J. A. Toursinspecteur der bewaarscholen, daartoe in
staat gesteld door den steun van eenige belangstellenden.
De Koning zal de opening der Kamers op den 20
opdragen aan eene commissie van zijnentwege, waarvoor