Onderstaand werd den 24 's avonds reeds j>er bulle tin aan onze lezers binnen de stad bekend gemaakt. De heer de Vos van Steenwijk houdt vol, dat de belasting willekeurig en zonder maatstaf is. Hij protesteert tegen de bewering van den minister, dat het bezwaar voortkwam uit de slechte prijzen der zuivelproductentengevolge van de mindere zorg der landbouwers; zulk eene uitspraak van de ministerstafel zou zeker in het buitenland geen goeden indruk maken. In elk geval zou de regeering zelf een deel der schuld dragen door de onpractische school te Wageningen en door het niet verhoogen van den wijnaccijnstegen Frankrijk als wapen te gebruikenom den kaasuitvoer te begunstigenHij ontkendedat onze zuivelproducten achteruit gaan zij zijn alleen op de Londensche markt door deensche producten verdrongen. De heer van der Kaay houdt zijn betoog vol, dat Thorbecke in 1851 het recht der heffing van wik- en weegloonen erkende. Hij komt krachtig op tegen de pogingenom terug te komen op een in 1851 gegeven woord en dus het doel waarmede de uitzondering in de gemeentewet is opgenomen te doen mislukken. Hij betoogtdat de gemeenten volstrekt niet onwillig zijn, maar dat de marktbezoekers volkomen tevreden zijn met de heffing. De heer Rutgers blijft de wetten bestrijden. Als art. 284 der gemeentewet niet toepasselijk ts waarom stellen de heeren van Dedem en van der Kaay zich dan zoo voor deze uitzonderingswetten in de bres F Hij blijft de behoefte aan heffingen ontkennen. Noch in publieke werken, door die gemeenten aangelegdnoch in oude heldendaden, is reden gelegen voor bestendiging van de heffing Yan wik- en weegloonen. De heer Borgesius bleef op geleidelijke ver mindering aandringen. De heer W. van Dedem hield met warmte het goed recht en de wenschelijkheid van de heffing voldie privaat-rechterlijk zijn. De minister Heemskerk houdt voldat alge meen erkend isdat eigen schuld der landbouwers oorzaak is van den achteruitgang van den zuivel handel en dat het wegen in Alkmaar vrij iszoodat van dwang geen sprake kan zijn. Het algemeen debat wordt gesloten. Op het ontwerp voor Alkmaar zijn voorgesteld 1<\ Een amendement van den heer Y i s s e r van Ilazerswoude, verbiedende andere markt- gelden van kaas te heffen, zoolang wik- en weeg loonen geheven worden. 2°. Een amendement van den heer Rutgers, om de wik- en weeggelden slechts nog 2 jaar te vergunnen en tot niet hooger bedrag dan 70 cents per 100 kilogram. De heer Visser wilals de loonen niet kunnen vervallen, ten minste de misbruiken wegnemen. De heer Rutgers wil slechts korte verlenging van verlof, in afwachting der aangekondigde wijzi ging van artikel 238 der gemeentewet door den minister en langzame reductie der loonen. De heer Kops is niet gekant tegen vermin dering der heffing tot 70 centsmaar is tegen korteren termijn. De heer van Aseh van W ij c k eveneens; deze stelt daarom als amendement voor, enkel om den prijs op 70 cents te brengen, maar den termijn van 5 jaar te behouden. De Minister heeft geen bezwaar tegen het amendement-Y i s s e rmits bepaald wordedat gewogen boter en kaas geen marktgeld meer betale. Tegen het amendement-R u t g e r s, om den termijn plannen en geheimen mededeelden en beloofdenhaar iets moois te laten zien. Bob hadofschoon bij met andere landeigenaars in geBprek gewikkeld was, dadelijk bij Alma's terugkomst de veranu«*ing in haar geheele wezen opgemerkt. Zij seheen hem te zoeken; niet alleen met hare blikken want zij was reeds voor de tweede maal plotseling aan zijne zijde gekomen en had zijn arm gegrepen. Het was hem voorgekomen, als zocht zy bescherming. Maar waarom Hier in het groote gezelschap door bijna louter kennissen omringd F Reeds wilde hij haar hierover vagen of een weinig plagen maar eene andere gedachte deed hem dit uitstellen. Was dit nu bijna niet reedBwat hij ge droomd zoo vurig verlangd had F Nu blonk haar oog; nu scheen het van inwendig geluk te gloeien en dat gold hem immers. Maar was er eenige reden voor F Waarom nu juist F Hij martelde zijn geheugensedert wekense dert maanden was er toch geen reden geweest zijne gevoelens ter sprake te brengen. Wat was ergebeurdF Een der officieren had dien middag op Alma en het geluk haar als gade te bezitten, getoast. Bob had haar daarbij aangezien; zou er in zyn blik iets geweest zijn, dat haar eindelijk getroflen had F Zou zij eindelijk beproeven rechtvaardiger jegens hem te worden F Kon zulk een kleine oorzaak zulke groote gevolgen hebbenF Maar wegkoel nadenken 1 Aannemen zooals alle groote weldaden aangenomen kunnen worden I Ver diend was alles reeds jaren lang. En zoo zagen velen van het gezelschap met bewon dering het schoone paar dat een weinig vooruit liep en omgeven door de spelende kinderenals door het geluk zelf geleid scheen te worden. Het was een tamelijk smalle weg, met een greppel vol braamstruiken en kamperfoeliewaarlangs men de plek bereiktewaar een deel der maaiers aan het schooven binden was. Zoodra men deze plaats bereikt bad, vlogen de kinderen als in een wedloop, naar een te verkorten heeft hij overwegend bezwaaren wat amendement-V an A s c h betreft, het berust op een totaal willekeurigen grondslag. In de laatste drie jaren waren de onkosten voor deze zaak gelijkof overtroffen zij de ontvangsten. De heer van der Kaay begrijptdat de heer Rutgers, in afwachting eener definitieve beslis sing, eenen korteren termijn voorstelt, maar in dat eigen stelsel paste het behoud van het bedrag der heffing op 80 cent. De heer Rutgers betoogtdat de bepaling van het bedrag op 80 cents even willekeurig is. Hij beperkt en wijzigt zijn amendement, zoodat het nu alleen strekt, om den termijn der heffing te be perken tot DRIE JAAR. De Minister neemt nu het amendement-R u t g e r s over. liet amendement-A sell t a u W ij c k (hef fing van 70, in plaats van 80 cents per 100 kilo gewogen kaas) wordt aangenomen met 43 tegen 30 stemmen, evenals het gewijzigd ontwerpdat den duur dezer heffing op 3 jaren bepaalt. Na de beslissing voor Alkmaar, bracht de regee ring eene gelijke wijziging in voor Hoorn Purme- rende en Edamdie alle eenparig aangenomen werden, op de stem van den heer W. K. van Dedem na. Begrootingsverslagen. Departement van binnen 1. zaken. Uit de breed voerige memorie van antwoord van den minister van binnenl. za ken over liet hoofdstuk Y der staatsbegrooting voor 1887 blykt dat de regeering niet voornemens is een wetsontwerp in te dienen tot verandering der grenzen van Amsterdam en Nieuwer-Amstel, overeenkomstig het ontwerp van Gedep. Staten van Noord holland maar dat de minister niet gekant is tegen elke grens- verandering tusscben die gemeenten, en hij zelfs bereid is daartoe mede te werkenmocht dit noodig zyn ter verkrijging eener behoorlijke afscheiding tusschen beider gebied. Hij betreurt bet meer dan iemanddat de verbeterde wettelijke regeling der levende strijdkrachten nog altoos achterwege bleef. De her ziening van hoofdst. VIII der grondwet moet thans voorgaan. Het getal losloopende honden wordt belangrijk verminderd. De ernstige toepassing der wet van 5 Juni 1875 wordt van regeeringswege zooveel mogelijk bevorderd. Yan de 706 te 's Gravenhage opgevangen honden werden 616 afgemaakt en 68 tegen betaling der hoogste boete teruggegeventerwijl 1 ontsnapte. Het invoeren eener rijks-belasting op de honden acht hij onraadzaam. Hervorming van het geneeskundig staats toezicht komt aan de regeering gewenscht voor. Ben daartoe strekkend wetsontwerp is reeds aanhangig. Bepaald gebrek aau geneeskundige hulp bestaat slechts op weinig plaatsen. Het voornemen istien subsidien voor artsen en twintig subsidien voor vroedvrouwen te verleenendaarwaar na ernstig en nauwgezet onderzoek het grootste gebrek blijkt te bestaan. Hij meentdat de uitgaven voor personendoor dolle honden ge beten meer de geneeskundige armenverzorging, die plaatselijk moest behartigd worden, dan wel staatszorg gelden. Die ziekte, als zij eenmaal bestaatis ongeneeslijk en misschien de vreese- lijkstedie den mensch kan overkomen. De menschelijkheid gebiedt alzooaan behoeftigendie zich wenschen te onder werpen aan de inenting van prof. Pasteur, de gelegenheid niet te onthouden, haar te ondergaan. Wat het leerplan der gym nasia betreftdaaromtrent heerscht groot verschil van gevoelen onder de leeraren zeiven. Daarom is nauwgezet onderzoek plicht en zouden overhaaste wijzigingen slechts teleurstelling en nieuwe klachten opleveren. De klaentdat aan het gym nasiaal onderwijs te hooge eischen worden gesteldvindt in den uitslag der eind-examens geene bevestigingveeleer is het tegendeel het geval. In 1885 slaagden 92,75 pc. van de leer lingen en 59 pc. der niet leerlingenterwijl dit jaar de uit, komsten nog gunstiger waren. Hij verklaart zich gaarne bereid- waar het noodig is, gedeeltelijke wetswijziging te overwegen; gelijktijdige herziening der wetgeving op de drie takken van onderwijs komt hem onraadzaam voor. Na de belangrijke ver mindering van de som voor subsidien krachtens art. 49 der wet op het lager onderwijs in de laatste jaren uitgetrokken, vindt hij geene vrijheid daarmede nog verder te gaan. Indien hem, die aan de inrichting der rijks-kweekscholen voor onder wijzers voortdurend zijne aandacht wijdt, van overdrijving ware geblekendan zou hij daaraan een einde gemaakt hebben. Er is naar het oordeel der regeering geene reden, om tot afschaffing van rijks-kweekscholen voor onderwijzers over te gaan. Dat sommige inrichtingen bezocht worden, zonder dat de kweeke- lingen voornemens zijn zich aan het onderwijs te wijden, is niet slechts nimmer geblekenmaar de bestemming, die de jong meisje, dat van zigeuner-af komst scheen. Lachend en stoeiend drongen zij zich om Huldahet meisje heen en elk hunner liet zich eenige roggehalmen om den arm binden en een spreuk toewenschenwaarna half blijde, half dralend hun nikkel-muntje in de hand van het meisje viel. Toen Zellina en Alma naderdentrad een jong aardig meisje uit de rij der maaiers met eenige in elkander gevlochten halmen op hen toe, sloeg deze om hunne handen en sprak vlotzonder te haperen „Ik heb vernomen Dat de goede heer En de goede vrouw Zyn gekomen. Ik wil ze omstrikken Met liefelijke blikken, Met liefelijke zaken; Yeel complimenten Kan ik niet maken. Is mijn band ook slecht, Mijn wensch is recht. Het is geen band van distel en doorn Maar een van zuiver roggekoorn, Ook bind ik 't niet te los en niet te vast, Dan gaat 't weder los, als 't past." Alma gevoelde, dat bij de laatste woorden Bobs arm beefde en zag met schrik hoe hy somber en geheel gedachteloos voor zich uitstaarde. Het overige gezel schap was gedeeltelijk naderbij getreden en om hen heen komen staan; het meisje ging na een schuchteren zijdelingschen blik weg. Bob scheen hier van niets te merken. Verlegen zocht Alma hare hand vrij te maken; toen zag hij haar echter met zulk een ontzettenden blik aan dat zij de oogen sloot. Dat scheen hem zijne bezinning weder te gevenzelfs hem in staat te stellen tot mijnbeer en mevrouw Grumbach, die ook gebonden geworden waren, te zeggen „Niet waar, sinds kort getrouwde paren mogen kweekelingen na afloop van den vierjarigen cursus bij het openbaar of bijzonder onderwijs verkrijgenbewijst het tegendeel. De geleidelijke uitvoering van art. 24 der wet van 17 Aug. 1878 in dier voegedat de noodige maatregelen worden genomen om aan de openbare lagere scholen het aantal onderwijzers in evenredigheid te brengen met het aantal schoolgaande kin deren geschiedt overeenkomstig het kon. besluit van 30 Oct. 1884. Het valt niet te ontkennendat vele leerlingendie de rijks-normaallessen volgenof wegens gebleken ongeschiktheid voor bet onderwijsof wegens het uit eigen beweging kiezen eener andere loopbaan of om bijzondere redenen den cursus niet tot het einde bijwonen. Met genoegen zag hijdat de pogingen der regeering tot behoud der gedenkteekencn van geschiedenis en kunst gewaardeerd wordenmaar in deze rich ting van denkbeelden moet men dan ook goedkeurendat de aandacht der regeering gevestigd zij op al de gevallen, waarin een zoodanig 'gedenkteeken met slooping of geheel verval be dreigd wordt. Tengevolge van aangebrachte wijzigingen wordt het hoofdstuk gebracht op f 10,194,318. Den 21 is te Leiderdorp het van hout opgetrok ken kerkgebouw, dat behalve het ameublement 3000 gekost heeftdoor ds. G. Vlug ingewijd het aantal aanwezigen, zoo uit Leiderdorp als uit Leiden, Oegst- geestKoudekerk en Zegwaard bedroeg ongeveer 900. De godsdienstoefening in de kerk te Leiderdorp geleid door den ringpredikant ds, Klercq van Koudekerk werd bijgewoond door 220 a 230 personen. Den 22 overviel den burgemeester van Leiden den heer L. M. de Laat de Kanter, eene ernstige bloedspuwingterwijl hij op het stadhuis werkzaam was. Per draagbaar werd hij een paar uren later naar huis vervoerd. Den 22 heeft de heer J. Lorette te Utrecht die op zyn 78e jaar ontslag nam uit zijne betrekking aan 's rijks muntna daaraan 26 jaar verbonden te zijn geweestden dag herdachtwaarop hij vóór hon derd jaren in de luthersche kerk aldaar gedoopt werd. Den 22 is te Lobith een door den heer Eemie bewoond perceel met 29 stuks hoornvee3 varkens en den daarin geborgen oogst geheel afgebrand ten gevolge van het omvallen eener petroleumlamp. Alles was verzekerd. Den 22 is te Leiden overleden de hoogleeraar in de geneeskunde aan de rijks hoogeschool en praelector in de verloskunde dr. A. E. Simon Thomas, in den ouder dom van ruim 66 jaren. Den 23 heelt te Amsterdam voor het gerechtshof terecht gestaan W. A. Langelaanbeschuldigd van poging tot moord op den politieagent Jelle Korfmaker by de onlusten te Amsterdam in Juli. Tegen hem is 8 jaren gevangenisstraf geëischt. De gemiddelde opbrengst der op den 23 gehou den koffieveiling is geweest 41 centen per pond, on geveer 2 centen boven schatting (raming bij de begroo ting voor Ned. Indië 28 centen). De eerstvolgende veiling der nederlandsche handelmaatschappij is op den 8 Eeb. 1887 bepaald. Den 23 is te Arnhem tot lid der 2e Kamer her kozen de heer Pb. W. van der Sleijden met 1152 van de 1207 geldige stemmen. Op den beer Brantzen van de Zijp waren 39 stemmen uitgebracht. Aangenomen het beroep bij de ned. herv. ge meente te Andyk door ds. T. Laurrnan te Berken- woude en Achterbroek. Bedankt voor het beroep naar de ned. herv. gemeente te Oosthuizen door ds. G. H. Blanken te Lutjebroek. M. L. Veldman, huisvrouw A. Kerkhof en hare 19 jarige dochter Soetje Kerkhof zijn den 23 door de arr. rechtbank te Dordrecht schuldig verklaard aan op zettelijke brandstichting in den nacht van den 5 op den 6 September in hunne woning aldaar, ten gevolge waar van levensgevaar voor anderen te duchten was en ver oordeeld eerstgenoemdehoofddaderes tot 5 jaren en de tweede tot een jaar gevangenisstraf, gerekend wor dende te zijn ingegaan 6 September 11. - Den 23 des morgens balf zeven brak te Haar lem brand uit in den koestal van den landbouwer P. Zwart aan de Raaks nabij de gasfabriek ten gevolge van onvoorzichtigheid met licht. Met behulp van het toch minstens vandaag niet meer vrij." De vrooljjke heer Grumbach gaf luide zijn bijval te kennen, sloot zijne vrouw in zjjne armen en kuste haar hartelijk. Bob de d dit niet, maar liet ook Alma's arm niet los en ging met haar naar het meisje. Terwijl hij haar een groot losgeld in de hand druktesprak hij „Je moet de laatste verzen veranderen. Daar moet juist iets van nooit weder losmaken in voorkomen. Hoe waren ze ook F" Het meisje herhaalde „Het is geen band van distel en doorn, Maar een van zuiver roggekoorn. Ook bind ik 't niet te los en niet te vast, Dan gaat 't weder loszooals 't past." „Uw band", vervolgde Bob „moet immers zegen duurzamen zegen beteekenen F" „Ja mijnheer", antwoordde het meisje. „Nudan moet je voortaan zeggen „Daarom bind ik 't niet te los ik bind 't vast, Dan gaat 't nimmer loszooals 't past." „Ja maar Het meisje keek hem verlegen aan, kreeg een kleur en strekte de hand met het geld naar hem uit. „Hoe het dan met het losgeld zou gaan, bedoelt ge F" Zij knikte. Bob zag Alma aan die lachte. Hij lachte nu ook en sprak, terwijl hij zich omkeerde: „Dan zal het zeker wel bij het oude moeten blijven." De dames met de kinderen en eenige officieren namen den terugweg aan de andere heeren besloten nog een eind verder het veld jp te gaan, waar Grum bach hun bijzonder mooi staande tarwe wilde laten zien. Bob had Alma bij het afscheid zwijgend de hand gedrukt en zag haar nog eenige oogenblikken na terwijl een der landheeren met hem over de opbrengst van den tarwe-oogst bleef spreken. De band van rog gehalmen had hy nog om zijn arm geslagen. Wordt ttnolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1886 | | pagina 2