Uttnacnlaub.
00STENR1JK-H0NGARIJE. De Keizer heeft op
den ruasischen nieuwjaarsdag aan den Keizer van Rusland
den volgenden gelukwcnscb gezondenIk koester de
vaste overtuiging, dat het ons by onbevooroordeelde
beoordeeling van den toestand en geleid door onze
gevoelens zal gelukkende moeilijkheden die ons
omgevenuit den weg te ruimen en onzen volken de
zegeningen des vredes te doen behouden.
SPANJE De Kamers zijn den 17 geopend met de
voorlezing van een koninklyk bes'uit door den minister
president Sagasta. De Kamer van afgevaardigden her
koos den heer Martos tot voorzitterde oppositie
onthield zici van stemming
Maarschalk Concha is bij kon. besluit tot voorzitter
van den Senaat herbenoemd.
TURKIJE. Zankoff verklaarde den 18 aan eenige
buigaren, die op het oogenblik te Konstantinopel ver
toeven dat hij hooptedat weldra het bulgaarsche
vraagstuk onder medewerking' van de Porte tot eene
goede oplossing zou geraken.
ZWEDEN. De rijksdag is door den Koning ge
opend met eene troonrede, waarin de toestand der geld
middelen bevredigend en de oogst van het vorige jaar vrij
gunstig geooemd wordt. Handel en nijverheid leden
onder den invloed der algemeen heersehende crisis
Onder de aankondigde wetsontwerpen behooren een op
de drukpers en een tot regeling van de vervaardiging
van alcohol.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zou ta cc ij as. Ia de memorie van toelichting tot het
ingekomen wetsontwerpbehelzende bepalingen omtrent den
accijns op het zout, wordt gezegd, dat sedert de wet van 21
Augustus 1822 (Stbl. No. 35) die accijns bier te lande geheven
wordt volgens het stelsel van doorloopend krediet. Het ruwe
zout, uit het buitenland aangevoerd, wordt namelijk onder borg
stelling voor den accyns gebracht op eene rekening met den
zoutzieder of den handelaar, die het inslaat, terwijl de belas
ting opvorderbaar wordt, wanneer het ruwe zout of het daaruit
vervaardigde geraffineerd voor binnenlandseh verbruik wordt
afgeleverd.
Herhaaldelijk en van verschillende zijden is op herziening
dezer regeling aangedrongen om de belangrijke gebreken
waarover niet alleen zoutzieders en accijnsplichtigen klagen, maar
die ock door het bestuur der belastingen meer en meer gevoeld
worden.
l)ie gebreken opsommendealsde overponden in de zout-
ziederyen en de verificatie van het uit het buitenland komende
ruwe zout,.stelt de minister de vraag: wat onder de gegeven
omstandigheden te doen P En dan meent hijdat het beste
is, vervanging der kiervoren geschetste wijze van heffing door
een stelsel van afloopend krediet.
Bij dat stelsel, opgevolgd bij de belastingen op de suiker,
het bier en den azijnwordt de fabrikantevenals bij bet
stelsel van doorloopend kredietin rekening aangeslagen voor
den accijns naar de grondstof, die door hem bewerkt wordt,
doch wordt die accijns opvorderbaarniet by het in gebruik
brengen van het fabrikaat, maar door het verstrijken van be
paalde termijnen, die een behoorlijken tijd laten voor de be
werking en de aflevering der goederen. Buitendien heeft dit
stelsel voordat het onnoodig iselk vervoer, zelfs van kleine
hoeveelheden, in het geheele rijk door document te doen dekken,
behoudens natuurlijk de bijzondere voorzieningen tot keering
van bedriegelijke invoeren.
Ten aanzien van de overponden in de zoutziederijen heeft
men bij aanneming van dit stelsel te kiezen tusscben het buiten
aanmerking laten der bedoelde gewichtsvermeerdering en per
centsgewijze verhooging van den aanslag wegens het ter ver
werking ingeslagen ruwe zout. Het eerste komt hem verkies
lijk voor.
Het stelsel van afloopend krediet met vrijlating van de over
ponden lag dus ten grondslag aan het voorstel tot verbetering
der bestaande regeling. Wat betreft de middelen tot verbetering
der verificatie van het ingevoerde zout, sluit bij zich aan bij
het denkbeeld van de meerderheid der in 1882 gehoorde zout
zieders, om bij de wet dubbele weging van alle ingevoerde
partijen zout voor te schrijven, volgens haar het éénige middel
tot afdoende verbetering in dezen.
die haar dichtgeslagen parasol vasthielden kruiselings
daar over heen. De jonge journalist leunde tegen den
steen en begon met zijn wandelstok figuren in het
zand te trekken.
„IntegendeelMiss Mulrady, ik hoop hier geld te
verdienen. Gij gaat Rougb-and-Ready veriaten omdat
ge rijk zijt. Wij komen er wonen, omdat wij arm zijn."
„Wij herhaalde Mary lusteloos, den weg overziende.
„Ja mijn vader en mijne beide zusters."
„Dat spijt mij. Ik zou gaarne kennis met ze gemaakt
hebben, als ik hier bleef." Op hetzelfde oogenblik viel
haar echter in datals die op den man naast baar
geleken zij even onaangenaam, zelfstandig en kritisch
in denkwijze zonden blijken.
Hij schudde zijn hoofd. Na eenige oogenbükken ver
volgde hijmet zijn stok door stooten in het mulle
zand nadruk aan zijne woorden gevende: „Hij is ver
lamd en zwak van hoofd, Miss Mulrady. Ik ben hier
naar California gegaan om hem te zoeken daar hij
sinds drie jaren niets van zich liet hooren; twee weken
geleden heb ik hem pas gevondenalleenzonder
vrienden als een onbekenden verpleegden arme in het
gemeente-hospitaal."
„Twee weken geleden P Dat was toen ik naar Sacra
mento ging?"
„Zeer waarschijnlijk."
„Dat moet vreeaolijk voor u geweest zijn."
„Natuurlijk. Daaruit ziet geMiss Mulrady", ver
volgde hij glimlachende, „hoe noodig het goede geluk
iswaarvoor gy mij Diet waardig hieldt. Ik moet ook
nog eene woning te Rough-and-Ready zoeken."
Miss Mnlrady zette haar anderen voet naast haar
parasol op den grond. „We kunnen hier niet langer
blijven", sprak zij.
„Waarom niet?'
„Omdat da postwagen om dezen tijd voorbij komt."
„En denkt ge dat de passagiers er notitie van zullen
nemen dat wg hier zijn
„Natuurlijk zullen zy dit."
„Miss Mulradydan smeek ik u te blijven 1"
JTtrdt terwigd.
Dat het tot afdoende verbetering zal leidenacht hij niet
twijfelachtig. Bij deze regeling zullen waarschijnlijk eenige
amotenaren meer noodig zijn doch de uitgaven daarvoor ge
vorderd, worden ongetwijfeld ruimschoots vergoed door het
voordeel der betere verzekering van den accijns.
Het wetsontwerp behelst eene regeling der heffing van den
zoutaccijns op genoemde grondslagen.
Het voorgestelde bedrag van den accijns is gelijk aan het
bestaande. De minister had gaarne een lager bedrag voorge
steld, maar hij had hiertoe geene vrybeid gevonden, nu het
evenwicht tusschen 's ryks inkomsten en uitgaven ternauwernood
is verzekerd.
Daarentegen stelt hy voor, de bevoegdheid te geven vrijdom
van accijns toe te kennen voor het zout, benoodigd tot het
maken van boter en kaas, naar het buitenland uitgevoe d wor
dende. Het offer van 2% a 3 ton 'sjaars, dat waarschijnlijk
van de schatkist gevorderd wordtis zeker niet onbelangrijk
doch wordt ongetwijfeld gerechtvaardigd door het voordeel,
dat daaruit voor den nationalen landbouw voorvloeit. De
maatregel wordt bovendien door de billijkheid gevorderd, daar
het zout gebruikt wordt voor de bereiding van eetwarenniet
voor het binnenlandsehe gebruik bestemd. Tevens kan accijns-
vrydom worden verleend voor zout als middel tot het ontdooid
houden van spoorwegrails.
Bij het behoud van den tegenwoordigen accijns kent hij geen
ander middel om krachtiger te waken tegen zoutbedrog dan
verzwaring der straffen op invoer zonder aangifte en op onge
dekt vervoer cn verboden nederlaag in het terrein van toezicht.
In dien zin wordt drieërlei voorgesteld.
De slotsom is, dat er geen grond bestaat voor de verwachting,
dat de nieuwe regeling eene eenigzins beduidende wijziging in de
opbrengst van het middel ten gevolge zal hebben.
Uit een overgelegden staat blijkt, dat in ons land 52 zout
ziederijen zijn, de meeste in Noordbrabant (12), Zuidholiand
(9), Noordbolland en Limburg (elk 8).
Van 18761885 is de hoeveelheid veraccijnsd zout gestegen
van 34 tot 41 miljoen P. of per hoofd der bevolking van 8.93
tot 9,60 P.; de opbrengst der zoutbelasting, die f 0.09 per P.
bedraagt, van 0 80 tot 0.86 per hoofd.
Vrijdom van accijns is verleend in 1881 voor 18, in 1885
voor 241 miljoen P., van dit laatste bedrag 15.8 miljoen voor
de zeevisscherij347.000 voor vee- en landbemesting en 8.5
miljoen voor fabrieken, trafieken enz.
De geheele invoer van ruw zout bedroeg in 1881 54in
1885 65£ miljoen P. Rnim de helft kwam uit Engeland, bijna
■J- uit Portugal, dat in 1885 de helft meer invoerde dan in 1881.
De invoer van geraffineerd zout steeg in die vijf jaren van
22.763 tot 31.552 P. In 1881 kwam bijna de helft uit
Pruisen en uit Engeland In 1885 leverde het laatste land
Pruisen slecuts XY van het geheel. Het overige kwam
grootendeels uit Belgie.
Aan geraffineerd zout werd, met afschrijving van accijns,
uitgevoerd in 1881 661 000 P., welk cijfer ook gemiddeld in
de drie volgende jaren ongeveer bereikt werd, maar in 1885
daalde het tot 338.625 P.
By kon. besluit van den 6 is vernietigd een
besluit van den raad der gemeente Rede van 20 Nov.
1886, ter benoeming van mr. J. G. Wurfbain tot lid
der plaatselijke commissie van toezicht op het lager
onderwijsop grond dattoen bij de verkiezing de
stemmen staaktende vergadering overgegaan is tot
eene tweede vrije stemming ten gevolge waarvan ge
noemde heer benoemd werd verklaard tot lid dier
commissie, terwijl art. 31 der gemeentewet bepaalt, dat
het lot beslist, zoo de stemmen omtrent het benoemen
van personen staken.
De arr. rechtbank te Zutfen heeft den 13 op de
daartoe door dr. W. M. H. Sanger, hoogleeraar te
Groningenmede-gerechtigde in de Uddelscbe mark
onder Uddel, gemeente Apeldoorn, tegen het bestuur
dier mark ingestelde vordering, de verdeeling der door
die mark in onverdeelden eigendom bezeten gron
den onder de daarop rechthebbenden bevolen met
benoeming van eenen rechter commissaris ten wiens
overstaan die verdeeling zal geschieden.
Van den 9 tot den 15 zijn te Helder twee per
sonen aan mazelen overleden.
De visehscbuit Lamberta Gerarda van dea heer
E. Conijn te Egmond aan Zee, welke den 2 uitgezeild
was en waarover men zich ongerust begon te maken
daar na dien tijd niets van haar venomen was, is den
14 teruggekeerd. Overvallen door storm, was de
schuit vooruit gedreven tot Terschelling, waar de mast
gestreken was en de ankers uitgebracht wareu. Uit
vrees voor brand bruchten zij 24 uren zonder vuur
door terwijl zij vijf dagen door het bevriezen der aard
appelen bijna zonder eten waren geweest.
Tegen Dometa Nieuwenbuis is proces-verbaal op
gemaakt, omdat bij verdacht wordt art. 131 van het
wetboek van strafrecht overtreden te hebben, door den
sociaal-demokraten die hem den 16 des avonds eene
serenade brachtente hebben aangezocht in optocht te
gaan naar de gevangenis en daar eene serenade te bren
gen aan Croll. Zonder vergunning mogen geene op
tochten gehouden worden.
Den 16 reed aan de Draai te Heerimgowaard de
zoon van schipper Wester in een open vak; slechts met
zeer voel moeite mocht het den heer K. Molenaar
gelukken, den drenkeling te redden.
De commissie van enquête uit de 2e Kamer heeft
den 17 als getuigen gehoord de heeren dr. E. Wint-
gens, adj. inspecteur voor het geneeskundig staatstoe
zicht voor Noordbrabant en Limburg dr. L. Th. van
Kleef, arts eerste geneesheer van het gesticht Calva-
riënberg en A. A. Bekaar, ingenieur van 's rijks water
staat allen te Maastrichtden 18 de heeren drs. F. E.
FouquetJ. A. Nijst en L. H. F. Schols, practiseerende
geneesheeren te Maastricht.
De arr. rechtbank te 's Gravenhage heeft den 17
den tapper uit de Begijnestraat aldaar, die zijne buis
vrouw kort voor haren dood mishandeldetot 3 maan
den gevangenisstraf veroordeeld.
Bij kon. besluit van den 17 zijn benoemd bij de
militieraden voor de lichting der nationale militie van
1887, in Noordholland: in het eerste militie-district, tot
voorzitter de heer mr. H. L., zich schrijvende L. H. Povel;
tot zijn plaatsvervanger de heer F. J. W. H. Schmitz,
beiden leden der Provinciale Staten tot lid de heer
mr. D. J. Jitta; tot zijn plaatsvervanger jhr. mr. C. J.
den Texbeiden leden van den gemeenteraad van
Amsterdam; in het tweede militie-district, tot voorzitter
de heer F. L. Kist, tot zijn plaatsvervanger de heer
mr. E. A. Jordensbeiden leden der Prov. Staten
tot lid de heer mr. G. Heshuysentot zijn plaatsver
vanger de heer M. O. de Kanterbeiden leden van
den gemeenteraad van Haarlemin het derde militie
district tot roorsitter de heer J. A. Heuletot sijn
plaatsvervanger de heer H. Scheringa Az., beiden leden
der Prov. Statentot lid de heer mr. F. Booy; tot
zijn plaatsvervanger de heer E. Korver, beiden leden
van den gemeenteraad van Hoorn.
Onder de sociaal-demokraten te 's Gravenhage
was den 17 des avonds een strooibiljet verspreid, waarbij
zij opgeroepen werden, zooveel mogelijk den 18 's mor
gens 10 uren bij het uitgaan van Croll uit het huis
van bewaring tegenwoordig te zijn. Werkelijk stonden
op dat uur verscheidene personen te wachten, zonder
dat Croll kwam. Hij was reeds des morgens om 8
uren ontslagen.
Den L7 des namiddags zakte op de ringsloot van
den polder Heerhngowaard bij Broek op Langedijk een
schaatsenrijderJ. Pluimgraaf, 27 jaren oud, van
Egmond aan Zee; die familie in de Woudmeer ging
bezoeken door bet ijs. Eerst een half uur later werd
zijn lijk opgehaald. Pogingen om de levensgeesten weder
op te wekken waren vruchteloos. Er was onmiddelijk
geneeskundige hulp uit Heerhugowaard aanwezig.
In den morgen van den 17 werd wederom door
de op het Enkbuizer Zand in het ijs vastgeraakte vis-
ehers de noodvlag geheschen. De goederenboot van
Enkbuizen op Stavoren beproefde een weg door
het ijs te banenmaar dit bleek onmogelijk te zijn.
Daarna staken 10 mannen in 2 booten van walvan
een ruimen voorraad levensmiddelen voorzien, daar het
onzeker wasof zij voor het vallen van den nacht de
vaartuigen zouden bereiken. Nu eens de booten over
het ijs voorttrekkende, dan weder in open water roeiende,
bereikten zij na ongeveer vier uren worstelens de in
nood verkeerenden. Onderwijl had men met behulp
van verrekijkers geziendat twee menschen zich van
de gestrande vaartuigen verwijderden biijkblaar met
bet doel, om den vasten wal te bereiken. Na on
gelooflijk veel moeite, nu eens over het brooze ijs voort-
kruipende, dan weder loopendekwamen zij ongeveer
te Oosterleek aan wal. De visseber is van plan eene
boot te koopen en zich daarmede weder naar zijn vaar
tuig te begeven, ten einde, mocht het blijken, dat
zijn bodem als het ijs begint te schuiven niet te be
houden is, een middel te hebben om zijn leven en dat
zijner knechts te redden.
In den nacht van den 17 op den 18 is in de
Noordergronden gestrand de belgische sloep Fernandas,
thuis behoorende te Ostende. De opvarenden ten
getale van 7waaronder een reizigerhadden het
vaartuig verlaten en dreven in een rank bootje rond
waaruit zij door de bemanning der reddingboot te
Nieuwediep gered werden. Kort nadat het bootje ver
laten was, sloeg het door eene hevige stortzee om.
Den 18 had te Kolhorn eene hardrijderij en hard-
prikkerij plaats, waaraan enkel door behoeftigen kon
worden deelgenomen. De prijzen bestaande in levens
middelen waren zoodanig geregeld dat ieder iets
ontving. Eerste prijs met schaatsenrijden werd behaald
door J. Appeltweede door A. Schaapeerste prijs
met prikken door K. Liefhebber, tweede door G, Krap.
Den 18, des morgens, werd in het huis 123 in
de Sarphatistraat te Amsterdambewoond door den
advokaat-generaal mr. Jollesde gangmat door vuur
aangetast gevonden. Bij onderzoek bleek dat in de
brievenbus der huisdeur petroleum was gestort door een
gevonden bordpapieren trechter en aangestoken. Bij de
deur werden nog 2 blazen met petroleum gevonden
zoodat de daders vermoedelijk in hun werk gestoord
waren.
De uitslag van den korpswedstrijd bij gelegenheid
van den provincialen schietwedstrijd te Amsterdam op
den 16, 17 en 18 is geweest, dat de eerste prijs be
haald is door de Schietschool van de schutterij te Am
sterdam met 249, 2 prijs door Eendracht aldaar met
248, 3 prijs door Studenten-Sehietvereeniging aldaar
met 245 en 4 prjs door Claudius Civilis aldaar met
244 punteu.
Den 18 heeft voor het gerechtshof te Amsterdam
terecht gestaan J. A. Hijner oud 28 jaren, laatstelijk
commies der 3e klasse bij de posterijen te Hoorn op
eene jaarwedde van f 1100beschuldigd van in de
maanden Mei en Juni 1886 ongeveer 800 uit de
kas verduisterd en in verband daarmede in de re
gisters posten valschelijk geboekt te hebben en van
opzettelijke brandstichting in een gebouw waarbij het
te voorzien was, da menscheDlevens in gevaar gebracht
zouden kannen w >rden. In den nacht van den 6 op
7 bad hij zich omstreeks half een naar het postkantoor
begeven de straatdeur geopend met een sleutel die
by by zich had, bet gaslicht opgestoken en zich begeven
naar de kamer van den directeur, waarvan hij de deur da
delijk weder sloot, verschrikt door het blafien van den
hond, die daarin 's nachts aanwezig wsb. Uit eene kast
had hij toen 2 registers te voorschijn gehaaid, daarop
eenige pijpen lak gelegd en ze in brand gestoken.
Vervolgens was hij naar huis gegaan in de verwachting,
dat mogelijk het geheele postkantoor met de daar boven
zijnde directeurswoning zou afbranden, dat niet geschiedde
door bet in tyds ontdekken van den brand. Hij be
kende alleshij beweerde alleen de bedoeling gehad te
hebben de tegen hem getuigende registers te verbran
den. Tegen hem is 5 jaren gevangenisstraf geëischt.
Mr. Katz heeft hem verdedigd.
In den nacht van den 18 op den 19 is te Haar
lem eene arbeiderswoning aan de Gravinnesteeg, bewoond
door de wed. Romijn geheel en een daarnaast gelegen
buisje gedeeltelijk uitgebrand.
Daar Domela Nieuwenbuis den 19 des voormiddags
10 uur geen gevolg gegeven had aan de den 18 des
avonds laat tot hem gerichte aanzeggingom zich tot
het ondergaan zijner straf ter beschikking van de jaBti-
tie te stellen is hy omstreeks 11 uren in het verga
derlokaal Walhalla, alwaar bij zich te midden van een
paar honderd aanhangers bevond, in hechtenis genomen
en voorloopig naar net huis van bewaring te 's Graven
hage overgebracht. Hij ontstelde zeer en verbleekte,
toen hij in hechtenis werd genomen. De orde werd niet
verstoord, al waren vele nieuwsgierigen aanwezig. Domela
had van de tot hem gerichte aanzegging bij met een
rouwrand omlijst biljet nog kennis laten geven.
Armvoogden te St. Pankras bleven ook dezen
winter, hoewel hanne inkomsten wegens lagere land-