323e Staatslot e r ij.
No. 6008 50000; No. 18911 1500; No. 8255
1000; No. 18383 f 400; Ns. 1583, 2518, 5937, 5985,
11427, 14653 en 16166 200 Ns. 592 4611, 9350,
13791, 13255 en 18276 100.
5e klasse, 11e lyst, 3 Febr.
Nr. 1792 5395 7398 8807 10632 12259
13519, 15840, 18089 en 20384 1000, Nr. 5446
f 400, Ns. 1847, 12587 en 14042 200 Ns. 785,
4043, 4553, 5252 5767 5912 6960, 7041, 10476,
10695, 11687, 14008 en 18562 f 100.
3 i 11 r l e t
&tabs-Inrichten.
&cltgraU3snc ffgg-ictttgau
Vergaderiug van den ltaad der gemeente Alkmaar.
Onder de vele geschriften, die ter gelegenheid van
den verjaardag van onzen Koning verschijnen zullen
wordt ook, door den uitgever H. A. M. Roelands, te Schie
dam, aangekondigd, dat de Februari-aflevering van „de
Huisvriend" geheel gewijd zal zijn aan den feestdag van
19 Februari e.k. en deze, onder den titel van „Konings-
aommer", den inteekenaren wordt toegezonden. Bij eene
beschrijving van het leven en de regeering van Koning
Willem III en der paleizen en lusthoven van Z M.
rullen gevoegd zijn de portretten van Z. M Willem III,
H. M. Koningin Emma' en H. K. H. Prinses Wilhel-
mina; ook die van Z. M. Willem III en H. M. Sophia
als erfprins en erfprinses van OraDje hunne zonen de
prinsen Willem, Maurits en Alexander, en eindelijk
Z. M. Koning Willem II en H. M Anna Paulowua.
Verder de platen: eene allegorie de geboorte van Z.
M.; de geboorteplaats van Z. M. (het paleis te Brussel);
het paleis te Terveuren de Kamp bij Reijea (1831);
de eedsaflegging in de Nieuwe Kers te Amsterdam
(1849); de watersnood (1855); en de paleizen te
's Gravenbage Apeldoorn Soestdijk enz, enz.
Een mannenkoor getiteld „Ons vaderland", gecom
poneerd door C. C A. de Vliegh, en een feestmarach
voor piano door J. H. Vöümar, vormen dit konings-
nommer tot een geheel, dat een waardige herinnenng
belooft te zijn aan de te vieren februari feestea.
Bij den uitgever J. G. Robberste Rotterdamis
eene volksuitgave verschenen van Jules Verne het
loterijbriefje, bevattende 116 bladzijden, waarvan de
prijs van 30 cents het onder ieders bereik brengt.
5e klasse, 10e lijst, 2 Febr.
Dezer dagen had in de Augustinuskerk te Weenen
eene middeleeuwsche plechtigheid plaats; de aartshertog
Eugenius werd opgenomen in de Orde der duitsehe
ridders van de Hoihge Maria vau Jeruzalem. VTant dit
laatste overblijfsel der aloude ridderorden bestaat nog
in Oostenrijk, en schoon de ridders geen heidenen
meer hebben te bekeeren zoo hebben zij nog talloize
werken van liefdadigheid ten uitvoer te breugeu. De
regiementen en de ritus der Orde bepalen tot in de
kleinBte bijzonderheden de plechtigheid der huldiging,
die ditmaal plaats had onder leiding van den groot
meester der Orde, den aartshertog Wilhelm. De can-
didaat had na een proeftijd van een jaar trouw ge
zworen aan de statuten der Orde, ia tegenwoordigheid
van zijn twee doopgetuigen, de aartshertogen Reinier
en Leopold Salvator.
De kardinaal aartsbisschop van Weenen lei de de
godsdienstoefening. De keizer de aartshertog Rudolf
de aartshertogin Valeria, de aartshertog Karei Lode-
wijk en de aartshertogin Maria lueresia zateu vooraan,
dan volgdeD in het achterschip de overige leden der
keizerlijke familie, die te Weenen vertoeven.
In het midden van het koor lagen zes nonnen op
de knieënzij vertegenwoordigden de vrouwenkloos
ters der Duitsehe Orde. De militaire dienst werd waar
genomen door een detachement van het regiment „groot
meester der Duitsehe Orde", het regiment, dat steeds
te Weenen in garnizoen ligt en altijd onder het bevel
staat van den grootmeester der Orde.
Te tien uur deed de stoet haar intrede in het kerk
gebouw. Aan het hoofd gingen hoflakeien in gala-livrei,
dan, twee aan twee, de priesters der Orde in het zwart
met het erde kruis op de borst en een langen witten
mantel, die tot op den grond afhing over de schouders
(de ridders der Orde dragen een korten mantel om
gemakkelijk te paard te kunnen stijgen), dan de dienst
knechten der Orde en eindelijk de ridders in groot ornaat:
een witte tunica met een zwart kruis op de borst ge
borduurd, een witte mantel eveneens met zwart ge
borduurd een grcot zilveren kruis op den schouder
een helm met witte en zwarte pluimeneen zwaren
degen in de hand een kortezwarte broek Jaarzen
die tot de knie reikenmet gouden sporen. Op de
ridders volgden de doopgetuigen van den candidaat
de ridders eere-leden, entwee hnzaren-otficieren, de heer
Foldvary en de grraf Arz de een op een fluweelen
kussen het kruis, den mantel en de sporen, de ander het
schild van den candidaat dragende. Eindelijk volgde
deze zelf in het zwart gekleed dan de grootmeester
der Orde in ridderkostuum met een gouden kruis op
den schouder gehecht.
Na de bediening der mis ging da candidaat in de
sakrietie, kleedde zich in de uniform der Orde en knielde
daarop met een rozenkrans in de handen voor het altaar.
De doopgetuigen geven hem de gouden sporen en alle
ridders naderden met den grootmeester aan de spits
het altaar trokken hun degens en vormden met deze
een stralenkrans boven het hoofd van den dienstdoenden
aartsbisschop. Dit is een oude gewoonte der Orde, die
hiermede te kennen wil geven dat zy steeds bereid is
öod en zijne dienaren te verdedigen. Nadat de aarts
bisschop den candidaat gezegend had knielde deze
voor den grootmeester die hem met den degen drie
slagen op den schouder gaf, zeggende: „In den naam
van God en der Heilige Maria, ter eere van den Heiligen
Georgegij zjjt ridderDe aartshertog stond nu op,
sloeg zich in de sakristie den mantel der Orde om en
knielde weder voor het altaar. Daarna hief de groot
meester hem op en kuste hem twee malen op elke
wang. Nn hnldigden hem ook alle ridders en de plech
tigheid was afgeloopen.
Dit viel voor te Weenen den 12 Januari van het jaar
1887. Maar opdat men zich niet geheel in de middej.
eeuwen terug zou wanen las men in de Weener dag
bladen, aan het einde van het veislag dezer plechtig
heid „Op het verlangen van den aartshertog Eugenius
bad mme. Roza der Keizerlijke-Koninklijke opera op
zich genomen bij de gidsdienstoefening de solos te
zingen.
Voor een dertigtal jaren had men voorzeker niet
vermoed dat binnen zulk een betrekkelijk kort tijds
bestek de gymnastiek een der voornaamste factoren
worden zou bij de opvoeding en vorming van den meQsch.
Heel wat strijd heeft het gekost alvorens men een
groot deel der ouders overtuigen kan dat de lichame
lijke vorming van het kind niet minder de aandacht
verdiende dan de geestelijke, ja zelfs, dat de laatste
eerst dan geheel tut baar recht komen kan wanneer
aan de eerste de noodige zorg besteed is. Hiervan
doordrongen heeft de Alkmaarsche Turnclub die zich
reeds zoolang in een krachtig bestaan verheugt de
taak aanvaard enkele jaren geleden nog slechts, toen
het gymnastiek-onderwijs hier zeer veel te wenschen
overliet aan de lichamelijke vorming van onze kinderen
die aandacht en die zorg te wijdenzonder welke
op eene duurzame aanvulling van goede krachten voor
genoemde club niet te rekenen v el. Dat daarbij alles
afhangt van de keuze van onderwijzer, springt in het
oog en de uitkomsten die men den 2 bij de openbare
uitvoering van den meisjes- en jongenscursus te zien
kreeg, hebben weder ten volle bewezen, dat de beer H.
Tussenbroek aan wien ook de leiding der oefeningen bij
de Turnclub zelve is opgedragen voor zijne taak be
rekend is. Hij weet zijnen leerlingen eene warme in
genomenheid in te boezemen met de gymnastiek en dat
verkrijgt hij behalve door aangename afwisseling in zijn
onderwijs, door van hen te vorderen groote tucht en
zeil bedwang. Niemand der toeschouwers van dien avond
die daarv-an niet overtuigd zal zijn. Zoowel onder de jon
gens als onder de meisjes viel een orde op te merken, die
zoozeer de aandacht trok, dat wij iemand met zelfvoldoe
ning eenen duitscher hoorden toevoegen: „Ziet gewei,
Duitschland is bet niet alleen, waar goede soldaten te
vormen zijn." Alleraardigst waren de orde- en vrije
oefeningen van de jongens, onder de niet welluidende,
maar opwekkende muziek der klaj perhouten; niet min
der die van de meisjes, waarbij o. a. de huppelpas zeer
de aandacht trok, die mat hoogst gracieuse bewegingen
uitgevoerd werd. De keusoeieningen na de pauze aan
rek° en ringen door de jongens verdienen eene vleiende
vermelding. Ouder beu zijn verscheidene, die met
kalmte en juistheid hunne zich ontwikkelende bracht
weten aan te wenden en goede gymnasten beloven te
worden. De oefeningen der meisjes op bet evenwichts-
toeatel werden net en sierlijk uitgevoerd en gaven vaak
tot verrassende groepen aanleiding. Wij kunnen ons
niet onthouden eene opmerking te maken naar aanleiding
van het costuum der meisjes datstellig gemakkelijk
voor de beweging eleganter zijn ZuU zonder aan het
eerste tekort te doen waDneer het bovenlijf' in plaats
van zeer ruim naar beneden ai te hangen, op de borst
met losse plooien bewerkt was. De beide apotheoses,
aan het slot der afdeelingende eerste Op het
ijsde tweede Verkenningstocht in Atjeh verrieden een
talent van groepeeren en samenstellenwaaraan een
woord van lof niet mag wordenonthouden. Vooral deeerste
was zeer schilderachtig. Wie bekend is met de groote
moeite en zorg, aan het ineenzetten van dergelijke
tableaux verbonden, zal met onze waardeering zeker
ten volle instemmen.
Wij uiten ten slotte de boop, dat ook deze uitvoering
het hare moge bydragen, om de overtu ging, die wel
voortdurend zich ui breidtmaar toch nog verre van
algemeen is, dat de ouders onverantwoordelijk hande
len door het gymnastiek-onderwijs, bij jongens zoowel
als bij meisjes, te verwaarloozen, meer en meer te doen
veld winnen.
Een bijenhouder te Scbin-op-Geul kwam onlangs op
den inval, om de bijen te bespieden gedurende hun
werk in den korf.
Hij liet een glazen stolp maken, geheel als een bijen
korf ingerichten plaatste de diertjes er indie aan
stonds met den arbeid een aanvaDg maakten. Doch
in pi ats van met het maken hunner cellen te beginnen,
waarop de waarnemer rekendebesmeerden zij het
glas met eene ondoorzichtbare massawaardoor bet
onzen wijsgeer onmogelyk was ben verder in Lun werk
gade te Blaan.
Donderdag 3 Februari.
Amsterdam. Alhier worden plannen beraamdom
door uitvoering van werken den werkeloozen werk te
verschaffen.
Weenen. Turkije eischt thans, evenals Rusland,
ontwapening van Bulgarije. Het bulgaarsche regent-
sobap weigert daarin toe te geven.
No. 1. Woensdag 2 Februari 1887.
Voorzitter de Burgemeester A. Maclaine Pont.
Tegenwoordig 18 leden.
De Voorzitter opent de vergadering, waarna
No. i de notulen der vorige vergadering gelezen en goed
gekeurd worden.
2. Deelt de Voorzitter mede, dat
a. bij de op den 28 Dec. 1.1. gehouden openbare verkooping van
boomen en hakhout de hoornen 1 288,en het hakhout
f 335,80 opgebracht hebben
b. bij de op gisteren gehouden openbare verpachting het gras
gewas in den hout en de plantsoenen gedurende 1887 ver
pacht is voor f 361,waaronder begrepen is dat op den
Tiendsingel ten bedrage van t 29,en eenige boschgronden
ter bepoting met aardappelen voor 35,75.
Voor kennisgeving aangenomen.
Zijn medegedeeld de sedert de vorige vergadering
ingekomen stukken.
Van Gedeputeerde Staten.
3. Brief, ten geleide van de goedgekeurde gemeente-be
grooting voor 1887.
4. Brief, ten geleide van het goedgekeurde suppletoir kohier
der plaatselijke directe belasting, dienst 1887.
a
5. Brieften geleide van het goedgekeurde raadsbesluit tot
het aangaan eener 4 pet. geldleening, groot t 13000.
6 Brief, ten geleide van de goedgekeurde raadsbesluiten
tot bet voldoen van f 440,uit de onvoorziene uitgaven der
gemeente-begrooting voor 1886 aan het bestuur der bad- en
zweminrichting en van 15,— aan G. Zevenhuizen, gedeeltelijke
teruggave van pacht van den Tiendsingel, over 1886.
7° Brief, ten geleile van het goedgekeurde raadsbesluit tot
het tijdelijk opnemen van geld in 1887.
8 Brief, ten geleide van een uittreksel uit het kon. besluit
van 26 Dec. 1886, waarbij de ingezonden verordening tot
heffing van wik- en weegloonen tot een belrag van 0,70 per
100 K.G. goedgekeurd is voor het jaar 1887.
Ns 3 tot en met 8 voor kennisgeving aangenomen.
9. Brief van Burg. en Weth. ten geleide van het op 31
December 1.1. opgemaakte proees-verbaal van opneming der kas
en boeken van den gemeente-ontvanger.
Voor kennisgeving aangenomen.
10. Brief van den beer S. de Lange P.Az. houdende bericht,
dat hij aanneemt de benoeming tot lid van het burgerlijk arm
bestuur.
11. Brief van den heer J. de Wit Dz., houdende bericht,
dat hij aanneemt de benoeming tot regent van het mannen- en
vrouwengasthuis.
Ns. 10 en 11 voor kennisgeving aangenomen.
12. Adres van Jan Holland te Nieuwer-Amstel, waarbij bij;
onder mededeeling van een brief van den raad van beheer de
la caisse de commandite et de travaux publies te Brussel
vraagt, of de gemeenteraad genegen is mede te werken tot het
slagen der tramonderneming AlkmaarEgmond aan ZeeCas-
tricum door voor een deel van het voor de ontworpen tram
lijnen benoodigde kapitaal tot een te bepalen bedrag gedurende
één jaar eene rente van 3 pet. te waarborgen.
Gesteld in banden der vasle commissie van financiën om
bericht en raad.
13. Adres van het bestuur van den bond der Alkmaarsche
graan- en zaadmarkt betrekkelijk op die markt te nemen maat
regelen. (Reeds in zijn geheel in de courant van den 7 Januari
opgenomen.)
14. Verzoek van C. C. Geelsweduwe S. Beekman, doende
eene koperslagersafïiire alhier, waarbij zij verzoekt, om wanneer
tot de aanschaffing der maten en gewichten wordt besloten
waarvan de aanschaffing door den bond der Alkmaarsche graan-
en zaadmarkt wensohelijk wordt geaehtaan haar de levering
op te dragen, daar zij bereid is voor minder dan het door
dien bond genoemd cijfer van ongeveer f 300,niet alleen
die voorwerpen te leverenmaar nog bovendien 4 houten
schalen met touwen, welke zeer zeker daarbij benoodigd zijn
terwijl zij voor de deugdelijkheid dier voorwerpen twee jaren
wil instaan. Zij verklaart zieh tevens bereid des verlangd het
juiste bedrag op te geven, waarvoor zij die voorwerpen wenscht
te leveren.
Ns. 13 en 14 gesteld in banden van Burg. en Weth. en
daarna van de kamer van koophandel en fabrieken om bericht
en raad.
15. Verzoek van de wed. O Koop om vergunning tot het
leggen van een riool tot afvoer van vuil- en hemelwater uit
haar perceel aan het Zeglis, wijk F Nr. 155, naar het ge
meente-riool.
Gesteld in handen van Burg en Weth. om bericht en raad.
16. Is in behandeling genomen het rapport der kamer van
koophandel en fabrieken op het verzoek van eenige directeuren
van knas'abriekea, om alhier in te voeren de wijze van vervoer
der kaas met bakken zooals die te Purmerend wordt toegepast.
Het slot van dat rapport luidde dat den raad in overweging
werd gegeven om vooralsnog niet te besluiten tot de aan
schaffing van bakkenten einde voojaf na te kunnen gaan
welken invloed de vergrooting der markt op het gebruik daarvan
zal hebben.
Dit voorstel wordt met algemeene stemmen aangenomen na
verdediging door de heeren 11. J. Bruinvis en Kraakman, nadat
de Voorzitter namens Burg. en Weth. medegedeeld had, dat
zij het maken dier bakken bepaald ontraadden op grond
van hetgeen zij van het gebruik dier bakken te Purmerend
gezien haddenterwijl de heer Goedehoewel niet bepaald
tegenstander dier bakken, toch enkele bezwaren daartegen ont
wikkelde, waarmede wel degelijk rekening moest worden gehouden.
17. Gaat de vergadering over in eene zitting met gesloten
deuren, na heropening waarvan
18. de Voorzitter voorstelt, met het oog op de herdenking
van den 70 geboortedag van Z. M. Koning Willem III aan burge
meester en wethouders een krediet van ten hoogste f 800 uit de
gemeentekas te verleenen, om dien dag van gemeentewege op
zoodanige wijze te herdenken als dat college wensche'ijk acht
met de vrijtieid om zulks in overleg met de alhier bestaande
feestcommissie te regelen. Met algemeene stemmen aangenomen.
19. Deelt de Voorzitter mede, dat de leden der commissie,
die ten vorigen jare op het 39e landhuishoudkundig congres
te Leeuwarden benoemd zijn tot regeling van het 40e alhier
te houden landhuishoudkundig congres, geweigerd hebben, die
benoeming aan te nemenop grond dat zij nimmer officieel
van die benoeming mededeeling ontvangen hebbende, thans den
tijd te kort achten om die regeling te doen plaats hebben op
eene wijze, waardoor bet congres werkelijk nut in de toekomst
kan stichten; dat de tijd toch te kort is, om de op dat congres
aan de orde te stellen vraagpunten op eene wetenschappelijke
wijze te doen behandelen doir de mannen in ons vaderland,
die daarvoor het meest geschikt en bekwaam kunnen worden
geacht; dat die naar hun oordeel voor het welslagen van het
congres onvermijdelijke eischbeha've veel tijdook vele uit
gaven voor reiskosten enz. zal vorderen; dat de leden der vaste
commissie van bijstand voor die congressen mondeling wel in
lichtingen hebben verstrekt, waaruit eene andere gevolgtrekking
ten aanzien van de regeling van het congres kan worden ge
maakt, doch dat Burg. en Weth. bij dat principieel verschil van
opvatting omtrent de inrichting van dat congres, welk congres
zelf geene middelen bezit, ook na die inlichtingen van oordeel
zijn, dat de waardigheid der gemeente Alkmaar medebrengt,
dat het congres boven allen twijfel uitstekend moet slagen,
wanneer bet binnen hare muren wordt gehouden dat, nu dit
onmogelijk blijkt op grond van de aangevoerde omstandigheden,
de gemeenteraad intrekt zijn ten vorigen jare genomen be
sluit, waarbij bij zich bereid verklaarde, dat congres in dit jaar
te Alkmaar te ontvangen.
De beer Kraakman verklaart zieh met dat voorstel niet te
kunnen vereenigen en stelt voor, aan Burg. en Weth. een
krediet van ten hoogste f 1000 te verleenen ten fine van feest
viering enz. bij gelegenheid van het congres. Naar zijne op
vatting moet en kan de gemeenteraad alles ter zijde laten, wat
betreft het met de benoemde commissie voorgevallene, doch
moet hij zich houden aan het eenmaal ten vorigen jare genomen
besluit. De ondervinding, opgedaan bij andere te Alkmaar
gehouden congressen en algemeene vergaderingen van vereem-
gingen of maatschappijen heeft, geleerd dat dergelijke verga
deringen uitstekend kunnen slagen, zonder belangrijke kosten
na zich te slepen en dat de deelnemers aan die congressen met
de beste berinneringen de gemeente verlaten hebben. Zoo zoudit
congres door vereenigde krachten even goed kunnen slagen,
wanneer de harddraverij-vereeniging bij die gelegenheid hare
harddraverij hield, in de buitensocieteit eene buitengewone mu
ziekuitvoering plaats had eene rijtoer naar Bergen werd ge
houden, enz. Fen krediet van 1000 achtte hij met het oog
daarop ruimschoots voldoende.
Bij hoofdelijke stemming wordt het voorstel van den heer
Kraakman verworpen met 4 tegen 10 stemmen. Vóór stemden
de heeren Kraakman, C. W. Bruinvis, T. Li. Koorn en Preijer,
waardoor aangenomen was het voorstel van Burg. en Weth.
De heer Buchner had de vergadering reeds verlaten.
20. Daarna wordt de vergadering gesloten.