By de harddraverijen en wedrennen, den 11 te
Breda gehouden, was de uitslag als volgt
1°. Prov. harddravery „handicap", grootste afstand
1200 el, le prijs f 75 Sofie, G. C. Testers, te Lage
Zwaluwe, 2e prijs 40A. Ooninx, te Teteringen.
2°, Welkomstprijs. Hordenrennen voor leden der
Bred. Ver. tot beoefening van terrein-rijden en voor
hen, die in 1886 of 1887 deelnamen aan een Sehnit-
zeljacht dier vereeniging. Afstand 1600 el. Prijs f 175
en de inleggelden, Beady, luit. v. Altena, Breda; premie:
Javy Jones, L. A. de Jonge Halen, Arnhem.
3°. Voorjaars-prijs. Harddraverij voor nederl. paarden,
geboren in 1884, ingespannen voor 2 of 4-wielige rij
tuigen. Prijs f 260Beeht door Zee, J. Koster, Haar
lemmermeer.
4®. Paaschprijs. Voor officieren en genflemenridders
uit Nederland. Hindernisrennen, afstand 4000 el. Sweep-
takes van 25; le prijs 200: Bambin, jbr. Den Tex,
Amsterdam; 2e f 60: Nul, kapt jhr. v. d. Bosch te
Gravenhage.
5°. Militaire sportprijs. Hindernisrennen voor officieren
van het ned. of ned.-ind. leger; afstand 2400 el; le
prijs f 100 Bendijluit. Van Altena, Breda; 2e 25:
Princess of Orange, luit. jhr. Butgers van Bozen burg.
6°. Concours voor rijpaarden. le Prijs een massief
gouden medaille, AH, jhr. v. Tets, Haarlem; 2e een
zilveren medaille, Clee, L. J. Enthoven, Amsterdam; 3e
eene schilderij, Consul, jhr. Mock, Venloo.
Concours voor springpaarden, le Prijs een massief
gouden medaille, Consul, luit. jhr, Mock, Venloo, 2e
een zilveren medaille, Dolle, luit. Erzey, Breda.
Van den 3 tot den 9 zijn te Deventer 8 geval
len van typhus aangegeven één persoon overleed aan
die ziekte.
Bij kon. besluit van den 11 zijn benoemd tot
ridder in de orde van den Neder). Leeuw de beeren
mr. H. M. L. Luden lid van den gemeenteraad van
Amsterdam jhr. H. C, J. M. van Nispen tot Sa-
venaer, centraal president der St. Jozef gezellenver
eeniging in Nederlandgevestigd te Amsterdam en
mr. J. F. Wertheim luitenant-kolonel bij de dienst
doende schutterij aldaar.
De gemeenteraad van Oosterhout heeft den prijs
van het gas van 11 op 9 centen per kub. el verlaagd.
Bij de den 12 te Delft gehouden verkiezing van
een lid der 2e Kamer is de heer J C. Fabius herkozen met
1185 van de 1202 geldige stemmen.
Den 12 zijn te Amsterdam nog voor onderwijzers
geslaagd J. A. van der G>-ijp te Haarlom, G. J. van
der Heijden te Zand voort en M. Woerdeman te Zaan
dam den 13 twee van de acht, J. Labsn en P. van
Leeuwen te Haarlem.
De Hooge Baad heeft den 12 zooals reeds met
een kort woord gemeld was van der Stadt en For-
tuyn ontslagen van alle rechtsvervolging. Hun was
ten laste gelegd, dat zij door middel van strooibiljetten
hadden getracht het volk tot weerspannigheid op te zetten.
De Hooge Baad besliste dat de bewoordingen van
het strooibiljet niet bevatten de opruiing of recht-
streeksche opwekking om eenig misdrijf, bepaaldelijk
niet, om het wanbedrijf of het misdrijf van rebellie in
art. 209 Code Pénal genoemd te plegen.
Wel is feitelijk beslist de boosaardige bedoeling om tot
wederspannigheid op te ruien, maar de bedoeling maakt
op zichzelf het misdrijf niet uit, als het geschrift geen
opruiing bevat. Art. 217 2e lid straft alleen de onmid
dellijke en rechtstreeksebe opzetting tot rebellie. Daarom
volgde ontslag van rechtsvervolging. Met gejuich werd
deze uitspraak vernomen in de op dien dsg, des avonds,
gelaat, dat duidelijk de trekken van zijn ges'acht droeg,
en den koenen blik zag hij er uit els een geboren vorst,
als de ware afstammeling van een overoud geslacht.
Wel mogelijk dat Hilde op dit oogenblik met hei
melijk welgevallen het tooneel uit dien hoogeren stand,
dat den doorluchten knaap steeds omgafgadesloeg.
Maar ook de in haar woneode liefde voor kinderen
boeide baar blik aan hem en van minuut tot minuut
bewonderde zij in hem den waarlijk vorstelijken strijd
tegen ongeduld en verveling, waarmede hij de vertraging
en het wachten op den stoffigen heeten weg zoo rustig
uithield.
Van de zon hadden de wachtenden het meeste te
lijden. Er was geene beschutting hiervoor te vin
den, daar de schaduw op dezen tijd van den dag, bij
de eene huizenrij nauwelijks eene hsnd breed was.
Het gelaat van den knaap gloeidehij schoof den flu-
weelen baretwaaraan slechts een juweelen gesp den
stand van zijn drager verried ver naar achteren om
het blonde haar uit zijn verhit voorhoofd te schuiven.
Daarbij zag hij in het rond en vielen zijn oogen op
een der vruchtboomen in den tuin van meester Lukas.
„Zie eens daarneef Berlepschwelk een heerlijke
appels 1" riep bij met al den trek van een echten jongen,
en men kon zien, hoe hij naar di9 vruchten watertandde.
Hilde bad den uitroep en het gebaar nauwelijks
gehoordof in een oogwenk was zij van bet venster
verdwenen. Daaraan had zij ook reeds lang moeten
denken De geringste voetganger zou ter nauwer nood
zoo lang zonder verkwikking aan hare deur gezeten
hebben. Niet lang daarna trad zij naar buiten, terwijl
zij een blad in de hand droeg, waarop een geslepen
glas vol wijn en een schaal met roodwangige appe
len stond.
Om verlegen of schuw te zijn had Hilde nog geen
tijd gehad daar zij er slechts aan dacht hoe zij met
hare verfrisschingen nog tijdig gereed zou komen om
den jongen prins te verkwikken. Voor zij het wist,
stond zij by zijn paard en sprakzooals het haar juist
in den mond kwam
„Wil Zijne Hoogheid ons de eer bewijzen deze ver
frisschingen aan te nemen De appels zijn goed en
uilen u zeker smaken!"
„Dat geloof ik ook", sprak de kleine vorst verrast
en vroolijk. „Ik zal toegrijpen en zeg u, lieve juffer, vrien
delijk dank daarvoor. Wat denkt ge ervan, heer neef?"
Hij wendde zich tot zijn gouverneur en nu viel het
de schenkster pas indat de toekomstige landheer
wellicht nog den wil van een ander vragen moest, aan
gehouden vergadering der haagsehe afdeeling van het
sociaal-demokratisch bond.
Het kohier van de plaatselijke directe belasting
te Leeuwarden voor 1887 is den 12 vastgesteld op
f 4,383,422,80, waarvan 4,30 pet. wordt geheven
zoodat de opbrengst dier belasting is gesteld op
188,487,55.
Den 12 des avonds half sekt is te Amsterdam in
de St. Jansstraat een zware brand uitgebarsten in
een winkel van gemaakte bloemen. Door de felle hitte
bekwamen de aan de overzijde dier straat gelegen
huizen veel schade. Het perceel zelf isuitgezonderd
de bovenste verdieping, uitgebrand.
Den 13 werd door den gemeenteraad van Sehagen,
in plaats van wijlen den heer dr. J. Ensing, als plaat
selijk geneesheer benoemd de heer dr. T. de Boer van
Medemblik.
De beeren dr. A. Kuyper en dr. F. A. Butgers,
ontzette ouderlingen en de andere ontzette kerkeraads-
leden te Amsterdam, zijn door het prov. kerkbestuur
van Noordbolland vervallen verklaard van het lidmaat
schap der ned. herv. kerk.
Benoemd tot directeur van het spoorwegpostkan
toor No. 3 (standplaats Zwolle) de heer J. F. Canter
Cremers, thans commies der posterijen le klasse, vroeger
aan bet postkantoor te Alkmaar verbonden geweest.
Onder de eigenaardige versieringen te Amsterdam
behooren zeker de volgende. Een man had de boeven
van zijn paard oranje geverfd en een bewoner vau de
Jodenbreestraat had een haan in het oranje in het
midden geplaatst en de kippen daar omheen in het
rood wit en blauw.
De pleiziertrein uit Friesland, Groningen, Kam
pen en Zwolle naar Amsterdam bestond deu 13 uit 21
wagens tweede en derde klasse en vervoerde 650 per
sonen namelijk ruim 300 uit Friesland en Groningen
en ongeveer 350 uit laatstgenoemde steden.
Yan de door de nederl. rijnspoorweg maatschappij
aangeboden gelegenheid om tegen betaling van enkele
reis deu 13 heen en weer naar Amsterdam te gaan
maakten ruim 3000 personen gebruik waaronder on
geveer 1600 uit Utrecht,
Den 13 hield de heer M. J. Hengeveld van
Alkmaar, te Sehagen de tweede zijner drie voordrachten
over hoefbeslag die door ongeveer 80 personen werd
bijgewoond waaronder men 53 smeden telde. Ook bij
deze voordracht gaf de heer van Horssen, van Utrecht,
practische proeven ten beste.
De brandweer te Amsterdam werd den 13, na
des avonds 7 uur46 maal ontboden, waarvan slechts
7 maal loos, 2 kleine binnen- en 2 schoorsteenbranden:
de overige 35 betroffen in brand geraakte eerepoorten
of versieringenwaarvan sommigen zulk een omvang
namen, dat zij met behulp van brandkranen of brand
spuiten gebluscht moesten worden.
Den 13 zijn fce Sehermerhorn vijf burgerwoon
huizen geheel uitgebrand en hebben twee andere be
langrijke waterschade bekomen.
De Staatscourant van den 13 meldtdat blijkens
op den 10, 11 en 12 van den gouverneur-generaal van
Nederlandseh-Indië ontvangen telegrammen den 4 eene
bende van 150 vijanden binnen onze linie in Groot-
Atjeh geslopen is.
Na een hevig gevecht met onze troepen vluchtte de
vijanddie 33 dooden bekwam waarvan hij er zeven
tien op het terrein achterliet. Aan onze zijde sneuvelden
vijf minderen en werden gewond dertig minderen
alsmede drie officieren, kapitein Buys, en de luiteuants
wiens zorgen men hem had toevertrouwd. Zij weDdde
zich met een verontschuldigenden blik tol den baardigen
heer van Berlepschdie eenigszinB stijf, maar toch niet
onvriendelijk het tooneeltje gadegeslagen had „De
appels zijn geheel rijp", sprak zij.
Nu lachte ook deze ridder en ook andere begeleiders
van den prins schenen de zaak niet zoo kwaad te
vinden zooals men uit de nieuwsgierige en vroolijk
toeziende gezichten kon opmerken. „Ik verzoek Zijne
Hoogheid ook den wijn te proeven", verzocht Hilde,
vertrouwend tot hem opziende. De oogen van den knaap
lachten haar toehij greep den beker hief hem op
nam zijn baret af, neigde met vorstelijke gratie het
blonde hoofd tot het blozende meisje en bracht haar
dankend den eersten dronk toe.
Den be'^erwaarin slechts een weinig overgebleven
was reikte hy haar weder toede schaal met appelen
nam hij echter op en bood dezezich in het zadel
omkeerendezijn gevolg aan. „Grijpt toejonker
Hainz", sprak hy tot een der dichtst byzijnden
de juffer geeft bot gaarne en wie weethoe lang wy
nog op ons middagmaal moeten wachten." Na zulk
eene uitnoodiging konden de heeren de appels niet ver
smaden, alleen hadden zij ook liever den beker de ronde
zien makenZij voorzagen zich allen en volgden
het voorbeeld van den kleinen prins, die reeds dapper
door den appel heenbeet. Hilde lachte van vergenoegen,
toen de schaal ledig weder bij haar terugkwam.
Intusschen was er tijding uit de stad gekomen, dat
er niets meer voor den intocht van Zijne Hoogheid in
den weg was. De ridders zetten zich goed in hunne
zadels, schikten baretten en wapens terecht en richtten
de oogen op hunnen jongen gebiederwachtende op
bet teeben van vertrek. Deze knikte intusschen Hilde
vroolijk toe„Zie deze steek ik bij mij", sprak hy
een wonderlijk schoonen appel in zyn gewaad verbergende,
daarna groette hij haaralsof zij eene edelvronw was
en de een na den ander groetten ook de heeren van
het gevolg het eenvoudige meisje terwijl de ruiter
schaar zich in draf zette. Hoefgetrappel en wapenge
kletter gaf een eigenaardige bekoring aan het levendig
Bchouwspel, maar reeds na weinige minuten werden
allen achter eene dichte stofwolk die hen volgde, aan
het oog onttrokken, en waren spoedig daarna door de
donkere stadspoort geheel verdwenen.
Cornelius en van Deventerde beide eerstgenoemden
zeer licht. Yan de gewonde mindere militairen zyn er
later nog zeven overleden. De toestand der overigen
was gunstig.
De Amsterdamsebe omnibusmaatschappij die ge
middeld 20 a 25000 personen per dag vervoert r heelt
op de beide Paaschdagen 144.500 personen vervoerd
de ontvangen overstapkaarten mee berekend.
Tot penningmeester van den polder de Schermeer
is benoemd de heer S. de Jongh, van Oudorp, met wien
op de voordracht stonden de heeren J. Kos, Ursem en
K. Olij Dz., Sehermerhorn.
In het kinderziekenhuis te Amsterdam waarin
eene nieuwe inrichting voor ontsmetting in 1886 gemaakt
werd welke volgens de inspecteurs van het geneeskun
dig staatstoezicht de eerste volkomen goede ontsmet-
tingsoven in ons land is welke aan alle eischen vol
doet werden in dat jaar 567 kinderen verpleegd tegea
498 in 1885, waarvan 215 in het isoleer-gebouw. Het
aantal verpleegdagen bedroeg 16583, zoodat gemiddeld
per dag 45 kinderen verpleegd werden en de gemid
delde verpleging3duur voor elk ruim 45 dagen was.
Yoor het isoleer-gebonw bedroeg dit laatste 15 dagen.
Het aantal besmettelijke ziekten bleef vrij groot. Onder
mazelen kwamen vele kwaadaardige vormen voorde
roodvonk epidemie was minder heftig doch verraderlijk
als altijd; croup en diphterithia kwamen meer voor,
doch waren altijd van ernstigen aard. Van de door
laatstgenoemde ziekten aangetaste lijdertjes werd 53
pet behouden, terwijl van de 76 geopereerden, d i.
waar de tracheotomie moest geschieden om stikken te
voorkomen er 42 stierven en 34 d.i. 45 pet. in het
leven bleven. Deze uitkomst wordt gunstig geachtin
aanmerking nemendedat meestal de zeer ernstige
gevallen gezonden wordenwaarin stikkingsnood reeds
aanwezig is. De inkomsten aan verpieeggeldeu jaar-
lijksche bijdragen, renten enz. bedroegen 30.745 45%,
tegen f 29.183.64 in 1885 de uitgaven f 27.751.81%,
tegen f 24 482.95% in 1885alzoo batig slot van
f 2993.64, Dit laatste is echter verkregen, doordat van
de aan de instelling gemaakte legaten ten bedrage
van f 9550, niet minder dan f 6556 63 verbruikt
moesten worden. Het lievelingsdenkbeeld van het be
stuur om alle legaten op te leggen kon niet verwe
zenlijkt worden.
In de inrichting te Wijk aan Zee werden van 16
Juni tot 1 October 79 kinderen met 3204 verpleegda
gen het dubbele van 1885, verpleegd. 772 strandba
den werden genomen bov endien verscheidene binnen
baden in zoet of zout water. Deze inrichting kostte
f 3200.57%. De gemiddelde kosten voor eiken ver-
pleegdag waren 1.11 tegen f 1-26 in 1885 en ƒ105
in 1884 die in het isoleergebonw f 1.62 tegen f 1.62
in 1885 en f 1.40 in 1884,
De Koningin heeft, vergezeld van Prinses Wilhel-
mina, den 13 bij dag een rijtoer door de stad gemaakt.
Daarbij bracht zij o. a. een bezoek aan de Wiiiemstraat,
waar zij door de kinderen ontvangen werd met het
eerste couplet van bet Wilhelmus. Een 5jarig meisje
gaf aan de Prinses eenen fVaaien ruiker. Onbeschrijfelijk
is de geestdrift der burgerij tijdens dit bezoek. In de
Westerstraat werd H. M. door de feestcommissie begroet
en na overhandiging van prachtige ruikers zongen 150
kinderen van bewoners dier straat het volgende lied
Hoe blijde klopt ons kinderhart
Nu gij, o dag, verreest
Gij, dag van zoete vreugd en dank,
Gij, dag van 't Koningsfeest!
X.
De jonge vorst trok den volgenden dag verder zijn.
vader en den vorstelijken bruidstoet te gemoet, welken
hij op een halve dagreis van de stad ontmoeten zou.
Het laatste nachtkwartier werd door de hooge reizigers
in het voormalig klooster genomen, nauwelijks een uur
buiten de stadopdat den volgenden morgen paarden
en ruiters frisch en uitgerust en zonder het stof van
den landweg op hunne feestgewaden bij den intocht
verschijnen zouden.
Hierheen had zich burgemeester Jacob Tiedemars
begeven voor de eersteeenigszins vertrouwelijke be
groeting van zijnen vorstelijken heerwant hy kwam
in zeker opzicht als bijzonder persoon, niet als vertegen
woordiger zijner familienoch als burgemeester.
De landgraaf had den mandie zijn vertrouwen
genoot, nog tamelijk laat, nadat het hof het avondbrood
reeds gebruikt had, alleen in zijne vertrekken ontvangen.
Er was veel, wat den volgenden dag betrof, ter sprake
gebrachtde burgemeester had slechts goeds te be
richten gehad zoodat de vorstnaar zyn ernstigen en
gewoonlijk weinig spraakzamen aard te oordeelen, zeer
tevreden en welgemoed scheen. Toen hem <ie avond
drank in een zilveren kan gebracht werd schonk hij
den burgemeester eigenhandig in en sprak daarna, ter
wijl hij den beker aan den mond bracht
„Uw toegenegen landheer drinkt u geluk toe, bur
gemeester zeg kan ik ook iets voor u doen i"
Nu was het oogenblik gekomen waarop de verstan
dige man reeds sedert zoo vele dagen gehoopt had. Hy
beheerschte zijne innerlijke vreugde en met eene uit
drukking van bezorgdheid op bet gelaat sprak hy
„Bijna zou ik zeggen helaas ja Slechts Uwe Genade
en zij alleen, kan eenen bezorgden vader het hart ver
lichten als het uw vorstelijke wil is."
De landgraaf trok de ruige wenkbrauwen omhoog.
„Hoe dan vroeg hij op zijne korte wijze.
„Ik heb een ongeboorzamen zoon genadige heer",
sprak Tiedemars zuchtend. „Niet dat ik mij tot nog
toe over hem te beklagen gehad heb. Uwe Genade
herinnert zich den jongeling weldie drie jaren gele
den op St. Michaëi by de volksspelen uit uwe hooge
hand zelve den prijs voor het ringsteken ontving en
zich boven allen in uwen vorstelyken lof mocht ver
heugen."
Wordt jrvolgd.