325e Staatsloterij.
Nr. 17701 f 5000 nr. 20870 f 1500ns. 4461
7377, 10226 en 14724 f 1000nr. 10370 f 400
ns. 1004 en 1978 200 ns. 6303, 12706, 16614
18469 en 19440 100.
Landbouwtentoonstelling te Hoorn.
In de vergadering der anti-revolutionaire biesver-
eeniging Nederland en Oranje te Leiden is don 7 be
sloten na de verklaringen der heeren O. baron van
Wassenaer van Catwijck en J. H. Donnerdat zij
voor de grondwetsherziening stemmen zullen en met
de wetenschap, dat hij de herstemming de steun der
liberalen verzekerd is die heeren als kandidaten voor
de tweede Kamer aan te nemen.
Domela Nieuwenhuis kwam den 7 's avonds half
negen per rijtuig voor het zoogenaamde Volkskoffiehuis
aan de Gedempte Binnen-Eotte te Botterdamde ge
wone vergaderplaats der sociaal-demokraten, waar eene
groote menigte vergaderd was, welke hem eene minder
aangename ontvangst wilde bereiden. De politie met
eene talrijke macht aanwezig, beschermde hem en zorgde,
dat hij behouden binnen kwam. De menigte wierp
daarop de ruiten van het gebouw in en maakte zulk
een gewelddat de sociaal-demokraten met Domeia
Nieuwenhuis, aan het hoofd onder bescherming der
politiehet huis aan den achterkant verlieten. Toen
eindelijk de menigte in het vergaderlokaal was ge
drongen werd alles kort en klein geslagen en de aan
gebrachte versieringen van den muur gerukt. Hoewel
de menigte Domela Nieuwenhuis zocht, vond zij hem
nietdat zeer gelukkig voor hem schijnt te zijn geweest,
daar zij hem zeer vyandig gezind was.
De heer J. Meester en eehtgenoote, vader en
moeder in het wees- en armenhuis te Barsingerhorn
zijn benoemd tot vader en moeder in bet doopsgezinde
weeshuis te Groningen.
De ontwerp-gemeentebegrooting te Botterdam dienst
1888, sluit in ontvangst en uitgaaf op f 5,082,741,68%.
Overzicht van den uitslag der onlangs te Utrecht
gehouden akte-examens o.) in het Engelseh en in
het Franseh.
Engelsehaangemeld 73 mann., 107 vrouwl. kand.;
niet opgekomen 7 mann., 9 vrouwe!.; geëxamineerd 66
mann., 98 vrouwel.; teruggetrokken geen mann., 1 vrouwl
afgewezen 38 mann., 42 vrouwel., geslaagd 28 mann.,
55 vrouwelijke.
Pranseh aangemeld 476 mann., 299 vr. kand.; niet
opgekomen 36 mann., 12 vrouwlgeëxamineerd 440
mann., 287 vrouw.; teruggetrokken 3 mann., 2 vrouwl.;
afgewezen 299 mann., 137 vrouw.; geslaagd 138 mann.,
148 vrouwelijke.
Over den spoorweg Haarlem-Zandvoort zijn in
Juli 70254 rezigers vervoerd. De opbrengst was
f 12538.17, zijnde per dag en per mijl 47.20.
Te Monnikendam heeft de collecte voor de school
met den bijbel f 267.04 opgebrachtwaaronder twee
giiten elk van f 100.
De heer Schadd te Amsterdam is op de tweede
algemeene vergadering te Weenen herkozen als be
stuurslid der internationale vereeniging van tramweg-
maatschappijen.
Burg. en weth. van Amsterdam hebben bij de
door hen ingediende gemeente-begrooting voor 1888
sluitende in ontvangst en uitgaaf op 11,620.007, voor
gesteld voor den dienst 1888/9 te hefïen 85 opcenten
op de rijks personeele belasting en het te kort van
400.000dat gedekt moet worden als gevolg van
hoogere uitgaven en lagere inkomsten te dekken door
vorhooging van het straatgeld voor 1887 geraamd op
f 306.000, tot f 600.000 en de percentage der plaatse
lijke directe belasting te brengen op 2.9.
Yoor het vergelijkend examen van hoofd aan twee
nieuw te openen openbare lagere scholen der le klasse
hebben zich 214 sollicitanten aangemeld.
G. A. van Eek laatstelijk hoofd der school te
Uithoorn heeft volgens verklaring van Ged. Staten
van 31 Aug. zijne bevoegdheid tot het geven van on
derwijs verloren.
- De aanvoer van zand ten behoeve van de forten
te Beemster en te Edam is afgeloopen. Het bedekken
der zandkoopen met klei om ze voor verstuiving te
behoeden, is aangevangen. Over een jaar vangt het
metselwerk aan.
Te Bijp zijn tot wethouders benoemd de heeren
B. Buiter en dr. J. van der Vliet; te Broek op Lange-
dijk herbenoemd de heeren B. Slot en JW agenaar JGz.;
te St. Pankras de heer S. Duifte Helder benoemd
dom van planten de tropische landen schenen hunne
heerlijkste voortbrengselen ter beschikking van bet
frnnscke koningspaleis gesteld te hebben, om zich daar
mede te tooien ter eere van de bloem van Frankrijka
aristocratie.
Langzamerhand werden de zalen gevuld met gemus-
kerden. Ifl bonte bevallige wanorde waren de kleder
drachten van bijna alle volken der aarde vertegenwoor
digd allen uit de kostbaarste stoffen vervaardigd en
ditmaalomdat de plechtigheid van het oogenblib
het eischte, met echte gouden sieraden en schitterende
edelgesteenten versierd. Daar tuBschen schreden be
roemde of bekende gestalten uit de wereldgeschiedenis;
Hendrik IV en Lodewijk XIV schudden elkander
hartelijk de handgrenadiers van Marengo groetten
turksche lijfwachten in rijk nationaal kostuum. Slechts
de gastheer zelfprins Napoleon was niet gemaskerd.
Hij droeg een eenvoudigmodern balkostuum, zwarten
rokkorten broek met zijden kousen en schoenen met
gouden gespen. Op de linker borst schitterde de ster
van bet legioen van eer, terwijl hij het breede lint van het
grootkruis dier orde over den schouder droeg. Op de
vriendelijkste wijzemet de gratie en de bevalligheid
den echten man van de wereld eigen nam hij de hon
neurs waar met echte fransche galanterio wist bij de
dames te boeien en elk harer op geheel ongedwongen
natuurlijke wijze eene beleefdheid te zeggen.
De blikken van den prins dwaalden zoekend tusschen
het gewoel der gemasberdende lichte trek van
ongenoegen, die zich nu en dan voor een enkel oogen
blib op zijn gelaat vertoondebewees dat zijn zoeken
vergeefs was. De gasten waren nagenoeg voltallig
elecbis enkelen kwamen nog binnen; maarniet een
scheen de verwachting van den president tevreden te
kunnen stellen.
Eindelijk, toen reeds de muziek begonnen was ver
scheen gravin Montijo met twee harer dochters, Maria
de heer C. A. Beukenkamp; te Zaandam benoemd de hee
ren D. H. Zwaardemaber en P. Kluyver Jr., nadat de
aftredende wethonder Ebmeijer verzekerd had eene
eventueeie herbenoeming niet aan te nemen laatstge
noemde heer nam de benoeming aan, doch eerstge
noemde maakte gebru'k van den termijn van beraad
te Westzaan de heer C. Grootes Mz. in plaats van den
heer D. Peerefcoom; te Zijpe herbenoemd de heeren K.
Biersteker en S. de Wit en tot ambtenaar van den
burgerlijken stand de heer K, Biersteker.
Op de 4 pet geldleeniug der gemeente Amersfoort,
groot 140.000 werd ingeschreven voor een gezamen-
liik bedrag van f 415.000. Toegewezen zijn f 42000 a
101 pet. f 20000 a 1007/16, f 26000 a 100s/8, f 28000
a IOO14, 2000 a 1003/4, f 17000 a 100i/3 en f 5000
a 101 pet.
De commissie, door den Koning benoemd tot bet
instellen van een onderzoek naar de vereischten van
eene haven voor visschersschepen te Sebeveningen, naar
de kosten, verbonden aan den aanleg daarvan en naar
de wijze waarop dat werk uitgevoerd zou kunnen
worden heeft een zeer uitvoerig verslag uitgebracht
waarin zij den uitslag van baar onderzoek behandelt.
Zij gaat uit van de onderstelling dat de logger het
vissehersvaartuig is dat in de toekomst verreweg de
eerste plaats zal innemen, en den logger neemt zij dus
aan als vaartuig aan welks eisahen de bruikbaarheid
der haven moet worden getoetst. Zij heeft het gevoelen
van belanghebbenden en deskundigen ingewonnen om
trent de eisehen, die dat vaartuig aan de haven stalt
en is tot de slotsom gekomen dat een hoofdvereischta
is, dat de vissehersvaartuigen in de haven veilig liggen.
Daartoe zal de haven te Scheveningen dienen te bestaan
uit eene haven binnen de duinenrij gelegen waaruit
volgtdat er eene voorhaven moet zijn die tot de
binnenhaven toegang geeft. Zj acht eene haven voor
300 vaartuigen voldoende met het oog op de grootte
der Scheveningsche visschersvioot192 bomschuiten en
32 loggersofschoon men op uitbreiding bedacht zal
moeten zijn. Na de uitbreiding van Scheveningen is
voor de haven geen andere plaats van aanleg denkbaar
dan ten zuiden van den vuurtoren en wel zoover van
de badplaats verwijderd dat de landaanwinning achter
de hoofden het strand niet verandert. De havenhoofden
moeten worden aangelegd bij de grens tusschen de ge
meenten 's Gravenhage en Loosduinen, De gezamenlijke
bosten der haven worden begroot op f 2.734 000, waar
onder begrepen zyn de bosten der eventueeie omlegging
van het ververscbiDgskanaal. Aan den aanleg der haven
zijn verbonden de bosten van stichting van bewapening
en uitrusting van een fort, daar versperring der haven
zonder fort ten eenenmale onvoldoende zou zyn. Een
fort buitenduins met de noodige bewapening wordt op
1,850 000 geraamd. Kan bij deze haven met be
perkten diepgang met een tort binnenduins worden vol
staan dan zouden da kosten tot f 1.310.000 terug
gebracht worden. Door particulieren kan dit werk niet
ondernomen worden, daar het havengeld ter nauwernood
de onderhoudskosten zou dekken. Dat de Staat de
kosten zou moeten dragen wegens de verdedigingsbe-
iangen, daarbij betrokken, acht de commissie onjuist. De
haven zelve is niet andere in het belang der verdediging
dan in zoover zij als toevluchtsoord voor de zeemacht
kan dienen terwijl het fort, een gevolg van de haven,
weder bezettingstroepen vereischt, zonder dat het aantal
troepen voor onze kustverdediging noodig, vermindert.
De gemeente 's Gravenhage moet naar hare meening
de haven laten aanleggen. Ongetwijfeld zullen de Prov.
Staten eene subsidie van 300,000j teikens toegestaan
als eene visschersnaven in uitzicht werd gesteld voor
het werk verleenen, terwijl de gemeenteraad wegens den
aanleg van het fort rijkssubsidie zal kunnen verzoeken.
Naar ens wordt medegedeeld heeft het bureel
vau het aanstaand Letterkundig Congres in verband
zoowel met het seizoen als met den beschikbaren tijd,
het plan van een stoomboottocht naar Marken moeten
opgeven. Dit uitstapje zalbij gunstig wedervervan
gen worden door een stoomboottocht langs den Zaan
en naar Zaandam.
Het Bureel verwacht dat zij die zich reeds tot deel
neming aan den tocht naar Marken aanmeldden, ook
en Eugenie. Eosabella ontbrak. De meisje3 zagen er in
hare antieke gewaden, met de gouden gespen in het haar,
bekoorlijk uit; hare rijke lokken golfden onder den
schitterenden helm welke Maria als Minerva op bet
hoofd droeg en vielen op de fraai gevormde schouders
neder; het lange, witte kleed met zilverdraden door
werkt die in den glans van het kaarslicht glinsterden
als frissche dauw op lentebloesems, werd door een gouden
geep bijeengehouden de speer met de fonkelende spits
in bare rechterhand voltooide het kostuum dezer schoone
godin.
Niet minder schitterde hare zuster Eugenie als Juno,
die gehuld was in een kleeddat wedijverde met het
lichtblauw des hemels. Een schitterende ster van dia
manten straalde in het donkerebruine haarals een
diadeem welke der wezenlijke beheerscheres van den
Olympus, de gade van den opperste der goden, waardig
zou geweest zijn. Een waaier van pauwenveeren schom
melde koket in de klassiek gevormde hand als eene
herinnering aan haren geliefden vogel.
Eene uitdrukking van tevredenheid gleed over het
gelaat van Napoleon toen hij de binnenkomenden ge
waar werdsnel ijlde hij op de dames toe en kuste ze
de hand. Hoffelijk bood hij de gravin zijne hand en
geleidde haar naar eene plaatsdie hij voor haar open
gehouden had en van waar men het bonte gewoel in
de zaal uitmuntend kon overzien.
„Ik mis heden eene uwer dames, mevrouw. Ik
hoop nietdat zij door eene onaangename oorzaak
weerhouden wordt mij de eer te gunnen van hare te
genwoordigheid sprak de prins op beleefden toon tot
zijne bezoekster.
„Helaas neen, Uwe Hoogheid", antwoordde de gravin,
„de reden daarvan is geene aangename. Eene tamelijk
ernstige ongesteldheid overviel mijne dochter Eosa
bella in den loop van den namiddag en noodzaakte haar
bare kamer te houden.'1
bereid zullen zijn het uitstapje naar Zaaudam mede te
maken.
4e klasse 2e lijst6 Sept.
4e klasse, 3e lijst, 7 Sept.
Nr. 18317 f 1500; Ns. 9043 en 20710 f 400; Ns.
5865 en 7977 f 200, Ns. 5102, 9057, 18491, 19301
en 19544 100.
Den 3 is bij de firma W. P. van Stoekum en Zoon
te 's Gravenhage het eerste nummer verschenen van
een nieuw weekschrift, getiteld Haagsche Stemmen,
dat eiken Zaterdag in ns. van 8 tot 16 bladz. zal ver
schijnen en waarvan de prijs bij abonnement van 52
ns. zal bedragen f 0.12$ ea franco per post 0.13
afzonderlijke nummers f 0.20. Het zal geschreven wor
den door de heeren dr. Jan ten Brink Johan Gram
J. Margadautdr. H. J. A. M. Schaepman jhr. mr.
J. H. Hora Siccama en jhr. C. A. van Sijpesteyn die
beurtelings een opstel zullen leveren over onderwerpen
op bet gebied vau geschiedenisletterkundekunst en
kroniek van den dag. Dr. Jan ten Brink ia het eerst
aan het woord en vangt n», 1 aldus aan
„Mij valt de eer te beurt de „Haagsche Stemmen"
aan hare lezers in de residentie en elders voor te stel
len. De kloeke Damasdis met zijn fonkelend floret
zoo dapper te volde trok tegen het monster van 't Li
beralisme in zijne „Haagsche Omtrekken", dient nu als
chef in het leger der geregelde journalisten van de
rechterzijde. Eu thans bomen de „Haagsche Stemmen",
geenszins het orgaan van de eene of andere partij
maar e8n eenvoudig weekschrift zonder andere eerzucht,
dan tot meerdere glorie onzer geliefde en sehoone Vij-
verstad eenige mededeelingen 'c zij historische't zij
letterkundige ten beste te geven.
Evenwel niet geheel en al historisch-litterarisch. De
lauwerkransdien wij den Haag gaan vlechtenzal
groen bevatten van velerlei tint en vorm. Dit blijke
echter in volgende nummers. Het is genoeg eerlijk
verklaard te hebben dat wij met onze opstellen in de
„Haagsche Stemmen", ieder naar eigen opvatting, hopen
te arbeiden ter eere der residentie, die wij liefhebben.
En zoo zal tevens aan ons pogen de noodzakelijke prik
kel der belangstelling in de algemeene zaak des vader
lands niet ontbreken. Dan Haag is bijna drie eeuwen
lang de zetelplaats onzer Oranje-Yors'.en en dus het
middenpunt van onsen staat 't zij gemeenebest
't zij koninkrijk. Historische en letterkundige studiën,
van den Haag uitgaande ea tot den Haag terugkee-
rendestreven dus niet naar het opwekken eener zuiver
plaatselijke belangstelling. Het historisch Haagsche is
van algemeen Nederlandseh belang."
Bij den uitgever W. Cramer te 's Gravenhage is
ter perse om nog dit jaar te verschijnen „Uit bet
leven van een schoolknaap", door den luitenant-kolonel
J. I. de Bochemontzij die bekend zijn met de ge
schriften van dezenmogen alweder een uitnemend
letterkundig product verwachten. Dit werk zal de be
langstelling te meer opwekken, doordien het't eerste deel
vormt van de herinneringen aan zijn veelbewogen leven.
Voorts van W. F. Margadant, „Met de Adelborsten
van de Aldebaran" (met artistieke iilustrafiën) Van Marie
Boddaert, „Aquarellen", een bundel gedichten. Van Nes-
suno, „Jonkheer Beemsen", eene studie (oorspronkelijk),
ingeleid door Marcellus Emants. Van Servaas de Bruin,
„Vermakelijke Voordrachten in proza en peësie" met
geïllustreerden omslag.
Uit Hoorn schrijft men ons: Onze stad is onkenbaar.
Zij heeft haar beste pakje aangetrokkenen dat het
haar goed staat zuilen aïlen moeten erkennendie
haar thans bij gelegenheid van de landbouwtentoon
stelling en bet congres bezoeken.
„Dat doet mij oprecht leed ik zon haar zeer gaarne
hier gezien hebben", antwoordde Napoleon. „U zult mij
ten hoogste verplichten met aan de jonge gravin de ver
zekering te geven dat bet mij oprecht leed doet haar
heden avond niet hier te kunnen zien."
De gravin boog beleefd.
„Mijne dochters en ik waren lang besluiteloosof
wij ook niet liever thuis zouden blijven en de zieke
gezelschap blijven houden", sprak de gravinals om
hare komst te verontschuldigen „en slechts de drin
gende beden van Eosabella zelve deden ons eindelijk
besluiten haar van avond alleen te laten en aan uwe
vereerende uitnoodiging gevolg te geven."
„Ik zou a zeer gemist hebben", antwoordde de pre
sident. „Van welken aard is de ziekte der jonge dame
„Waarschijnlijk eene aandoening der zenuwen, Hoog
heid. Het kind is sedert eenigen tijd zóó zonderling opge
wonden, zóó onnatuurlijk prikkelbaar, dat wij reeds lang
tot uitbreken eener erntige ziekte vreesden. Zij kon uren
lang in hare kamer zitten weenen en dan weder buiten
gewoon vroolijk zijn, zoodat men nauwelijks gelooven zou,
dat het meisje ziek is. Deze zoo verschillende gemoeds
stemming beschouw ik als voorteekenen eeuer ziekte
van het zenuwgestel."
„Zonder twijfelantwoordde de prins. „Ik zal u
professor Beraux, sinds vele jaren lijfarts mijner moeder,
zenden hij is een specialiteit en een zeer verstandig
man. Maar nu, dames, roept mij de plicht als gastheer,
wilt mij dus verontschuldigen. Ik zie u nog weder en
reken er stellig op dat u niet eerder vertrekt."
Hij boog vluchtig en begaf zich onder het gezelschap.
De hertog van Artos, in het oud-grieksche kostuum van
Paris en- Manoël, die als minnezanger verschenen was,
naderden in dit oogenblik de dames en engageerden haar
voor den eersten dans; Artos Maria en Manoël Eugenie.
Wordt vervolgd.