ü"lu
Het vergaan van de „W. A. Scholten."
lEtltQV&ttsche ö«dcftfea.
allerlei.
ÜtutS' et» fHftae ïSïb«ie-tctit«ïu
T>'
Ti'
If/..
Den 20 is te 's Gravenhage overleden de heer H.
J. baron Taets van Amerongen van Wondenberg, gene
raal majoor van den Grooten Stat van het leger, chef
van het dienstdoend militair huis des Konings en dienst
doend adjudant van Z. M. den Koning, aan de gevolgen
van een ten zijnen huize ontstanen, doch zeer spoedig
gebluschten brand.
De mannen-zangvereeniging „Richard Hol" te
Uitgeest heeft afgezien van het voornemen om deel
te nemen aan den zangwedstrijd te Utrecht, op 26 en
27 Nov. a.s.
Te 's Gravenhage hebben eenige aanzienlijke dames
een bazaar gehouden ten voordeele van het kinderzie
kenhuis en de zendelingen in Indiëwelke ongeveer
f 16000 heeft opgebracht.
Het stoomschip W. A. Scholten kapitein Taat,
van de Noord-Amerikaansche-Stoomvaartmaatschappij
den 19des morgens ie 7 uren met 160 reizigers en
54 man der bemanning van Rotterdam naar Nieuw-
York vertrokkenis den 19 des avonds ongeveer 10
uur, op drie mijlen van Dover, tijdens een dikken mist,
aangevaren door de Mary Rosa van Hartlepool. Hoe
wel de bemanning hare tegenwoordigheid van geest be
hield en dadelijk de booten ia orde bracht kon zij
het niet verder dan tot twee booten brengen daar de
boot begon te zinken en zoo snel zonk dat aan de
redding der overigen niet te denken viel. Voor zoover
bekendzijn 85 menschen gered. Daar de kapitein
dadelijk vuurpijlen afgeschoten hadkwam de Ebro
welke in de nabijheid wasonmiddellijk ter hulp. Het
schip dat de aanvaring deed vervolgde zijnen weg.
Het casco en de inventaris waren voor f 350 000 ver
zekerd by verschillende maatschappijen aan de beurs
te Rotterdam De lading was zeer kostbaar en wordt
geschat op ongeveer 1800 pakken tabafi aan boord
ieder pak geldt f 500 a 600. De mail is niet gered.
De N. Rott. Ct. meldt omtrent de ramp nog
Wy verlieten Rotterdam den negentienden 's morgens;
alles giDg wel tot 's avondstoen het stoomschip
zich bevond op ongeveer elf mijlen afstand van South-
sandshead-vuurschip. Destijds was het weder na de
mistigheid opklarende en de zee kalm. De W. A.
Scholten stoomde langzaam voort, na eenigen tijd gean
kerd te hebben. Plotseling zagen wij een stoomer in het
verschiet, zijdelings op ons afkomen. Wij vertoonden de
ankerlichten. De kapitein der Scholten deed alles om eene
aanvaring te vermijden, door den koers te wijzigen, te
laten fluiten enz., maar te vergeefs. Wij hadden 215
passagiers aan boord waaronder 130 tusechendeks-
reizigers. Slechts weinigen waren op het dek tijdens
de aanvaringmaar de kapitein en de scheepsofficiers
bevonden zich op de scheepsbrug. De meeste passa
giers zaten koutendlezend of spelend in de salon.
Enkelen hadden de kajuiten opgezocht. Nauwelijks vond
de aanvaring plaats, welke een gat van acht voet breedte
maakte in het scheepsbeschot, of eene paniek ontstond
onder de passagiers, welke de kapitein en de scheeps
officieren te verge fs trachtten te kalmeeren. De Schol
ten bad acht reddingbooten benevens twee redding-
vlotten van de reddingbooten bleken er maar twee
beschikbaardoor het overhellen van het schip. De
Scholten zonk ongelooflijk snel, binnen vijftien of twintig
minuten met de voorsteven het eerst. De passagiers
hadden den tijd reddinggordels om te doen maar de
meesten schenen te verbijsterd.
Vóór de Scholten met den achtersteven hoog in de lucht,
zonk, liet de kapitein noodseinen en stoomgefluit hooren,
hetgeen de aandacht trok van het stoomschip Ebro
welks gezagvoerder terstond behalve reddingslijnen
een groote deklading hout liet werpen in het koude
water, waarin tailoozen verkleumden lagen te worstelen.
Sommigen overleden op de Ebro tengevolge van do
doorgestane koude terwijl anderen geruimen tyd noo-
dig hadien om bij te komen. Tailoozen konden de
reddingslijnen niet beetpakken door verkleuming.
Tot zoover bet verhaal van den scheepsdokter. De
Ebro bleef tot Zondag ochtend voortkruisen op de
plaats der ramp. Toen niemand meer ziende, stoomde
zij naar Dover. Hier rapporteerde zij dat de W. A.
Scholten in den grond gevaren was door een onbekend
stoomschip, hetwelk in plaats van bij te staan, eenvoudig
doorging. Dit verhaal vindt bevestiging in hetgeen de
schipper van een logger uit Hastings rapporteert. Hij
zegt dat de vreemde stoomer, vermoedelijk de Rosa Mary,
van Hartlepool, onderweg naar Saint-Zazaire, zijne netten
stuk voer, waarop de logger hem achterna zeilde, om
zich van den naam te vergewissen. Terwijl hij dat deed,
vond de aanvaring plaats, Daarentegen houdt de gezag
voerder der gisteren middag te Dover binnengekomen
Rosa Mary vol, dat de vreemde stoomer invoer op de Rosa
Mary, terwijl deze geankerd lag. Het staat in elk geval
vast, dat de Rosa Mary ernstige schade heeft beloopen,
zoodat zij nauwelijks drijft, terwijl de aard van de schade
nauwelijks overeen te brengen is met de getuigenissen
der officieren van de Scholten. De schouwing der aan
gespoelde lijken vindt morgen te Dover plaats, waar de
hollandsche vice-consulde stedelijke overheid en
particulieren de overlevenden zeer liefderijk verplegen.
Verschillende passagiers leggen ongunstige verklaringen
af nopens den toestand der Scholten toen deze zonk.
Volgens den passagier Charles Miles, heerschte er eene
schromelijke verwarring en gebrek aan tucht. De rei
zigers moesten de bemanning helpen in het nederlaten
der reddingbooten, die van de davids losgehakt moesten
worden, daar de katrollen weigerden.
Er heerscht veel geheimzinnigheid nopens de oorzaken
der noodlottige aanvaring. Da geredde officieren der
Scholten getuigen overeenstemmend dat de boot aan
gevaren werd te Werken. Miles beweert verder dat
de noodpeilen te laat opgingendat de hollandsche
matrozen ruw te werk gingen enkel bedacht op zelf-
reddingzelfs vrouwen terzijde duwend. Een matroos
ontgriste hem zijn reddingsgordel. De meeste buiten-
landsche passagiers zijn verdronken. De hoofdmachi
nist der Scholten dreef drie uren rondalvorens opge
nomen te worden door de engelsche stoomboot Lechmere,
onderweg naar Bilbao, die hem bij Newhaven aan land
zette. De masten der Scholten zijn duidelijk van Dover
zichtbaar. Het wrak ligt gevaarlijk voor de scheepvaart.
Op de kaden te Dover heerschte gisteren de grootste
opgewondenheid. Er varen loodsbooten tussehen het
wrak en den walwelke deelen der lading en ook nog
lijken aanbrengen. Deze laatste liggen thans alle uit
gestald in eene loods, behooreude aan de onderzeesche
telegraaf-kabel-maatschappy in afwachting van de lijk
schouwing. Nog slechts weinige lijken zijn herkend.
Velen der bemanning zijn gered, evenzoo alle engelsche
passagiers van welke er trouwens slechts acht of negen
op de boot waren. De kapitein is verdronken met den
eersten stuurman en de eerste hofmeesteres.
Alle geredden beschrijven de verwarring en de paniek
aan boord na de aanvaring als verschrikkelijk. De groote
koude scheen alle pogingen om zich te redden onmo
gelijk te maken.
Te Dover heerscht de overtuiging, dat de Scholten
geheel vrij van blaam is.
De Indépendance behelst een telegram, waarin me-
dedeelingen van twee passagiers zijn opgenomen die
de ramp overleefden. Do heer Abbleby vertelt, dat des
avonds te tien uren, kort nadat de reizigers naar hunne
hutten waren gegaan een geweldig kraken werd ge
hoord. De Scholton was aan stuurboord aangevaren en
het schip zonk loodrecht. Vreeseliike tooneelen hadden
plaats.
Moeders hielden hnnne kinderen geklemd in de armen;
kreten en snikken weerklonken; geknield werd hardop
gebeden. Twee van de vijf sloepen konden slechts in
zee worden gebracht; aan de passagiers werden alle
reddinggordels, welke aan boord waren, uitgereikt, maar
er waren er niet genoeg. Sommige passagiers, met red
dinggordels aan kwamen weder boven en zijn gered.
Den vorigen namiddag hadden eenige zich vermaakt met
het aandoen van die gordelszij dachten niet dat zij
die eenige uren later noodig zouden hebben.
Een ander geredde de heer Stempney vertelt dat
de kapitein van de Scholten dadelijk na de aanvaring
vuurpijlen liet afsteken. Dit trok de aandacht van de
Ebrowelke tot vier uren 's morgens op de plaats van
het onheil bleef om de schipbreukelingen op te nemen.
De heer Stempney redde z'ch in eene der twee sloepen.
Onderweg zag hij vele ongelukkigen met de golven
worslelenmaar het was onmogelijk hen te hulp te
komen, want de sloepen waren reeds meer dan vol en
liepen gevaar te zinken. Wat de Scholten aangaat, deze
ging in minder dan twee minuten naar beneden.
De correspondent der Indépendance seinde uit Dover,
dat de geredde matrozen verklaren, dat de Scholten,
op het oogenblik toen de botsing plaats greep stopte
en het anker uitwierp, wegens den mist. Op den kapitein
van de Rosa Mary zou dus de geheele verantwoordelijk
heid voor de ramp neerkomen.
De correspondent van dje N. R. Ct. te Londen
seinde den 21
De gezagvoerder en de eerste stuurman van het
stoomschip Rosa Mary houden beiden vol dat hun ge
ankerd schip door eenen onbekenden stoomer werd
aangevaren, die terstond doorstoomde, zonder zich te
bekommeren over het lot van de Rosa Mary. Beiden
beweren dat zij vruchteloos noodseinen deden; dat bun
bodem slechts door aanhoudend pompen drjjvend ge
houden kon worden.
De kapitein van het houtschip Ebro rapporteert, dat,
toen hij aankwam op de plaats des onbeils, hij eene
luide ontplolfing hoorde. Onmiddelijk daarna zag hij het
stoomschip W. A. Scholten voorover zinken.
Tot dusverre blijft het cijfer der geredden ongeveer
tachtig, zoodat minstens honderd dertig moeten ver
dronken zijn. Onder de nog niet gevonden lijken is
dat van den kapitein. Dat van den eersten stuurman
is aangespoeld en werd bij de heden aangevangen lijk
schouwing door den tweeden stuurman herkend. De
andere een-en-twintig aangebrachte lijken, waaronder
vijftien van vrouwen, werden slechts gedeeltelijk herkend.
^Behalve de tweede officier, legde ook de hofmeester
Hnlsinga heden getuigenis af tot het herkennen der
lijken. De oorzaken der ramp zijn bij het onderzoek
nog niet aan de orde geweest.
De schipbreukelingen, waarvan de meesten geheel
zonder middelen zijn, blijven voorloopig te Dover, tot
de verwachte aankomst van eenen vertegenwoordiger der
N. A. Stoomvaartmaatschappij uit Rotterdam.
De dikke nevel, die voortdurend over het Kanaal
hangt, belemmert het verdere onderzoek van het werk.
Het Sailorshome te Dover, waar de meeste schipbreu
kelingen gehuisvest zijn, blijkt te klein om zoovele
personen langer op te nemen, maar het bestuur wed
ijvert met de bevolking van Dover om de ongelukkigen
te verzorgen. Verscheidene lijken zijn ook te Deal en
te Ramsgate aangespoeld.
Naar ik verneem is door het ministerie van koop
handel een gerechtelijk onderzoek aangaande de ramp
bevolen.
De correspondent van de Indépendance schrijft van
21 November
Dover (9 uur v. m.). De kapitein van de Rosa
Mary beweert, dat de Scholten hem heeft aangevaren,
doch de geredde schepelingen vaa de Ssholten houden
vol dat het omgekeerde bet geval is. De visschers te
Hastings bevestigen dit en zeggen dat de Rasa Mary
eerst in hunne netten geloopen isen terwijl hij
trachtte zich daarvan vrij te maken, tegen de Ssholten
aan is geloopen. Dit schijnt ook hieruit te blijken dat
men netten aan de voorsteven van de Rosa Mary
heeft zien hangen. Deze is zwaar beschadigd te Dover
binnengekomen.
Londen (2 uur u. m.). Te Deal zijn weder twee
lijken aangespoeld. De heer Robsondie gered is
verklaart dat er 800 reddicgsgordels aan boord waren,
doch dat de meeste met het schip gezonken zijn. Dj
groote mast van de Scholten steekt met hoog water
ver boven den zeespiegel uit.
De kapitein van de Ebro verhaalt, dat toen hij op
eenen afstand van 110 ellen de Scholten genaderd
was, het dek van dit schip gesprongen is.
Dinsdag 22 November.
Dovee, De geredde schipbreukelingen van de „Schol
ten" zonden een adres van dankbetuiging aan de over
heid voor de vriendelijke hulp.
Pabijs. De president Grévy ontving heden den heer
Brissondie verklaarde dat alle partijen hierin over
eenkomen dat er geen ministerieele, maar eene presi-
dentskrisis is.
In het zweedsche reddingsleger heeft te Stockholm
dezer dagen eene groote mobiliseering plaats gehad.
Generaal Booth kwam daar n.l. aan om een revue over
de troepen te houden. Bij al het belachelijk vertoon
waarmede de optochten van het leger des heils ge
paard gaan, schijnt het zich toch tegen alle verwachting
te versterken en in Zweden niet het minst. Volgens
een bericht van den generaal wappert thans de banier
van het reddingsleger in 25 verschillende landen en
prediken zijne zendelingen zijn evangelie in 23 talen.
Er zijn 227 corpsen, die voor hun eigen onderhoud
zorgen en 5700 officieren waarvan de helft vrouwen
zijn, worden door het leger onderhouden. De religieuse
courantenlectuur van het reddingsleger bestaat uit 23
bladen, die met een oplaag van 600.000 exemplaren
worden verspreid. Reeds in het jaar 1900 moet het
leger volgens de verwachtingen van den generaal
zijn aangegroeid tot drie millioen soldaten 100.000
officieren 40 000 corpsen en twee tot drie millioen
bloed- of vechtsoldaten.
Bij de den 22 ten stadsbuize door burgemeester
en wethouders gehouden openbare aanbesteding van de
levering van: a. 150,000 straatklinkermoppen, Rijn- of
Vechtsteen Waalvorm geraamd op f 15 per 1000
b. 140,000 Ben-Ahin keien, ten behoeve van het onder
houd der straten en wegen in de gemeente, geraamd
op ƒ80 per 1000 is perceel a gegund aan G. J. Key-
zer, steenfabrikant te IJselstein voor f 15,15 de 1000
stuks en perceel b. aan Ernest Janssen, exploitant van
steengroeven te Luik (Belgie) als 128,000 tegeu f 62.40
en 12.000 tegen f 92 per 1000 stuks.
Voor de levering van boomen en gewassen was van
5 inschrijvers Adrianus Ouwerkers boomkweeker te
Boskoop de laagste voor 398,39.
BURGERLIJKE STAND.
GETROUWD.
20Nov Petras Nagel en Johanna lansen. Ane Rentenaar
en Elbregt Klomp. Arie Reijmerink en Anna Geer-
truida Hazes.
GEBOREN.
18 Nov. Gouke, Z. van Reijer Geus en Rinske de J°Qg-
21 u Pieter, Z. van Jan Twisk en Maartje van der Meer.
22 Pieter, Z. van Pieter Kom, en Leentje Bijl.
OVERLEDEN.
20 Nov. Lubbert Goeree19 j. wonende te Horsten, gemeente
Onstwedde.
21 Willem Predrik dn Groix^ jjHj
AMSTERDAM.
Nederland, Cert. N. W. Schuld
dito, dito
dito, dito
pCt
2»
8
dito, Oblig
Italië, Inschrijving 1861/81
Oostenrijk, Obl. in pap. tl. 1000 Mei-Nov.
dito, dito Febr.-Ang.
dito, zilver Jan.-Juli
dito, dito April-Oct.
Portugal,Obl. Buit. 1858/80
Rusland, Ob. Hen 0.1198/1815 ƒ1000 Jau.
Cert. Insch 6e serie 1855 Z.R. 500 Ap.-Oct 5
Obl. 1864 Amst. 1000 April-Oct5
dito, 1866
dito, 1877 20-100 Jan.-Juli5
dito, Oostersche Leening 2e serie5
dito, 1873 gecons. 50-100 Juni-Dec. 5
dito, 1860 2e leening 100
dito 1876 gecons. 50-100 Apr.-Oct. 4J
dito, 1880 gecons.ZR.125-625 18 Mei-13Nov.4
dito, 1867/69 20-100 Mei-Nov4
dito, in goud 1883-
Spanje, Obl. Buit. Perpetuele4
dito, dito Binn. dito 4
Turkije, gepriv. Oblig5
dito, Geconverteerden Ser. D
dito, id. C
Egypte, Obl. leeuing 18764
Mexico, Obligatiën 18518
dito, dito 1864
Peru, Oblig. leening 1870 geregist6
dito dito, 1872 id5
Venezuela, Obligatiën 18814
Nederland, Koloniale Bank Aandeel.I.....
dito, dito Oblig5
dito, Ned. Ind. Handeleb. Aand
dito, N. Centr. Spoorw. Aand. f 250
dito, dito gestemp. Oblig.... f285
Italië, Zuid-Ital. Spoorweg Obl3
Polen, Wars.-Weenen Aandeel
Rusland, Gr. Sp.-Maatsch. Aand5
dito, Hypoth. Obligatiën3
dito, il. 4y
dito, Baltische Spoorw. Aand8
dito, Jeles-Griasi Oblig5
Jelez-Orel dito 5
Orel-Vitebak Oblig5
Poti-Tiflis Oblig. f 10005
dito,
dito,
dito,
dito, Transcaus Spoorweg Oblig.,
dito, Z.-W. Spoorw. Aand. 100-1000 5
Amerika, Buff. Phil. C. v. A., m. Storting.
dito, Cleveland, Akron Shares
dito, Denv. Rio-Grande dito
dito, Illinois Centr. Cert. v. Aand....
dito, Louisv. en Nasbv. Cert. v. Aand.
dito, Miss. Kans. Texas Aand
dito, dito, Alg. Hyp. Obl5
dito, N.-York Erie West. Sp. Aand.
dito, Ontario Cert. Comité bewijzen
dito, iVabasb St. L. en Pac. Ct. v. Aand.
Canada-South Cert. v. Aandeel
Nederland, Stad Amsterdam f 1003
Hongarije, Theiss Spoorweg4
Oostenrijk, Staatsl. 1854 4
dito, dito 18605
dito, dito 1864
dito, Stad Weenen 1874
RnBiand, Staatsleening 18645
dito, dito 1866.....5
Turkye, Spoorweg leeuing3
21 Nov.
731/4
8 U/u
98'/,,
98',
91
64%
641/,
65",
65%.
55»/,,
100'/,
81"/,.
100
99»/,,
97'/,
50%,
93'/4
91
86%
75
81%.
lOl'/s
63 lt
60
67%
13»/,.
73%
35
14'/,
13'/,
39%
40%
86
39
22
73%
108%
94%,
60%
54
88%
92%
59l/„
55
20%
35 lc
24%
118
61"/,.
201/4
69%
29"/,.
16%
33%
68%.
110%
98%
103%
107',4
136
104
138
127%
7%.
22 Nov.
73%
87%.
98%
98,/„
64'»/,.
65%
66%
100';,
82%
100'/,.
99%
97%
60'»/,.
93%.
»l%
81
!0!%
63%
67%
13'/.
13'/.
731/,
36
14%
IS'/,
89%
86
22
73%
60%
109.;,.
94'/.
66%
66'/,.
9 2%
7%
59
54'%.
21%
36
M'V„
62'/,.
20 -
69?/,
2»'/,
16»,
33%
98%
104'/,
108%
136%
138
127
7*/..