f
Sttü<abal>.
Siausalanb.
naar het Indische overgaan noch voor de opleiding
aan de Militaire Akademie, de krijgsschool en den In
tendance-cursus van een grooter aantal militairen tot
officierdan voor het Nederlandsche leger in Europa
noodig zou zijn ten behoeve van het Indische leger.
De tractementen soldijentoeljgen enz. van Neder
landsche zee-officieren en manschappen die op de sche
pen in Indië dienen, worden door Indië vergoed, maar
niets, ook geen gedeelte van hetgeen dat personeel aan
vorming en oefening heeft gekostnoch van de pen
sioenen, die later worden uitgekeerd, zelfs niet van de ver
hooging dier pensioenen wegens verblijf in Indië. Het zoo
genaamd auxiliair eskadèr, dat in de eerste plaats bestemd
is tot verdediging van Indië tegen een buitenlandscben
vijand, komt bijna geheel ten laste van het Rijk in Europa.
Ook de vergoedingen aan het departement van Justitie
zijn niet volledig, en evenmin die aan bet departement
van Koloniën dat geheel ten laste komt van de staats-
begrooting, met uitzonde.ing van de kosten der brieven
en telegrammen aan da Indische Regeering.
Hoeveel tot vergoeding van een en ander nog door
Nederlandsch-Indië aan Nederland jaarlijks zou moeten
worden uitgekeerd is natuurlyk niet met juistheid te
zeggen. Herhaaldelijk is echter reeds aangenomen, dat
een som van vier millioen gulden met de billijkheid zou
overeenkomen. Dit bedrag neemt thans ook de Eegee-
ring aanen in het door haar ingediende wetsontwerp
stelt zij 7oor te bepalen
1°. dat jaarlijks, onverminderd natuurlijk hetgeen ver
goed moet worden wegens rente en aflossing van ten
behoeve van Nederlaadsch-Iadië gesloten geldleeningen
en andere thans reeds plaats hebbende vergoedingen,
nog vier millioen gulden op de Indische begrooting zal
worden uitgetrokken tot vergoeding van Eijks uitgaven,
door het bezit vaa Nederlandsch-Indië veroorzaakt
2°. dat, indien er overschotten zijn op Indische dien
sten voorstellen gedaan zullen worden om daaraan door
de wet een bestemming te geven ten bate van Neder
landsch-Indië.
BELGIE. Bij de behandeling van het wetsontwerp
betreffende de bevordering der officieren en de regeling
der militaire school in den Senaat is met 47 tegen
9 stemmen en zes onthoudingen het amendement van
den liberalen oud-minister Graux aangenomen, waarbij
bepaald isdat het onderwijs in het vlaamscb aan de
militaire school verplicht zal zijnmaar het examen
daarin niet. De regeering had zich met dit amende
ment vereenigd. Een amendement van den heer Mon-
tefiore Levi om de kennis van het fransch verplichtend
te stellen voor de toelating op de militaire school deed
bij de Vlamingen een waren storm ontstaan. Het ging
naar hunne meening niet aanin eene wet uit te
sprekendat de kennis van het vlaamsch alleen eene
oorzaak kon zijn tot uitsluiting van lands instellingen
want dit zou strijdig zijn met het beginsel van de vol
strekte gelijkheid der twee landstalen. Het werd na
bestrijding door den minister van justitie verworpen
met 32 tegen 22 stemmen waarna het ontwerp in zijn
geheel aangenomen werd met 42 te^en 15 stammen
Twee leden onthielden zich.
DUITSCHLAND. De Keizer heeft den minister
Herbert von Bismarck benoemd tot werkelijken geheim
raad met den titel van Excellentie.
De du'tsche kroonprins beeft naar aanleiding van
het adres van deelneminghem door den Landdag van
Baden gezondenaan den groothertog een schrijven
gericht, waarin hij verklaart, dat dit bewijs van belang
stelling hem diep geroerd heeft. „Bij de thans inge
treden beterschap", zegt hij verder, „hoop ik met Gods
hulp te mogen verwachteneenmaal nog de krachten
tot vervulling van mijne plicht jegens het vaderland te
zullen terugkrijgen. Ik vertrouw op God, die zich zoo
raak goedertierend betoonde. Indien iets op dit oader-
maansche mij kan oprichten indien iets mijn hart
weldadig kan aandoendan is het de aigemeene be
langstelling welke het vaderland mij betoont en die
achtergebleven, ritselend ter aarde vielen. Het was nog
vroeg in den morgen. Grauwe nevels hingen als dichte
sluiers over de kale boomtoppen en zweefden door het
woudwaarvan de winterachtige kaalheid en de troos-
telooze woestheid nog onheilspellender schenen door de
diepe stiltedie rondom heerschte.
Oostwaarts van de heuvels van Argenteuil stond een
oud jachtslothet kasteel Mesnilverweerd rondom
dicht met klimop begroeid en omgeven door een uitge
strekt, verwilderd park, dat sinds jaren aan het over
vloedig aanwezige wild eene veel veiliger schuilplaats
bood dan het naburige wond.
Binnen de muren van dit kasteel sleet Maria Stuart
eens droomend en dweepend de zonnige dagen hater
onbezorgde jeugd. Vreugdezangen en jubeltonen weer
klonken toen alom in deze sombere zalen en de helle
lichtglansdie geregeld iederen avond van Meönil
uitstraaldedrong ver in het geboomte van de uitge
strekte wouden van St. Germain door. Er ging toen
geen dag voorbij waarop de jachthoorn niet weerklonk,
waarop niet kostbare gewaden schitterden tusschen het
bonte herfstloof, waarop niet ver in bet rond het ge
schreeuw van jagers en drijvèrs weergalmde. En
wanneer de nacht daalde en de maan van den helderen
hemel hare zilveren stralen neerzonddan zweefden
welluidende mandolinetoonen door de met geuren be
zwangerde lucht en boog zich over bet balkon eene
jeugdige vrouwengestalte. Dan luisterde Maria naar de
minnezangen van haren aanbidderden ridderlijken
dauphin Frans.
Voorbij voorbij! In Totheringhay stierf Schotlands
schoone koningin oenen roemloozen dood haar hoofd
viel op het blok en sedert lang is baar trouwe min-
nestreel Frans tot zijne vaderen vergaderd. Mesnil staat
leeg en verlaten. Wel vond het geslacht der Stuarts
nog menigmaal een gastvrij verblijf in zijne groote zalen,
maar er heerechte oenen somberen geestsedert men
Maria's slanke gestalte er niet meer zag.
Ten westen van Mesnildat in den tijd van ons
ik nimmer zal vergeten. Het is my alsof een band te
meer tusschen mijne landgenooten en mij is ontstaan
en ik zie daarin het bewjjs, dat grooter vertrouwen, dan
ik mogelijk achtte, in mij gesteld wordt. God schenke
my de gelegenheid, mij dit vertrouwen waardig te toonen."
ENGELAND. Den 22 woedde in het westen van
Schotland en vooral over Glasgow een hevige sneeuw
storm, waardoor het spoorwegverkeer op vele plaatsen
gestremd was.
Het bekende reusachtige schip de Great-Eastern, me
tende 18915 ton, lang 692, breed 83 en diep 60 voeten,
is verkocht voor f 192.000 aan een handelaar in ijzer
waren te Liverpool, die het sloopen en voor oud roest
verboopen zal. De koopprijs is juist een vierde van
de som indertijd uitgegeven voor het te water laten
van het vaartuig.
De lord mayor van Londen wenscht op verschillende
plaatsen parken aan te leggen, ten einde aan ongeveer
1500 werkeloozen werk te verschaffen. Niemand wordt
tot het werk toegelaten, tenzij hij zes maanden te Lon
den gewooad heeft en van goede getuigschriften voor
zien is. Hij vraagt daarvoor eene som van f 240.000.
De min. van fioanciëu Goschen wil de 3pct schuld
in een 2% pet. schuld omzetten. Hij heeft de groote
bankinstellingen en de voornaamste geldmannen in de
City te Londen over dat plan geraadpleegd?
Dezer dagen is te Londen een verslag verschenen
van de Vereeniging ter voorkoming van mishandeling
van kinderen met eene voorrede van barones Burdett-
Coutts, waarin de hulp der bevolking wordt ingeroepen,
om onbeschermde kinderen te verdedigen tegen wreed
heden welke de grootste verontwaardiging opwekben.
In het derde jaar van het be3taaa dier vereeniging zijn
258 gevallen van wreedheid op kinderen onderzocht.
In 131 gevallen waren verwondingen ontstaan door
slagenin 22 liet men kinderen opzettelijk honger
lijdenin 26 werden ze verwaarloosdin 22 werden
de kinderen van dronkaards half naakt en hongerig op
straat gezonden om te bedelenin 6 bestond er aan
leiding tot vervolging wegens doodslag. Onder de
ergerlijkste gevallen worden de volgende genoemd
het afranselen van een doofstommen jongenomdat
hij zoo moeielijk begrijpen bonhet brengen van een
gloeiende pook voor de oogen van een blind meisje en
hare hand er mede in aanraking brengen door een
broederin tegenwoordigheid der ouderseen bind
kastijden en het daarna een nacht lang in een donkeren
kelder met ratten opsluitenhet dompelen van een
stervenden jongen bijna één uur lang in eene tobbe
met koud water om „aan dat sterven een einde te
maken"het breken van den arm van een meisje door
het met een bezemstok te slaan en het daarna te ver
plichten, den vloer te schrobben met den gebroken arm
en haar met eene zweep kastijdenomdat het werk
niet vlug genoeg klaar kwameen jongen naakt bij de
samengebonden handen aan een haak in den zolder op
hangen en hem aldus afranselen de keel van een jongen
toeknijpen om zijn geschreeuw te verminderen op pas
geheelde wonden slaan en daarna den knop van een
pook in den strot van een jongen te steken eu dien
tint>r lo Krtnrlan «nr. rJnt; io dor»
aanleiding voor die mishandelingen worden genoemd
omdat een zolder mee een bal bedorven was, een
stukje brood van de tafel was genomen een kind te
lang voor eene boodschap was weggebleven of niet
thuis was, toen men het nocdig had om eene boodschap
te gaan doen. Een man had o. a. verklaarddat hij
zijn wrok boeide op een kind van 15 maanden alleen
om de zuster der moeder, die zeer veel van het bind
hield en die hij haattete tergen. Om dit zoo goed
mogelijk te doen werd het kind herhaaldelijk op het
gezicht geslagen. De Vereeniging vraagt thans geld
om haar werk te kunnen voortzetten namelijk, om lie
den f die zich aan dergelijke feiten sehuidig maken
voor den strafrechter te kunnen vervolgen.
Iebland. Pastoor Eijan hoofd van de onderafdee-
ling van het iersche nationale landverbond te Herberts-
Town, is tot eeae maand gevangenisstraf veroordeeld
verhaalslechts bewoond werd door eenen ouden
rentmeester met zijn huisgezinliep eene diepe kloof
van bijna een haive mijl lengte door het woud.
Op jacht zijnde in de bosschen van St. Germain was
koning Hendrik IV eens met zijn paard daarin gestort,
doch daar het ongeval geene treurige gevolgen na zieh
sleepte had de vrome vorst aan den rand der steilte
eene kapel laten bouwendie aan de heilige Anna
gewijd werd.
Zoo lang koning Hendrik over zijn volk regeerde
bleef ook de kapel in aanzien. Van heinde en verre
deed men bedevaarten er heen en menig hartgrondig
gebed zullen de vromenmet deze gapende kloof voor
zich, tot de heiligen opgezonden hebben. Later evenwel
geraakte de kleine kapel in vergetelheid. Het dak ver
viel stokrozenklimop en wilde druif bedekten de
muren en tusschen de daksparren nestelden zich de
zwaluwen.
Op zekeren dag, ongeveer vijftien jaar vóór den aan
vang van ons verhaal, klopte een pelgrim bij den rent
meester van Mesnil aan en verzocht vergunning in de
kapel van koning Hendrik zijn kluizenaarsleven te mogen
eindigen. De kapel en de grond, waarop zij stond, be
hoorde tot de goederen der kroon en dus had de rent
meester niet het rechtom het verzoek des monniks
zoo dadelijk in te willigen. Maar de monnik met zijn
vroom uiterlijk en zijne ruwe py maakte zulk eenen
diepen indruk op hem dat hij een verzoekschrift in
diende bij de bestuurders der kroondomeinen waarin
hij de bede des monniks ondersteunde. Het bestuur
willigde bet verzoek in, onder voorwaarde, dat de nieuwe
kluizenaar van Sint Anna op de plaats, die Hendrik IV's
vrome lin tot eene heilige plek had gewijdvan tijd
tot tijd eene mis lezen zou voor het zieienbeil des
konings. De monnik beloofde dit van ganseher harte
en van dit oogenblik af huisde pater Benediktus als
vreedzamemensebenschuwe kluizenaar, aan den rand
van de kloof van Mensil.
Wordt vervolgd.
wegens het aansporen van de leden van zijn kerspel
geene pacht te betalen.
FBANKBIJK. Den 23 is in den gemeenteraad van
Parijs verslag uitgebracht over de aan het lid Maraoulan
ten laste gelegde beschuldigingen betreffende de door
hem aangenomen verbintenis om zijn invloed als raads
lid aan te wenden ten bate van eenen spoorweg enz.
Na langdurige beraadslagingen werd met 27 tegen 16
stemmen een voorstel, om eenvoudig over te gaau tot
de orde van den dag, met 27 tegen 16 stemmen ver
worpen en met 31 tegen 9 stemmen eene motie aan
genomen, waarbij de raad het oordeel over dat lid aan
de kiezers overliet en hem uitnoodigde zijn ontslag
te nemen. Later heeft de raad dit besluit weer in
getrokken.
Een scheepskapitein heeft medegedeeld, dat hij uit
den luchtballon Arago de luchtreizigers L'hoste en
Mangot in het water heeft zien vallen op 39 mijlen
alstands ten zuidwesten van kaap St. Katharina, eiland
Wight, 18 mijlen ten zuidoosten van kaap Portland en
12 mtjleD van de engelsche kust. Hoewel hij met zijn
stoomschip eenigen tyd in de nabijheid van den rond
dobberenden ballon was gebleven, om hem te redden
had men de ongelukkigen niet meer gezien.
Maurits Bernhardt zoon van de beroemde Sara
Bernhardt, treedt in het huwelijk met eene prinses
J ablonowski, van moederszijde eene achterkleindochter van
Lucien Bonaparte. Dit huwelijk zal den 29 te midder
nacht in de kerk St. Honoré d'Eylau te Parijs inge»
zegend worden.
De jury vaa het hof der Seine heeft eenen elzasser,
Ristelhüber genaamd die zijne wegens echtbreuk van
hem gescheiden vrouw doodgeslagen had, onder toejui
ching van het publiek vrijgesproken. Hij had dit gedaan,
toen hij op zekeren dag haar ontmoet had komende
uit een bierhuis met een man en eenige luid zingende
vrouwen. Hij verklaarde zonder eenige voorbedachtheid,
in blinde woede die daad bedreven te hebbenomdat
hij in dien man een zijner vroegere werklieden meende
te herkennen, met wien zijne vrouw het had gehouden.
OOSTENEIJK-HONGAEIJE. Volgens de Militar
Zeitung, een blad, dat te Weenen uitkomt en in dezelfde
verhouding tot de ooetenrijksche regeering staat als het
blad de Invalide tot de russisehe, ban de vraag, of tusschen
Eusland en Oostenrijk-Hongarije de oorlog zal uitbreken,
feitelijk eerst den 13 Januari a.s. beslist worden. Tegen
dien tijd is de met 13 November aangevangen zending
van recruten naar de regimenten afgelcooen en blijkt
het, of de gewone verloven aan hen, die het langste
gediend hebben verleend worden. Blijft het aantal
soldaten dan op het gewone cijfer van het leger op voet
van vrede, dan kan men aannemen, dat de Keizer den
vrede wil; worden de onde soldaten in dienst gehouden,
dan wil Eusland den oorlog en moet Oostenrijk dien
ook willen, Dat blad ziet voor Oostenrijk-Hongarije in
oorlog geen gevaar, daar gedurende de laatste 20 jaren
een leger gevormd is, dat voor geene krachtsinspanning
terugdeinst.
De met de russisehe regeeringskringen in betrekking
staande berichtgever der Politiscbe Correspondenz te
St. Petersburg 1 sehrijftdat het artikel van het blad
de Invalide niet ten doel had de wolken aan den staat
kundigen gezichtseinder van Europa te vermeerderen
maar die te verdrijven door de verklaringdat elke
maatregel der aangrenzende rijken door een maatregel
van gelijken aard van Eusland's zijde zou gevolgd worden.
SEEVIE. Da verkiezingen voor de Sohupachina zijn
in voor de liberalen gunstigen zin uitgevallen.
EEEENIGDE STATEN. Te Rochester in den staat
Nieuw-York ontving eene fabriek petroleumwelke
door geleidingen er heen vloeide. Deze waren echter
zoo slecht gelegddat de olie wegvloeide en in da
riolen liep. Daar geraakte de petroleum in brand, ten
gevolge waarvan op verschillende punten der stad brand
ontstond. Fier groote korenmolens brandden o.a, geheel
af. De weggevloeide hoeveelheid wordt op 15000 gal
lons geichat. Vier personen kwamen om en twintig wer
den gewond. De schade is zeer groot.
Uit Canada moest een uit 27000 boomstammen sa
mengesteld houtvlot, 560 voet lang, 65 voet breed en
38 voet diep, door de Miranda naar Nieuw-York ge
sleept worden. Door een hevigea storm werd het vlot
van de sleepboot losgerukt in de nabijheid van het
eilard Nantucket waarua het in zuidelijke richting
wegdreef. Alle gezagvoerders van schepen die te Nieuw-
York waren, zijn dadelijk hiermede in kennis gesteld.
De regeering heeft twee Korvetten uitgezonden om het
houtvlot te zoeken en zoo mogelijk naar Nieuw-York
te slepen en twee botters om de naderende booten en
schepen te waarschuwen. Men berekent, dat als het
vbt niet gevonden wordt en het niet uiteen valt, het
zeker 6 maanden zal duren, eer het hout zooveel wa
fer opgenomen heeft, dat het zinkt.
De beambten bij den spoorweg van Philadelphia naar
Eeading hebben den arbeid gestaaktwelk voorbeeld
gevolgd is door ben die bij het vervoer naar de mijnen
gebruikt worden.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamek.
Bij de aigemeene beraadslaging over de wijziging der kieswet
op den 23 antwoordde de minister van binnen 1. zaken
op eene vraag van den heer At. Mackay, dat hij het onbetwistbaar
achtte, dat nu bloedverwanten van kandidaten, leden der Prov.
Staten, niet kunnen medestemmen bij verkiezing voor leden van
de Eers;e Kamer. De zaak verdiende evenwel overweging en
bij wijziging der organieke wet zou zij der aandacht niet ontgaan.
Den heer van Kerkwijk, die verzocht, een koninklijk besluit uit
te lokken, om de gemeentekassen niet te belasten met het port
voor de verzending der stembiljetten, werd geantwoord dat de
minister met zijnen ambtgenoot van waterstaat hierover in overleg
was getreden.
Bij art. 1 verklaarde de minister zich bereid, den wensch
van den heer T. Mackay, om des zondags geene stembiljetten
te doen rondzenden, ook niet per post, aan zijnen ambtgenoot
van waterstaat over te brengen.
By art. 2 stelde de heer Godin de Beaufort voor, om
ook in gemeenten met minder dan 40000 zielen zoo noodig,
kf
