BittuculAnb.
ontbonden als gevolg van de houding der liberalen, die
besloten hebben de beraadslagingen stelselmatig te
belemmeren. De nieuwe verkiezingen zijn og den 4
Maart bepaald.
YEREENIGDE STATEN. Met 164 tegen 7 stem
men is uitgemaakt dat de heer Carlisle ondanks zijne
ziekte voorzitter van het huis van afgevaardigden zal
blijven. Alle democraten waren voor die stemming
opgekomen, om het voor de geldigheid van een besluit
benoodigde aantal stemmen, zijnde 103, te verkrijgen.
De republikeinen bleven buiten stemming.
In den nacht van den 22 op den 23 is te Tilburg
eene groote korenschuur afgebrand en in den daarop
volgenden nacht eene groote boerenhofstede met aan
grenzende schuren en de daarin aanwezige granen en
zaden. Dat is de tweede maal dat laatstgenoemde
eigenaar have en goed door brand verliest
£)0 heer mr. S. van Houteu heeft den 2o des
avonds in eene zeer druk bezochte vergadering te
Groningen, op uitnoodiging der liberale kiesvereeniging
aldaar "zijn programma voorde toekomstige parlementaire
zitting ontvouwd, in hoofdzaak hierop neerkomende:
1° Herziening van het reglement van orde in de
nieuwe Kamer. 2°. Het in het leven roepen van een par
lementair ministerie, en we! een zoodanig, waarin acht
mannen van dezelfde richting 's lands zaken besturen
met eenen minister-president aan het hoofd, die tegen
over de publieke opinie verantwoordelijk is. Hy oordeelde
het noodig dat de ministers leden der Kamer zijn.
3° Het tot stand brengen der nieuwe kieswetten
waarin o. a. bepalingen moeten voorkomen waardoor
de minderheden tot haar recht bomen en alleen enkel
voudige districten ontstaan. 4°. Belasting-hervorming,
door afschaffing der accjjnsen op de eerste levensbe
hoeften, en als plaatvervangster daarvoor, hetzij eene ver
teringsbelasting met successierechten, hetzij eene in
komstenbelasting. Bij dit punt herinnerde by, dat de
kiezers niet te veel moeten eischen van hunne afge
vaardigden, en dat hij vóór 20 jaren als gemeenteraadslid
te Groningen levendige ingenomenheid voor detoen inge
voerde gemeentelijke inkomstenbelasting had betoond.
S». Arbeidswetgeving acht hij noodzakelijk echter niet
zonder dat de wetgever zekerheid beeftdat het kind
uit de werkplaats geweerd, werkelijk naschool terecht
komt, en niet naar de straat verhuist. 0. Regeling van
het onderwijs, vooral wat de verhouding der kosten
tusschen staat en gemeente betreft. In dit opzicht
wenscht hij terugkeer tot de beginselen der wet van
1857. Hij hoopt tevensdat het onderwijsvraagstuk
voorlóopig door gewichtiger vraagstukken op den achter
grond wordt gesehoven. 7'. In het militaire vraagstuk
wit hij zich geene leiding aanmatigen. Zijn inzicht is
oefenplicht, ten deele locaal, ten deele meer uitgebreid
in de kazernes. Nummerverwiaseling tusschen beide
categoriën wil hij behouden. 8°. Iu de koloniale staat
kunde wil hij decentralisatie van het gezag in Indie en
afschaffing van koffie monopolie en kofhe-dwaagcultuur.
Eindelijk noemde hij nog als punten, waarvoor hy ook
zonder zijn mandaat zou kunnen en willen ijveren
verbetering van den rechtstoestand der gehuwde vrouw,
dor echtscheiding voorziening ten behoeve van bui en
huwelijk geboren kinderen en de uitbreiding van he.
onteigeningsrecht van landerijen door den btaat.
Den 23 werd den heer jbr. mr. D. van Akerlaken,
die den l vijf en twintig jaren dijkgraaf van Dr8°"er-
land was geweest, namens heemraden, hoofdingelanden
en opzichters van Drechterland een prachtig met zilver
gemonteerd pluche album aangeboden, aan de 4 hoeken
versierd met de gegraveerde af beeldingen van de 4
afdeelingen van Drechterland en namens de boden een
photografie in lijst, voorstellende bet Drechterlandsche
Huis te Enkhuizen. T
Bij kon. besluit van den 24 is de beer dr. ±j.o-
Hamburger te Utrecht, met ingang van den 1 Februari,
benoemd tot leeraar aan de rijks-veeartsenijschool aldaar.
De Amsterdamsche afdeeling der Yereeniging tot
verbetering van het lot der blinden in Nederland en
zijne koloniën hield den 24 te Amsterdam eene bijeen
komst ter bespreking wat tot verbetering van het lot
der blinden in het algemeen te beproeven was. Aan
het slot dier bijeenkomst werd de volgende motie aan
genomen De vergadering de verschillende mededee-
fingen en de uiteenzetting van het doel der vereeniging
gehoord en kennis genomen hebbende van hetgeen zij
reed3 verrichtte en tot stand bracht, acht niet alleen
haar voortbestaan alleszins wenschelijkmaar is van
oordeel dat zij eene zeer krachtige ondersteuning ver
dient om haren werkkring verder te kunnen uitbreiden.
Uit mtidedeelingen, by die gelegenheid gedaan, bleek,
dat de Yereeniging thans 967 honoraire en 129 gewone
leden telt en dat in ons land ongeveer 3400 blinden
zijnwaarvan 1/3 voor zich zelf zorgt. Slechts 500
worden in bestaande gestichten verpleegd, zoodat 1880
blinden onverzorgd zijn. Het voornemen is, zich het lot
der half blinden, wier toestand het meest bedroevend is,
meer aan te trekken, o. a. door oprichting van scholen
voor hen. De verjenig:ng wil baren steun verleenen
zonder onderscheid van godsdienstige gezindheid en niet
als mededingster optreden van bestaande inrichtingen,
welke zy integendeel zedelijk en geldelijk wenscht te
steunen.
Den 24 is te Edam bij de weduwe J. K. brand
uitgebarsten, welke door de SDel aangerukte brand
weer spoedig gebluscht kon worden. Die weduwe werd
als verdacht van brandstichting in hechtenis genomen.
De gemeenteraad van Amsterdam beeft den 25
besloten, de gemeente in 8 afdeelingen te verdoelen
ter inlevering van stembriefjes bij da verkiezingen en
78 personen uit de kiezers aan te wijzen, die als leden
van een stembureau kunueu optreden.
Den 25 hebben de spoorbooten Holland en Fries
land den dienst tusschen Enkhuizen en Stavoren hervat.
Den 25 is te Amsterdam de derde algemeene ver
gadering van de afdeeling Noordholland der vereeniging
,het Nederlandsch Rundvee Stamboek", gehouden onder
het voorzitterschap van den beer J. L. T. Groneman. De
opkomst der leden was gering. Het aantal gewone leden
bedraagt thans 789 en 16 oegunstigers.
Yoor de voorjaars-inspectie werden 419 runderen
ingeschreven.
De termijnen voor de aangnte van vee zyn voor
1 Mei en I November.
Het voorstel van bet bestuur tot volledige machtiging
om in overleg met het lioofdbestnurte beschikken
over de 250, uitgetrokken op de begrooting voor
1888 in zake photographieën voor de brochure van
den boofd-inspecteur, werd aangenomen.
De heeren P. Schuurman J. Wit Az. en Jan Zijp
Hz., aftredende bestuursleden, werden als zoodanig met
bijna algemeene stemmen herkozen.
Tot commissaris der afdeeling, in plaats van den
heor N. Brantjesoverleden, werd gekozen de heer C.
J. Brantjes.
Als plaats voor de eerstvolgende algemeene vergade
ring werd Amsterdam aangewezen. Tot afgevaardigden
voo'r die vergadering werden benoemd de heeren C. de
Boer, J. Oostwaldt, Weidenes, J. Koopman, H Scbroo
der, P. Mantel en jan Zyp Hz
Daarna was aan de orde het voorstel van het bestuur,
om op die algemeene vergadering by het hoofdbestuur aan
te dringen op het nemen van tydige en doeltreffende
maatregelen, opdat het hollandseho vee op eene waar
dige wyze vertegenwoordigd worde op de internationale
tentoonstelling te Parijs in 1889. De heer Bultman
meende dat het voor het hoofdbestuur hoofdzaak was
om machtiging te verkrijgeD; voor de verdere regeling
zou men van Mei 1883 tot 1889 nog tijd genoeg hebben.
De vergadering vereenigde zich met dit denkbeeld,
alsmede met het voorstel om te bepalen, dat de afdee
ling eventueel geldelijken steun zal kannen verleenen,
en ook met een voorstel van den heer Bultman, om
eene geldelijke bijdrage te geven aan de tentoonstelling
te Assen ter gelegenheid van het Landbuishoudkundig
Congres.
De rekening, dienst 1887 bedragende in ontvangst
f 1473, in uitgaaf f 1052,67, dus met een batig slot
van f 420,33, werd goedgekeurd, evenals de begrooting
voor 1888, sluitende in ontvangsten en uitgaven op
f 1746,83.
De uitgetreden leden van de kiesvereeniging
Burgerpligt te Amsterdam hebben onder den naam
Amsterdam eene nieuwe kiesvereeniging opgericht.
Het programma, vervat in het reglement, te herzien
na de verkiezingen in Maart a. s., luidt als volgt:
I. De vereeniging stelt zich ten doel de handhaving
en ontwikkeling van de vrijzinnige beginselen der
grondwet en de krachtige bevordering der belangen van
Amsterdam.
II. Zij tracht haar doel te bereiken door te streven
naar: algemeen kiesrecht, met verzekering van het ge
heim der stemming door verplichte invulling van het
stembiljet ten bureeleinvoering van een kiesstelsel,
dat de vertegenwoordiging ook der minderheden zooveel
mogelijk waarborgt; eene wetgeving tot verbetering van
den toestand der arbeidende klasse, uitgaande van het
beginsel van eerbiediging van den persoonlijken eigen
dom, behoudens uitbreiding van het onteigeningsrecht;
leerplicht, met kosteloos lager onderwijs van overheids
wege, overal waar dit noodig isalgemeenen oefenplicht
hervorming der belastingen, o. a. door afschaffing der
patentbelasting en van aecijnzen op de eerste levensbe
hoeften, en door invoering eener progressieve Ryks-
inkomstenbelasting, waarbij rekening wordt gehouden
met de bronnen, waaruit de inkomsten voortvloeien
volledige scheiding van kerk en staatscheiding der
financiën van moederland en koloniënontwikkeling
van zelfbestuur en volledige toestand van het stelsel
van vrijen arbeid in Nederlandsch-lndië.
De Koning heeft zijnen adjudant en particulier
secretaris, kapitein de Ranitzbenoemd tot officier in
de orde van de Eikenkroon en den portier van het
koninklijk paleis te 's Gravenhage J. J. van Leersum
de medaille dier orde geschonken.
Benoemd tot onderwijzeres te Wapserveen ge
meente Havelte mej. Bnwalda te Haarlem.
De commissie uit de ingezetenen, die zieh op ver
zoek van den burgemeester van Almeloo gevormd had,
om eene schikking te beproeven tusschen de heeren
Scholten en hunne werklieden, is daarin tot haar leed
wezen niet geslaagd en heeft zich dientengevolge ont
bonden.
Het schip Castine, kapitein Lohmann, van Nieuw-
York naar Amsterdam, is bij het opgaan van IJmuiden
naar Amsterdam tegen de spoorwegbrug te Yelsen ge-
loopen, waardoor het een gat in den romp en meer
andere schade bekwam terwijl de brug mede aanmer
kelijk beschadigd werd.
Te Kerkdriel is de 13jarige dochter van den
geneesheer Franken door eenen L4jarigen knaap bij eene
familie waar hij eene boodschap kwam doen en waar
dat meisje zich ook bevond, in het hoofd getroffen door
een schot uit een geweer dat daar stond en dat hij
schertsenderwijs op haar afschoot. Twee uren later
was zij dood.
Het roodvonk heeft te Utrecht opgehouden epi
demisch te heerschen.
Tegen vijf leden van den gemeenteraad te
Hoensbroek is proce3-verbaal opgemaakt wegens valsch-
heid in geschriften.
Te Assen is het aantal kiezers voor de 2e Kamer
548waaronder 17 kamerbewonerstegen 333 ten
vorigen jarete Leeuwarden 1774 tegen 876.
JI De beer P. C. Koster, predikant bij de ned. herv.
gemeente te Eemnes-binnen, heeft voor bet beroep naar
de ned. geref. gemeente (doleerende) te Zaandam be
dankt, maar dat naar die gemeente te Velp aangenomen.
Te Hoorn is het getal kiezers voor de 2e Kamer
loso was buiten zich zeiven van woede, maar bad goede
redenen om geen protest aan te teekenen tegen dit
onherroepelijke besluit van hooger hand. Hij hief daarom
in allerijl de kostschool op, verkocht zijn huis en vertrok
eveneens naar Spanje, waar hij door den invloed van
PachecoRipperda en andere machtige beschermers
bekleed werd met de goed bezoldigde en weinig inspan
ning vorderende betrekking van „boftolk", een ambt,
dat hij door zijne uitgebreide taalkennis met glans
vervullen kon.
Reeds in de eerste maand van het verblijf in Madrid
trof het kleine huisgezin van Garciloso een treurig ver
lies. Donna Dolores, professors eenige zuster, overleed
en Pasquita meest nu het bewind over de huishouding
aanvaarden. Om zijne dochter het volbrengen van
deze nieuwe plichten te verlichten was de oude heer
zoo zorgzaam geweest naar eene gezelschapsjufirouw
voor Pasquita om te zien hij vond die in een jong
meisje, dat hij in huis nam en dat spoedig de vriendin
werd van de in afzondering opgevoede dochter des hui
zes. Mercedes IJanez de la Sanabria was uit een voornaam
kastiliaansch geslacht gesproten; zij had reeds vroeg hare
ouders verloren en stond nudoor gewetenlooze bloed
verwanten van haar vermogen beroofd alleen op de
wereld. Garciloso had voor vele jaren haren vader ge
kend eu geacht en toen hij Mercedes tot zich nam, was
hy deze vriendschap zijner jeugd indachtig.
De Meimaand was in het land en aan het latwerk in
Garciloso's tuin bloeiden reeds de rozen. Onder de pijn-
boomen en de kurkeiken strekten zich de schaduwen der
avondschemering uit en eeu zoele westewind verspreidde
den bloemengeur over den tuinmuur heen in de stille straat.
In het midden van dezen hof verhief zich een tamelyk
ruim, in den vorm van eenen tempel opgetrokken, pavil
joen dat aan de eene zijde door dichte struiken was
omgeven en vanwaar een met taxusboomen beplante
voetweg naar de woning voerde. Achter dit struikgewas
zaten twee donkere gestalten nedergehnrkt. Het was
reeds te duister gewordenom ze nauwkeuriger te
kunnen opnemen maar het liet geenen twytel of
het moesten twee vrouwen zijn, die zich deze
zonderlinge schuilplaatsen hadden uitgekozen.
Een zacht gerucht deed zich hooren als van eene
ijzeren deur die op hare hengsels ronddraaitop het
zelfde oogenblik stond eene der dames haastig op, trok
zich de donker grijze mantille hooger over het hoofd
en liep naar het naaste paviljoenvenster. Dit venster
bevond zich ongeveer drie voet boven den grond en
was gesloten door eene beschilderde houten jalousie.
Zij legde het voorhoofd daar tegen aan en tuurde door
eene kleine opening, die van te voren in het bout moest
zijn gesneden. Nu was zij in staat het grootste gedeelte
van de binnenruimte van het paviljoen te overzien.
Wat zij zag moest wel van zeer verrassenden en
belangwekkenden aard zijn want gedurende wel een
half uur week zij niet van de plaats. Somtijds ook legde
zij haar oor aan de opening en poogde te luisteren
dit scheen evenwel minder goed te gelukken dan het
zien. Eindelijk begaf zij aich weder naar hare vroegere
plaats en weldra snelden beide dames langs den tuin-
weg naar hunne woning terugdie zy door eene
achterdeur binnentraden.
Eenige oogenblikken later zaten Pasquita en Mercedes
in de "smaakvol ingerichte huiskamer van Garciloso.
Pasquita was sedert wij haar als kind in het Pension
Internationale leerden kennen uiterlijk niet veel veran
derd. Alleen zetelde er meer ernst op het bleeke
hooggewelfde voorhoofd van het meisje en om hare
roode, bloeiende lippen was die trek van overmoedige
sohalkschheid verdwenenwelke eens de schrik der
strenge donna Dolores was geweest. Zij was thans
eene rijzige brunette met een verstandig regelmatig
gevormd gelaat, dat den stempel droeg van mannelijke
zelfstandigheid en wilskracht.
„Mijn hart klopt van opgewondenheid en vrees
sprak zij op zachten toon terwijl hare vingers eene
mandoline tokkelden die onder haar bereik lag. „Ik
weetdat bet erg dom van mij is, maar ik bezit ook
niet dien zeldzamen moeddie u zoo sterk maakt in
alle gevaren."
„Dat is de moed der liefde Pasquita antwoordde
de "aangesprokene en bare wangen werden met eenen
donkeren blos overtogen. „Wanneer ik niet lang ge
weten had, dat in dit huis sedert maanden kwaad ge
stookt wordt tegen dengene, dien ik mijn hart geschon
ken heb ik geloof nietdat ik dapper genoeg zou
zyn geweest, zoo onverschrokken alle gevaar te trotseeren.
Het heeft mij vele bange uren gekostvoor het on
herroepelijke besluit bij mij vast stond, langs heimelijke
wegen de handelingen uws vaders die mij de arme
wees, eene woning bood na te gaan als eene spion.
Maar kon ik anders over Jnan waken dan op heime
lijke wijze? En is ook niet uw vader, zijn niet alle
leden van dit afschuwelijk verbond geheime vijanden
des hertogs
„Dat zy in stilte handelen dat alleen is het wat
ik Ripperda's tegenstanders voor de voeten werp",
hernam Pasquita levendig. „Gij kondt niet anders han
delen Mereedes, gij moet op het ingeslagen pad voort
gaan wanneer gij den hertog nog vroeg genoeg wilt
onderrichten van het gevaar dat hem bedreigt. Dat
ook mijn vader zich bij zijne vijanden heeft aangeslo
ten hijdien eens een zoo vaste vriendschapsband aan
Ripperda verbond smart mij hevig, maar hoeveel ver
driet beeft mijns vaders zwakheid mij reeds berokkend
De klove tusschen hem en mij wordt steeds wijder
en met een kloppend hart zie ik den dag te gemoet
die ons voor altijd zal scheiden."
„Ik begrijp u Pasquitaik weet waarop gij zin
speelt, maar ik kan niet geloovendat uw vader
den wenscb koestertu te ketenen aan iemand voor
wien gij geene liefde gevoelt. Bovendien is het voor
mij nog zeer twijfelachtig of don José zelf u waarachtige
liefde toedraagt. Toen hij uit Frankrijk terugkeerde,
sloeg hij nauwelijks acht op u en gedurende de twee
jarenwelke hij te Lissabon doorbracht als gezant-
schaps-attachéheeft hij nauwelijks iets van zieh laten
hooren. Eerst sedert hij in Madrid teruggekeerd en
aan het ministerie verbonden ismaakt hy u op zicht
bare wijze het hof, Wanneer hij u oprecht beminde
zou hij zich anders tegenover u gedragen ik houd hem
voor een koelbloedig hoogmoedig mandie zonder
omzien afgaat op zyn doelmaar die nochtbans te veel
trots bezit, om een meisje tegen haren zin tot een hu
welijk te dwingen."
Wordt vervolgd.