Ëiuuent&uó.
werpen van water naar elkander, allen naar denzelfden
kant gebogen waren. Allen verdronken alleen de
schipper kon naar den kant zwemmen. De toegesnelde
personen waren zoo verschrikt, dat zij niet in staat waren
de ongelukkigen te redden.
ITALIË. Den 9 heeft de gemeenteraad van Milaan
met byna algemeene stemmen het krediet van 154 mil
joen voor de doorboring van den Simplon toegestaan
onder voorwaardedat daarmede binnen 3 jaren een
begin zou worden gemaakt.
Bij de op den 12 in de Kamer voortgezette beraad
slaging over het staatsbe'eid der regeering in Afrika heeft
de minister-president Crispi nadrukkelijk alle gedachte
aan eene ontruiming van Massowah van zich geworpen
en de bewering bestreden, als zou Italië er af hankelijk
zijn van Egypte. Het bevindt er zich in denzelfden
toestand als Engeland te Aden. Verder sprak hij de
hoop uit, dat de door Engeland begeerde vrede tusschen
Italië en den Negus tot stand zou komen. Eene motie,
aandringende op bet terugroepen der troepen uit
Massowah, werd met 302 tegen 40 stemmen verworpen
en eene motie van vertrouwen in de regeering daaren
tegen met groote meerderheid aangenomen.
De gemeenteraad van Rome heeft zich met 36 tegen
29 stemmen verklaard tegen het opr cbten van een
standbeeld voor Giordano Bruno tengevolge waarvan
op het kapitool weder eene groote anti-clerieale bijeen
komst werd gehouden.
SPANJE. Uit Tanger wordt gemeld, dat de troepen
van den Sultan van Marokkodie de opstandelingen
van Bene-Muldi moesten onderwerpen verslagen zijn
met verlies van hun bevelhebber die sneuvelde. De
Sultan wil eenen nieuwen tocht ondernemen, dien hij zelf
zal aanvoeren.
SER VIE. Het regeeringsblad maakt een besluit
openbaar waarbij ontslag wordt verleend aan de gene
raals Gruic en Leajaniné. Dat besluit vindt voor
eerstgenoemden generaal zijn grond in den brief van
den gewezen minister aan KoniDg Milanwaarin hij
erkent gezegd te hebbendat de laatste crisis door
Oostenrijk uitgelokt was.
ZWEDEN. De Eerste Kamer had met 63 tegeD
32 stemmen het voorstel aangenomen, om voor de ver
bouwing van den grooten schouwburg te Stockholm
765.000 kronen toe te staan en de bijdrage voor het
speeljaar 1888/9 met 25000 kronen te verhoogen. De
Tweede Kamer verwierp echter beide voorstellen met
154 tegen 47 stemmen en stond slechts het noodige
toe voor inrichting tegeo brandgevaar en eenige kleine
verbeteringen in het gebouw.
VEREENIGDE STATEN. Het wetsontwerp tot
regeling van het internationaal kopyrecht is door den
Senaat aangenomen met 35 tegen 10 stemmen. Den
10 werd in geheime zittiGg de vraag behandeld of de
beraadslaging over het visscherij-verdrag met Canada
in het geheim zou worden gevoerd.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van den 14.
Na beëediging van den nieuw benoemden griffier, den heer
mr. Arntzenius, wien door den Voorzitter werd toegewenscht
dat als eenmaal de tijd aangebroken is, waarop hij deze loop
baan eindigthij van alle leden dezelfde algemeen en onver
deelde waardeering van zijn arbeid moge ondervinden, die zijn
voorganger zoo terecht genoot (toejuichingen), na hem verzekerd
te hebben, dat de Kamer er op rekent, dat hij zijne betrekking
zal waarnemen op waardige wijze, trouw en met de meest vol
strekte onpartijdigheidworden de heeren Reekers en Land
beëedigd.
Daarna zegt de heer Domela Nieuwenhuis, dat
ofschoon hij in den regel niet veel waarde hecht aan plechtige
verzekeringen, hem bij de opening der Kamers een woord toch
bijzonder getroffen heeft, niet dat over maatschappelijke vraag
stukken, dat een modewoord is, maar wel, dat die vraag
stukken de aandacht eischen waaruit blijktdat men spoed-
vereisckende vraagstukken erkent. Niemand zal dit ontkennen,
die let op de toestanden. Het dringende, opgesloten in het
woord eischen, schijnt te bedoelen, dat de regeering ernstig
streven wil iets te doen. Is het wellicht geschreven onder den
indruk der talrijke werkstakingen gedurende dit jaar Hoe
Neuhoff. „De hekken zijn verhangen; ik verklaar u tot
mijne gevangenen."
Onder groot geraas en gedrang stormden op dit
oogenblik de Corsikanen door de kruisgangen de zaal
binnen met bunnen overste Frederik von Neuhoff aan het
hoofd. Verder ontwaarde men aan hunne spits den garde
kapitein graaf Strahlberg en den luitenant-kolonel
Luca Ornano.
„El viva el re! el viva la libertd jubelden de Corsi-
kaneuterwijl de jeugdige Frederik von Neuhoff, die
zijne pandecten te Heidelberg verlaten had, om zijnen
oom te helpen, op dezen toetrad.
„Mijn hartelijke en onderdanige groet, sire! Ik
denk, dat wij bier niet ongelegen komen. Mijne spion
nen berichtten my, dat zij in den omtrek van Pinito op
genueesch voetvolk gestuit waren, hetwelk naar San
Agnese oprukte. Ik vermoeddedat er iets kwaads
tegen u gestookt werd en daarom nam ik een kort
besluit en volgde u op de hielen. Ik hoop dat gij
het mij niet ten kwade zult duiden. Voor het overige
mogen wij niet talmen, om afdoende maatregelen te
nemen de tijding dat de koning het klooster over
vallen heeft, verbreidde zich vliegensvlug, in de dorpen
wordt de stormklok geluid en overal rusten zich de
Marnoten uit tot den strijd. Ook van Girolata zal men
reeds met vele manschappen opgebroken zijn wij daar
entegen zijn niet sterker dan twee compaguiën
Theodoor drukte den overste de hand.
„Ik dank je, Frits, je hebt mij uit een groot gevaar
gered. En nu, voorwaarts, marsch, Corsikanen Ont
wapent die belagers der vrijheid en neemt ze gevangen.''
In eenen oogwenk waren de Genueezen in boeien
geslagen. Padovano evenwel, die zich dapper verde-
moeilijk de eerste stap ook zijn moge, zoo mag die niet achter
wege blijven. Hij deelt het gevoelen van den heer Schaepman,
dat blijkens de enquête de ned. regeering niets weet van de
arbeiderstoestanden. Toch moet men letten op de voortdurende
werkstakingen, die een oorzaak moeten hebben. Ter toelichting
van de aanleiding der werkstakingen in de veenderijen wenscht hij
inlichtingen over die veenderijen te geven. Daarbij komen drie groe
pen in aanmerking, veenbazen, turfmakersen baggerlui. De veenba
zen laat hij daar, maar de turfmakers, waaronder vele vrouwen,
sommige 14 dagen oud kraarns, werken hard. De baggerlui hebben
het hardste werk, zoodat voor hen het woord van Stuart Mill
waar isdat het product van den arbeid in omgekeerde reden
staat tot de hoeveelheid arbeid. Zeven a acht weken hebben
zij feitelijk een doorloopenden werktijd, met 14 a 16 uur arbeid
daags. Hij noemt dien arbeid onmenscheiijk en haalt beschrij
vingen aan, o. a. uit Het Nieuws v. d. Dag van 13 November.
Zij verdienen daarbij ten hoogste 6 en zijn zoo armdat ze
geen geneeskundige hulp kunnen betalen en vervuilen in hunne
armoedige woningen. Thans hebben zij eenige eischen gedaan
en daar die niet zijn ingewilligd, hebben ze het werk gestaakt.
De ondernemers zeggen dat hooger ioou te geven hun onmo
gelijk is. Maar bij vergelijking van de inkomsten der veenbazen
met die der veenarbeiders, blijkt het tegendeel. Yoor 1600
stuks of een roede zijn de kosten f 2.70, terwijl de verkoopprijs
is t 3.52. De veenbaas verdient alzoo 82 ct. per roede, 4 roeden
per dag verwerkendeverdient de graver 1.40de veenbaas
f 1.64 en deze kan verdienen f 98.40 per dag, zoodat t 0.10
verhooging voor de arbeiders best mogelijk is. Die toestand
werkt op alles terugdoch vooral op het onderwijs.
Het schoolverzuim is buitengewoon groot en zijdie den
mond vol hebben van volksonderwijs, mogen daarop wel letten.
Volkomen verklaarbaar is het, dat in eene dergelijke streek
werkstaking wordt beproefd. Of zou het wenschelijk"'zijndat
de zoogenaamde maatschappelijke orde tegen eiken prijs moest
gehandhaafd worden? Niet de arbeiders zijn de ordeverstoorders,
maar de veenbazen, die den arbeiders hun brood uit den mond
nemen en bloed doen kleven aan de turf, die onze leden ver
warmt. Toch worden overal militairen gezonden om de orde te
bewaren, o. a. in Gorredijk. De bevolking is daar niet op gesteld,
want de inkwartiering kost veel geld. Üf zou het alleen bijzondere
belangstelling zijn voor het district Scboterland Bovendien, de
militairen scheppen soms zelf wel eens onordelijkheid. Zij hebben
niets te doen en moesten zich evenals de rijksveldwachters van
drankgebruik onthouden. Het volk is in den regel gedwee
misschien al te gedwee en toch, als men zulke dingen ziet, dan
is het begrijpelijk als het volk optreedt. Lodewijk XV zeide
eens«Als ik onderdaan was, zou ik in opstand komen Het
volk is echter te uitgeput van den honger en heeft zijn energie
verloren (Sensatie.) Met een econoom zou hij zeggen, dat alleen
verbetering te vinden is in een aantasting van het bestaande
eigendomsrecht. Daarbij treedt hij in uitweidingen over het nut
van werkstakingen en zegt, dat de grootere pers gewoonlijk zwijgt.
De Voorzitter verzoekt hem, zich te bepalen tot de werk
stakingen in de veenkoloniën.
De heer Nieuwenhuis zegt, dat hij daarover in het
algemeen spreekt.
De V oorzitter herhaaltdat de werkstakingen van de
veenkoloniën aan de orde zijn. «Alzoo zult ge u tot dat onder
werp hebben te bepalen."
De heer N ieuwenhuis betoogt daarop dat in verband
met de werkstakingen staat het stelsel der gedwongen winkel
neringen het zoogenaamde drukstelseldoor Disraëli reeds
geschetst in een zijner romans. Hij wijst de misbruiken daarvan
aanwelke voortdurenzonder dat er iets aan gedaan wordt
Z. i. ligt het op den weg der regeering er tegen te voorzien.
De veenbazen-winkeliers verkoopen allerlei artikelen veel duur
der dan elders, en de arbeiders zijn gedwongen bij hen te
koopen. Wat t 2.Ü0 kost bij een veenbaas, kost elders Zl.50.
Hij stelde ten slotte den minister van justitie de vraag, of
deze genegen was ter dadeljjke voorziening in de schromelijke
misbruiken in de veenderijen binnen zeer korten tijd een ont
werp in te dienen, bepalende, dat 1". de loonen altijd betaald
moeten worden in algemeen gangbare mnnt2°. den arbeid-
gevers verboden wordt de arbeiders te verplichtenwaren te
koopen in door hen gedreven winkels.
De minister van justitie, die de schildering van den
toestand der werkstakers wel wat zwart gekleurd vond deelt
mede, dat de oorzaken der werkstakingen in dit jaar de lagere
loonen zijn, die zijn uitbetaald, lager dan ze toegezegd waren.
Die lage loonen zijn het gevolg van de algemeene malaise. De
voorraad turf van vorige jaren is nog groot.
Werkstakingen in de veenstreken komen periodiek voor.
Vroeger bepaalden zij zich tot zoo genaamde «bollenjagers",
thans hebben deze de goedgezinde turvers belet den arbeid
voort te zetten en hebben de turfmakers zich bij hen gevoegd.
Behalve de lage loonen hebben zich ook andere invloeden doen
gelden, waarover hij voorshands niet zal gewagen. Zeker had de
werkstaking dit jaar veel grootere uitbreiding, daar de bollen-
jagers stelselmatig de goedgezinde bevolking bedreigden, als zij
niet meededen. Het is te danken aan het onmiddellijk en
krachtig optreden der autoriteitendat de werkstakingen geen
grooter afmetingen genomen hebben en geen onheil plaats had.
de rust hersteld en de werkstaking tbans zoo goed als afge-
loopen is. De regeering keurt al hetgeen door de autoriteiten
gedaan is goed en neemt de volle verantwoordelijkheid op zich.
Zij brengt tevens hulde aan de autoriteitende burgerlijke
zoowel als de militairevoor het beleid en de tactvolle wijze
van uitvoering der besluiten. Het goedgezinde deel der be-
digd had, lag, bloedend nit eene diepe wonde in zijnen
rechterarm, in eenen stoel.
De abdis was in onmaeht gevallen. Krachwitz knielde
naast haar neder. Hij beproefde het schijnbaar leven-
looze lichaam op te richten, omdat hij vermoedde, dat
mevrouw von Beaubuisson in den strijd was gewond.
Maar stijf en onbewegelijk viel de magere gestalte in
zijne armen terug en de gebroken oogen staarden hem
zonder uitdrukking aan. De dood had mevrouw von
Beaubuisson midden in hare wraakoefening verrastze
was door eene beroerte getroffen.
„Wilt gij u door den vijand laten overrompelen?"
jonker von Krachwitz. „Wij moeteD onze biezen pak
ken want in dichte massa's rakken de Marnoten aan.
Die lui hebben zich laten wijsmaken dat wij hun land
verwoesten en hunne dorpen verbranden willen. Onze
lieden zijn verzameld in den kloosterhof, het is tijd om
op te breken
Krachwitz sprong op. Hij wierp eenen laatsten blik
op de moeder van haar, die eens in zijn jeugdig hart het
vuur der liefde had ontstokeD, daarop voigde hij Droste.
In het voorportaal, dat door eenen aan den wand beves
tigden pekf'akkel bloedrood verlicht werd stiet Droste
op eenen vluchtelingdie, met den mantel over het
gelaat getrokken, zich in eene vensternis had weten
te verbergen.
„Nog al een riep Droste lachend. „Kom maar
te voorschijn, mijn jongen, wij kunnen gijzelaars ge
bruiken al is bet maar om ze in te wisselen voor ge
vangen Corsikanen."
In eenen oogwenk was de mantel afgerukt.
„Don JcséWoedend liet Krachwitz zijne kling
door de lucht suizen. „Laffe schurk, ben je zoo bang
volking moet overtuigd zijn, steeds te kannen rekenen op het
openbaar gezag en de regeering zal steeds in gelijke gevallen
gelijkelijk doen handelen ter handhaving van recht en orde en
bescherming der vrijheid van arbeid (toejuichingen).
Wat de winkelneringen betrekt, erkent hijdat daarbij mis
bruiken bestaan en deelt medewat de rapporten daaromtrent
zeggen. Verandering is hoogst wenschelijk, maar hoogst moeie-
lijk. Zal de regeering tusschenbeide treden, dan zou een
onderzoek naar de toestanden der veenderijen een volstrekt
vereischte zijn. Kegeerings tusschenkomst is te moeielljker
omdat de contracten vrij moeten zijn. Na gewezen te hebben
op hetgeen in het buitenland gebeurt, verzekert hijdat eene
regeling der zaak werkelijk niet zoo eenvoudig is en gezette
voorbereiding eischt. Deze Kamer heeft een onderzoek aan
gevangen en daartoe behoorde ook de uitbetaling van de loonen
en de vrije beschikking der arbeiders over de loonen, juist omdat
de commissie wistdat iu enkele streken toestanden waren
die een onderzoek noodig maakten. Voor zoover de commissie
haar onderzoek beeindigde (te Tilburg en in Limburg) heeft
zij nergens gevonden een gedwongen winkelnering of uitbeta
ling in andere dan gangbare munt. De interpellant zeide geen
waarde te hechten aan plechtige verzekeringen, dus ook niet
van deze regeering. Zij hoopt echter weldra te zullen bewijzen,
dat het met de door haar gedane toezegging in de openingsrede
ernst ismaar men kan niet van haar vorderendat zij drie
weken na haar optreden een uitgewerkt plan voorlegt. Die eisch
is onmogelijk. Zq kan slechts zeggen dat zij haar aandacht
zal blijven schenken aan de door den interpellant aanbevolen
punten en ook te dien opzichte ernstig zal overwegen in hoeverre
en wanneer die punten voor wettelijke regeling vatbaar zijn.
De uitbetaling kan niet geregeld worden zonder vele uitzonde
ringen. Wat de winkelnering betreft, is er geen bezwaar tegen
een wettelijke regeling, mits ook geregeld worde het op cre-
diet verkoopen.
De heer van Houten, die de houding der regeering goed
keurde vroeg naar de bedoeling van de door den minister
gebruikte uitdrukking goedgezinde deel der bevolking en kwam
er tegen opdat de autoriteiten a priori de werkstakers als
rustverstoorders beschouwen.
De minister van justitie antwoordde, dat bij het
recht van ieder arbeider, om het werk te staken, erkende, maar
als hij verder gaat, gelijk is gebeurd, en anderen, die het werk
willen voortzettenbedreigtals zij niet gemeene zaak met
hem willen maken, dan noemt hij die werkstakers niet goed
gezind. De autoriteiten zijn beslist opgekomen tegen de be
lemmering om ongestoord te werken of het werk te hervatten.
De heer van der E e 11 z kwam tegen verschillende uit
drukkingen van den interpellant op en maakte onderscheidene
oedenkingen tegen zijne berekeningen met aanhalingen uit een
artikel in de Asser courant van een oud veenbaas. Hij vroeg,
of de interpellant dachtdat alle veenbazen schurken waren
en alle veenarbeiders engelen Wilde men de gedwongen
winkelnering afschaffen, het zou niet gaan bij de wet. Men
kan den winkelier niet verplichten contant te laten betalen.
Het eenige mogelijke is het volk wijzer te makenhet te
leeren zieh kalm te gedragenspaarzaam te zijnen als
dan apostelen het land doortrekken om het tot het goede aan
te sporenis daarvan meer te verwachten dan van het recht
vaardigen der werkstaking.
De heer O p p e d ij k komt tegen enkele voorstellingen van den
interpellant op en beroept zich op een stuk in het Handelsblad,
waarin gezegd wordt, dat alleen spaarzaamheid kan baten om de
veenarbeiders contant te doen betalen en hen dus vrij te maken.
Op zijn betoog uit den bijbel, dat de dienstknechten aan hunne
meesters onderdanig moeten zijnwees de heer Nieuwen
huis op de woorden uit denzelfden bijbel: gij zult den
dorschenden os met muilbanden. De heer Nieuwenhuis kwam
op tegen enkele besehouwingen van den heer van der Feltz. Hij
had niet over-, maar eer onderdreven. Het afwachten van een
onderzoek was onnoodighij vroeg slechts voorziening op een
bepaald punt Het doel zijner interpellatie was intusschen bereikt.
Daarmede was de interpellatie na dankzegging aan den
minister afgeloopen.
Een voorstel van de heeren de Beaufort, van der
Kaay, Verniers van der Loeff, de Savornin
Lohman, Schaepman en Schimmelpenninck
van der Oye van Nijenbeek, om een kort verslag van
de kamerzittingen te doen vervaardigen;
eene commissie te benoemen van vijf leden, die de ambtena
ren met het verslag belastbenoemen en voor de uitgave
van dat verslag de noodige maatregelen treffen zal
de huishoudelijke commissie uit te noodigen om zich met
deze commissie te willen beraden omtrent de veranderingen, die
de inrichting van de zaal der Tweede Kamer zal moeten on
dergaan
der regeering van deze besluiten kennis te geven en haar
uit te noodigen de voor deze zaak benoodigde gelden op de
begrooting te willen brengen;
werd naar de afdeelingen verzonden Een voorstel, om het
dadelijk na de beh indeling van het voorstel tot herziening van
het reglement van orde, te onderzoeken, werd op voorstel van
den heer vanKerkwijk verworpen met 49 tegen 14 stemmen.
Den heer Heldt werd verlof verleend, den 16 aan den mi
nister van marine inlichtingen te vragen over de door de re
geering genomeu maatregelenwaardoor vele vroegere vaste
werklieden aan 's rijks marinewerf thans weder als tijdelijke
werklieden in dienst zijn genomen.
voor de snede der dnitsche degens? Voor den duivel,
je bent ook niet waard, dat men het eerlijke staal met
je bloed bezoedelt! Neem dat als loon voor je gemeene
laaghartigheid te Genua
De jonker trad eene schrede achterwaarts, maar niet
het getrouwe zwaard suisde meer zijne vlakke hand viel
kle'send op de wang van den terugtuimeleaden el
lendeling.
Begunstigd door de duisternis trokken de Corsikanen
achter La Prnn terug, waar hun de bergeu vrijwaar
den voor onverwachte aanvallen.
In eene bergkloof achter La Pian betrok het kleine
gezelschap der onderhandelaars een klein bivouak.
De wachtvuren vlamden vroolijker op, dat wel paste
bij den zwaar bewoikteu hemel en achter de laurier
struiken strekten zich de meeste krijgers ter ruste uit.
Koning Theodoor die bij den strijd op San Agnese
licht aan het voorhoofd gewond was zat op een rots
blok naast het vuur. Kracbwitz die hij tot zich ge
roepen had stond met ernstig gelaat voor hem.
„Ik moet u nog om vergiffenis vragen, jonker, dat
ik u door mijne valsche verdenking beieedigd heb",
sprak Neuhoff op weeken toon. „Wanneer ik eene
belooning voor u wistzou ik u haar niet onthouden,
maar ik ben een arme koning van Corsika en kan niets
dan titels en orden verleenen en daarover zoudt gij
glimlachen. Trek in vrede terug naar uw tehuis, Krach
witz, en groet voor mij den Rijn en zijne groene oevers.
Tot Livorno zal ik u uitgeleide doen daar scheiden
zich onze wegen. Ik wil nog eens persoonlijk beproe
ven mij hulp te verschaffen in Italië, Turkije of Hol
land. Mislukt deze poging dan bescherme u God
mijn Corsika 1" Wordt vzrvolgd.