No. 86"\ Negentigste Jaargang. 4888
ZOWPAG 15 JULI. TTOTlHIEïDie: BLAD.
©fficissl (Ocfceclte,
BtüteuUuÖ.
SERVIE. Koningin Nathalie, die zich te Wies-
baden in Duitschland bevindt, en zooals men weet,
gescheiden van haren man leeftals gevolg van
hare voorliefde voor Ruslandterwijl de Koning
op de hand van Oostenrijk is, weigerde bisschop
Demetriusdie haar kwam spreken over een voorstel
des Konings, om aaD de Synode de beslissing over de
echtscheiding op te dragen en generaal Protics die
trachten zou haar goedschiks over te halen, den kroon
prins die by haar was geruimen tijd van het jaar te
laten doorbrengen bij den Koning te Belgrado, te ont
vangen. De Koning zette laatstgenoemden eisch echter
door en liet zijnen zoon opvorderen, waartegen zij zich
aanvankelijk verzette doch toen zy den 12 vernam
dat de president van politie hem den 13 zou komen
halen, zoo noodig met geweld, gaf zij hem den 13 aan
dien ambtenaar over.
öitmenl&ufe.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
ALKMAARSCHE €0ER ANT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR;
In ervaring gekomen, dat van tijd tot tijd aan bouw
plannen of werken uitvoering gegeven wordt, voordat de bij
de verordeningen voorgeschreven vergunningen van hen verkre
gen zijn
Noodigen de ingezetenen dringend in hun belang en ter voor
koming van onaangenaamheden uit: a. geene uitvoering te
geven aan bouwplannen of werken, voordat zij op de door hen in
te dienen verzoekschriften om vergunning eene gunstige be
schikking ontvangen hebben; b. die verzoekschriften tijdig en
niet op het laatste oogenblik in te dienen, opdat een behoorlijk
onderzoek naar het door hen gevraagde door den gemeente
architect mogelijk zij.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLA1NE PONT.
10 Juli 1888. De Secretaris,
NUHOUT YAN DER VEEN.
GEDIPLOMEERDE of GEADMITTEERDE VEEART-
SEN die in aanmerking willen komen voor de betrekking van
Keurmeester van vee te Alkmaar, op i 200 jaar
wedde uit de gemeentekas en op 150 toelage uit de provin
ciale fondsendoor den te benoemen keurmeester zeiven jaar
lijks aan Gedeputeerde Staten van Noordholland aan te vragen,
worden verzocht, zich bij gezegeld verzoekschrift en onder over-
1 egging hunner stukken te wenden tot het gemeentebestuur van
Alkmaar, vóór of op 28 Juli 1888.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de ingezetenen, dat de gemeente-rekening
dienst 1887met alle daarbij behoorende bescheiden den 11
dezer den gemeenteraad aangeboden, op de gemeente-secretarie
voor een ieder ter lezing nedergelegd en tegen betaling der
kosten in afschrift verkrijgbaar is.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT
14 Juli 1888. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Aan het Commissariaat van Politie zijn voor de recht
hebbenden terug te bekomeneen pak ondergoed; een blauw
koralen armbandje met kapittelstokje; eene portemonnaie, waarin
2.02; een zak zout; een rotting met berlijnzilveren knop; een
dominospel; een nickel horlogeketting; een bruine dameshand
schoen; een vierkant portemonnaietje; eene portemonnaie, waarin
eenig geld; een armbandje met rood steentje; een bloedkoralen
armbandje met gouden slotje; een meisjeshoed; een teekenpasser;
een gouden oorknopje met zwarte steen; een wit laken; een
hemd; een schuitje van eene naaimachine.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 2e helft der maand Juni 1888:
H. L. MuelinkAmsterdam; idem, idem; W. Holla, Haar
lem J. Bijpost, Harenkarspel; G. Groot, HarenkarspelOhr.
Cobelens, Monnikendam; H. Kooij, Schagen.
Van Heer Hugowaard:
IJkenAvenhorn.
Van Hoogwoud:
P. Ligtbart, Amsterdam.
Van Noordscharwoude:
J. Erix, Leiden.
Verzonden geweest naar Amerika.
Van Hoog wo u d
1). Beemster, ltoseland.
FRANKRIJK. De heer Alfred Koechlin bur-
gemeester van de rijkste en minst republikeinech ge
zinde wijk van Parijsbekend door de hartelijke toe
spraak door hem tot prinses Marie van Orleans gericht
bij gelegenheid van haar huwelijk met prins Waldemar
van Denemarken en daardoor bij de radicalen niet gezien,
is afgezet en vervangen door den radicalen advokaat
Beurdeleyomdat hij geweigerd had overeenkomstig
de bevelen van den gemeenteraad enkele instellingen
van weldadigheid aan den invloed der geestelijkheid
te onttrekken.
De zuster van den oud-president der republiek Grévy,
die sedert 30 jaren in een krankzinnigengesticht ver
pleegd werdis in den ouderdom van 72 jaren te
Parijs overleden.
In eene den 8 te Marseille gehouden bijeenkomst
tegen het gebruiken vau buitenlandsche werklieden
kregen de aanwezigen het bij de samenstelling van het
bureau zoo te kwaad met elkaardat de politie de zaul
moest ontruimen.
De Senaat heelt den 11 de legerwet in haar geheel
bij tweede lezing mee 184 tegen 88 stemmen goedgekeurd.
Den 13 is het gedenkteekeu voor Gainbetta te
Parijs onthuld. President Carnot werd door de menigte
met den kreetleve de Republiek begroet en (oen de
minister-president Floquet verscheen brak een storm
van toejuichingen los.
Den 12 lichtte de heer Laffon een voor
stel toe om onmiddellijk alle geestelijke ordeo op te
heffen en hunne bezittingen verbeurd te verklaren
en verlangde dat dit spoedeischend werd verklaard.
Dit voorstel werd ingediend naar aanleiding van schan
delijke zaken, voorgevallen in eene straf kolonie in
verband waarmede 15 broeders der orde vao den
H. Joseph in hechtenis waren genomen. Bisschop
Freppel bestreed hetmen moest de uitspraak des
rechters afwachten. Dit voorstel werd niet gedaan in
het belang der zedelijkheid maar uit godsdiensthaat.
Daarna voerde de minister-president Floquet het woord
ter bestrijding van het door bisschop Freppel aange
voerde. Hjj betoogdedat de regeering haren plicht
van voogdijschap had uitgeoefendtoen zij uit de
inrichtingen der Cisterciënser monniken in het depar
temer, t Cöte d'Or de jongelieden verwijderde, voor
wie zij verantwoordelijk was. Of den Cisterciërs het
recht tot het geven van ondorw.js zou wordon ontno
men, werd overwogen. Overigens verklaarde hij geen
bezwaar te hebben tegen de gevraagde spoedverklaring,
welke daarop met 264 tegen 219 stemmen werd
toegestaan.
Generaal Boulauger bood daarna een voorstel aan
waarvan de strekking wastot een ontbinding der
Kamer te geraken.
De voorzitter verzette zich tegen dit voorstelals
ongrondwettig.
Generaal Boulauger vroeg toch, dat zijn voorstel spoed
eischend werd verklaard. Hij was van meening, dat de
ontbinding door overwegingen van dringenden aard
werd voorgeschreven. Het land eischte nieuwe instel
lingen welke do republiek tegen de aanvallen harer
tegenstanders konden beveiligen. De Kamer kon niets
meer uitrichten en verviel in het niet. Hij stelde de
volgende motie voor „De Kamerovertuigd van de
noodzakelijkheid van nieuwe verkiezingen noodigt de
regeering uitden president Carnot te verzoeken van
zijn recht Lot ontbinding gebruik te maken." (Heftig
protest.)
De minister-presidont Floquet antwoordde dat de
heer Boulanger gewoon was met verrassingen voor den
dag te komen. De regeering had werkelijk het recht
om aan president Carnot de ontbinding te vragen, maar
zij was besloten, daartoe geen voorstel te doen. Overi
gens paste het allerminst aan hemdie nimmer de
zittingen bijwoonde, om den arbeid der Kamer te gispen.
Zich rechtstreeks tot Boulanger richtende voegde hij
hem nog toe: „De photographieën, die van u verspreid
worden, komen uit het hartje van Duitschland." (Deze
zinspeling doelde op een bericht, volgens hetwelk nieuwe
afbeeldingen van den generaal te Hamburg worden
vervaardigd.)
Generaal Boulanger vergeleek de rede van den
heer Floquet met die van een niet wèl opgevoeden
schoolmeester. ,.De heer Floquet", zeide hij, „is gewoon
slechts persoonlijke toespelingen te maken. Vier malen
heb ik liern reeds gezegd dat hij onbeschaamd celo
gen heeft."
De voorzitter nam uit deze woorden aanleiding om
de eensuur op dan generaal toe te passen die daarop
verklaarde zijn ontslag le nemen als afgevaardigde, om
dat hem de vrijheid van spreken ontnomen werd en
de zaal verliet.
In de „Salie des pas perdus" werd bij uitgefloten
en bij het verlaten van het paleis Bourbon werd hij
heen en weer gestooten en uitgejouwd.
Men schrijft hem het voornemen toe zich op nieuw
kandidaat voor de Kamer te stellen in het Noorden
in Ardêohe en in Dordogne.
Naar aanleiding van het in deze zitting voorgevallene
heeft den 12 een duel met den degen plaats ge
had tusschen Boulanger en Floquetwaarbij beiden
gewond werden, Eloquet had Boulanger uitgedaagd.
Bij den eersten uitval werd Boulanger Jicht aan het
been, Eicquet aan de rechterhand gewond. Bij den
tweeden uitval werd Floquet licht aan de linkerborst
geraakt, terwijl Boulauger eene wonde aan de keel
ontvingwelke eene bloedvloeiing veroorzaakte. Deze
wonde wordt als ernstig beschouwd.
VEREENxGDE STATEN. Een hevige brand
te Altena in den staat Michigan heeft 200 huizen vtsr-
nield waardoor 1300 personen zonder woninc zijn.
MEXICO. De beer Porfirio Diaz de aftredende
presidentis herkozen.
ZUID-AFRIKA. Den 11 des avonds is aan den
ingang der myu De Beers te Kimberley brand ontstaan,
terwijl 800 personen zich in de mijngangen bevonden.'
Tot den 13 des avonds waren 43 blanken en 400
inboorlingen gered.
EGYPTE. E n regiment engelsche troepen is uit
Cairo naar Zoeloeland vertrokkeu.
De minister van koloniën deelde den 12 vóór den
aanvang der aan de orde gestelde werkzaamheden omtrent de
gebeurtenissen in de residentie Bantam nog mededat uit het
spoeuig slaags raken der uitgezonden patrouille met de opstan
delingen, op 8 paal van Serang en 2% paal van Tjilsgon, blij
ken ,aii dat onverwijld en met spoed door den resident van
Bantam is gehandeld. Hoewel tiet te betreuren isdat zoowel
europeescbe als inlandsclie hoofden gevallen zijn, zoo is bet toch
geruststellend dat uit de gevallen slachtoffers kan worden afge
leid, dat de opstand niet uitsluitend gericht was tegen het
europeescbe gezag. Hoewel niets naders omtrent de aanleiding
van den opstand bekend is, zoo is toch gebleken, dat zij be
werkstelligd werd door eenige muitelingenwelke de gevangenis
te Ijilagon hebben geforceerd. De regeering bad den gouver
neur generaal nadere inlichtingen verzochtdoch geen ander
antwoord ontvangendan dat de oorzaak volkomen onbekend
was. Zij zou intusschen niet in gebreke blijven mededeelingen
omtrent den toestand openbaar te maken. Dat dit Maandag
avond niet in de Staatscourant geschieddevond zijne oorzaak
in bet te laat ontvangen van het telegram.
P? Voorzitter dankt den minister voor de gegeven toe
lichting. Daarna werden goedgekeurd
a. een wetsontwerp tot kwijtschelding van een deel van eene
den lande aankomende vordering
b. bekrachtiging van den onderbandscben verkoop van "rond
te Breda aan F. P. J. Klep aldaar;
c. bekrachtiging van den onderbandscben verkoop van grond
te r.nscbede aan de Gelderscb-Overijselscbe Lokaalspoorweg-
Maatschappij
d. eenige naturalisatiewetteu
e. onteigening ten behoeve van een spoorweg van Velsen naar
IJ muiden.
Bh dat tot wijziging van hoofdstuk V der staatsbegrooting voor
f887 vestigde de heer H e e m s k e r k'er de aandacht oji, dat bet
rijk aan de provinciale krankzinnigengestichten subsidie verleent
en niet aan de particuliere gestichten. Hij vraagt naar de oorzaak
daarvan.
De minister van binnenlandscbe zaken ant
woordde, dat de meest mogelijke onpartijdigheid in acht geno
men wordt. Daar waar in de jirovinciale gestichten ook arme
krankzinnigen worden verpleegd, is de regeering verplicht,
daarvoor subsidie te verleenen.
Het wetsontwerp wordt daarna zonder hoofdelijke stemming;
goedgekeurd.
^ptwetsontwerp verlenging van den diensttijd voor de
ingelijfden bij de militie te land dér lichting van 1883 en voor
ingelijfden bij de zeemilitie der lichting 1884 werd vervol-
gens in behandeling genomen.
De lieer S e ij f f a r d tdie de buitengewone omstandigheden
voor de indiening van dit ontwerp aanwezig achttevroeg
of wapenen, kleeding, munitie enz. voor de zesde lichting aan
wezig waren en zoo niet, of maatregelen genomen zouden
worden of reeds waren om daarin te voorzien. Van het ant
woord op die vraag was zijne stem afhankelijk. Overigens
meende hijdat de commissie voor de verdediging uit te veel
leden bestondom vlug te werken. De heer K e r d ij k had
met leedwezen van dit ontwerp kennis genomenvooral omdat
de regeering de ernstige bezwaren daartegen en de onbillijkheid
van deze dienstverlenging wegcijferde. Ook hij deelde
het bezwaar van den heer Seijffardt ten aanzien van de
commissie voor de verdedigingwaardoor de indiening
eener nieuwe militiewet vertraagd werd. Bevreemdend noemde
hij het dat de regeering eene commissie benoemde, om
haar de grondslagen aan te wijzen voor de herziening dier wet,
in plaats van te zeggendaar zijn de grondslagen, waarop de
regeering bouwen wilgeef ons de bouwstoffen ter voltooiing.
Zou op de houding der regeering in deze zaak invloed uitoe
fenen de verzekeringdat deze minister van oorlog (naar
men zegt) een beslist voorstander van den persoonlijken dienst
plicht is P Zou zij in dien geest eene herziening der militiewet
willen indienen P Zij zou het land daardoor zeker een grooten
dienst bewijzen.
De heer Van Baar beschouwt dit ontwerp als eene strikte
noodwet en verklaart zich een volbloed tegenstander van den
persoonlijken dienstplicht. Herziening der militiewet in dien geest
zou hij afkeuren en hij zal daartegen zoo lang mogelijk strijden.
De heer Van der F e 11 z had ook liever geziendat de
regeering het initiatief had genomen tot regeling der grond
slagen van den dienst voor 's lands verdegiging. Hij heeft
bovendien een bezwaar tegen dit ontwerp in beginsel nl., dat hij
de buitengewone omstandigheden thans niet meer aanwezig acht.
De heer R e u t h e r komt op tegen het gezegde van den
da' bij aanneming van dit wetsontwerp eene
onbillijkheid wordt begaan. Ook aeht hij afschaffing der plaats
vervanging volstrekt geen eisch van rechtvaardigheid. Hij hoopt
en vertrouwtdat de regeering aan hare belofte zal voldoen
om, zoodra de omstandigheden het veroorloven, den verlengden
diensttijd te doen eindigen.
De heer van Houten ziet in de instelling der staats
commissie voor de verdediging een bewijs van staatkundige
werkeloosheid dezer regeering, welk gevoelen door hem breed
voerig toegelicht wordt. Hij zal tegen dit wetsontwerp stemmen,
omdat de buitengewone omstandigheden, die in Mei bestonden,
thans met meer bestaan.
De heer Brouwers, den persoonlijken dienstplicht bespre
kende merkt op, dat, bij afschaffing der plaatsvervan
ging, de dienstplicht toch voor het grootste gedeelte op de
nnndergegoeden zou blijven drukkenals vertegenwoordigende
net grootste gedeelte van het volk. Afschaffing der plaatsver
vanging acht hij dus niet in het belang van dat deel van het
volk, waaruit voor het grootste gedeelte ons leger bestaat.
De heer 8 e r e t acht de benoeming der staatscommissie zeer
nuttig. De eerste aandrang tot hare instelling is bovendien
uitgegaan van een lid der linkerzijde.
i j1661 B o o s e h o o m wil dit laatste niet ontkennen, maar
mj had toch iets anders aanbevolen dan deze staatscommissie,
vv are die commissie volgens zijne bedoeling in de winter
maanden benoemd dan had zij nu reeds een groot deel van
hare taak gereed kunnen hebben. Hij zal voor dit ontwerp
stemmen, omdat hij in de niet wijziging der militiewet eene
buitengewone omstandigheid ziet.
De minister van binnenlandsche zaken achtte
dit wetsontwerp nog noodzakelijk met het oog op de staatkun
dige omstandigheden, bestreed de bewering.dat er onbillijkheid
gepleegd werd en verdedigde de benoeming der staatscommissie,
wier voorlichting noodig was en die zoo spoedig mogelijk hare
taak zou aanvaarden.
De beraadslaging werd daarna tot den 13 geschorst. In
middels werd nog besloten, het hankoctrooi den 17 te behandelen
en met 41 tegen 13 stemmen een nader adres van den heer
Sol ter inzage te leggen in het vertrouwen, dat de minister
van koloniën zelf zal handelen. De heer van K e r k w lj k had
verzending naar den minister van koloniën om inlichtingen
voorgesteld, welk voorstel bestreden was door den heerSohaepmau.
Den 13 werd het wetsontwerp tot verlenging van den dienst
tijd aangenomen met 66 tegen 13 stemmen van de heeren van
Houten, van Kerkwijk, Zijlkerde Beaufort, Dijckmeester
Hartogh, Borgesius, Lieftiuck, Heldt, Schepel, van der Feltz',
van Delden en van der Loeff.
De m i n i s t e r van oorlog beantwoordde de vragen van
den heer öejjllardt bijna geheel bevestigend; alleen de equipe-
mentstukken vcreischten voorziening. Hij verdedigde verder het
wetsontwerp en de benoeming der staatscommissie, al had hij