TATJANA No. 146*. Negentigste Jaargang. 1888. KAASMARKT de Graan- en Zaadmarkt ZONDAG 2 DECEMBER. TWEEDE BLAD. VOOR DE BEIDE DEELEN TE ZAAIEN! TE ALKMAAR Prijs der gewone Advertentiën: Wij stellen voor onze lezers verkrijgbaar een boeienden roman in twee deelen getiteld door Joseph Lnbomirski. Verbaal uit de russische ambtenaars wereld. :i contant zestig1 cents, Naar bniten tegen inzending van een postwissel vijfenzeventig cents. De oplage is beperkt. De ondergeteekenden verbinden zich dus slechts, te leveren tot zoover de voorraad strekt. DE UITGEVERS. <8>ffict«sl (Befceclte. steeds zullen doorgaan en niet meer zullen stilstaan tusscisen Kersttijd en Februarizooals vroeger bet ge val Is geweest. Het nieuwe wetsontwerp tot het tegengaan van overmatigen arbeid. ftaitcniAub. ALMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Baterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het gebeele Rijk f 1, De 3 nummers f- 0.06. Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HEEMs. COS- TEE ZOON. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR herinneren belanghebbendendat krach tens raadsbesluit van 1 Eebruari 1888 de EN Burgemeester en Wethouders voornoemd, A. MACLAINE PONT. De Secretaris NUHOUT YAN DER VEEN. Alkmaar, 30 November 1888. (s I. O T.) Een verbetering van de bestaande wetdoor de ondervinding aan de hand gedaan door de enqcête- r.ommissie aanbevolen en ook reeds door vroegere regeeringen in haar ontwerpen opgenomenbestaat hierin, dat niet meer het in dienst nemen of in dienst heiben van een kind beneden de twaalf jaren verboden is, maar het doen verrichten van arbeid door een kind van dien leeftijd. Het zal niet meer bewezen behoeven te worden dat er dienstbetrekking bestond tusschen den persoon die wegens overtreding der wet te recht staat eu het kind maar het zal voldoende zijn dat hij het kind arbeid doet verrichten onverschillig of hij dat kind in zijn dienst heeftof hij loon betaalt of nietof het werk wordt gedaan op zijn last als vader of voogd. Naar dat alles zal geen onderzoek behoeven te worden ingesteld. Wij hebben reeds geziendat de Regeering den veldarbeid geheel wil vrijlaten. Evenzeer wil zij vrij laten alle werkzaamheden die in een huishouding of stalling plegen verricht te worden en niet in betrek king staan tot eenig bedrijf. Zelfs zullen deze werk zaamheden vrij blijven, ook al worden zij verricht in of voor een bedrijf, indien het kind dat ze verricht inwoont bij hem tot wiens bedrijf zij behooren en het werk geschiedt buiten fabrieken of werkplaatsen. Een paar voorbeelden tot toelichting van deze be palingen die nog al ingewikkeld schijnenkunnen hier niet ondienstig zijn. In een huishouden of een stal worden allerlei kleine werkzaamheden gedaan, die geheel afgescheiden zijn van eenig ambacht of bedrijf. Die werkzaamheden mogen ook door kinderen beneden de twaalf jaren worden verricht. Bordenschotels en vaatwerk omwasschen, een paard in- of uitspannen is geen arbeid die onder de wet valtmaar als het vaatwerk van een melkerij wordt omgewasschenof een paard wordt in of uitgespannen bij een stal houder zou men kunnen zeggendat dit werk behoort tot het beroep van den melkverkooper of den stalhouder en dus wel onder de wet valt. Om deze moeilijkbeden te voorkomen en daarbij niet in te grijpen in de vrijheid van het huiselijk leven wil de Éegeering te recht ook dat werk vrij laten als het kind het verricht buiten de fabriek of werkplaats en bet behoort tot het bedrijf van hem bij wien het kind inwoont. In de fabriek of de werkplaats van zijn vader zal dus de knaap beueden de twaalf jaren nooit mogen medewerken; maar het elfjarig zoontje van den melk verkooper zal vrij mogen helpen aan het omwasschen van het vaatwerk, en evenzoo het elfjarig zoontje van van den stalhouder aau het uit- of inspannen van paarden. Volgens de bestaande wet van 1874 zijn in de eerste plaats wegens hare overtreding straibaar de hoofden of bestuurders der ondernemingen waarin of waarbij het kind in dienst wordt bevonden. Alleen wanneer blijkt, dat het kind buiten hun weten in dienst is genomen en zij bewijzen dat zij de overtreding der wet hebben doen ophouden zoodra zij er kennis van bekomen hebben, blijven de hoofden of bestuurders vrij en wordt de persoon aansprakelijk gesteld die het kind in dienst heeft genomen. Nu gebeurde het inderdaad niet zelden, dat het kind beneden de twaalf jaren in dienst was genomen door een opzichter of een knechtzonder dat het hoofd of de bestuurder van de fabriek of handelszaak er iets van wist en dat deze er onmiddellijk een eind aan maakte zoodra hij het ontdekte; in dat geval moest de persoon worden opgezochtdie het kind in dienst had genomen en die was niet altijd gemakkelijk te vinden. Althans het wettig bewijs kon in sommige gevallen niet ge leverd worden. De enquête-commissie heeft er daarom niet zonder grond op aangedrongen dat deze bepalingen zouden worden veranderd. Zij weuschte ze geheel te doen vervallen en de Minister is van hetzelfde ge voelen, evenais zijn voorganger de heer du Tour. De algemeene regelen van het strafrecht zullen dus ook hier moeten gelden. Men zal moeten onderzoeken wie het kind laat arbeiden, hetzij zelf of door tus- schenkomst van een ander. Hij wordt gestraft, even als ieder die door misbruik van gezag (men denke san ouders en voogden) door giften of beloften, door geweld, bedreiging of misleiding (b. v. door het ver- toonen van de geboorteakte van een broertje of vriendje boven de twaalf jaren) bewerkt heeft dat het kind aan den arbeid is gezet. Daarop is zeker niets aan te merken. Maar wel mag gevraagd worden of het voldoende is om eene behoorlijke naleving van de wet te verzekeren. Als men het kind aan den arbeid vindt en de persoon, die het heeft doen arbeiden niet zelf gelieft te bekennen, zal het niet altijd even ge makkelijk zijn tegen den schuldige een voldoend wettig bewijs te leveren. Wij zouden daarom meenen, dat het niet te ver gaat ook den fabrikantden koopman en den ambachtsman aansprakelijk te stellen voor de overtredingen der wet iu zijn fabriek zijn winkel of zijn werkplaats. Men mag van hem vorderen: dat hij daarop toeziet en de noodige maatregelen neemt om overtredingen der wet tegen te gaan wij zouden hem echter niet van alle aansprakelijkheid willen ontheffenindien bleek dat de overtreding buiten zijn weten heeft plaats gehad. Ons komt het voor, dat dit geen voldoende reden van ver schooning is. Is buiten zijn weten in zijn fabriek winkel of werkplaats de wet overtredendan is hij schuldig door gebrek aan voorzorg. Na het twaalfde jaar houdt het algemeen verbod van arbeid opmaar daarom wil de Regeering nog niet alle soorten van arbeid aan jeugdige personen vrijlaten. Moeten nu in de wet al die soorten van arbeid worden opgenoemd P Dat is inderdaad niet te doen. Er zouden daartoe afzonderlijke wetten omtrent allerlei soorten van fabriekswerk en anderen arbeid noodig zijn. Wil men dat nietdan schiet er niets anders over dan aan de Regeering over te laten bij algemeenen maatregel van bestuurwaarover dus ook de Raad van State wordt gehoord te verbieden be paalde soorten van arbeid te doen verrichten door jeugdige personenof althans hen alleen onder zekere voorwaarden en met inachtneming van sommige voor schriften tot dien arbeid toe te laten. De Minister heeft dezen weg gekozen. De arbeid van kinderen tusschen de 12 en 16 jaren zal volgens het wetsont werp aan dit toezicht der Regeering worden onder worpen en het verbod of de voorwaardelijke toelating tot den arbeid zal door haar om geene andere redenen mogen worden uitgevaardigd dan op grond dat die soorten van arbeid door de stoffen die verwerkt wor den of door de wijze van bewerking gevaar opleveren voer het leven of de gezondheid der kinderen. On tegenzeggelijk wordt hier aan de Regeering een groote bevoegdheid gegevenmaar men bedenkedat de vrijheid regel is en en er voor elke soort van arbeid, dien de Regeering meent voor kinderen beneden de 16 jaren niet geheel vrij te kunnen laten een be paald verbod of een voorschriftYan zekere voorwaarden en voorzorgsmaatregelen noodig is. Nu is het in ons land niet te verwachten, dat de Regeering te ver zal ingrijpen. Kamers van Koophandel en Nijverheid en deskundigen zullen haar voorlichten. De openbare meening zal zich doen gelden, en de Staten-Generaal kunnen opkomen tegen een ongerechtvaardigd verbod of een noodeloos of willekeurig voorschrift. Mochten er te groote bezwaren tegen een regeling op dezen voet bestaan er is voor de nijverheid tijd en gelegenheid om ze te doen kennen. Er zullen zeker weken en maanden verloopen eer het ontwerp in behandeling komt. Men late dien tijd niet voorbij gaan zonder te wijzen op de bezwaren die men er tegen meent te moeten aanvoerenen de fouten en gebreken die men gelooft er in ontdekt te hebben. Men wachte daarmee niet, totdat de wet is aangeno men en afgekondigd, maar late zijn oordeel gaan over de bepalingen waarop wij gewezen hebben en over eenige andere die wij nog kortelijk zullen vermelden. In fabrieken en werkplaatsen zal men den arbeid van een vrouw en in het algemeen zal men den ar beid van een persoon beneden de 18 jaren niet vroeger mogen doen aanvangen of later doen eindigen dan van 1 April tot 30 September 's morgens te 5 en 's avonds te 7 uren en ip den overigen tijd van het jaar 's morgens en 's avonds te 7 uren. Van dit verbod zal echterwat de mannen betreftbij alge meenen maatregel van bestuur vrijstelling kunnen worden gegeven onder zulke voorwaarden als noodig geoordeeld zal worden. Omtrent vrouwen, van welken leeftijd ook, en personen beneden de 18 jaren is voorts nog bepaald, dat zij dagelijks rustt.jden moeten hebben vau een gezamenlijken duur van twee uren waarvan voor- en namiddags telkens één van ten minste een kwartier en 's middags één van ten minste een uur. Gedurende den rusttijd des middags mogen zij niet op de plaats van het werk blijven. Met andere woorden zij moeten thuis gaan eten. Al aanstonds mag gevraagdis dan een rusttijd van een uur wel overal lang genoeg Niet ieder arbeider woont dicht bij de fabriek of de werkplaats. En als nu de man eens op het werk verkiest te blijven, moet dan de vronw ook al heeft zij geen kinderen, thuis of in een kosthuis gaan eten De meeste fabrieksar beidsters zijn nog jong en ongehuwd. Is men er zeker van, dat zij 's middags thuis verwacht worden en ook werkelijk naar huis gaan Heeft men die zekerheid ook omtrent de jongens van 12 tot 18 jaren? Is het noodig voor te schrijvenhoe laat vrouwen en knapen 's zomers en 's winters moeten beginnen en eindigen Kan zulk een voorschrift niet noodeloos den gang van het werk belemmeren, eu is het daarom niet voldoende te bepalen, dat zij dagelijks niet langer zullen mogen werken dan 12, 13 of 14 uren, ver minderd met de voorgeschreven rusttijden Op den arbeid aan boord van vaartuigen voor het schippers- en zeevisschersbedrijf zijn deze bepalingen terecht niet toepasselijk verklaard. Zondags zullen vrouwen en personen beneden de 18 jaren niet mogen werken in fabrieken en werk plaatsen. Waarom juist niet in fabrieken en werk plaatsen en b. v. wel in winkels en aan het bouwen van een huis Zonderling is daarenboven deze speciale zondagsrust voor vrouwen en jongelieden. Yoor Israë lieten zal vrijstelling kunnen worden gegeven. Eindelijk wordt nog verboden, vrouwen in fabrieken en werkplaatsen te laten arbeiden binnen vier weken na haar bevalling en wordt voorgeschreven, dat men, om arbeid te laten verrichten door personen beneden de 18 jaren in het bezit moet zijn van kaarten met opgave van namen dag en plaats van geboorte enz. door den burgemeester af te geven en dat in de fabrieken en werkplaatsen lijsten moeten hangen van de namen der vrouwen en personen beneden de 18 jaren die er werken met vermelding van den tijd waarop het werk begint en eindigt, en van de rusttijden. BELGIE. In Henegouwen hebben de mijnwerkers het werk gestaakt, o. a. alleen te Bascoup meer dan 3000. Te Charleroi is de werkstaking reeds geëindigd. DENEMARKEN. Alle leden der rechterzijde in den Rijksdag hebben eene verklaring ingediend, waarin zij opkomen tegen de rede van den president van het Eolkething, die den 14 verklaard had, dat de Ryksdag den Koning bij de herdenking zijner 25jarige troons bestijging niet wilde geluk wenschen. U ,s 'a a l a a e r r g a k k t a i. d k i s e e P e 0 t e a t t, 1" Q it ir e n t, It e e el

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1888 | | pagina 5