No. 22.
Een en Negentigste Jaargang.
1889.
WOENSDAG
20 FEBRUARI.
Knoeierij met boter en kaas.
AGSCHEPOETSTER
■■■ilia
Prijs der gewone Advertentiëni(
©fliciëel (öebeelte.
H. SCHOBERT.
AIKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag-en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door
het geheele rijk f 1,
De 3 nummers f 0,06.
R. IA V
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HEEM». COS-
TEE ZOON.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 2e helft der maand Januari 1889.
Pietje PotharstJ. MamanAmsterdam; Mej. C. Baas,
's GravenhageJ. Brands Groningen; C. Brouwer, Hilversum;
Wed. Cremer, Rotterdam.
Van Heer Hugowaard:
Wed. C. Haar, Hoogwoud.
G. BenedenHaringhuizen.
Van O bda m
Verschraagen'b Gravenhage.
Van Schoorldam:
Wed. Visser, Amsterdam.
Briefkaart:
D. Berkhoudt, Amsterdam.
Brieven:
Verzonden geweest naar Amerika:
L. J. Haarmans, East Cambridge, P. Kokkes,
Duitschland:
Mej. B. Prox
Het is een algemeen bekend feitdat onze Hol-
ïuidsche en Friesche boter reeds sedert een aantal
jtren haar goeden naam en daarmee natuurlijk ook
htar hooge prijzen op de buitenlandsche markten heeft
veiloren. Inzonderheid heeft de Deensche boter de
onae verdrongen niet alleen op de Londensche markt,
maor ook in onze eigene Oost-Indische bezittingen
wordt zij als deugdelijker, smakelijker en duurzamer,
boven de onze gesteld en boven de onze betaald.
.Niet ten onrechte, want het moet erkend worden zij
sie beter
Gelukkig hebben wij ook reeds sedert geruimen
füjjd begrepen, dat dit zoo niet kan blijven en ook
uoo niet behoeft te hlijveu. Onze weilanden doen voor
i lie van Denemarken waarlijk niet onderons vee is
v uitmuntende hoedanigheid maar onze be-
n iding is niet zoo goed als die van de Deensche
bc tfeerbereiders. Wij zijn verstandig genoeg om ook
dit laatste te erkennen. Er werd in den laatsten tijd
niet overal aan de boterbereiding de nauwlettende
zor^ besteeddie zij nu eenmaal eischt. Nu er op
dit gebrek werd gewezen, nu er herhaaldelijk de aan-
dach t op werd gevestigd, is er zelfs reeds vooruitgang
te b espeuren. Waar het eigenbelang in zoo hooge
mate ibij de zaak betrekken iskon men wel niet
anders verwachten. Maar daarmee zijn wij nog niet
waar wij wezen moeten; onze manier van bereiden
BOOE
37)
Toen men op Warnitz aangekomen en de familie
spoedig daarop gescheiden was, had Gert zich fluitend
naar zyne kamer begeven, om den dag met een laatste
sigaar te beslniten. Daar werd zijn kamerdeur geopend
en trad Scheven binnen.
„Hè?" vroeg Gert onduidelijk, want de sigaar vatte
juist vuur eu nam voorloopig al zijn aandacht nog in
beslag.
KoDta liep kalm tot aan de canapéging op de
leuning zitten, strekte zijne beenen vooruit en zag zijn
vriend zwijgend aan.
„Kunt gij ook nog niet slapen vroeg Gert niets
vermoedend. „Jajaoude jongen de wijn was ver
duiveld zwaar 1 Zoo iets kan zich ook slechts zoo'n
kleine koning veroorloven. Was het er niet kranig,
daar op Gusserow Waarachtig ik ben niet jaloersch,
maar
Scheven fronste de wenkbrauwen. „Ik kwam hier, om
je iets anders te vertellen, dat van wat meer belang is 1"
„Ah Gert nam de sigaar uit zijn mond; hij gevoelde
zich plotseling niets op zijn gemak.
„Je kunt mij feleeiteeren
De huzaar slaakte een diepen zucht eu liepzonder
iets te zeggen naar het vensterde tegenstrijdigete
gevoelens verontrustten hem.
„Is dat al je belangstelling vroeg Scheven geraakt.
„Neenzeker nietIk nu jahet doet my aan
den eenen kant veel genoegeD; 't is mij een steen van
het hart en aan den anderen kant Eonta, beste
jongenhoudt je ook een beetje van haar
Scheven maakte een beweging van ongeduld. „Laat
die sentimentaliteit maar varen", zei hij toornig, „die
staat je vrij belachelijk. De hoofdzaakdunkt my is
alleen, dat wij het eens zijn, je zuster eu ik."
„Hebt gij misschien ook gezinspeeld op je schulden
schijnt voor boter die naar buiten 's lauds wordt uit
gevoerd ook naar warme landen en naar Indiëdie
dus lang bewaard moet kunnen worden, niet zoo goed
als de nieuwere wijze van boterbereidingdie men
in sommige andere landen vclgt. Welnu wij willen
leeren. Onze boeren zijn niet onwillig of eigenwijs.
Landbouwmaatschappijen en vereenigingen tot bevor
dering van landbouwbedrijf of veeteelt hebben de be
hoefte aan onderzoek en voorlichting van deskundigen
erkender is een Eijkslandbouwcommissie opgericht
die reeds een aantal verslagen heeft uitgebrachten
deze verslagen zijn nietals zoo vele omtrent andere
onderwerpen, ter nadere overweging, bij gelegener tijd,
ter zijde gelegdmaar hebben binnen voorbeeldeloos
korten tijd tot daden geleid. Er zullen proefstations
worden opgericht ten behoeve van akkerbouw en vee
teelt waar de grondsoorten en de voor de verschil
lende soorten van grond meest geschikte mestspeciën
onderzochtwaar alle soorten van veevoeder gekeurd
zulleu kunnen worden ten aanzien van haren invloed
op de eigenschappen en de hoeveelheid van de melk.
Duitschland bezit 60 zulke proefstationsFrankrijk
40, Italië 16, Belgie 7 of 8; wij zullen er althans
weldra drie hebben behalve het reeds bestaande aan
de rijks-landbouwschool te Wagemngen,
Vakscholen voor den landbouw heeft de LandboHW-
commissie aanbevolen en ook aan dezen wensch is
reeds gevolg gegeven. Gelden tot ondersteuning voor
de oprichting van een school voor den boschbouw en
twee scholen voor de zuivelbereiding zijn beschikbaar
gesteld. Eenvoudige praktische inrichtingen zullen
het zijnwaar men zal kunnen zien werken en leeren
werken waar opmerkzaam gemaakt zal worden op
allerlei zaken schijnbare kleinigheden somtijds, maar
die niet veronachtzaamd kunnen worden zonder zeer
nadeelige gevolgen waar gewezen zal worden op de
oorzaken vau een uitmuntend of een onvoldoend pro-
dukt, waar men nieuwe werktuigen en nieuwe wijzen
vau behandeling zal zien en leeren toepassen.
Maar nog op een andere oorzaak van de prijsver
mindering van onze boter is door de Landbouwcom-
missie de aandacht gevestigdtrouwens reeds vroeger
was meer dan eens op dit kwaad gewezenhet zijn
de knoeierijen in den boterhandelhet bedrog in de
hoedanigheid van de waar. Voor eenige jaren is men
begonnen onze boter te vermengen met water zout
meelstroopsuiker en reuzelen ze daarna als
beste HollandscheDelftsche of Friesche boter aan
„Stellig! Ik heb iets gezegd van domme streken."
„Houdt zij veel van je?"
Scheven trommelde met zijn hak op den grond.
„Houd nu maar met die gekheid opik dacht dat
wij wel wat beters te doen hadden."
„Het hindert mij geweldigKcnfca."
„Je hebt anders alle reden om in je nopjes te zijn
want jij vaart ei* het best bij. Maar zeg eens, weet
je precieshoeveel je zuster bezit
„Neenprecies nietpapa meentminstens een ton
of drie." Scheven was van de leuning op de zitting
der sofa gesledenhij opende zijn notitieboekje en
bracht het potlood aan de lippen.
„Ik zal eens een overzicht van mijne schulden maken.
Aan Meijer aan Levi aan Isenburg aan Trei-
tel den paardensmid den kleermaker
Hm alles by elkander zoo wat vijftigduizend gulden.
Hoeveel heeft zy je vader gegeven
„Ongeveer betzelfde bedrag
„Nu jij 1 Nu, wjj zullen elkander niet veel ontloopen,
hè Dat zal nog eene mooie geschiedenis worden als
wij afrekenen."
Gert beet zich op de lippen het ergerde en griefde
hem geweldigdat zijn vriend het geheel als een han
delszaak behandelde. Als hy slechts een enkel vrien
delijk waardeerend woord voor Willy had gehad dan
zou het hem niet zoo tegen de borst stuiten. Maar
blijkbaar dacht Scheven daar in de verste verte niet aan.
Waarom zou hij zich ook voor zijn besten vriend en
helper geneerec Hij stond op en rekte zich uit. „Goeden
nachtGertHet was vandaag een warme dagWat
een slapelooze nachten en bittere tranen zal mijn ver
loving aan vele schoone oogen bezorgen Je zuster is
overigens van het soortdat minstens tweemaal .zeven
jaar om zich laat vrijen precies als Bachel Jacob
was de naam van den schapekop, juistEn jij
hebt geen enkel woord van erkentelijkheid voor mij
voegde hij er vragend bij en bemerkte nu eerst hoe
zijn vriend hardnekkig bleef zwijgen.
Gert stond met zijn rug naar de kamerdeurzijne
sigaar lag op de vensterbank hij keek strak voor zich
uit in den zoelen zomernacht. Boven op de vorst van
de schuur wandelde eea katje het poetste zich zette
een hoogen rug en miauwde zachtjes. Hij volgde met
aandacht de bevallige bewegingen van het dier en
de Londensche markt te brengen. Onze eigen boeren
en onze eigen boterhandelaars hebben daardoor den
goeden naam van ons prodnkt bedorven. Toen de
kunstboter was uitgevonden en in den handel gebracht,
liet men spoedig deze primitieve knoeierijen varen
en bepaalde men zich eenvoudig tot den verkoop van
kunstboter voor natuurboter en vermenging van natuur
boter met kunstboter. Tegen dit bedrog wenscht de
Landbouwcommissie een afzonderlijke wetdie, naast
de algemeene bepalingen onzer strafwet op bedrog en
vervalsching van eetwaren het kwaad zal keeren
inzonderheid door het zooveel mogelijk te voorkomen;
ook aan dat verlangen heeft de Regeering getracht
te voldoen door de indiening van een wetsontwerp',
waarvan het voorloopig onderzoek door de Tweede
Kamer reeds heeft plaats gehad.
Volgens dat wetsontwerp zal loter mogen heeten
het vetartikel waarin geen andere bestanddeelen van
vet voorkomen dan die van melk afkomstig zijn.
Wat aan die bepaling niet voldoet, zal in een open
bare verkoopplaats of op een openbare marktplaats
niet anders ten verkoop voorhanden mogen zijn dan
op de verpakking of op de waar zelve gemerkt met
het woord margarine in duidelijke letters. Voor den
uitvoer en den verkoop van onze boter op de vreemde
markten, althans op die van Engeland Frankrijk en
Duitschlandzijn wettelijke bepalingen van dezen
aard van geen belang meer. Daar te lande bestaan reeds
wetten van gelijken aard, die beletten dat kunstboter
voor natuurboter of onder een anderen naam dan mar-
garine wordt verkocht; maar voor onze binnenlandsche
markten en vooral voor onze winkelnering kan een wet
als thans door de Regeering is voorgesteld van groot nut
zijn tot wering van alle bedrog. Verder mag zij ook niet
gaan, want, gelijk de Regeering te recht opmerkt,
heeft goede kunstboterhetzij onvermengdhetzij
vermengd met roomboter, voor de volksvoeding een
betrekkelijk groote waarde. De wet mag das geen
bedekte bescherming inhouden van de natuurboter of
den verkoop van kunstboter benadeeleu. In dien zin
licht ook de Hegeering haar ontwerp toe. Toch is
er bij het voorloopig onderzoek door de Tweede Kamer
en in verschillende dagbladen op gewezendat het
wetsontwerp aan die eischen niet geheel voldoeten
die bedenkingen koinen ons gegrond voor.
In de eerste plaats zou de wet de vroegere knoeie
rijen door vermenging van natuurboter met water
zout, meel, stroop of suiker, ongestraft laten en ze
dacht dacht zeer slecht over zich en zijn vriend.
„Ik geef er den duivel van", zei bij en keerde zioh
barsch om. „Ik kan nietKonta. Ik Ik
„Zoo? Ik wist niet dat je zoo'n zeldzaam fijngevoe-
lend hart hadtNu, je zult je wel spoedig over die
dwaasheid heenzettenals eerst je schulden maar eens
betaald zijn", merkte de andere spottend op.
De huzaar liep naar de tafelopende haastig zijn
brieventasch, nam er het bewuste bewijs uit en vouwde
dit langzaam open.
„Kent gij dit papier nog
„Of ik het ken 1"
Zwijgend scheurde Gert het in twee stukkenj, hield
ze boven de lamp en liet het papier langzaam verkolen.
Toen hy de lichte, zwevende, zwarte asch op den grond
wierp veegde hij zich krachtig de vingers af.
„Ziezoo 1 Dat is ten minste de wereld uit", zei hij
diep ademhalend. „Het heeft altijd gebrand in myn zak 1
Ik ben God weet niet voor koppelaar, in de wieg
gelegd, Konta. Wil myn zwager mij vrijwillig iets geven,
waarom zou ik het niet aannemen maar betaling 1 be
taling 1" Hij huiverde. „Goddank, dat ik die nachtmerrie
kwijt ben. En nu wensch ik je van harte geluk, beste
jongen. Willy is goed zielsgoed en jij hebt haar toch
een weinig lief, niet waar?" Hij zag hem onderzoekend
iu het gelaat„je zult haar teu minste niet verwaar-
loozen", besloot bij moedeloos.
Scheven draaide zich ongeduldig om. „Als meu
jou hoort, zou men gelooven, dat je je zuster iu
de kaken van den Moloch wierpt. Wel te ruBten en
zet morgen ter eere van de heugelijke gebeurtenis een
ander gezicht."
Gert bleef alleen. Hij kon den ganschen nacht den
slaap niet vatten. „Die vervloekte zware wijn'', zei hij
woedend. Maar niet de wijn had de schuld het was
de lastige stem in zijn binnenste die fluisterde
„Mag je dit laten begaan Mag je dulden, dat Willy
om uwentwille wordt opgeofferd Gelukkig wordt zij
niet aan Schevens zijde, al mag zij nu ook gelooven,
dat zy hem liefheeftdat weet je maar ai te goed en
jou plicht is het haar te waarschuwen."
Hy wierp de dekens van zich af en sprong op. „Het
is hier onuitstaanbaar warm", mompelde hij ongeduldig.
„Ja daar komt het van 1 Ik ben een gek
Wordt vervolgd