No. 34.
Een en Negentigste Jaargang. 1889.
WOENSDAG
HERZIENING HER PROVINCIALE
KIESDISTRICTEN.
FBUIT ,T bETQ3V,
ASSCHEPOETSTER
20 M A A R T.
Prijs der gewone Advertentiën:
QDfficitel (Bebeeltt,
COURANT.
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERM». COS-
TER ZOON.
ALKMAARSCHE
Deze Conrant wordt Dinsdag-, Donderdag-en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele rijk f 1,—.
De 3 nummers f 0,06.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 2e helft der maand Februari 1889.
Wed. R. Kuijpers, Amsterdam; J. Coule Hagen, Winschoten;
mej. J. de Jong,?.
Van Noordscharwoude:
Jansen, Haarlem.
Van Petten:
SpoorwachterVelsen.
Briefkaarten: G. Kist,
Brieven: Verzonden geweest naar
I n d i eMevr. G. J. Schutte, Probolingo.
Reeds in het jaar 1886 heeft de heer Roëll in de
Tweede Kamer gewezen op de groote wanverhouding
die allengs is ontstaan zoowel tusschen het aantal
leden van de Staten der verschillende provinciën en
het aantal inwoners dier provinciën als tusschen het
aantal inwoners van de verschillende kiesdistricten in
dezelfde provincie en het aantal leden der Provinciale
Staten die in elk kiesdistrict worden gekozen. Bij het
onderzoek der Staatsbegrooting voor 1888 werd evenzoo
de aandacht der Regeering op dit punt gevestigd
maar zonder veel gevolg, want de toenmalige Minister
van Binnenlaudsche Zaken oordeelde de zaak niet van
dringenden aard. Bij de behandeling der Staatsbe
grooting voor 1889 kwam men in het Voorloopig
Verslag op dit onderwerp terug, men vroeg, hoe de
tegenwoordige Minister er over dacht en mocht hij
van de noodzakelijkheid eener verbetering van de ver
houding tusschen de bevolking der kiesdistricten en
het aantal leden van de Provinciale Staten, die er
gekozen worden, overtuigd zijn, of dan nog vóór de
verkiezingen van Mei 1889 in dien toestand veran
dering zou zijn aan te brengen. Het antwoord op
deze vragen was kort en duidelijk; het luidde «Eeue
wijziging van de tabelgevoegd bij de wet van 5
November 1852 (Staatsblad No. 197) wordt door den
ondergeteekende noodig geacht. Het is hem niet
mogelijk reeds nu te bepalen, wanneer een daartoe
strekkend ontwerp van wet zal kunnen worden in
gediend."
Ook in de openbare vergadering der Tweede Kamer
werd dit onderwerp ter sprake gebracht bij de be
handeling van de Staatsbegrooting voor het departe
ment van Binnenlaudsche Zaken. De heer Vermeulen
sprak er over in de vergadering van 12 December 11.
Hij verheugde zich over de verklaring van den Mi
nister dat hij herziening noodig acht van de tabel
waarin worden aangewezen de kiesdistricten waarin
elke provincie voor de verkiezing van de leden
der Provinciale Staten wordt verdeeld en het ge
tal der in elk district te kiezen leden. Hij her
innerde dat die tabel dagteekent van 1852 en
sinds dat jaar onveranderd is gebleven ofschoon
de bevolking in de onderscheidene deelen des lands
zeer ongelijkmatig is toegenomen. In het district
Maastricht wordt één lid van de Provinciale Staten
gekozen op de 5000 inwonersin het district Breda
één op de 7000 in het district den Helder één op
de 10000, in het district Rotterdam één op de 16000,
en in het district Nieuwer-Amstel één op de 19000
inwoners. «Doch er is meer!" zeide de heer Ver
meulen en het scheen weldat hetgeen nu volgde
door hem als de hoofdzaak werd beschouwd«legt
men nu de kaartwaarop de kiesdistricten voor de
Tweede Kameren een waarop die voor de Provin
ciale Staten zijn aangewezennaast elkanderdan
ziet men de zonderlingste afwijkingen. Dat de gren
zen van beiderlei soort van districten niet geheel
dezelfde kunnen zijnvolgt reeds hieruitdat hun
getal verschillend is (84 voor de Tweede Kamer en
100 voor de Provinciale Staten.) Doch het verschil,
hetwelk men thans waarneemtis zóó groot, dat men
zou meenen dat de wetgever het expresselijk er op
had toegelegd, de kiezers anders in te deelen voor
verkiezingen van de Tweede Kamer, anders voor die
der Provinciale Staten. Nu behoef ik er wel niet op
te wijzen hoe ongewenscht zulk een toestand moet
genoemd worden." En hij drong er ernstig op aan,
zoo spoedig mogelijk tot een herziening van de pro
vinciale districten over te gaan en ze zooveel mogelijk
gelijk te maken aan de districten voor de verkiezing
van de led^n der Tweede Kamer.
Ons verbaast wel eenigszins dat vreemde opzien
van den heer Vermeulen bij den aanblik van die twee
kaartenwant inderdaad vinden wij het verschil zeer
natuurlijk. De verdeeling van de provinciën in kies
districten is geschied in 1852 met het oog op de
verkiezing van de leden der Provinciale Statende
verdeeling van het geheele land in kiesdistricten is
35 jaren later geschied bij de Grondwetsherziening
in 1887 met het oog op de verkiezing van de leden
der Tweede Kamer. De kiesdistricten voor de Pro
vinciale Staten moesten natuurlijk voor elke provincie in
het bijzonder worden aangewezen, terwijl bij de verdee
ling van het land in kiesdistricten voor de Tweede Kamer
op de grenzen der provinciën niet kon en niet moest
worden gelet. Sinds 1852 zijn de kiesdistricten voor de
Provinciale Staten onveranderd gebleven, en toen nu in
1887 het geheele land, behalve vijf groote gemeenten,
in enkelvoudige kiesdistricten voor de verkiezing van
100 leden der Tweede Kamer moest worden verdeeld
en wel zooveel mogelijk in verhouding tot de bevol
king, was het toch ten eenen male onmogelijk, daarbij
te letten op de kiesdistricten voor de leden der Pro-
DOOB
H. SCHOBERT.
48)
Hij had het portret weer opgehangen, zich omgekeerd
en wendde zich nu tot Willy, die met de hand onder
het hoofd weder op haar oude plaats zat. Nauwelijks
raakten zijn zorgvuldig onderhouden handen haar schedel
even aan of zjj week snel terug. De president deed
alsof h\j het niet bemerktenam weer op den stoel
plaats, waarvoor het glas wijn stond, dat nog voortdu-
rend stond te dampen.
„Nu wij beiden wat kalmer geworden zijn", begon
Broek, na een tijdlang gezwegen te hebben, op zachten
toon, terwijl hij zoo nn en dan een snellen blik op zijn
dochter wierp, die zwijgend tegenover hem zat, „wil ik
ook mijn plicht doen en je uitleggen, hoe alles gekomen
is. Luister je, Willy?"
Zij knikte onbewust, terwijl de vingers van den pre
sident zenuwachtig naar het wapeu grependat nog
altijd op de tafel lag.
„Je ziet de zaken hoogstwaarschijnlijk donkerder in,
dan noodig is, Willy, alleen voor het oogenblik is er
reden voor bezorgdheid en is spoedige krachtdadige
hulp noodig. Ik boop binnen zeer korten tijd de hy
potheken wêer te kunnen aflossen; ook je overige geld
zal niet verloren gaan de bank zal zich zonder twijfel
staande houden; ik blijf op mijn post; de zaak is maar,
dat ik morgen op de beurs deu storm het hoofd kan bie
den. Morgen aan den dag draag ik Knauer op, de noodige
maatregelen te nemen. Je zult verbaasd staan, hoe
spoedig wij alles weer te boven zijn eu ons over de
angst van dit uur vroolyk zulleu kunnen maken. Maar
dat neemt niet weg, dat ik je zeer erkentelijk ben."
Hij stak zijn dochter de hand toezij legde werk
tuigelijk de hare er in daarbij viel haar oog op het
pistool en zij huiverde. De president zag het.
„Ja, kind", vervolgde hij met een zweem van zjjn
oude bonhomie, „zoo'n ding, hoe klein en nietig ook,
is toeh ten slotte het zekerste middel om zich van
alle zorgen te ontheffen. Eén druk eu er deert je
niets meer."
Willy zag haar vader aan, zonder een woord te
spreken. Een geheele wereld van vragen lag er in baar
blik. Dus eeu man die zijn familie tot deu bedelslat
had gebracht, wist geen beter middel, dan zich vau het
leven te berooveu eu zijne familie niet .alleen iu zorg
achter te iateu, maar daarbij voor baar nog de smart over
den doode voegen. Die kogel zou dus een voldoende boe*
tedoening zijn voor zooveel lichtzinnigheid Het was
in haar oog een misdaad een laagheid en toeh
ais zij zich voorsteldedat baar vader daar nn kon
liggen bloedend en stervendalleen omdat zij wei
gerde, haar geld te geven
Een ijskoude rilling voer haar door de leden en toch
had zij een gevoelalsof haar groot onrecht was aan
gedaan en maar al te duidelijk stond haar tante Mal-
wine's voorspelling voor den geest.
De president had het glas naar zich toegetrokken en
drons met smaak van den warmen wijn. Voor het
tegenwoordige was alle ongerustheid van hem geweken;
waarom zich dau nu uiet te versterken na de bange
kwellende dagen eu uren. Hij was alleen bevreesd, dat
Willy verder naar Scheven zou informeeren en daar hij
er voor het oogenblik niet op gesteld was, in pijnlijke
discussies te tredensprak hij onophoudelijk over zijn
toekomstige verwachtingen en plannen geheel weder
de oude.
Willy bleef onbewegelijk en zwijgend zitteneen
vinciale Statenwaarbij die verhouding juist werd
gemist.
Intusschen schijnt het betoog van den heer Ver
meulen op den Miuister van Binnenlandsche Zaken
grooten indruk te hebben gemaakt, ofschoon hij bij
zijn antwoord in de Tweede Kamer opmerkte, dat
het verschil in de verhouding der bevolking van de
kiesdistricten, ook iu dezelfde provincie, tot het getal
der te kiezen leden reeds bij de vaststelling der dis
tricten in 1852 bestond; de wanverhouding was alleen
grooter geworden. «Door het grooter getal kiezers"
voegde hij er bij «wordt het verschil ook veel
merkbaarder." Het zal wel aan ons liggen maar
dit begrijpen wij niet. Het aantal kiezers staat
toch volstrekt niet in verhouding tot het cijfer der
bevolking; en hoe nn de wanverhouding tusschen
de bevolking van een kiesdistrict en het getal
leden van de Provinciale Staten, die er in gekozen
worden grooter kan worden door het toenemen van
het getal kiezers in het districtwil ons maar
niet duidelijk worden. Toch beweerde de Minister
dat nu het aantal kiezers zooveel grooter is geworden,
ook het oogenblik gekomen is om de bestaande wan
verhouding te doen ophouden. En nu volgt er iets
zeer merkwaardigs les beaux esprits se rencontrent
«Wanneer de geachte afgevaardigde1' zeide de
Minister «gesproken heeft om de tegenwoordige
indeeling van de kiesdistricten voor de Tweede Kamer
ook zooveel mogelijk aan te nemen voor de verkiezing
van leden van de Provinciale Staten, dan kan ik hem
verzekeren dat ik mij juist in den laatsten tijd heb
bezig gehouden met de vraag, of op die wijze de zaak
niet tot een goed einde kan gebracht worden."
Het is later gebleken dat de Minister er toe ge
komen is de door hem gestelde vraag toestemmend
te beantwoordenover de verdeeling der provinciën
iu kiesdistricten en de bepaling van het getal der in
elk district te kiezen leden moeten de Provinciale
Staten worden gehoord; en ter voldoening aan dit
voorschrift van art. 4 der Provinciale Wetheeft de
Minister aan de Staten der verschillende Provinciën
een ontwerp van verdeeling in kiesdistricten toege
zonden waarin inderdaad de kiesdistricten voor de
leden der Tweede Kamer, met splitsing van de vijf
nog overgeblevene groote gemeenten in enkelvoudige
kiesdistrictenworden aangenomen als kiesdistricten
voor de Provinciale Statenbehoudens alleen die
wijzigingen welke de grenzen der provinciën noodza
kelijk maken, en tevens een geringe verandering wordt
gebracht in het getal der leden.
Van de Staten van alle provinciën is het oordeel
over dit ontwerp reeds bekend of kan het met tamelijk
groote zekerheid worden voorspeld. Slechts uit drie
provinciën, Limburg, Noord-Braband eu Utrecht is
steeoen beeld gelijk. Zij hoorde nauwelijks wat haar
vader zeide. Hare gedachten bleven onafgebroken bezig,
terwijl zij uiterlijk de kalmte zelf was. Ten eerste
Scheven. Wat de president van hem had gezegd, be
vestigde maar al te zeer een vermoeden, dat haar in deu
laatsten tijd telkens bekropen had. Zij wilde het echter
nooit onder woorden brengen - zij wilde niet - ook
nu niet, die vernedering zou al te smartelijk ziju. Zij
bad haar woord gegeven eu was bereid het te boudeu,
als er geeu andere invloeden van buiten kwamen die
haar er van ontsloegen zonder dat zij het behoefde
te breken.
Wenschte zij het inderdaad Wie weetHet juiste
antwoord op die vraag vond zij zelve nietmaar dit
gevoelde zij duidelijk, dat Scheven en zij het leven zeer
verschillend opvatteu en dat de een nooit ten volle den
ander tot zijne denkbeelden zou kunnen overhalen. En
nu het landgoed het landgoed De bezitting, die haar
zoo lief was en die zij altijd zoo in eere gehouden bad.
Zy moest haar zoo hoog mogelijk bezwaren Eén enkel
ongeluk, eeu mislukte oogst, ziekte onder het vee
eu de vrucht vau jarenlangen arbeid, vau hetgeen met
zooveel voorliefde was tot staud gebracht, was verloren
eu kwam in andere baudeu zij bad geen tehuis
meer 1 Wat zouden baar grootouders wel zeggen als
zij nog kouden spreken 1
Bijna angstig gleed haar blik over de beide ouder-
wetsche portretten in olieverf, die aan den wand hingen;
maar zij zagen er bij het flauwe licht zoo nietig eu
onbeduidend uit, dat Willy haar oogen nedersloeg.
Wat gevoelde zij zich toch vreeselijk eenzaam Niemand
om haar te raden of te helpenTante Malwine mocht
niet eens weten wat er gebeurd waszij gevoelde dat
sij hare verwijten niet zou kunnen verdragen
„Ik denkdat wij eerstdaags ook hunue verloving
kunnen bekend makeu", zeide de presideut terwijl hij
de laatste droppels uit het glas drouk „dat juist ver
hinderde mij