Toestand des Konings. &tab0~S$eri$ht£a. Het Witte Kruis. meente-gasfabriekalhier, was als volgt: aan J. H. Hoos Zn., te Leiden p. m. 20000 mudden engelscbe Hoimside gaskolen a ets. per mud, Vervolg vau den Gemeenteraad van Alkmaar van 3 April. Tot waarnemend hoofd der openbare school te Schoorldamgem. Warmenhnizenis benoemd de heer C. de Geus, onderwijzer aldaar. Den 7, 'a namiddags te 3 uur, werd te Schagen, in de zaal van den beer C. Kos Pr. de eerste alge- meene vergadering gehouden van de Centrale Kies- vereeniging in het hoofdkiesdistriot Schagen, ter verkiezing van leden voor de provinciale staten. In eene, een half uur bevorens gehouden, vergadering had bet bestuur zich geconstitueerd. De beer J. Breebaart Kz. te Winkel, treedt op als voorzitter, de heer 8. Kramer, te Koedijk, als onder voorzitter, de beer van Calcar, te Scbagerbrug, als secretaris, de heer van Kluijve, te Schagen, als tweede secretaris en de heer van Twuijver, te Zuidscharwoude als penningmeester. De voorzitter deelde iu de aigemeene vergadering mede, dat tot de Centrale waren toegetreden de Kies verenigingen te Anna Paulowna, Winkel, Schagen, Zjjpe, Petten en Zuid-Zype, Langcdijk en St. Pankras, en Koedijk met p. m. 500 leden. Aan de orde werd gesteld bet bespreken van candidaten voor de verkiezing op 14 Mei a.s. van twee leden voor de provinciale staten voor het hoofdkiesdistrict Schagen in p'aats der aftredende leden, do heeren A. J. Kaan, te Wieringer- waard en jhr. mr. D. van Foreest, te Anna Paulowna. Bij het bestuur waren ingekomen van de afdwalingen de volgende candidaten A. J. Kaan altredend lid, Th. J. Waller, te Anna Paulowna, jbr. mr. D. van Foreest, aftredend lid, G. Nobel, te Zijpe, A. Vonk, te Schoorldam en C. Swager, te Heer Hugowaard. De heer Vonk had bij schrijven doen weten, dat hij ditmaal niet in aanmerking wenscbte te komen. De andere heeren werden achtereenvolgens be?proken en van wege de afdeeliugen, die hen hadden voorgesteld, met warmte verdedigd. Blijkens de statuten konden ook, staande de verga dering, candidaten worden voorgedragen, indien minstens door 10 stemgerechtigde leden die candidatuur werd gesteund. Door den heer J. Kroon, van Zuidscharwoude werd nu als candidaat voorgesteld de beer L. vau de Vijzel, te St. Pankras, wiens candidatuur genoegzame ondersteuning vond om besproken te worden. De heer van de Vijzel, ter vergadering aanwezig, verklaarde in geen geval eene candidatuur te zullen aanvaarden. Daarna werd door den heer Reede van Zuidscharwoude, en 10 anderen de heer dr. ten Bosch, van Zuidscharwoude, aanbevolen. Ook deze verklaarde, thans niet in aanmerking te willen komeu. De kiesvereenigingen die bij de Centrale zjjn aan gesloten, zullen dus eerstdaags moeten vergaderen, om uit de 5 voorgestelde heeren: Kaan, v. Foreest, Waller, Nobel en Swager een tweetal candidaten te kiezen. Op 18 April e.k. vergadert het bestuur weder te Schagen, om den uitslag der verschillende stemmingen op te nemen, en zoo door geen of door slechts één der vjf ge noemde heeren volstrekte meerderheid van stemmen is verkregen tot herstemming in de afdeelingen te doen overgaan. Aan het postkantoor WinkGl en de daaronder ressorteerende hulpkantoren werd gedurende de maand Maart in de Rijkspostspaarbank ingelegd f 1151.75, terugbetaald f 880.94, Het laatste door dat kantoor uitgegeven boekje draBgt het nummer 147. Te Rotterdam en te Amsterdam zijn valsche bankbiljetten van vijf en twintig gu'den in omloop ge bracht. Een der kenmerken isdat het onderschrift betreffende straf voor den namaker niet uit letters maar uit stippen bestaat. Den 17 wordt di jaar de eerste kaasmarkt te Enkhuizen gehouden. De op den 6 bepaalde opstijging van den heer Grais met de ballon parachute te Amsterdam welke door onvoorziene omstandigheden niet kon doorgaan is thans bepaald op den 13, te half 4, op het sport terrein. Den 8 was de heer A. Kramer te Amsterdam voor 53000 van 9 inschrijvers de laagste voor het onderhoud gedurende 1889 vau de sluis- en waterwer ken, scbeepvaartinrichtingen enz., door het gemeentebe stuur aldaar aanbesteed. De West-iudische Maildienst keert over 1888 5 pet. dividend uit. Het hoofdbestuur van het Nederl. Rundveestam boek beeft aan den minister van binnenlandscbe zaken verzocht, een streng toezicht te doen houden op ver schillende binnenlandsche veemarkten en eene zoo streng mogelijke keuring ta doen plaats hebben van het naar Engeland te vervoeren vee. Gedurende enkele dagen zijn in het park in de Plantage te Amsterdam te zien 22 voor de tentoon stelling te Parijs bestemde negers en eene verzameling ethnologische voorwerpen. Aan den heer F. H. Gagnebinoudsten predikant bij de waalscbe gemeente te Amsterdam, is om ge zondheidsredenen met 1 Juli a.s. emeritaat verleend* De emigratie op bet eiland Texel begint in den laatsten tijd aanmerkelijk te verlevendigen. In het laatst van Maart en de eerste week van April vertrokken in het geheel 30 personen naar Amerikadie gedeeltelijk met de „Obdam"gedeeltelijk met de „P. Caland" zijn vervoerd. Het officieele bericht van den 7 luidtIn de laatste dagen beeft de toestand geene verandering on dergaan. Door de Gezondheidscommissie, hier ter Btede, worden pogingen aangewend tot hst in het leven roepen alhier van eene afdeeling der Noordbollandsohe Yereeniging „Het Witte Kruis", die wij gaarne zooveel mogelijk zullen steunen. In een volgend nummer komen wij uitvoeriger terug op de desbetreffende circulairediemede door regenten van het gasthuis onderteekend, aan de inge zetenen zal worden rondgezonden. De afloop der den 28 gehouden aanbesteding voor de benoodigde kolen 1889/90tea dienste der ge- franco voor den wal der fabriek geleverd aan Hoor- renstein Mijnssen te Amsterdam, p.m. 1150000 ponden (ned. gewicht) duitsche Almoo gaskolen a 80.10 per wagen van 10000 ponden H. J. Vonk Zn te Alkmaar, voor proef, 100000 ponden duitsche Dalbusch gaikolen a f 79.50, per 10000 pondeu, alles franco op de lijn voor de fabriek. In 1871 werd door wijlen den heer Jan Frederik Hintzen, alhier het denkbeeld geopperd, om een ge sticht voor r. c. oude armen op te richten. Die goede gedachte werd den 9 bekroond door het leggen der grondslagen van een doelmatig gebouw dat aan het Verdronkeuoord alhier verrijzen zal. De eerste steen werd gelegd door de eenig overgebleven dochter des ontwerpers, mevrouw M. D. KamphuijsHintzen, bijge staan door haren kleinzoon Jan Frederik. De presided der Pius-Stiehting herdacht in treffende woorden den edelen grondlegger en bracht hulde aan allen, die het hunne tot het voorloopig welslagen bijbrachten. 32, Nader rapport van burg. en weth. in zake hun voorstel tot stichting eener tweede openbare school voor onvermogenden. Bij dat rapport wordt op den voorgrond gesteld, dat de speciale raadscommissie toestemt, dat de gemeente maatregelen moet nemen om te voorzien in het gebrek aan ruimte voor het aantal schoolgaande kinderen. Zij meent, dat dit kan geschieden door vergrooting der tusschenscholenburg. en weth. daaren tegen door de stichting van genoemde school. Bit gevoelen berust bij dat college op de volgende gronden. In de laatste jaren zijn burg. en weth., uitgaande van het door de commissie ook voorgestane beginsel, dat het eergevoel bij de ouders en bij de kinderen, bij deze reeds van der jeugd af, gekweekt en levendig moet worden gehoudenzeer streng geweest in het toelaten van kinderen tot de school voor onvermogenden. Ieder, van wien zij zeker wisten, dat hij een vast inkomen van t 10 per week bezat, zooals agenten van politie, bewaarders in het Rijks opvoedingsgesticht, meesterknechts enz. werd op zijn verzoek om toelating zijner kinderen tot die school ten ant woord gegevendat daaraan niet kon worden voldaan en dat zijne kinderen de openbare tusschenschool moesten bezoeken. Daarom was bet schoolgeld op die school zoo laag gesteld. Dit geschiedde zelfs met personen, die groote gezinnen hadden. Voorbeelden van personen met 6 en 5 kinderen worden aan gehaald. Die strenge toepassing van dat overigens zeer juiste beginsel heeft dan ook aanleiding gegevendat herhaaldelijk kinderen van de tusschenscholen verwijderd moesten worden wegens niet voldoening van het schoolgeld. In 1888 klom dat aantal zelfs tot het cijfer van 30, zooals blijkt uit eenen alleen voor de leden overgelegden staat. Nu lijdt het geen twijfel, of bij den achteruitgang der arbeidende klasse zijn toch nog op de tusschenscholen verscheidene leerlingen, wier ouders niet in staat kunnen worden geacht het zeer matige schoolgeld van 5.20 per kind te betalen en voor welke kinderen langzamer hand tot de school voor onvermogenden toelating gevraagd zal wordenvooral ook rekening houdende met het feitdat die ingezetenenvolgens de onlangs vastgestelde verordening tot heffing eener plaatselijke directe belasting, in de termen vallen in die belasting te worden aangeslagen. De commissie verwacht vermindering van het aantal kinderen voor laatstgenoemde school van de uitbreiding der R. K. jon gensscholen en van eene eventueele uitbreiding der evangelische school. Burg. en weth. gelooven, dat die vermindering eer te wachten is op de tusschenscholen. Vooreerst wordt niet de r. k. armenschool uitgebreid, maar wel de school, bezocht door kinderen uit die klassen der maatschappij, welke de tusschen school bezoekenwanneer zij aan het openbaar onderwijs de voorkeur geven. Mocht de evangelische of christelijk-nationale school uitgebreid wordendan zal de invloed daarvan zich evenzeer veel meer doen gevoelen op de tusschenscholen, dan op de school voor onvermogenden. Men stelle zich overigens van die vermindering niet zulke groote gevolgen voor. Uit de bij schrijven van 24 October verstrekte opgaven blijkt reeds, hoe weinig katholieke kinderen de openbare scholen meer bezoeken en dat dit aantal niet veel verminderen zal, durven burg. en weth. gerust verklaren, op grond hunner ondervinding. Die onder vinding heeft toch geleerd, dat er altijd katholieke ouders zullen gevonden wordendie1°. om welke reden ookde voorkeur geven aan openbaar boven bijzonder onderwijs2°. uit ontevredenheid over het bijzonder onderwijsde kinderen weder naar de openbare school zenden3°' aan de openbare school de voorkeur schenkenomdat deze dichter bij hunne woning gelegen is. Bij die kinderen moeten nog gevoegd worden zij, die van de bijzondere school van tijd tot tijd ver wijderd wordenhetzij wegens wangedraghetzij wegens ach terlijkheid en geringe vorderingen. Maren op 1 Januari 1888 2119 kinderen tusschen 6 en 12 jaren in onze gemeente, op 1 Januari 1889 was dat cijfer ge klommen tot 2149. De in October op grond van de toenmalige gegevens gemaakte berekening, dat met 1 Mei 1889 574 kin deren op de openbare school voor onvermogenden geplaatst zullen moeten wordenzal meer dan waarschijnlijk nog te gunstig geweest zijn. Het bouwen van 2 lokalen bij deze school zou met het oog op dat aantal kinderenafgescheiden van andere bezwaren, dus nooit een afdoende maatregel genoemd kunnen worden. Bij toeneming der bevolking zou men over 2 jaren weder voor hetzelfde vraagstuk geplaatst zijnterwijl de commissie ook niet gelet schijnt te hebben op de bij art. 24 der wet op het lager onderwijs gemaakte bepaling dat op geene school meer dan 600 kinderen gelijktijdig toegelaten mogen worden, tenzij daartoe door den Koning om bijzondere redenen vergunning wordt verleend. Die bijzondere redenen zouden voor deze gemeente niet gemakkelijk te vinden zijn. Tegen het bouwen dier twee lokalen bestaat nog een ander bezwaar. De honderd kinderen, die mét 1 Mei a.s. geplaatst zullen moeten worden, zijn niet allen van denzelfden leeftijd en van dezelfde bekwaamheid, maar moeten over alle klassen ver deeld worden. Waren zij allen van denzelfden leeftijd en van dezelfde bekwaamheid men had slechts eene parallelklasse te maken. Thans zal hare indeeling in vier klassen moeten ge schieden, daar voor de twee hoogste klassen zich in den regel slechts een paar aanmelden. Dit kan niet anders dan aanleiding tot moeielijkheden in de toepassing geven. Wat de tusschenscholen betreft, uit het medegedeelde blijkt reeds, dat vermindering, vrij zeker geene noemenswaardige ver meerdering van bet aantal leerlingen verwacht wordt. Doch aannemende voor een oogenblikdat de laagste klassenwaar de" overbevolking alleen bestaat, iets talrijker mochten worden, dan zou zeer goed in gebruik genomen kunnen worden het lokaaldat thans nog gebruikt wordt voor de voorbereidings klasse tot de Rijksnormaallessen en met 1 April 1890 in ieder geval vrij komt. Men zon eene parallelklasse aldaar kunnen vestigen. Alleen zou een onderwijzer of eene onderwijzeres aangesteld moeten worden. En mocht na verloop van tijd ver grooting der tusschenscholen noodzakelijk wordendan kan verdere vergrooting der 2e tusschenschool, ook der le tot het Doelenhek, zeer gemakkelijk plaats hebben. Aanneming van het voorstel der commissie, om nog twee lokalen bij de 2e tusschenschool te bouwen, zou op het oogen blik niet voorzien in de behoefte aan meer ruimte op de school voor onvermogenden en dus geeue dringend noodzakelijke uitgaaf zijn. Bijbouw van twee lokalen aan de openbare school voor onvermogenden zal mizschien als tijdelijke maatregel dienst kunnen doendoch verdient overigens wegens de totale mis vorming van het gebouw en ook in het belang van het geven van goed onderwijs geene aanbeveling. De bouw eener tweede school voor onvermogenden is naar de overtuiging van burg. en weth. het eenige afdoende middel, dat ook werkelijk in het gelde- ljjk belang der gemeente zal zijn. Burg. en weth. stemmen toe, dat de 6 lokalen der nieuwe school niet dadelijk in gebruik zullen behoeven te worden genomen en dat voorloopig met vier lokalen zal kannen worden volstaandoch de overweging dat het bouwen der zes lokalen in een3 goedkooper kan gesohieden da n nu vier en later tweedat nu 30 pet. van de kosten voor rekening van het Rijk komt, terwijl die 30 pot. meer dan waarschijnlijk later niet genoten zal worden van de alsdan te bouwen 2 lokalendat het voor de soliditeit van het gebouw veel beter is wanneer alles tegelijk gebouwd wordthebben geleid tot het indienen van het voorsteldat onveranderd ge handhaafd wordt. Ten slotte wijzen zij op één motief, dat ten voordeele van het bouwen eener school voor onvermogenden pleit, wanneer de overige gegevens gelijk staan De téaus bestaande school voor onvermogenden moge gunstig gelegen zijn voor de be woners van Kennemer- en Geesterhout, voor de bewoners van den Omval en het Zeglis en Voormeer is die ligging minder gunstig. Het terrein aan de Oudegraeht zou voor die kinderen veel beter gelegen zijn. Aan dat bezwaar wordt dan tevens te gemoet gekomenen wordt den ouderszooals die aan den Omval, die op herstel der school aldaar hebben aangedrongen, en anderen, die geen prijs stellen hunne kinderen het onderwijs te laten genieten en voor reden opgevendat de school zoo ver gelegen is van hunne woning, de mond gesnoerd. Eindelijk merken zij nog op, dat volgens de commissie één hoofdonderwijzer kan worden gemist, hetwelk eene bezuiniging van f 1200 tractement en t 400 schadeloosstelling wegens huishuur zon geven. Van dit bedrag ad t 1600 vergoedt het Rijk 30 pet., zoodat ten laste van de gemeente komt 1120, een bedrag van geen beteekenis, om daardoor de inrichting van het openbaar onderwijs in de gemeente te bederven. Bij dat rapport is een schrijven van de plaatselijke oommissie van toezicht op het lager onderwijs gevoegd, welke commissie op de haar gedane vraag, aan welk plan zij de voorkeur blijft geven, aan dat van burg. en weth. of aan dat van de speciale commissie, antwoordtdat de kennisneming van het rapport der commissie haar niet van gevoelen heeft deen veranderen en dat zij niet alleen aan het voorstel van burg. en weth. de voorkeur geeft, maar aanneming daarvan zelfs ook op zich zelf wenschelijk acht. Deelende de door burg. en weth. aangevoerde motieven, merkt zij nog opdat vergrooting der tusschenscholen, zooals de commissie wenscht, natuurlijk gepaard zou moeten gaan met overplaatsing van kinderen, die thans kosteloos onderwijs genie ten, naar de tusschenscholen, waar zij moeten betalen. Hoezeer zij beaamt de juistheid van de overweging der commissie dat het eergevoel van ouders en kinderen moet opgewekt worden zoo komt het haar voor, dat uit het meegedeelde cijfer van 30 kinderen, die in 1888 wegens niet-voldoening van het school geld van de tusschenscholen verwijderd moesten worden, vol doende blijkt dat te dezen opzichte de grens reeds is over schreden en dat in elk geval daarmede nog niet verder kan worden gegaan. Ook zij keurt af het bouwen van twee lokalen bij de school voor onvermogenden om de door burg. en weth. aangevoerde redenendoor het bouwen eener nieuwe school wordt bovendien het gevaar vermeden, dat bij het overgaan van de eene in de andere klasse rekening wordt gehouden met het getal leerlingen, dat in eenige klasse is geplaatst. Eindelijk wordt nog opgemerkt, dat bij het bouwen van vier nieuwe lokalen vier onderwijzers noodig zouden zijn en dat bij het bouwen eener nieuwe school slechts drie onderwijzers noodig zonden zijn, wanneer aan het hoofd eene klasse werd gegeven. Het verschil in kosten zou dus nog geringer worden dan burg. en weth. opgeven. Zij blijft aandringen op stichting eener nieuwe school voor onvermogenden. Vodf den aanvang der beraadslaging deelt de Voorzitter mededat blijkens van de hoofden der scholen gevraagde op gaven de stand van het aantal leerlingen op het oogenblik is als volgtschool voor le tusschen- 2e tusschen- onverm. 489 aantal op 31 Maart het vertrek met 1 Mei is thans bekend school 255 school 250 van 21 14 21 468 241 229 Reeds hebben zich aangegeven 88 19 32 Samen 556 260 261 De tijd van aangifte is echter nog niet verstreken en de ondervinding leertdat verscheidene personen altijd tot het laatste oogenblik met het aangeven hunner kinderen wachten. De heer H. J. Bruinvis, die lid der speciale commissie is geweest, wil rekenschap geven van de reden, waarom hij tegen haar rapport zal stemmen. De later aan hem verstrekte inlich tingen en gegevens hebben hem overtuigd, dat het bouwen van lokalen bij de bestaande scholen slechts een tijdelijke, niet afdoende maatregel zal zijn, om de kinderen geplaatst te krijgen, maar dat de bouw eener nieuwe school afdoende zal voorzien in de behoeften der gemeente. Hij achtte zich verplicht dit dadelijk mede te deelen en hij denkt, dat meerdere leden van zijn ge voelen zijn na de nader verstrekte inlichtingen. De heer Kraakman merkt op, dat het allergewichtigste punt, door de speciale commissie op den voorgrond gesteld, namelijk de door baar zelve bevonden overbevolking op de tusschen scholen, door het nader uitgebrachte rapport niet weersproken wordt. Hjj leest de cijfers nit het rapport der commissie nog maals voor, ten betooge dat bij het bezoek, door haar aan de scholen gebracht, de beide tusschenscholen door meer kinderen bezocht werden dan de school voor onvermogenden. Nn geven burg. en weth. heden wel nieuwe cijfers, maar die cijfers zijn nog niet volkomen zeker, terwijl de commissie de werkelijkheid aannam. Van de 79 kinderen der hoogste klassen van de tusschenscholen zouden nu 35 weggaan; dit komt hem bij eerste overweging vreemd voor. Op de cijfers der commissie valt evenwel volkomen staat te maken. De commissie heeft verder wel degelijk gelet op de bepaling van art. 24 der wet op het lager onderwys, dat op geene school meer dan 600 kinderen gelijktijdig toege laten mogen worden, tenzij daartoe door den Koning om bij zondere redenen vergunning is verleend. Naar haar inzien is die vergunning vooreerst nog niet noodig, omdat by de toe passing van die bepaling tot grondslag genomen wordt het getal kinderen, op 15 Januari van het loopende schooljaar als werkelijk schoolgaande bekend staande; dit getal was dit jaar 500. De commissie acht uitbreiding der tusschenscholen noo dig omdat werkelijk op die scholen de overbevolking het grootst en het hinderlijkst is. Burg. en weth. en de commissie van toezicht zeggen wel, dat in de laatste jaren de toelating tot de school voor onvermogenden zeer streng is geweest, omdat men uitging van het beginsel, dat schoolgeld betaald moest worden, zoodra zulks eenigzins mogelijk was, in de werkelijkheid gaan zij toch van dat goede beginsel af, door hun voornemen om de kinderen der tusschenscholen naar de school voor onvermogenden te laten gaan dat het gevolg zal zijn van de aanneming van het voorstel tot stichting eener 2e openbare school voor onvermogenden. Men boude aan bedoeld beginsel toch vast: daarom blijft hij het besluit der com missie handhaven. Al besluit de raad tot het bouwen van vier nieuwe lokalen, zooals burg. en welh. meenen, dat aanvankelijk voldoende zal zijn, dan moeten naar z'ijn inzien de tusschen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1889 | | pagina 2