InsclirijYinfl Schutterij
No. 58.
Een en Negentigste Jaargang.
1889
Proclamatie des Konings.
ASSCHEPOETSTER
WOENSDAG
15 MEI.
FEUU .T .BTOJU,
Prijs der gewone Advertentiën:
Ben is door den Koning; de volgende Pro
clamatie uitgevaardigd, welke in een buitengewoon
nummer der Nederlandsche Staatscourant opge
nomen en ook vanwege het Kijk in alle gemeenten
aangeplakt is
„Geliefde Landgenooten en Onderdanen!
„Heden zijn veertig jaren voorbijgegaan sedert
den dagw aarop ik plechtig de Regeering over
het Xederlandsche volk heb aanvaard.
Zal mijn Volk van mij getuigen dat ik mijn
Koninklijk woord heb gestand gedaan, ik weet
dat in lief en leed, in blijde en droeve dagen, rniju
volk getrouw is gebleven aan mij en mijn Iluis.
„Ik heb er steeds naar gestreefdde welvaart
en den bloei van ons Vaderland te bevorderen.
„Met innigen dank jegens den Almachtige zie ik
op het vervlogen tijdperk terug. Zijn zegen heeft
het oud verbond van Oranje en Nederland bevestigd.
Over de toekomst van mijn Huis en mijn Volk
roep ik op dezen plechtigen dag dienzelfden zegen
in. De herinnering aan het verleden is mij een
waarborg voor de toekomstOranje en i\e-
derland onder Gods zegen één,
krachtig en vrij!
W I 1.1.1. M."
Ilet Loo 12 Mei 1889.
Officieel OebcetU.
LUXEMBURG. De Koning-groothertog beeft
in zijn antnoord op het adres van den Eaad van State
gezegd, dat hij zich onderwerpt aan het hem opgelegde
lot. Verder uit Z, M. den wensch, dat het groother
togdom nog lang r!e weldaden behoude, welke het tot
dusver genoot en het tijdpe.k van voorspoed en geluk,
aan het groothertogdom verzekerd door zijne vrijheid
en zijn trouw aan het koninklijk huis, nog lang moge
voortduren. Gedurende de wreede beproevingen, welke
Z. M. verduurde, was het lot zijner trouwe Luxembur
gers steeds het voorwerp zijner bijzondere zorgen. De
brachteD, welke de Voorzienigheid hem wil Jaten be
houden, zullen gewijd zijn aan de bevordering van den
H. SCHOBERT.
DUITSCHLAND. Den 12 is in eene te Essen
gehouden vergadering van mijnwerkers besloten de
eiscben van 15 pet. loonsverhooging en een werkdag
van 8 uur, met inbegrip van den tijd, noodig om in en
uit den mijn te gaan, te blijven handhaven. De mijn-
besturen weigerden laatstgenoemde voorwaarden in te
willigen. Daarna hebben ongeveer alle 100.000 mijn
werkers uit het district, op enkele uitzonderingen na,
het werk gestaakt. Den 13 werd uit Dortmund bericht,
dat de werkstakers voor de mijnen op dreigende wijze
begonnen samen te scholen. De arbeiders, die bereid
waren het werk te hervatten werden door rondtrek
kende troepen werkstakers bedreigd.
ITALIË. De minister-president Crispi heeft den
10 op eene interpellatie in de Kamer geantwoord, dat
de regeering meent, haren plicht te hebben gedaan
door bet bondgenootschap met de centrale mogend
heden te begunstigen omdat zij dit in bet belang van
Italië acht te zijn. Deu 11 hielden de heeren Caial-
lerini en Pt ïs hunne interpellatie over het katholieken
congres in het buitenland. Laatstgenoemde zeide, dat
hij vrijheid van sprekeD voor ieder wenschte, maar dat
men tusschen verbonden mogendheden zekere beleefd
heidsvormen in acht moest nemen. Minister Crispi
antwoordde, dat het congres te Weenen van particu
lieren aard was. Slechts een vierde der oostenrijksche
geestelijkheid woonde de zittingen bij en de redevoe
ringen waren minder heftig dan elders. De manifestatie
vond overigens geeu weerklank in de openbare meening.
Het verledene kan niet herleven. Italië is Diet beducht
voor dergelijke ijdele pogingen en Bterk genoeg om
zijne rechten te doen eerbiedigen.
ALKMAARSCHE
1 1 irTWm=M
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag-en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele rijk f 1,
De 3 nummers f 0,06.
COURANT.
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HEEM». COS-
TEE ZOON.
op DINSDAG en DONDERDAG, 16, 21, 23 en
28 Mei 1889, ter gemeente-secretarie, 's morgens van
12 tot 2 ure.
DOOB
72)
Na deze laatste teleurstelling zij hadden al hunne
hoop op dit huwelijk gebouwd zagen de Broeks wel in,
dat zij zich geheel uit het schitterende berlijnsche leven
moeeten terngtrebkeo, te meer daar Angela te vergeefs
beproefd had, Willy te bewegen hun een som gelds
te geven, groot genoeg, om hen nog een tijdlang hun
positie te doen behonden.
„Ik kan niet. Ik kan met den besten wil niet
Het was het eenige antwoord, dat zg op al hare po
gingen om wat los te krijgenvan hare stiefdochter
kreeg en daar Willy zich niet verder nitliet en ook de
president het zwijgen bewaarde kwam Angela tot de
overtuiging, dat de rijkdom der Ackermans tan slotte
niet veel beteekende en zij sprak dan ook voortaan niet
dan met eene zekere minachting van Warnitz.
„Ik heb jaarlijks mijn duizend gulden in het ergste
geval kan ik mij daarmtê behelpen", zeide zij dan ge
laten. „De lieve gravin K., mijn schoolvriendin, heelt
mij nit Rome geschreven, dat baar huis ten allen tijde
voor my open staat. Rome is het internationale mid
denpunt van de groote wereld. Voorloopig ga ik daar
dus een poosje heen; Blanche kan dan meegaan."
„En papa vroeg Willy, verschrikt naar haar vader
ziende, die, ofschoon zwierig en goed geconserveerd als
altijd, toch de sporen droeg van de verschrikkelijke
gebeurtenissen van den laatsten t.jd. „Wat moet
paps dan
„Nu, voor hem, dacht ik, is Warnitz nog wel rijk
genoeg hij is toen je vader", zei Angela seherpmet
bijzonderen nadruk. „Nu hij geen president meer is,
zal het hem wel onverschillig zijn, waar hij woont."
„Ja, papa, kom bij mij, op Wainitz riep Willy,
gloeiend van verontwaardiging.
vooruitgang, welke de laatstverloopen 40 jaren hebben
gekenmerkt. Gedurende dat langdurige tijdvak bestond
wederzijdsch vertrouwen, en dat vertrouwen werd nog
nimmer tusaeben den sonverein en de Luxemburgers
door een enkele wolk verstoord.
De Koning-groothertog verklaart in eene depêohe
aau den minister van staat zeer getroffen te zijn door
de bewijzen van gehechtheid en de gelukwenschen, hem
geschonken bij zijn 40jarig jubilé.
BELGIE. Den 12 des morgens te half elf had in
de ned. hervormde kerk te Brussel een plechtige dienst
plaats ter gelegenheid van de 40jarige regeering van
Koning Willem III. De nederlandsche gezant en al
de leden van het gezantschap woonden de plechtigheid
bij. Te 1 uur werd het gastmaal voor de beboettigen
gehouden. Des avonds was er receptie bij den gezant
ba-on Gericke van Herwijnen; deze was zeer schitterend
en druk bezocht. De gezant las een adres aan den
Konftig voor, waarin het leven van Willem III werd
geschetst. Het adres werd onmiddelijk van vele hand-
teekeningen voorzien en de voorlezing wekte groote
geestdrift.
Den 12 werd te Berlijn over de werkstaking weder-
een ministerraad gehouden.
ENGELAND. Het Hoogerhuis heeft wederom
met 147 tegen 120 stemmen verworpen het wetsontwerp
tot het vergunnen van het huwelijk van een man met
de zuster zijner overleden vrouw.
Lagerhuis. Den 8 werd met 194 tegen 126
stemmen besloten tot het lezen voor de tweede maal
van bet wetsvoorstel om voor sommige gevallen o. a.
voor inbrekers, die met revolvers gewapend gevat worden,
de geeselstraf weder in te voeren. De regeering had
zich geene partij gesteld de minister van binnenl,
zaken had als zijn persoonlijk gevoelen uitgesproken
dat de geeselstraf in sommige gevallen heilzaam kon
weiken, doch de procureur-generaal verklaarde zich
er tegen.
Den 10 werd bij eerste lezing aangenomen het wets
ontwerp tot wijziging der wet op de nationale schuld
„Waar denk je aan, kind 1" De president glimlachte
fijn en zette met onnavolgbare gratie ziju monocle op.
„Een mensch kan ongelukkig worden maar hij moet
nooit het hoofd er bij verliezen. Nog is niet alles ver
loren Mijne actiën zijn sedert gisteren weer gestegen
Ik ben nu eenmaal een benrsgenie mijn beider hoofd
verloochent zich nooit."
Niettegenstaande alles, wat bij nog kort geleden
had ondervonden was Maurice van den Broek
niets veranderd of verbeterd! Met denzelfden ijver,
met dezelfde verloochening van alle voorzichtigheid
bouwde hij op de puinboopen van zijn ineengestorte
luchtkasteelen dadelijk zorgeloos weder nieuwe en
offerde bij daarop aan den afgod zijns levens.
„Maar hoor eens", zeide hij later tegen zijn dochter,
toen zij onder vier oogen waren „je moet mij voor 't
oogenblik een handje helpen een paar honderd gulden
maar de wereld wil nu eenmaal bedrogen worden
ik moet mij toch weêr kunnen presenteeren."
„Vergeet u de renten, papa?" vroeg Willy angstig.
„Och watDat komt wel", hernam bij met zijn
gewoon handgebaar. „Dat heeft geen haastmaar ik
heb het geld nn dringend noodig. Waar moet ik anders
van leven? Wie weet of je wel een cent rente zult
behoeven te betalen en al is dat ook het geval het
is toch maar een voorschot. Dat is geheel mijn zaak
kindliefeen beetje geluk
Hij schoof zijn hand in zijn zwarten rok en zag er
in deze houding zoo indrukwekkend en zegevierend uit
als ooit te voren. Willy echter zuchtte diep en beklemd.
„Je begrijpt dat niet", zeide hij op beschermenden
toon, als in antwoord daarop; „in jon zit geen druppel
van mijn bloed geen koopmarwinzioht. Maar je
bent toch een goed kind en wanneer je soms den een
of anderen wensch hebt, dan wil ik dien van harte gaarne
vervullen; wendt je maar vol vertrouwen tot mij. Mij
ontbreekt niets dan de rechte man de rechte man,
om mijn ondernemingsgeest vruchtbaar te maken.
Nu, men moet zich niet onnoodig het leven door allerlei
kleinigheden moeielijk maken, onthoud dat, mijn kind."
Den 11 werd een voorstel van deu heer Robertson
tot afschaffing van het voorrecht van sommige univer
siteiten, om afgevaardigden te verkiezen, verworpen met
217 tegen 126 stemmen.
FRANKRIJK. De Temps zegt omtrent het grensge-
schi betreffende fransch en nederlandsch Guyana, dat de be
handeling van de daaromtrent voorgestelde overeenkomst
uit den Senaat is verdaagd, omdat blijkens de in de neder
landsche Kamer afgeiegde verklaringen de scheids
rechter, in strijd met hetgeen overeengekomen was, het
betwiste grondgebied slechts in zijn geheel aan eene
der beide partijen zou kunnen toewijzen, doch niet zou
kunnen verdeelen. Bovendien scheen Nederland de
bevoegdheid des scheidsrechters te willen beperken.
Frankrijk daarentegen verlaDgt dat van zijne beslissing
geen hooger beroep zou zijn. Frankrijk hoopt, dat Ne
derland zich met zijn gevoele vereenige. Het heeft
overigens geen bericht, dat eene engelsche maatschappij
de goudmijnen op het botwiste gebied zon willen exploi-
teeren.
De hertog van Aumale heeft den 9 president Carnot
persoonlijk op het Elysée geluk gewensoht met de mis
lukking van den op hem gepleegden aanslag.
Den 12 is bij de verkiezing van een lid van den
Senaat in het departement der Seine bij derde stem
ming gekozen de opportunist Poivier met 313 stemmen
tegen 808 op den heer Lefèvre.
RUSLAND. De directeur van de kanselarij der
onder 's Keizers bestuur staande instellingen van wel
dadigheid Dnrnowo is Ut hoofd van het ministerie van
binnenl. zaken bencemd, onder behoud van zijn tegen-
woordigen post.
VEREENIGDE STATEN- Volgens het laatste
maandelijkscbe verslag van het departement van landbouw
wordt bevestigd dat de stand der wintertarwe is ge-
XXIV.
Het was weder lente geworden. In de ruime, vroo-
Irke, met wingerd bedekte pastorie van Warnitz zaten
de zusters, lea en Willy, ijverig samen te werken.
Hollfeld bracht een bezoek aan het nabijgelegen dorp.
„Kijk eens zeide Isa, die een klein kinderlijfje in
de hoogte hield waarvan zij de kanten aan het halsje
met kritischen blik onderzocht. „Nu ben ik klaar!
Vindt je niet, dat het aardig geworden is? Voor mijn
jongen zou ik heusch uog ijdel kunnen worden."
„Jongen? Moet het dan bepaald een jongen zijn?"
vroeg Willy laehend.
„Als ik de keus hadzeker Ik zon trotsch op
mijn zoon zijn, die natuurljjk innerlijk en uiterlijk op
Erich zou moeten gelijken. Ik wil alleen het stille
verborgene, moederlijke deel van zijne opvoeding hebben
en hem dagelijks voorhouden „Zie op je vader en
word als hij
„Het is curieus", merkte Willy hoofdschuddend op,
„wat je al niet in je man zieten zooals je geheel in
hem opgaat. Wie had dat een jaar geleden van je ge
dacht, toen ik je leerde kennen
„Dat is het juist", riep Isa, terwijl eene sterke blos
haar naar het gelaat steeg. „Zooals ik toen was, eigen
zinnig verbitterd korzeligzoo zon ik mijn geheele
leven gebleven zijn zonder hemhij heeft eerst een
mensch van mij gemaakt; want de mensch is het eenige
schepsel, dat moet worden opgevoed en dat wordt, wat
de opvoeding van hem maakt. Als kind neemt men de
indrukken voor heel zijn volgend leven in zich op, als
er later geen andere hand komt, om ons door de liefde
op een beteren weg te leiden. De weg waarop men
mij had gevoerdwas waarlijk niet de beste en mijn
jongen
Willy begon hartelijk te lachen.
„Het zou mij niet verwonderen, wanneer je ook dit
maal je zin kreegt, Isa", zeide Willy en er lag daarbij
iets als verbazing in haar toon „maar je hebt geen
ongelijk, meisjes zijn -
Een luid kort kloppen tegen een der ruiten deed
beiden even schrikken; toen riep Isa vroolijk