FEUILLETON. No. 68. Een en Negentigste Jaargang. 1889. ZONDAG 9 JUNI. Waarborgen voor de vrije beschik king over verdiend loon. Dit nummer bestaat uit twee bladen. EERSTE BLAD. DE ZON 01» 'T AVATEK. Oorspronkelijke Novelle Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag-en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele rijk f 1, De 3 nummers f 0,06. Prijs der gewone Advertentiën: Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HEEM». COS- TEE ZOON. i. Bekend zijn de klachten over de zoogenaamde .-ge dwongen winkelnering", die vooral na de werksta kingen van het vorige jaar in de veenkoloniën de aandacht hebben getrokken en waarvan de gegrondheid gebleken is. Bekend is evenzeerdat door den heer Domela Nieuwenhuis als lid der Tweede Kamer in de maand Juli 1888 een wetsontwerp is ingediend, dat blijkens het voorloopig verslag van het onderzoek in de afdeelingen door de meerderheid onaannemelijk werd geoordeeld op grond van bezwaren, die door de daarin gebrachte wijzigingen niet zijn weggenomen. Inmiddels had de Minister van Justitie reeds in Mei van het vorige jaar een onderzoek naar den omvang en den aard der bestaande misbruiken aangekondigd, en den 15den Mei 1.1. heeft deze Minister een wets ontwerp ingedienddat volgens de toelichting de vrucht is van de .zeer belangrijke" verslagen van gemeentebesturenKamers van Koophandel en Com missarissen des Konings in de provinciën. Vierderlei misbruiken zijn volgens den Minister aan het licht gekomen en behooren zooveel mogelijk door wettelijke voorschriften te worden gekeerd1°. uitbetaling van loon in anderen vorm dan Nederlandsch geld2°. ongeregelde uitbetaling3°. verkoop op kredietV. dwang om in bepaalde winkels te koopen. Aan onze oostelijke grenzen is Duitsch geld even sterk in omloop als Eransch of Belgisch geld aan onze zuidelijke grenzenbehalve in de provincie Noord- Braband, waar het niet schijnt voor te komen. Uit betaling van dag- en weekloon in die vreemde munt is er regelen dat gebruik is steeds in het nadeel van den werkmandie het vreemde geld bijna nooit tegen denzelfden koers weer kan uitgevenals hij zijn loon ontvangtworden marken en penningen franken en centimes, zij het verschil soms ook gering, hem voor een hoogere waarde in rekening gebracht dan waarvoor hij ze in den winkel, voor belasting en soms voor de huur van een stukje grond weer kan uitgeven. Meestal zal hij op eiken gulden een paar centen verlies lijden. Niet altijd in het nadeel van den werkman, soms werkelijk in zijn voordeel, is een andere wijze van betaling van een gedeelte van zijn loon namelijk in vrije woning, gebruik van een stukje grond kost en inwoning, kruidenierswaren, brood, aardappelen, erwten, door eene stadgeuoote. 3) Het huwelijk vau Temme was reeds eenige maanden geleden voltrokken. De jongelui konden 't best samen vinden en moeder prees Temme's echtgenoot, omdat hij veel goede eigenschappen bezat. Tusschen vader en schoonzoon wilde 't echter maar niet vlotten dikwijls waren ze wrevelig jegens elkaar en soms zelfs hadden ze hooge woorden, hoewel ze elkaar in 't werk waardeerden. Moeder zuchtte bij het onge noegen, maar Temme zuchtte nooit't zou wel be teren tusschen die beiden 1 bleef ze hoopvol vertrou wen en na iedere oneenigheid verzoende zij de beide mannen en deze sloten telkens weer vriendschap om harentwille. 't Was zomeravond. Andersals 't zulk mooi weer wasdan zaten de vrouwen op 't dek met haar werk en de mannen met hun pijp en ze dronken gezellig koffieuit de wit en blauw geblokte kommetjes, en ze genoten van de rust en van 't mooie uitzicht over de velden en ze zagen de zon ondergaan en de maan op komen en alles rondom hen ademde rust en vrede. Doch nu ging de heerlijke zomerdag ongeprezen voorbij en de zon ging schuil achter de blauwe duinen zonder dat iemand aan boord er genot van had. Zij, die er anders met zooveel welbehagen naar beken hadden er thans geen oog voor. De strijd tusschen de beide maunen was heden heftiger dau ooit te voren, 't Mocht dan wezen dat vader wat ongemakkelijk was, maar 't moest ook gezegd wordendat de jonkman telkens om 't minste of geringste in woede opstoof. boonen manufacturen brandstof enz. Dat het loon van inwonende dienstboden en werklieden voor een deel in kost en inwoning bestaat, ligt in den aard der zaak. Niemand zal er aan denken dit te ver bieden. Waar fabrikanten arbeiderswoningen hebben doen bouwen en die aan hun werklieden in mindering van loon in gebruik geven of wel verhuren daar wonen die werklieden in den regel beter en voor minder gelddau het geval zou zijn wanneer zij zeiven een woning moesten zoeken. Ook zijn zij in den regel vrij er al of niet gebruik van te maken er zijn altijd liefhebbers genoeg. Alleen waar het noodig is, dat enkele werklieden, b. v. meesterknechts of machinistendicht bij de fabriek wonen om in geval van brand of andere onheilen dadelijk bij de hand te zijn, of waar bij steenfabrieken enkele arbei ders in de onmiddellijke nabijheid moeten wonen, om de gevormde steeneu bij invallende vorst terstond met rietmatten te dekken, zijn zij verplicht in deze wo ningen hun intrek te nemen. Ook gedeeltelijke be taling van loon in levensmiddelen, winteraardappelen, turf, steenkool, bakgraan enz. is dikwijls in het belang van het werkmansgezin, dat daardoor in staat is voor minder geld het noodige op te doen of wel voor hetzelfde geld betere waar ontvangt, dan wanneer het uit de tweede of derde hand moest koopen. Maar hier zijn misbruiken mogelijk en bestaan misbruiken. In de veenderijen in Drenthe en Groningen zijn huurders van veenputtendie zeiven niet in staat zijn hun werkvolk geregeld te betalenmaar eerst geld in handen krijgen wanneer zij de uitgebaggerde turf hebben verkocht. Om zich uit den nood te redden, koopen zij op crediet allerlei waren natuurlijk niet voor de laagste prijzen, en betalen daarmee voorloopig hun werkvolk, om later, als zij zeiven geld ontvangen hebben, met hen af te rekenen. Het ligt in den aard der zaak, dat deze zoogenaamde huurboeren hun arbei ders die waren duur laten betalen. Behalve deze praktijken in de veenkoloniën zijn er het geheele land door, in alle provinciën werkgevers, tevens winkeliers, die aan de arbeiders die zij in dienst hebben waren leveren in mindering van loon tegen hoogeren prijs dan bij gewone betaling. Niet zelden bedraagt het verschil 15 centen op eiken gulden. Op een enkele plaats wordt altijd in winkelwaren, nooit in geld be taald. Eindelijk zijn er plaatsen, waar het loon wordt uitbetaald in boosdie in een bepaald aangewezen winkel tegen waren kunnen worden ingewisseld. Alleen in Drenthe is dit misbruik nog van eenige beteekenis; in de overige provinciën is het, voor zoover het nog bestaat, niet noemenswaard. Wat de geregelde betaling betreft, moet die natuurlijk eenige moeilijkheid ondervinden, wanneer bij het stuk Temme was de eerste om dat te erkennen. Waar twee kijven hebben beiden Bcbuldmaar de meeste schuld was aan baar man te wijteD. Moeder en Temme liepen rond met roodbekreten oogen. Als ze op 't dek noodig hadden, dan keken ze strak voor zich uit als schaamden ze zichdat de zon ze zóó zou zien en terwijl ze bemerkten hoe'n mooie dag 't was schreiden ze op nieuw omdct 't, helaas binnen toch zoo geheel anders was dan builen. Temme kon 's avonds niet eten van verdriet. „Neem wat", noodde vader, „ge moet 't u niet zoo aantrekken, Temme." „Gij hebt licht spreken" zeide de jonge man tot zijn schoonvader„'t ia uwe schuld dat Temme den lust in eten vergaat." „Mijne schuld vroeg Sjoerd en de vrouwen schoven op hare stoelen heen en weder van ergernis. Wat hoefde de jonge man nu ook weer te beginnenvader miszeide immers niets? „Jauwe schuld ge maakt Temme en mij 't leven onverdragelijk „Dat is uiet waar", viel Temme driftig uit, „ik heb nooit een woord geklaagd, 't Ongenoegen is meest uwe schuld wijl ge niets van vader verdragen kunt." „Jagij zijt altijd op uws vaders hand dat weten we al lang", nokte de afgunstige driftig oprijzende, „'t Is slecht van je dat ge uwen man afvalt om uwen vader voor te spreken", en Temme, die hem in den weg trad ruw van zich stootende vervolgde hij„Gaat maar weg van mij. Ik verdraag de ergernis niet langer van dat samenspannen met uwen vader." „En ik verdraag 't ook niet langer", zeide Temme. „'t Is geen leven als men aldoor in onmin verkeert. A's je hier vandaan wilt gaan, 't is mij wel, ik zal je met liefde volgeD, maar deuk daarom niet, dat ik vader at zal vallen." „Je hebt gelijkTemme", zeide moeder„vrede op een afstand is 't beste voor ons allen." „'t Moet dan maar zoo wezen", zuchtte vader, „ik zie er zelf 't noodzakelijke van in." wordt gewerkt en het fabrikaat verschillende bewer kingen moet ondergaan door verschillende personen maar in de meeste bedrijven kan het loon wekelijks worden uitbetaald. Wij hebben reeds gezien, dat dit in de veenderijen alles behalve het geval isdaar wordt aan vele arbeiders gedurende het geheele seizoen bijna geen loon uitgekeerd, maar worden allerlei waren op crediet geleverd; en als er dan in Eebruari wordt afgerekend, gebeurt het wel dat de arbeiders zoo goed als niets meer te vorderen hebbeu, of wel nog moeten bijpassen. Er schiet dau wel niets anders over dan dat zij gedurende den tijd dat het werk stilstaat ioe crediet koopen, zoodat zij bij hun werkbaas-winkelep reeds aardig in de schuld staan, als het nieuwe seizodr begint. Andere verveeners betalen zeer ougeregel n zoodat hun werkvolk weken lang geen cent en d a weer op eens veel meer ontvangt dan voor de bevor" dering van zuinigheid wenschelijk is. In sommigu gemeenten van Drenthe en Limburg wordt met de boerenarbeiders zeer ongeregeld soms maar eens in het jaar afgerekend. Om aan de misbruiken van betaling in vreemde munt en in winkelwaren of andere benoodigdheden en van ongeregelde betaling een einde te maken, stelt nu de Eegeering twee bepalingen voor, die als regel zullen gelden, om daarna de uitzonderingen te regelen Die twee bepalingen zijn 1°. dat het loon wegens huur van diensten werk of nijverheid alleen mag bepaald worden in Neder- landsche munt en in den kost 2°. dat voor zoover het loon in geld is bepaald ook de uitbetaling alleen in Nederiandsche munt of in Nederiandsche bank- of muntbiljetten mag plaats hebbenen ten minste eenmaal 's weeks moet ge schieden, indien het minder dan f 15 's weeks bedraagt, al is ook de huur aangegaan tegen een zekere som in het jaar, in de drie maanden of in de maand, of bepaald dat er bij het stuk zal worden betaald. Zoodra het in geld te betalen loon f 15 's weeks of meer bedraagt, geldt deze bepaling omtrent de weke- lijksche uitbetaling niet. Zooals reeds is opgemerktzullen op deze beide regelen echter uitzonderingen worden toegelaten. Nu gebleken isdat betaling van een deel van het loon in den vorm van vrije woning kleedingmanufac turen levensmiddelen, brandstof, gebruik van een stukje grond niet zelden in het belang van den werkman is, zou het niet verdedigbaar zijn, dit geheel te verbieden. De Minister stelt daarom voordat men vau deze regelen zal kunnen afwijkendoch alleen bij schriftelijke overeenkomstwaarvan twee exemplaren worden opgemaaktéón voor den werk gever en één voor den loontrekkende. Vooraf moet daarin dan worden bepaald welk gedeelte van het loon in iets anders dan geld of kost zal bestaan waarin het dan zal bestaan, in vrijs woning, gebruik „Laten we dat dan voor vast afgesproken honden", zeide Temme, „en er nu niet meer over praten." Temme's stem klonk bemoedigend, maar 't kostte haar moeite de woorden te zeggen en dat ze zioh vroolijk hield, ocb, dat was om de anderen. Ze had wel kunnen snikken van verdriet. Nog nooit had ze ongenoegen met haren man gehad en nu had hij haar zulke onre delijke woorden toegevoegd en baar zoo ruw bejegend. Alleen om verderen twist te voorkomen, had Temme den kreet van pijn bedwongen, die zijne hardhandigheid op hare lippen bracht, maar ze kon niet zooals anders aandringen op het sluiten van vrede, voordat de nacht inging. Wat baat 't of men al met woorden en handdrukken vrede sluit, als men geen vrede in 't gemoed heeft en als men niet slapen kan omdat men vervuld is van ergernis en verdriet? Het was betreurenswaardig zooveel ongelukkige menschen bijeen te zien in zoo'n kort bestek zonder dat 't aau een van allen gegeven was den andereu tot troost te verstrekken. Vader en Temme waren 't diepst terneergeslagen over het voorgevallene, maar elkaar toespreken waagden ze niet; de oneenigheid mocht daardoor weêr opgewekt worden. De jonge schipper had waarlijk oprecht leed over Temme s ver driet en schoon bij er niet toe kwam zijn onrecht te erkennen zoo voelde hij toch een grievend zelfverwijt over zijnen naijver en onverdraagzaamheid, die in 't, eertijdszoo gelukkige gezin zooveel onheil hadden gesticht. Moeder voelde 't leed van alle partijen als ware 't haar eigen, doch schoon ze bedrukt keek, zeide ze beurtelings tegen iedereen „Kom, beur je wat op, laten we elkaar 't leven gemakkelijk maken, geduld alles zal cog ten beste keeren", maar hare woorden vonden geen weerklank in de moegestreden gemoederen (Slot volgt.) ALKMAARSCHE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1889 | | pagina 1