fiittuctUftttb.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Verlenging van den Mililiedieoast.
van den Sohach; hij herinnerde daarbij aan de gevoelens
van zijn grootvaderwelke ook hem bezieldenen
wenschte het rijk waarover hij regeerde, welvaart toe.
De bohach betuigde zijn dank en drook het welzijn
van den keizer en het keizerlijk hnis, en de wel
vaart van Dnitsehland.
Graaf Herbert von Bismarck ontving de beeltenis
van den Schach met brillanten omzet.
Des avonds woonden de vorstelijke personen de
galavoorstelling in den hofscboawbnrg bij.
ENGELAND. De heer Gladstone heeft den 7
ondanks onweer en regen te Romseij in een rijtnig
blootshoofds eene redevoering gehouden, waarin hij den
vrijhandel verdedigde en als hoeksteen van Engelands
bloei aanprees. Den 8 sprak hij te Weijmouth over
Ierland en het iersche vraagstuk en vertrok daarna
naar Dartmouth, alwaar bij de Pinksterdagen doorbracht.
Den 10 sprak hij te Torquaij met sterke afkeuring
over de instelling der Parnell-commissie. Dat' kostbare
onderzoek was geheel onnoodig geweest.
FRANKRIJK. Een bediende van den heer Becker,
manutacturier, schijnt verraden te hebben, dat die kisten
met Boulanger's brieven en stukken geborgen waren
onder de kisten van dien manufacturier in het magazijn.
De aartsbisschop van Parijs heeft bij de plechtigheid
der uitreiking van de kardinaalsbaret aan hem en'twee
andere fransche prelaten de volgende toespraak tot den
President der Republiek gericht
„De bisschoppen zullen altijd vereeaigd big ven in
dezelfde liefde en toewijding jegeDS de Kerk welker
dienarenen jegens Frankrijk welks zonen zij zijn.
„ZH. Paus Lao XIII, aan Frankrijk drie nieuwe
kardinalen gevende, wilde daarmede opnieuw èe ge
negenheid bewijzen die bij Frankrijk toedraagt
„Ik zie in de aan mij en mijne ambtgenooten opge
dragen waardigheid eene hulde aan de katholieke en
vaderlandlievende bevolking. In de soms moeielijke
tijden zal het gevaar nooit van de zijde der kerk
komen. Want moet deze de waardigheid van de over
tuiging handhaven zij weet ook aan de volkeren eer
bied te leeren voor het dubbele gezag vaa de burgerlijke
en de kerkelijke overheid. Dat is bet voorbeeld ons
door onze voorgangers nagelaten vooral door msgr.
Guibert, mijn voorganger op den aartsbisschoppelijken
zetel van Parijs."
Den tweeden Pinksterdag is de tentoonstelling te
Parijs bezocht door ongeveer 400000 personen.
De heeren Laguerre, Déroulède en Laissant hebben
eeret den 12 des avonds te 7 uren de gevangenis te
Angoulême verlaten. Zij vertrokken naar Parijs.
Kamer. Minister Constans heeft den 11 op eene
interpellatie over de inhechtenisneming van de afge
vaardigden Laguerre en Laisant geantwoord met in
herinnering te brengendat eene groep van personen
wekelijks het land afloopt met toehoorders die zij nit
Lyon laten komen. Ook deed hij opmerken, dat de heer
Déroulède een commissaris van politie gekwetst had
door hem tegen zijn rijtuig aan te trekken, en de heer
Laguerre ongepaste woorden tot overheidspersonen had
gericht dergelijke feiten waren ook gepleegd te Lyon
en in de Corrèze door lieden van dezelfde groep. De
regeering zou al dergelijke handelingen krachtig blijven
tegengaan.
Daarna werd de behandeling der begrooting van
onderwijs hervat.
De eerste drie hoofdstukken werden aangenomen.
Minister Goblet verklaarde dat de regeering het be
gonnen werk van het onderwijs zou voortzetten, aange
zien de republikeinsche partij eenstemmig was voor het
maakte haar vreemd en soezerig. Temme's armen hingen
al slapper en slapper, en haar hoofd zonk al dieper en
dieper en haar stand werd al meer vooroverhellend,
zonder dat ze 't bespeurde, en ten leste lag Temme
voorover, gevoelloos, op den weg.
Geen der beide schippers had haar zien vallen, maar
toen haar mandie aan deze zijde van het vaartuig
liep, het thans slappe touw in bet water hoorde gigden,
toen keek hij op om te zien wat er toch haperde en
met een luiden kreet van ontzetting ijlde hij naar de
roeiboot om zijne vrouw bij te staan. Thans dacbt bij
er niet aan, dat bij, hij alleen haar ter hulpe snelde,
't gold slechts spoed om te helpen.
Samen beurden beide mannen haar aan boord, samen
brachten ze haar behoedzaam naar benedensamen
waren ze in onrust over baar en samen voelden ze 't
verwijt, dat Temme's ongesteldheid voor 't grootste
deel aan hen te wijten was. „Wat zou 't wezen „Wat
zou haar sobelen vroegen beiden aan moeder, als om
nit haren mond te vernemen, dat de laatste veronder
stelling onjuist was. Eu moeder, schoon ze er 't hare
van dacht en schoon hare handen beefden van angst
over haar kindzeideterwijl ze Temme's voorhoofd
bette „'t Zal spoedig beter zijn 't komt enkel van
de warmte, enkel van de warmte."
Temme trok bij en zoodra ze hare oogen opende en
tot bewustzijn keerdezoodra hoorde zeen verstond
zeden zucht van verlichting die haar man en haar
vader slaakten. De onrust was voor beiden dubbel
folterend geweest. Temme beweerde glimlachend dat
ze weêr geheel beter was. „'t Ongeval kwam alleen
van van die zon op 't water."
„Maar, Temme" zeide de jonge man met bevreemding,
„hoe kan zoo iets je deren ge zijt erals ikvan
jongs af aan gewend."
„Ik geloof 't graag", viel moeder bij, er is geen zeg
gen van hoe zoo iets hindert, ik die nu al vrjj wat op
jaren komkan er bij tijd en wijle nog wel last van
hebben."
Temme's hoofd was weêr helder en haar gemoed was
weêr opgewekt en de pijn was geweken na ze beide
mannen voor zich zag, alle ongenoegen vergetend, om
samen eensgezind te zijn in liefde voor haar. Een
stemmig verklaarden ze zich tegen de hervatting der
arbeid, 't Kwam er niet op aan of de reis één dag
vertraagd werd. Temme moest maar rasten tot de kleur
op hare wangen was wedergekeerd en tot de warmte
bebood van godsdienstvrijheid. Den heer Ferry kende
hij niet den titel toe van hoofd der repnblikeinsehe
partjjdie partij had geen hoofd, maar eeoe leer en
eene staatkunde noodig.
De gemeenteraad van Parijs heeft met 47 tegen
7 stemmen eene motie aangenomen waarhij hij zijne
instemming betuigt met de onthulling van het beeld
van Giordano Bruno te Rome, als een „protest der vrije
gedachte tegen den geest der onverdraagzaamheid" en
„tevens zijne broederlijke ingenomenheid" metde„itali-
aansche demonstratie."
ITALIË. De kamer heeft den 10 met £36 tegen
41 stemmen eene motie verworpen in de zaak van den
heer Durando, consul te Triest, die de belangen zijner
landgenooten zon hebben verwaarloosd, tegen wolke mo
tie de regeering zich verklaard bad. Daarentegen werd
de motie van orde van den heer Cavalette, waarmede de
regeering zien vereenigd had, met algemeene stemmen
aangenomen.
ZWITSERLAND. D© ensrelsche regeering heeft
de uitnoodigiag tot deelneming aan de internationale
arbeidsbijeenkomst aangenomen.
Den 10 des avonds verklaarde de dnitsche gezant
te Bern aan de zwitsersche regeeringdat de dnitzefae
regeering, de onmogelysheid betreurende van het met
Zwitserland een» te worden over de zaak Wohlgemuth
en zich voorbehoudende maatregelen tegea Zwitserland
te nemen welke echter nog niet nader aangedaid
werdenhet volgende ter kennis van den bondsraad
liet brengen
Aangezien de bondsraad weigert aan Dnitschlaad
de voldoenm0 te geven, waarop het recht heeft, schiet
er voor de dnitsche regeering niets anders over dan
het ten uitvoer leggen der maatregelen waarop zii
bet oog heeft.
Men vermoedt dat de diplomatieke betrekkingen
niet afgebroken, maar ingekrompen tallen worden.
VEREENIGDE STATEN» Volgens de door
het departement van landbouw openbaar gemaakte-
rapporten is reeds bijna van de landerijen, bestemd
voor den katoenbou-w, beplant, maar is de groei lang
zaam wegens het koude droge weer. In enkele dis
tricten heeft men weer op nienw moeten planten. Men
gelooftdat de in het laatst van Mei gevallen regens
den toestand verbeterd zullen hebben. Volgens de ia
Juni openbaar gemaakte verslagen, is de uitgestrektheid
der met winterkoren bezaaide landen een weinig ver
meerderd. De toestand is middelmatig en bedraagt 98.
pet; die der voorjaarstarwe is goed, zelfs uitmuntend in
eenige districten van Dakota. De uitgestrektheid van
het met haver bebouwde gebied is met 3 pet. ver
meerderddie met geret bijna even groot als in 1888i
De toestand is middelmatig. Van de rogge, waarvan
de toestand mede middelmatig is, valt geene uitbreiding
te bespeuren.
De brand te Seattle heeft zulk een omvang gekregen,
doordat de huizen van bout waren. Thans zal de stad,'
waarvan alle groote kantoren en winkels verbrand zijn',
in steen herbouwd worden.
Uit het voorloopig verslag van het onderzoek in de afdee
lingen van genoemd wetsontwerp blijktdat verscheidene leden
bezwaren hadden tegen de verlenging van den militiedienst met
een jaar. Zij wenschten definitieve voorstellen, drongen aan
buiten wat geweken was. „'t Zou het beste wezen
als Temme naar 't dek ging", opperde moeder, „de
buitenlucht sou haar zeker 't meeste goed doen."
„Dan zal ik er voor zorgen, dat ze 't boven gemak
kelijk heeft", riep de jonge man en spoedde zich naar
't dek, Temme met hare ouders alleen latende. Boven
gekomen maakte hij eene tent van 't zeilopdat er
schaduw wezen zou en hij spreidde eene mat over het
dek om haar eene zachte zitplaats te bezorgen en toen
riep hij naar omlaag of 't gezelschap komen wou en
•yn gelaat betrok niet, toen Temme verscheen op vader's
arm leunend. Was niet haar glimlach vol blijde erken
telijkheid aan hem gewijd toen ze zijn vriendelijke
voorzorgen aanschouwde? Hij kon niet meer verlangen,
en toch hij won zoo zielsgaarne zichzelf overtreffen.
StrakB, toen moeder Temme's kleêren losmaakte, toen
heeft hij de wankleurige plek gezien die hij in drift
zijne vrouw had toegebraebt en soboon moeder alles
aan de warmte toeschreef, zoo begreep hjj toch ook
dat niet alles in orde kon gebracht worden met water
en azijn en dat Temme meer en beter behoefde om
geheel te herstellen. Begeerig om haar in alles te
dienen zag hg rond naar iets anders om haar zijne
goedwilligheid te toonen. 't Geschitter van 't water
trok zijne aandacht. „Gaat verzitten, Temme, 't schijnen
van die zon op 't water zal je onwel maken."
„Neenzeker nietik zie 't met genoegen. Weest
niet bang, het zal me nu geen kwaad meer doen."
„Ze is er nu overeen niet waarTemme vroeg
moeder.
„Maar
„Laat de zorgen varen, mijn jongen", kwam Sjoerd
hartelijk tussokenbeiden. „'t Is altijd mijne ervaring
geweest, dat die zon op 't water 't wispelturigste na
tuurverschijnsel is. Zoo kijk je er naar met genoegen
en zoo kan je 't geflikker voor je oogen niet velen; 't
komt er alleen op aan, hoe je de zaak beschouwt."
„Laten we haar dan van na af met genoegen be
schouwen", zeide Temmebeiden mannen de handen
toestekend, en beiden beloofden haar ter wille te zijn.
De zon van vrede scheen weêr als van ouds over de
groene velden en hare stralen schitterden en dansten
over het blauwe heldere water en 't viertal op 't dek
zag met welbehagen naar 't licht, welks glans voor hen
nimmermeer zou verdooven of ondergaan.
EINDE.
op mededeeling van de beginselen der regeering in zake den
militairen dienstplicht en vonden geene buitengewone omstan
digheden aanwezig, die een voorstel als het ingediende recht-
vaardigden.
Anderen bestreden die bedenkingen. Men wenschte, dat de
regeering des noods in comité zou aantoonendat de aanne
ming van het voorstel voldoende waarborgen schenken zou bü
een eventueel in den loop des jaars uitbrekenden oorlog.
Uit het voorloopig verslag over het voorstel van den heer
aeyffardt blijkt, dat ook daartegen vele bezwaren bestonden.
Men kon er geen karakter van noodwet aan geven. De indie
ning van het regeringsontwerp op den dienstplicht achtte men
waarschijnlijk in October. Het ontwerp liep vooruit op de ver
lenging van den diensttijd en den persoonlijken dienstplicht.
De voorsteller had niet aangetoond, dat door zijn voorstel de
sterkte der krijgsmacht voldoende zou worden.
Andere bestreden deze bedenkingendoch algemeen vroeg
men eeoe raming der kosten.
Bij het den 7 te Utrecht gehouden examen voor
aspirant gemeente-secretaris of ambtenaar ter secretarie
zijn o. a. geslaagd de heeren A. Wis Hzn. te Abbe-
kerk C. J. M. Kroon te Noordscharwoude
J. Bleek te Schagan en L. Smit te Laren.
Den 8 Kwam te Utrecht een detachement werkers
van de vesting-artillerie aldaar, onder toez cht van een
sergeant en een korporaal, van de Nieolaaastraat met
een munitiewagen, en draaide met snelle vaart den hoek
vau het Nicolaaskerkhof op. Vermoedelijk doordien de
draai te kort genomen werd ging de wagen de stoep
op van het hoekhuis en overreed drie kinderen van 12,
2 en 1 jaar; van het oudste werd een arm verbrijzeld
terwijl van bet tweede de arm gebroken en de schouder
gekneusd srerd het jongste werd slechts weinig bezeerd.
Een geneesheer verklaardedat het oadste kind den
arm zal moeten missen.
Den 8 :s de 45 iaarljjksche vergadering der ge
westelijke Vereeniging „Noord-Holland" van het Neder-
landsch Onderwijzers-Genootschap te Sobag8Il gehou
den. Na de gewone huishoudelijke bezigheden kreeg
de heer H» W. J. A. Ochook het woord over: „Aan-
sehouwingsoaderwys". In eeae duidelijke lezing zette
hij uiteen, dat dit onderwijs moet leiden tot oefening
der zintuigen en tot het jpist uitdrukken der gedachten.
Tevens kan bet strekken ais hulpmiddel om aardrijks
kunde en da- kennis der matuur te verduidelijken.
èt a de pauze hield de heer G. B. Lalleman uit Am
sterdam eena lezing over vroegere onderwijstoestanden.
Tele belangrijke punten, wat opleiding» inrichting,
leermiddelen en examen betreft, werden aan de heden-
daageche geSasetst.
No. 3 der vraagpunten: Is bet wenschelijk en mogelijk,
dat ook in kleinere gemeenten gymnastiekonderwijs op
de scholen gegeven wordt Zoo ja, zou het dan ook
aanbeveling verdienen, de gymnastiek cp te nemen
onder de verplichte vakken bij onderwijs-examens
werd ingeleid door den heer G. Kappenburg Pz. te
Amsterdam.
Na een kraehtig pleidooi voor dit vak kwam hij tot
de volgende slotsom, die door de vergadering met alge
meene stemmen werd aangenomen: a. op alle scholen
dient het gymnastiekonderwijs een verplicht leervak te
zijn; 6. gewone onderwijzers kunnen zeer geschikt de
oefeningen leidenc. ook aan niet-onderwijzers is het
vergund examen in de gymnastiek te doen.
De vergadering werd bijgewoond door den heer
mr. M. Biichner, schoolopziener in het arr. Helder.
Purmerend werd gekozen als plaats voor de alge
meene vergadering in 1890.
Bij kon. besluit van den 9 zyn benoemd tot heem
raad van den polder Waard en Groet de heer A.
Sloos tot hoogheemraden van Waterland de heeren
J. Pauws Swart G. Pz. Blees en C. Tensen; tot heem
raad van den polder Elerland de heer A. Koning Jzn.
Dea 11 is te Amsterdam de eerste steen ge
legd van het burgerziekenhuisdat aan de Linaeus-
straat gesticht wordt.
Ds Nederl. Bank heeft den 11 de rente van be-
leening op binnen- en buitenlandsche eflecten met
pet. verminderd.
De gemeenteraad van Deventer heeft den 11 burg.
en weth. gemachtigd» aan den Koniug het verzoek te
richten, te mogen voortgaan met op de armenschool
meer dan 600 leerlingen toe te laten.
Bij de verkiezing van een lid der Prov. Staten
van Utrecht is den 11 in het district Amersfoort met
841 van de 927 geldige stemmen (aantal kiezers 2353)
gekozen het onlangs te Utreebt niet herkozen lid van
Ged. Staten de heer mr, W. J. M. Bosch van Ond-
Amelisweerd.
Uit het verslag, den 11 uitgebracht op de alge
meene vergadering van Volksonderwijs, is gebieken»dat
het ledental in het afgeloopen jaar met 400 vermeer
derde en dat de Vereeniging thans telt 100 afdeelingen
en 25 correspondentschappen met 6405 leden, waaronder
83 verspreide leden. Van de 90 afdeelingen zonden
slechts 34 een verslag in. De toestand der geldmiddelen
is minder gunstighet batig slot bedroeg f 801.66.
Van het kapitaal was f 1000 afgenomen, zoodat dit op
het oogenblik slechts f 3000 bedraagt. Eene motie
om af te kearen ae erkenning van eene tweede afdeeling
te Amsterdam, voorgesteld door de afd. Amsterdam I,
werd met groote meerderheid verworpen. Alleen Am
sterdam en 's Gravenbage stemden voor. Het voorstel
van het hoofdbestuur, om, in afwijking der statuten, in
1890 de afdeelingen te verplichten voor elk lid f 1 te
betalen (natuurlijk niet voor de leden, die dertig centen
betalen, waarvoor de heffing vijftien centen blijft) om
de kosten van uitgaaf van het Volksblad, ten bedrage
van f 5600, te kunnen blijven dekken, werd, met ver
werping van alle andere voorstellen, aangenomen.
Daarop had de bespreking plaats van het wetsontwerp
op den leerplicht, zooals het ontworpen was door eene
oommissie.
Het hoofdbestuur hadnaar aanleiding van dat
ontwerpde volgende vraagpunten aan de beslissing
van de algemeene vergadering onderworpen
1. Is de vergadering overtuigddat het bekende
wetsontwerp als algemeene grondslag voor eene wet
telijke regeling van den leerplicht zou kannen dienen
Met algemeene stemmen aangenomen. De 13jarige
leeftijd werd als beginsel aangenomen.