EGYPTE. Rusland heeft kennis gegeven van zijne
goedkeuring der voorgenomen conversie van de schuld.
Binnenlaat).
STATEN-GENERAAL.
Eerste Kamer.
^tabg~Bgrichtcn.
merkt Terder nog opdat by de meeste zaken welke
tot beklag aanleiding garen, oogluikende medewerking
Tan de duitscbe politie aan bet licht ia gekomen. Wat
Zwitserlands onzijdigheid betreft, welke Duitsohland in
beginsel heeft opgezegd, merkt bij aan, dat die onzijdig
heid voortvloeit uit eene overeenkomst der mogend
heden zonder bepaalden dunr en er geene termen
bestaan voor de behandeling der vraag, of het beginsel
in tyd van vrede kan worden betwist. Zwitserland heeft
in den loop dezer eeuw gelegenheid gehad om te ver
klaren dat het zijne onzijdigheid aanvaardde en die
verdedigen zon, hetgeen ook in de toekomst het geval
zal zijn.
la de zitting van den 18 werd medegedeelddat de afdee-
lingen tot rapporteurs over de boterwet hadden gekozen de
heeren van der Breggen, van Lier, Welt, Pijnappelen van
Swinderen.
Het eindverslag over alle wetsontwerpen was gereed, behalve
dat over de boterwet. De behandeling van eerstbedoelde ont
werpen werd op den 19, 's namiddags 3 uren bepaald.
De vraag, of het voorstel van 5 leden tot wijziging van art.
46 van het reglement van orde in behandeling zou worden
genomen, werd met algemeene stemmen bevestigend beantwoord.
Het werd naar de afdeelingen verzonden.
Den 19 werden alle aan de orde gestelde wetsontwerpen
aangenomen.
Het verslag over de boterwet en eenige andere ontwerpen,
alsmede over bet voorstel tot wijziging van het reglement van orde
werd uitgebracht. De Voorzitter wenschte die ontwerpen te
behandelen op den 21, des voormiddags 11 uur. De heer van
ltoijen stelde voor, ze te behandelen op den 20, des namiddags
1 uur. Des voorzitters voorstel werd verworpen met 24 tegen
12 stemmen.
In het Batav. Handelsblad komt omtrent het
moedig gedrag van luitenant Cornelius by een op den
30 April te Edi voorgevallen gevecht bet volgende
verbaal voor. Dien dag werd de versterking aldaar
zwaar beschoten waarom de militaire commandant
kapitein In 't Velt, eene patrouille uitzond onder den
eersten-luitenant De Leur om het vuur des vyands tot
zwijgen te brengen. Deze troep ging den weg op van
den kogelvanger, doch werd toen too zwaar beschoten,
dat eene andere sectieonder den tweeden-luitenant
Cornelius, ter ondersteuning werd nagezonden. Nauwe
lijks bad de sectie Cornelius, door het vuur van den
vijand marcheerendede sectie De Leur bereikt en
zich by haar aangesloten of uit de benting klonk het
signaal „terugtrekken." De eerste-luitenant De Leur
als commandant van het geheelgaf daaraan gehoor.
De troep trok terugwaarbij de sectie van den
tweeden-luitenant Cornelius de achterhoede vormde.
Op een honderd passen van den kogelvanger geko
men werd de troep op korten afstand door den over
moedig geworden vijand zoo hevig beschoten dat
luitenant Cornelius zijne sectie front naar den vijand
liet maken.
Na een paar salvo's op den vijand te hebben gedaan,
die aanstalten maakte om de troep aan te vallen, ging
hij sprongsgewijze voorwaartsgaf nog een salvo en
viel toen den vijand aan. De opdringende vijand, niet
bedacht op zulk eenen overmoedigen amval verliet
zijne stellingeu. Door schoten en bajonetsteken werd
hij verdreven en op de vlucht gejaagd. Cornelius met
zijne manschappen naun bezit van de stelling en aan
de vluchtende bende werd nog menig welgericht salvo
nagezonden. De schrik bij den vijand was door dien
onverhoedschen tactvollen aanval zoo grootdat hij
twee dooden alsmede eenige geweren en klewangs in
zijne stelling achterliet.
De eerste-luitenant De Leur was na de vermeestering
der stelling zoo tevreden over het beleidvol en moedig
optreden van dezen tweeden-luitenant, dat bij de sabel
eenige menscb in de stad die zoo heet. Het is een
kwaadaardige, een gemeene kwajongensstreek, maar ik
zal den dader vinden, ik zal... en terwijl hij met de
eene hand in zyn haar woelde en in de andere het
teiegram hield begon bij opnieuw door de kamer te
rennendicht op de hielen gevolgd door den geheel
verbluften Cbrisciaan, die, niet in staat den toestand te
begrijpen, zich alle moeite gaf om het rooktafeltje, de
vogelkooi en alles wat niet spijkervast wasvoor de
geweldige bewegingen van zijn heer te beveiligen.
Midden in deze zeldzame en voor een onpartijdig toe
schouwer zeer vermakelijke jacht, werd de deur geopend
en trad een officier binnen, die, na eenige oogenblikken
van grenzelooze verbazing, zich op den naastbijzijnden
stoel liet neervallen, en in een luid lachen uitbarstte,
zoo aanhoudend en uitgelaten, dat de majoor eindelijk
zijn wedloop staakte en met gefronst gelaat voor hem
bleef staan.
„Ben je haast klaar met je allergeestigst lachen F"
vroeg bij nijdignadat Christiaan zich op een wenk
verwijderd bad. „Ik ben niet in eene stemming om
gekheid te maken, dat zeg ik je vooruit."
„Maar je moet my toch toegeven", begon overste
Richter„dat dit te ver gaat. Ik kom hier om je at
te balen, zooals wij gisteren hebben afgesproken en in
plaats dat je klaar bent, ren je met tijgersprongen door
de kamer, steeds achtervolgd door dien goeden schaapskop
van een Christiaanbevend en handenwringenden
nauwelijks krijg je mij in bet oogof je begroet mij
met uitdrukkingen die met bloed gewroken moesten
worden, wanneer wij niet znlke goede vrienden waren."
„Eigenlijk heb je gelijk", znchtte de majoor somber,
„je moet het mij maar niet kwalijk nemen want wan
neer het iemand gaat zooals mij vandaag zou de
zachtmoedigste menscb razend worden Daar, lees dien
ongehoorden onzinHij schoof hem twee papieren
toe. „Dit eerst, maar lees hardop, dan kan ik het
ook nog eens booren en vertel mij dan of ik geK ben
of wie het anders mag zijn." Hij liet zich moedeloos
op een stoel neervallen.
in de hoogte Btak en uitriep: „leve luitenant Cor
nelius welke uitroep bij den troep zulk een instem
ming vond dat een driewerf hoerain de gelederen
werd herhaald.
De heeren mr. W. A. van Hoek, te Middelburg,
nr. H. Smeengete Meppel en prof. J. M. Telders
te Delft, die in de vergadering van 18 Mei j.l. tot
leden van het bestuur der „LiboralS Unie" gekozen
zijn, hebben die benoeming aanvaard. Het aldus aan
gevuld bestuur koos uit zijn midden tot voorzitter den
beer mr. E. E. van Raaltete Botterdam.
Den 15 zyn proeven genomen met militaire post
duiven tusschen Utrecht en Haarlem. Te 9 uren wer
den 8 geoefende duiven te Utrecht losgelaten, die een
nur later te Haarlem aankwameD. Nadat zij daar waren
gevoederd werden zij opnieuw uitgelaten en reeds te
half twaalf waren de vogels te Utrecht terug. Het
gelukken dezer proef is voor een zeer belangrijk deel
te danken aan de medewerking van den heer Bronkhorst
te Haarlem die zich met de oefening der duiven had
belast. Deze duiven nestelen te Utrechtdoch worden
daar niet meer dan noodig gevoed; te Haarlem echter
worden zij overvloedig van voedsel voorzien. Worden
zij nu te Utrecht losgelaten dan weten zij dat hnn
te Haarlem een flink maal wacht en vliegen zij er
dadelijk heen. Heeft de maag haar eisch gehad dan
krijgt het verlangen n&ar huis de overhand en nauw
zijn zij dau ook te Haarlem losgelaten of, zonder onder
weg zelfs even te rusten wordt de terugreis volbracht.
Het spoorwegougeval, dat den 7 nabij Heerenveen
plaats hadheeft den minister van waterstaat aan
leiding gegeven de spoorwegbesturen aan te schrijven
om streng toe te zien dat de werkploegen werkzaam
op den wegsteeds voorzien zijn van de vereischte
seinmiddelen en dat de ploegbazen zorg dragen dat
deze seinmiddelen zooveel mogelijk steeds te hunner
onmiddellijke beschikking zijn om ingeval van nood,
dadelijk in staat te zijn de noodige seinen te geren.
Bij kon. besluit van den 15 zijn benoemd tot
heemraad van den polder Waard-Nieuwland te Wie-
ringen de heer P. Maats tot heemraad van den
polder de Schermeer de heer J. Blom Jz.; tot heem
raad van het ambacht van West-Friesland genaamd
de Vier Noorderkoggen van wege de WogEnra-
merkogge, de heer H. J. van den Steen tot heem
raad van den polder Wieringerwaard de heer
J. Blaanboer Corneliazoon tot hoofdingeland van "West-
Friesland van wege het ambacht Geestcaeram-
bacht, de heer A. Wit tot hoogheemraad van Am-
stelland do heer P. Hogenhout.
Den 15 zijn twee militairen, die eenige dagen
vroeger uit de politiekamer te Hoorn ontvlucht waren
nabij Amsterdam aangehouden en daarheen terog ge
bracht.
Den 18 is het district Boermond tot lid der
Tweede Kamer gekozen W. baron d'Olne, katb., met 766
van de 1506 geldige stemmen. De beer mr. Geradts
lib., bekwam 590, de heer de Bas, kath., 79 en de beer
Janssen kath.72 stemmen.
In den nacht van den 18 zijn van de vier woningen
bij den tol op den straatweg te Charlois drie verbrand
de bond beeft de bewoners doen ontwaken de kinderen
zijn met moeite gered.
Te Botterdam is in den nacht van den 18 het
schoenenmagazijn van de firma Paanacker Co aan de
Hoogstraat uitgebrand de daaraangrenzende werkplaats
van den photograaf A. Boeseken brandde mede af.
B. van der Laan, kleedermaker en president der
sociaal-democratische vereeniging te Weerdingermond
gemeente Emmeois den 18 door de arr. rechtbank
te Assen veroordeeld tot 4 maanden gevangenisstraf
wegens bet op 9 Mei in eene tapperij te Zuidhorn uit
roepen van „Onze Koning is een gauwdief."
Den 18 is gekozen tot lid der prov. staten van
Drente bij herstemming te Assen de heer mr. J. J.
Willingelib., met 663 van de 918 stemmen en van
Limburg te Gulpen, in plaats van den heer Brouwers,
de heer Smeetskath.met 350 van de 546 geldige
Overste Bichter vouwde het eerste blad open en las
met de grootste verbazing: „Majoor Schnitzel, Leipzig.
Spoorwegongeluk uwe vrouw gewond kom dadelijk.
Professor fioditz."
De overste liet het blad uit de hand vallen. „Je
hebt toch zeker teruggeseind dat er een misverstand
moet hebben plaats gehad F"
„Zeker, ik telegrafeerdeBericht verwonding etc.
schijnt bij vergissing aan mijn adres bezorgd; daarop
ontving ik dit tweede telegram"hij gaf zijn vriend
bet zooeven ontvangen bericht „luidende Vergissing
onmogelijk uwe vrouw beeft toch zelve het adres op
gegeven."
„Dat is sterk", barstte de overste los.
„Zie je", hernam de majoor„het gaat jou evenals
mij, het is om dol te worden. Wie geeft zich voor
mijoe vrouw uit F Wie is professor Boditz F Ik ken bem
nietdat is te zeggen het zweeft mij zoo eenigszins
voor den geest, dat ik zyn naam ergens in eene courant
moet gelezen hebben, maar hoe komt die man er toe,
te denken dat ik getrouwd ben F Hoe kan bij zoo
hardnekkig aanhouden en verlangendat ik by mijne
gewonde vrouw zal komen F Het is de onzinnigste ge
schiedenis, waarvan ik ooit gehoord heb."
„Jaonbegrijpelijk is zy zeker. Zeg mij nu eens
opreoht en eerlijk, Hans", hernam Bichter, „is hier niet
iets uit vroegeren tijd in het spel F Is het niet mogelijk,
dat eene dame, die eens tot je in betrekking stond, je
naam misbruikt, zij bet uit wraak of uit nood F"
„Neendat is onmogelijk", antwoordde de majoor,
„je weet ik heb geene geheimen voor je ik heb wel
eens deze en gene het hof gemaakt en ook eens een
blauwtje geloopen dat ik mij lang sterk heb aange
trokken maar eene verbinteniszooals jij schijnt te
bedoelen, heb ik nooit gehad."
„Wel, telegrafeer dan eenvoudig aan je professor:
Ik ben ongetrouwd en kom niet."
„Daaraan dacht ik eerst ook maar dat gaat toch
niet. Ik moet er zelf heengaan, het feit is dat eene bij
bet spoorwegongeluk gewonde dame mijn adres heeft
stemmen en van Gelderland te Arnhem de heer G. A.
van Nispen, lib., onlangs te Doesburg niet herkozen, voor
wien de heer Staats Evers zyn zetel beschikbaar stelde
met 1172 van de 1183 geldige stemmen.
De Schach van Perzië is zoo tevreden geweest
over het mauoeuvreeren der marine bij zijn bezoek aan
de marine-inrichtingen, dat hij f 500 geschonken heeft,
am het personeel van de Wassenaer eenen feestdag te
bereidenbenevens zyn portretom als voortdarend
aandenken in dien bodem op te hangen. Den 18 beeft
hij gedurende ruim anderhalf uur het Rijksmuseum
bezichtigdwaar de minister vau binnen!, zaken aan
wezig was om hem rond te geleiden. In bet in de voorhal
liggende Galden Boek schreef hy in perzische karakters
„Als herinnering aan onze komst in het Rijks-Muse-
„um der stad Amsterdam schrijf ik onze handteekening
„in dit boek." Nasb. Eddiu.
Vandaar ging hij naar Artis waar hij met het per
zische volkslied verwelkomd werd. Dit bezoek beviel
bem zeervooral de leeuwen en tijgers trokken bem
aan. Des avonds woonde hij de voorstelling bij in den
circus van Oscar Carré, die uitdrukkelijk daarvoor was
overgekomen. Deze beviel hem zoo goed, dat hij eene
tweede voorstelling op den 20 gelastte; alsdan wenschte
hij een der balletten opgevoerd te zien. Herhaaldelijk
applaudisseerde hij. Den 19 bezocht hij eerst het Ko
ninklijk Paleis op den Dam, dat op bet fraaist gemeu
beld was en daarna ging bij per stoomboot naarlJmui-
den. In bet zykanaal werden proeven met viscbtorpedo's
genomen welke hy liet herhalen daar bij nooit iets
dergelijks gezien had. Op de terugreis Daar Amsterdam
bracht hij een bezoek aan het Czar Petersbuisje te
Zaandam. Na zijne terugkomBt bracht hij een bezoek
aan het Paleis voor Volksvlijt. Den 19 bezocht hij
Haarlem en omstreken.
Te Kralingen is een man aan eene jeneverberoerte
gestorven die gewoon was eiken dag minstens een kan
jenever op te drinken.
- Beroepen bij de ned. herv. gemeente te Span
broek en Opmeer ds. A. F. Kamp te Heeren veen.
Te Hoorn wordt eerstdaags eene Hypotheek
bank opgericht.
Bedankt voor de ned. herv. gemeente te Opper
does door ds. J. J. Eigeman te Hengeioo.
Den 24 is de heer W. Vetter te HOOgWOUd
40 jaren ontvanger en 38 jaren secretaris dier gemeente,
terwijl hij dan tevens 48 jaren op de secretarie werk
zaam is geweest.
Voor hoofd der nieuw gebouwde school te Anna
Paulowna hebben zich 60 sollicitanten aangemeld.
De afdeeling Wieringerwaard der Holland-
eche Maatschappij van landbouw heeft den heer jbr.
mr. P. van Foreest te Heiloo kandidaat gesteld voor
lid van het hoofdbestuur.
Tot poldermeester van den Sammerspolder onder
Egmondbinnen isin plaats van den beer M.
Kaptein aftredend gekozen de heer P. Bommer.
De mededeeling dat mej. G, Zijp voor hare
benoeming tot vroedvrouw te St. Maartonsbrug
beeft bedankt, is, volgens nader ontvangen bericht, on
juist. Zij beeft integendeel die betrekking aangenomen
om ze den 1 Augustus a.s. te aanvaarden. Mej M.
Teffer, van Wieringön benoemd vroedvrouw te
Callantsoogheeft voor die benoeming bedankt.
Op het eiland Wiöringen is ongenoegen ont
staan tusscben wiermaaiers en bet polderbestuur.
Men zegtdat dit laatste niet wil toelatendat bet
gemaaide wier op den Dijk wordt gelost. Men vreest
voor ongeregeldheden. De politie aldaar is versterkt.
Zaterdag werd de landbouwer D., aan de Linde
laan alhierbij het halen van zijn paard uit het land
door het dier tegen de borst getrapttengevolge
waarvan eene ernstige kneuzing ontstond.
Woensdagmiddag werd een 9jarige jongen door
een wagen van den besteldienst, aan de Kanaalkade,
over een zijner beenen geredGEl.
opgegeven, dat een professor haar voor mijne vrouw
houdten niettegenstaande mijn telegram bij zijne
meening blijft. Bedriegerij schijnt mij hier onmogelijk,
maar hoe verklaar je dan die raadselachtige geschie
denis F Wie geeft zich voor mijne vrouw uit F Hoe
komt die professor er toemij uit haar naam te tele-
grafeeren F Dat raadsel moet ik oplossen en wel zoo
spoedig mogelijk."
„Je hebt gelijk", zei de overste nadenkend, „misschien
vindt je een ongelukkigedie door een groote ramp
getroffen, reden heeft haar naam te verzwijgen, die je
van vroeger kent en in haar toestand geen ander
middel weet."
„Misschien", zeide de majoor knorrig „al zou het
toch een sterk stuk zyn. Om de gevolgen die het
voor mij kan hebben bekommert die vrouw zich na
tuurlijk niet. Ik ben officier en ongetrouwd en word
daar op eens tot echtgenoot bevorderd. Misschien zit
er eene of andere bedriegerij achterdie mijn goeden
naam in gevaar kan brengen. Dat zou dau eene lage
comedie zijn, waaraan spoedig een eind moet gemaakt
worden; dat spreekt van zelf. Wanneer ik maar direct
verlof kan krijgen
„Na, toen ik hier naar toe kwam zag ik den com
mandant in de kazerne. Je kunt daar dus heenrijden
en je belangen voordragen over een nar vertrekt de
tre<n en in drie kwartier ben je op de plaats van je
bestemming; veel succes
Christiaandie nu met donderende stem geroepen
werd om de noodige bevelen te ontvangenbemerkte
aan hem bekende teekenendat hier niets te vragen
viel; hij kon alleen hoofdschuddend het bestelde rijtuig
doen voorkomen, want wat moest daarvan worden, als
de majoor zoo eeneklaps zonder Christiaan de wijde
wereld inging F
Dit had evenwel toch tien minuten later werkelijk
plaats en Christiaan wist niet eens waarde reis
heenging.
Wordt vervolgd