FEUILLETON. Een Huwelijksleven, No. 118. Een en Negentigste Jaargang. 1889. V RIJ D A G lx OCTOBER. Mazelen. Prijs der gewone Advertentiën: De gezondheidscommissie m^eat ouders en voogden vsd schoolgaande kinderen ernstig te moeten aanraden: deze niet ter school te zenden, doch ze liever een paar dageD tehuis te houden ingeval zij hoesten, verkouden in 't hoofd zijn, iast aan de OOgen hebben en lusteloosheid vertoonen, welke veracbijDselrn zich doorgaans voordoen, indien zij mazelen onder de leden hebben. (Etfttciëel (Scheelte. FARIJSCHE BRIEVEiV. SSaiUalaub. BELGIE. De president-minister Beernaert heeft aan den nederlandschen gezant te Brussel een bezoek gebracht, om dank te betuigen voor de bewijzen van belangstelling, door den Koning der Nederlanden aan de slachtoffers van de ramp te Antwerpen betoond. DUITSCHLAND. De Eijksdag ia tegen den 22 bijeengeroepen. JOINTiLS LIE. ALKMAARSCHE Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag-en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele rijk f 1, De 3 nummers f 0,06. COURANT. Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HEEM». COS- TEE ZOON. In dit tijdperk dier ziekte toch is de kans, dat zij die op andere kinderen overbrengen, het grootst. Het gedurende een paar dagen tehuishcuden is in elk geval, zoowel in het belang van het kind zelf als van de overige leerlingen der school wensehelijk. De gezondheids-commissie, Mr. E. F. KABSEBOOM, voorz. A E. MÜLDEE. E. KEMPEES. Dr. J. BEOEES. Dr. J, D. BOEKE, secretaris. ONDERWIJZERS, die ia aanmerking wenscken te komen voor Onderwijzer aan de openbare 2 tussehenschool te Alkmaar (hoofd de heer W. S. P. HOEP), op 1 600, ;aarwedde, worden verzocht zich onder overlegging van de bij de wet vereischte snikken en van eene verklaring omtrent den tijd, gedurende welken zij reeds werkzaam zijn geweest, aan te melden bij het gemeentebestuur vóór 15 October 1889. XXXV, Wij gaven elkander rendez-vous voor het Maeée Historique, gelegen aan den ingang van de Bottes Chaumont, welke buttes op zicb zeiven reeds een der prachtigste parken van Parys vormen. Dit museuta is eene opeenvolging van twintig groote schilderijen. Elk doek meet ongeveer 100 vierkante ellen oppervlaitte, en het geheel brengt ons de voornaamste gebeurtenissen der laatste honderd jaren in herinnering. De schilder Jean Baptiste Philippe Emile Bin, kortweg Emile Itin genaamd, is een artist van groot talent, ridder van het legioen van eer en tot voor kort geleden, mBire van Montmartre, welke betrekking hij echter, om poütiefte redenen, moest nederleggen. Hij is een man op leeftijd, ongeveer 64 jaar oud, en een der beste historie-schilders.. Op twintigjarigen leeftijd exposeerde hij reeds in den. paryschen schilder-salon, verkreeg eenige jaren later den tweeden Grand Prix de Bome, en wijdde zich sinds 1853 geheel aan het schilderen van historische tafereelen. Onder zijne voornaamste scheppingen noemt men den „Doop van Clovia", „Jezus en de heilige Magdalena", de „Geboorte van Eva'' enz. enz., en verder praehtige decoratieven in de groote zaal van het voormalige lótel dn Lonvre, in de kerken Saint Nicolas en Saint Sulpioe, in het Grand Theatre te Eeims en nog ontelbare andere. Zijn laatste werk, het historische museum, hetwelk zoo meer van hem zult gaau houdenhoe beter ge ons heden bezig houdt, is eene geheele vaderlandslievende uitvoering, en toont ons do groote gebeurtenissen der jongste eeuw, van af het begin der fransebe revolutie in 1789 tot de verheerlijking dezer gebeurtenis, juist honderd jaren later. De eerste schilderij is een getrouw beeld van de ellende, die overal in het land heerschte, tijdens de regeering der laatste koningen; licks zien wij eene bouwvallige hnfc, waarbinnen een grijsaard ligt te sterven, en op ditzelfde oogenblik komen de dienaren der be lasting, om ai die ongelukkige bewoners, die er vreeselijk ellendig en haveloos uitzien, huiten de dear te zetten. Bechts daarentegen trekt een prachtige jachtstoet van adelijke heeren en dames voorbij, te paard en in fraaie rgtuigan, en allen vliegen recht door de moesgrouden der ongelukkigen en veruielen den oogst. De overgang tot de volgende tafereelen is gevonden, en teonen ons deze doeken de vergadering der Staten- Generaal op 28 Juni 1789, op bet oogenblik, dat Mirabeau aan den afgezant van Loaewyk XVI antwoordt„Gaat „en zegt aan uw meester, dat wjj hier zjjn door den „wil vau het volk, eu slechts zuilen wijken voor de „kraoht der bajonetten". Hierop volgt de inneming van de bastille de dienstneming der vrijwilligers in 1792, toen de regeering plechtig verklaard bad: „het vaderland is in gevaar", en het geheele jonge geslacht als één man opstond om der vcreenigde legers het hoofd te bieden. De vijfde schilderij, voorstellende „de ver- oordceling van koning Lodewijk XVI", en de zesde „de val van Bobespierre", besluiten bet eerste tydperx der Fransche revolutie. Wij zijn nu aan het tweede tijdperk, namelijk bet consulaat en het eerste keizerrijk. Hierbij is vooral de laatste schilderij, den slag van Waterloo voorstellend, allerbelangrijkst en zeer indrukwekkend. De garde trekt voorbij en groet vol geestdrift den grooten Napoleon, die te paard, en omgeven door verscheidene officieren, dien groet beantwoordt. Nooit zou de keizer zijne getrouwe grenadiers weeraieD, de garde hield stand tot geen enkel man overbleef. In het derde tydperk doet het ons werkelijk genoegen, reeds een buitengewoon grooten stap vooruit te doen in de afbeelding van de inwijding van den eersten spoorweg in Frankrijk in het jaar 1828. Het was nog slechts een minimum lyntje van 16 mijlen loopende van Saint Etienne naar Andrésieux, en, vergeeft my deze derde klasse ontboezeming, waarde lezers, doch stellig badden da eerste eigenaars van deze kleine concessie nog in de verste verte niet het idéé, dat zestig jaren later de geheels aarde met eeu spoornet zou zjjn omgeven. Schilderijen 13 en 14 openen en besluiten de regee- ffing van koning Louis Philippeen 15 en 16 zijn zeer treurigin no. 15 aanschouwsn wij eene barricade in den taubourg Saint Antoine, op den hoek van de rue Saiate Marguérite; de afgevaardigde Baudin stort, door een kogel doodelijk getroffen, neder ais een der eerste Slachtoffers van het derde keizerrijk. No. 16 vervolgt hem leert kennen hij is een beetje geaffecteerd tegen over dames. Maar Letta, waarom draai je mij den rug toe? Waarom stoot gij mij weg? Heb ik heeft hjj..,. Letta fiefj wat is er toch?" „Och ga maar voort met wat ge den geheelen avond al gedaan hebt." „Ik? ben je ergens boos om heb ik je verdriet gedaanLetta „Neen beware Jacob hoe komt gij er aan ge hebt mij maar den geheelen avond verstaoten en belee- digd en ge weet heel goed, dat ik daar niet tegen kan. Ik dacht toch waarlijkdat ge er een eer in zondt stellen een vronw in huis te hebben. Maar heel veel beleefdheden hebt ge hensch niet voor my ge had ik schaamde mij voor de meid, die zeker heel goed opmerkte, dat ik er voor spek en boonen bij zat." „Hadt mij maar een woordje gezegd of mij maar een wenk gegeven.... Je weet boe lang het geleden is, dat we elkander spraken en Jorgen is nu eenmaal zoo; als hij aan 't praten is, vergeet hij alles om zich heen." „Jorgen altijd Jorgen wat kan mij dat schelen, al is hy nog zoo slecht opgevoed en onwellevend. ge begrijpt heel goeddat ik meen dat je onhartelijk voor mij bent, Jakob 1" - Zij stond op en keek hem strak aan- „Ik onhartelijk voor mijn vrouwtje „Och." Zij keerde zich schouderophalend van hem weg en viel weer op den stoel. „Maar Letta-lief 1" Letta staarde stil voor zich heen zij wilde zich goed houden maar liet tusscbenbeide een zucht of een snik hooren. „Maar wat is er toch Het is zeker iets heel ergs iets dat je erg gehinderd heeft „Zeg mij eens eerlijk, Jakob: Hebt gij mij den ge* heelen avond wel één keer aangesproken of mij één enkele maal aangekeken „Ja, zeker heb ik dat wel, Letta; maar ziet ge, deze treurige serie, door het schieten op rustige burgers, op den boulevard Montmartre. Verlaten wij spoedig deze aangrijpende tooneelen en bewonderen wij de vroolijke kleurrijke tinten vau no. 17, de terugkomst van het overwinnende fransche leger uit Italië. Het volk juicht luide die kranige soldaten toe, voorop zien wy Napoleon III maarschalk Niel, en eenschitteren den staf van officieren, allen t9 paardwij zonden stellig zweren de place de la Bastille voor ons te zien, alie huizen zijn met vlaggen versierd als op de groote feestdagen. No. 19 brengt ons midden in bet beleg van Parijs op de place Saint-Pierre te Montmartre. Gambetta ver trekt per ballon, ten einde in de provinciën nieawe legers ter verdediging op te roepen. Hij is vergezeld door Spalier en den luchtreiziger Trinquet. Alle om standers, Clemenceau, toenmaals maire van Montmartre, Doria, Bin en vele anderen zien er ernstig bewogen nit en drukken den vertrekkenden de hand. De laatste bladzijde dezer honderdjarige geschiedenis is het feest van 1889 de apotheose der Fransche re publiek deze schilderij is in alle opzichten prachtig op de plek, waar eens het paleis der tnileriën stond, verheft zich een allegorisch monumenteen reus achtig voetstuk, waarop een groot standbeeld van de republiek. Onder dit beeld zien wij de republikeinsohe drieëenheidvrijheid, gelijkheid en broederschap, en rocdom den voet de voorgangers der fransche revolutie: Etienne Marcel, Voltaire, Bousseau Diderot, en ver der Danton Mirabeau CarnotThiers Ledru-Eollin Gambetta enz. enz. Op deze schilderij zien wij verder allegorische triomfwagens en in een geheel perspectief de place de la Concordede Champs Elyséeahet Trocadero den EifFettoren enz. en wij verlaten dit gebouw en zijn van verheugd al deze schoone tooneelen eene allergelukkigste herinnering mede te nemen. Parijs, 26 Sept. 1889. J. M. T. Den 1 heeft des voormiddags te elf uur by Wild park nabij het station te Stuttgart eene botsing plaats gehad tusschen een personentrein en een locomotief van een goederentrein. Wegens de bromming van den weg hadden beide machinisten elkaar niet opgemerkt. Drie personenwagens, alsmede beide locomotieven, wer den verbrijzeld, 8 personen gedood en 25 gewond, waarvan 8 licht. De stoker van een der locomotieven werd geheel verkoold onder de machine gevonden. Te Berlijn is bericht ontvangen, dat de blokkade der oost-afrikaansebe knst bij Zanzibar zoo door den den eersten keerdat Jorgen en ik elkaar weêr „Het is heel vleiend voor mijdat ge nw vriend zooveel te vertellen hebt.en dat ge hem daaren boven nog toonthoe weinig ge om uwe vrouw geeft." „Neen Letta begin je nu niet op te winden en over het ontwerp te fantaiseeren. Je weetdat ik je op de handen draag, dat ik je innig lief heb ik begrijp niet hoe je aan znlke gedachten komt. Daar kom ik zoo vroolijk binnen „Jaga maar doorMaak het mij nog maar dui- deljjker dat ik hier te veel ben dat ge u ook zonder mij kunt vermaken. Maar, dat zeg ik je, Jakob, dat ik morgen geen voet in de eetkamer zet. Ge kant satnen ontbijtenzooals ge saaien hebt gesoupeerd van avond en de meid zal je wel voldoende kan nen bedienen." „Maar, Alette".,.. „Ik zal mij niet weer laten beleedigen.Och, ge hebt me zoo bitter gegrieftJakob Zij verborg het gelaat in de handen en snikte en bij trachtte te ver geefs de tranen te drogen. „Maar begrijp je dan nietdat hij zoo vervuld was van zijn eigen zaken en plannen dat hjj hier iets wil oprichtenge weet toch weldat er dingen zijn die men zaken noemt, en waarmee de vrouwen zich niet bemoeien...." Zij hief het gelaat op „Je wilt er je afmaken Jakob, door het op de zaken te schuiven maar ik weet weldat het mij heel hard valt, de eerste plaats in je hart te zien innemen door je oude vriendeD. Bij mij is het zoo geheel anders. ik heb niemand waar ik meer van hond dan van mijn man en zij barstte in tranen nit. „Baak mij maar niet aan het ia vreeaelijk en ik weet niet wat ik be ginnen meet." „Wat ge beginnen moet? In mijn armen komen, mijn Letta-lief.Treur niet langer kindje Ik wil je wel toegeven, dat ik, al is het onwillekeurig, zelfzuchtig en heel onaardig voor j8 geweest ben DOOB 7) Zij waren dan zeker op de trap gaan zitten zij trok een paar pantoffels aan en schoof voorzichtig het gordijn een beetje op zijde. Berven stak net een lucifer aan zoodat zijn gelaat verlicht werd. Zij waren op punt van naar 't hotel te gaan. Berven had een plaid over de schouders en Jacob vergezelde hem vroolijk en drnk redeneerend. Men hoorde hunne stemmen nog cm den hoek. Zij kon bet niet langer uithouden, zij ging zittenen schreide diep teleurgesteld. Daar kwam Jacob weerZij hoorde zijn voet stappen in de leege straattoen op de trap. Zij hield het licht bij den spiegelom te kijken of men zien kondat zij geschreid had. Zou zij de oogen afwasaehen Neen bedacht zij zich: het is juist goed dat Jacob ziet boe ik gehuild heb. Zij sloeg een shawl om en ging zitten wachten hij zou niet de troost hebbenom te denken dat zij heel on verschillig was gaan slapen. Hy kwam opgeruimd en blijmoedig binnen en zei vriendelijk en zacht „Maar Letta lief, ben je nog opgebleven Alleen om op mij te wachten.Dat had ge beusch niet moeten doeD, kindje maar zoo zijn de vrouwtjes Gij begrypt dat we wel heel wat afgepraat hebben. Hij is op zijn best als hij met iemand alleen is. In gezelschap is hij niet zooveel waard. Wat gy van hem hoordetbetee- kende niets. Wat is er vrouwtje beviel by je niet.Ocb praatjesIk zeg jedat je hoe langer

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1889 | | pagina 1