No. 126. Een en Negentigste Jaargang. 1889. FEUILLETON. Ben Huwelijksleren, WOENSDAG 23 OCTOBER. NATIONALE MILITIE. Prijs der gewone Advertentiën: töeöcette. PA RIJ SC 11 fi I5ÜÏE V fiflï. ar02>iLA.!S T.TTH, ILKIIAARSCHE COURANT. Deze Coarant wordt Dinsdag-, Donderdag-en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele rijk f 1, De 3 nummers f 0,06. Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HBBMi. COS- TEE ZOON. De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt ter voldoening aan eene uitnoodiging van den beer Commis saris des Konings in deze provincie, bij den brief van 12 Oc tober j.l. 4e afdeeling No. 15 1831 M/S. ter algemeene kennis de volgende beschikking De Minister van Oorlog, Heeft goedgevonden ten vervolge op de beschikking van 10 April 1889, Vile Afd., Militie en SchutterijNo. 66, (R. M. 1889, 'oladz. 84) te bepalen 1*. dat de oproeping in werkelijken dienst van de verlofgan gers der Militie te land der lichtingen van 1885, van 1886 en van 1887behoorende tot de regimenten der 2de Divisie Infanterie o. m. bedoeld bij het Koninklijk Besluit van 8 April 1889 No. 52moet geschieden voor de hierna vermelde tijd vakken Van het 1ste, het 5de en het Sste Regiment Infanterie de lichting van 1885 voor het tijdvak van 11 November tot 23 November 1889; 1886 u van 25 November tot 7 Dfcember 1889; 1887 ut t van 9 December tot 21 December 1889; 2°. dat de verlofgangers gevestigd in gemeenten, vanwaar zij niet in één dag hun garnizoen kunnen bereiken, niettemin zich eerst op den dag voor de opkomst bepaald, op marsch behoeven te begevenen den volgenden dag zoo vroegtijdig mogelijk bij hun korps zullen moeten aankomen. Brengt wijders ter kennis van belanghebbendendat de op roeping in werkelijken dienst van de overige in genoemd Ko ninklijk besluit aangeduide verlofgangers van de regimenten der 1ste en der 2de Divisie Infanterie dit jaar achterwege zal blijven, doch dat die verlofgangers, voor de oefeningen met het geweer Model 71/88, vermoedelijk in de eerste maanden van 1890 voor een tijdvak van 13 dagen onder de wapenen zullen worden geroepen. 's-Gravenhage 9 October 1889 De Minister voornoemd (get.) J. W. BERGANSIUS. Alkmaar, 17 October 1889. De Burgemeester voornoemd, A. MACLAINE PONT. XXXVIII. Op het Champs de Mars, rechte van den Eifïeltoren en rcDdom het fransche restaurant van Tourtel maken wij kennis met Suez, Mexico en de Zuid-Amerikaansche Staten. Het Suez-kanaal neemt hier eene kleine dcch waardige plaats in en wordt ona getoond in twee afzonderlijke zalen in een kiein gebouwtje, welks buiten muren met egyptiscbe teekeningen versierd zyn. Binnen tredend valt ons oog op eene fraaie reproductie van het kanaalwelks loop wij gemakkelijk volgen vaa af de roode zee over Thewflk Suez laags de groote en kleine bittere meeren het Timsabmeer Ismaïia het meer Ballab, Port-Said tot aan de Middellandsche zee. Het geheele kanaal en de beide zeeën zijn met stoom schepen overdekt. Langs de wanden zijn allerlei photo- DOOR 15) „Hoe ongezellig donker en warm is het hier!" „Ja, wij hebben bet cok druk gehad van avond maar wacht even ik zal gauw de lamp voor je op steken," Er stond hem een kinderstoel in den weg en bij do kachel lag nog een enkel stuk kinderkleeren. „Gij moest toch onze huiskamer niet tot kinder-, slaap- en kleedkamer maken, Alette; we moeten die tcch netjes houden, ala er eens iemand komt, daar ligt weer een kous." „O, van broertje, Jakob! Hij kan toch wel eens een kousje verliezen je bent daarom toch niet boos op hem P „Neen maar het staat zoo onbehoorlijk", vervolgde hij wat zachter. Lr was iets in den toon van het woord „onbehoor lijk", dat haar griefde. „Jaals ge alles op de keper beschouwtdan zult ge hier en daar wel wat vindendat niet is zooals het behoort te zijn", zeide zij, de lamp aanstekende „maar er is ook beel wat te doen." „Maar, lievé Letta, ge kunt toch zooveel hulp necieu als ge maar wilt, wij kannen het immers betalen. Ge behoeft maar te gaan zitten en te bevelen. Laat je maar goed bedienen," Er blonk een traan in haar oogenzijn woorden schenen haar van avond al bijzonder grievend toe. „Dank je, ik weet wei, dat je denkt, dat je heel goed voor ons zorgtMaar wy zijn maar bijzaken voor je, Jakob, de hoofdzaak is en blijft de zaak de zaak grafiën afbeeldingen en kaarten en ook alle datums ingeschreven, waardoor wij de geheele geschiedenis van het kanaal kunnen nagaan van af de eerste inschrij vingen tot aan de opening op 17 November 1869 welke laatste heugelijke gebeurtenis bovendien nog her dacht wordt door een fraai marmeren Engel, die dezen datum in een gedenksteen beitelt. In eene aparte donkere zaal bezichtigen wjj een ver licht plan van dezen waterweg en bunnen ons alzoo een denkbeeld maken hoe het er bij nacht uitziet, V an hieruit willen wij een bezoek brengen aan Mexi. o. Het pavilloen van Mexico is zoowel in- als uitwendig een bijzonder fraai gebouw en do tentoonstelling van deze republiek is bepaald schoon te noemen. De Mexi- caanache regeering heeft zelve daartoe medegewerkt en een millioen franken beschikbaar gesteld. Het paleis is in oud-mex'.caanschen stijl en herinnert ons aan de bouwkunde der oude volken vóór de ontdekking van Amerika. Alle eer komt toe aan den architect Antooio Anza en aan zijn medewerker Luis Salazar. Met zeer veel genoegen beschouwen wij de smaakvolle wijze, waarop al de producten van dit schoone land bijeen gebracht zijn er is bepaald van alles, zoowel van landbouw als nijverheid. In de groote benedenzaal staat een reproductie van den Eilfeltoren, speciaal voor de tentoonstelling vervaardigd naar eene photographie welke uit Parijs werd gezonden verder een model van het pavilloen waarbinnen wij ons thans bewegen. Het land schijnt bijzender rijk aan deifstoflen en kostbare ertsen waaronder steenen die veel goud en zilver be vatten. Ook vielen er in vroeger tijden reusachtige meteoren van welke wij hier de reproductiën zien, en waaronder die van San Gregorio en Chupaderos welke respectievelijk 11560 en 15600 pond wegen. Zeer schoon is ook het monument in groen brons van den krijgsheld Guitlahuaeen bewonderen wij verder fraaie houtsoorten en prachtig onyx-marmer in platenbuben en pyramides. Aan tabak en sigaren ontbreekt het nietvoor dit artikel heeft Mexico ver scheidene bekroningen verworven. In de beide kleinere zijzalen maken wij kennis met de bewoners en eigenaardige bleederdracht, met allerlei kleine voorwerpen, voorstellend fornuizen, huis- en keukengereedschap ruiters te paard stieren bufiels enz., met groote echt vilten hoeden, panama's, wapen borden afbeeldingen van alle uniformen van leger en politie siropen mineraalwateren enz. enz. Een sierlijke trap geleidt ona naar bovenen wat wij hier zien is wederom het een nog mooier en belang wekkender dan het ander. Het onderwijs staat op vrij grooten trap van ontwikkelingde leerlingen der teekensohool, landbouwschool, kunsten en ambachten, handel en administratie, rechtswezen, schoone kunsten en muziek, enz. enz. zonden zeer fraaie proeven hunner gemaakte vorderingen. Ook bewonderen wij een prach- tigen leuningstoel van rood fluweel, met (raaien troonhemel eveneens van rood fluweel, zijde en damast met gouden „Janatuurlyk dat is het voornaamste. Kan ik meer doen dan je raden meer hulp te nemen, draag ik je dan niet op de banden f" „Och ge zoudt ons wel wat meer kunnen geven wat meer van je zelf, Jacob .1" klonk het gedwongen. „Vroeger was het zoo anders, dat weet je nog wel." „Wel zoo, dacht ge dan dat ik het kantoor vroeger sou sluiten en de harp aan de wilgen hangen", zei hij ongeduldig. „Ik kwam nog wei binnen, om te vernemen of ik den dokter en den ontvanger op de thee kon vragen „Dat trelt dan ook juist heel ongelukkig, net op een van de twee avonden in de weekdat ik de kinderen baad 1 Ik zou mij ook nog moeten verkieeden." „Neen, er is nu natuurlijk geen sprake van om ze te vragen Ik zal maar weer naar 't kantoor gaan en zal zien dat ik ze weer kwijt raak, maar, Alette bet is al over achten me dunktdat het voor ons avondeten ook wel tijd wordt." „Ge weet nu hoe het komt, maar, manlief, ik zal gauw voortmaken, wees maar niet ongeduldig..." Jacob draaide de lamp wat op tn liep heen en weder te fluiten en te wachten. Wat duurde bet lang Een van de kinderen begon te huilen „En dat genoegen kan mij twee avonden in de week te beurt vallen", mompelde hij hongerig, moede en mat. „Ik zou wel zin hebben, om een lekker, warm beaf- stukje en een grogje met de heeren in 't hotel te gaan gebruiken 1Hm hm hij keek weer eens op de blok en stampte ongeduldig op jien grond. Even daarna kwam hij met zijn overjas aan en zijn hoed op in de keuken „Zeg aan mevrouw", klonk het kortaf tot de meid „dat ik van avond naar het hotel ga." Alette was eindelijk omdat zjj zich een poosje met haar zoontje had moeten bezighouden, zoover gekomen, dat zy juist de eieren in de pan wilde stuk slaan om Jacob een paar lekkere spiegeleieren te kunnen voor zetten. Het was ai zoo laat voor dien armen man 1 De boodschap van de meid deed baar opschrikken, toen jij net één ei had stukgeslagen. franje en borduursels en met het wapen van Mexico, voorstellend een arend die eene slang in den bek houdt. Het oude nationaal Museum is vertegenwoordigd door eene ouderwetsche banier van de orde van den heiligen Jacobus en allerlei oude voorwerpen, al'godjes en dergelijke. De dierenwereld is ook niet vergeten, allerlei opge zette tijgerkatteD, lijnxen, springhazen, apen, hagedissen, insecten knaagdieren en vooral ontelbaar vele bont gekleurde vogels vormen met een zeeleeuw eenige wilde zwijnen, tapir en miereneter het levende product; het plantenrijk toont ons boonen, erwten, granen en maïs. Onder de voorwerpen van industrie wijzen wij op eene fraaie toilettafel van mooi hout, ingelegd met ivoor en schildpad, en op vele zeer fijne kleine artikelen van onyx-marmer vervaardigd, ais penhoudersvouw- beenen, gegraveerde schotels enz, enz. Verder kunstig geboruunrde kussens en doekjes, anatomische instru menten, katoen, wijnen, rhum, suiker enz. Twee aparte kamers zijn gewijd aan de pers en aan eene kleine collectie schilderijen. Wy hebben thans weder genoeg in de zalen rond gedoold en willen na het diner eens eenige nieuwe vermakelijkheden buiten de tentoonstelling bezichtigen. Het wordt zoo langzaam aan winter deze wordt ons aangekondigd door de kleine verkoopers vaa kastanjes op de hoeben der straten. Hoe vele duizenden doen in Parijs hun middagmaal met eenige sous kastanjes of gebakben aardappelenop den hoek eener straat gekocht. Gaan wij dan naar Montmartre, alwaar sinds eenige dagen een nieuw lokaal geopend werd, genaamd de „Boode Molen". Van buiten ziet het er zeer aardig uit, de wiekan zijn geheel verlicht en draaien gestadig rond. De toegangsprijs is voor eene dans zaal vrij duur3 francs de persoon op een gewonen avond. Wat wij te zien krijgen is niet bepaald mooi, de danszaal is ruim genoeg, het orkest groot en goed, het heerenpubliek net en beschaafd doch dansen ban men er niet.» Wat er danst is niet veel zaaks, en dus bunnen wij slechts toekijken. Wel zijn de dansers be dreven in hun vak bet is een geducht springen en men moet het gezien hebben, om te gelooven aan zooveel lenigheid. Een komiek uil een baliet, die met zijn been geweer op schouder speeltzou het deze dansers en danseressen niet verbeteren. In den tuin is het niet onaardig men kan er schommelen doch mag slechts één persoon tegelijk op bet schommelplankje staan, dus is er dan niet veel aardigheid aan. Aangenamer is het een rijtoertja per ezel te maken. Slotsom is, dat het gebouw, tuin en orkest zeer fraai en goed zijn, docb de directeur moet trachten er een ander publiek in te brijgen. Zooals het nu is, zien wij slechts de leelijke zijde van het onfatsoenlijke hetwelk hier niet vergoed wordt door het fijne en losse van Bullier de danszaal van het studentenbwartier of door het een voudige en prettige van den Moulin de la Galette boven op den batte Montmartre. Parijs 17 Oct. 1889. J. H. T. Zij stond met den dooier boven de spoelkom te ba- lanceeren en liet hem van den eenen halven dop in den andere glijdenterwijl het eiwit al in de pan liep. De boodschap drong nog niet tot haar door. Ja, bij had een hoed op en zijn jas aan, zeide Karen. Het was haar eerst net, of hij in een rijtuig gestapt was en voor goed was weggereden en haar aan haar lot had overgelaten z*5<5 stond zij daar I Zy sloeg geen eieren meer stuk in de pan zij wist maar al te goed, dat zij er al één te veel had gebakben. „Dek maar nietKarenik kan hier wel een kopje thee drinken. Och neen vleesch hoeft niet... ik heb genoeg aan een boterham." Zij trok een stoel bij de keukentafel en at daar een stukje brood en dronk haar kopje thee. Zij voelde zich zoo eenzaam en verlaten. Toen kwam er ook een gevoel van verontwaardiging bij haar op. Niet eens het zelf te komen zeggen Aan de meid de boodschap te geven, dat mijnheer uitging en na, terwijl hjj toch wist, dat zij zich zoo repte met het avondeten Zij bleef lang voor het raam staan en keek naar het schijnsel van het licht in de bovenverdieping van het hotel. Had zij het dan zoo prettig zij, die ook den geheelen dag druk bezig was in haar huishouden of met de kinderen en die daarbij zoo weinig afleiding had. Wat had zy aan een man die geheel in zijn zaken opging Zij ging op de sofa liggen en verborg haar hoofd in de handen. Had hij haar willen plagen Toonen dat hij de baas in huis was P Len bitter gevoel van spyt bezielde haar, nu zij ondervond dat zij afdaalde van het pad der eerste dweepende blinde, oneindige liefde, tot den breeden weg van het praetisch huwelijkslevenwaarin de man boos wordt, als het eten niet op klokslag klaar is Zij bleef daarover peinzen, tot de kamer geheel koud

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1889 | | pagina 1