FEUILLETON.
Een Huwelijksleven,
No. 141.
Een en Negentigste Jaargang.
1889.
WOENSDAG
27 NOVEMBER.
Prijs der gewone Advertentiën:
BuiUulaub.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Coarant wordt Dinsdag-, Donderdag-en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele rijk f 1,—
De 3 nummers f 0,06.
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HEEM». COS-
TEE ZOON.
BELG IE. In het door de regeering bij de Kamer
ingediende wetsontwerp tot bescherming van verwaar
loosde kinderen wordt voorgesteld, de hoede en de
opvoeding van kinderen te ontnemen aan onwaardige
ouders of voogden, maatregelen te nemen om verlaten
kinderen op te voeden en om kinderen te verbeteren,
bij wie reeds verkeerde neigingen gebleken zijn. Verder
worden strengere straffen voorgesteld tegen hen, die
kinderen verleiden en bederven. Van 1876 tot 1880
zijn 1129 personen wegens aanranding dar eerbaarheid
en verkrachting vervolgd en van 1880 tot 1884 1646.
In het eerste tijdperk werden 92.4Sin het tweede
96.66 pet. dezer zaken correctioneel behandeld, wat tot
de vermeerdering er van naar de meening der regeering
moet hebben medegewerktdaar de schuldigen weten,
dat hun de schande van opzienbarende openbare be
handeling niet wacht. Daarom wordt crimineele behan
deling en verzwaring der straöen, naar gelang van den
leeftijd der jeugdige slachtoöers, voorgesteld.
De conferentie ter bestrijding van den slavenhandel
heeft met algemeene stemmen eene verklaring aange
nomen waarin wordt gezegd dat de vraagstukken
betreöende grondgebied Diet tot hare bevoegdheid behoo-
ren. Aan ecne commissie is opgedragen te onderzoeken,
door welke maatregelen de slavenhandel over zee kan
worden belet. Die commissie bestaat uit de vertegen
woordigers van Duitscbland Belgie, Frankrijk, Groot-
Britannie Italië, Peru, Portugal, Turkije en Eusiand.
Bij de Kamer is door de regeering een wetsontwerp
ingediend waarbij het contingent der lichting van de
nationale militie voor 1890 evenals voor 1889 weder
bepaald wordt op 13300 man. Tevens wordt daarbij het
grootste aantal manschappen dat in vredestijd onder
de wapenen mag worden geroepenvastgesteld op
100.000 man.
DUITSCHLAND. Den 22 des avonds zijn in
eene mijngroeve te Eecklinghausen door een ongeval
250 mijnwerkers opgesloten. Levensmiddelen konden
hun verstrekt worden en men hoopte hen den 23 te
kunnen bevrijden.
De Keizer heeft de verdiensten van kapitein Wiszmann
erkend door hem te bevorderen tot majoor en te plaatsen
a la suite van een der garderegimenten. Vóór zijn
vertrek was hij nog slecbts luitenant.
Aan den Eijksdag is toegezonden het Witte Boek, ban
delende over Duitscbland's belangen in het gebied aan den
Niger. Daarin worden behandeld de meermalen in den
Eijksdag ter sprake gebrachte grieven tegen de engelsche
Eoijal Niger Company (de Kon. Niger-maatscbappij),
weike onrechtmatige tollen heien den handel mono-
poliseeren en andere handelaars verdringen zou.
Dit boek bevat1°. een bericht van den duitschen
commissaris Puttkamer over den drukin genoemd
gebied uitgeoefend2". eene uitvoerige gedaebtenwis-
seling tusschen de duitsche en engelscho regeeringen
over de duitsche grieven; 3°. eene opdracht d.d. 2 Oc-
DOOK
JONAS T .Tïn,
30)
„Maar, vriendlief, ge kunt ze twee, drie jaar hou
den zoolang ge maar wilt
„Dank jege zoudt wel vier kunnen zeggen
maar dat is geen leenen." Hij haalde zijn portefeuille
voor den dag en gaf hem het papier
„Dank, Jörgen, hier hebt ge het terug I Ja, ik meen
bet heusch ernstig bet is weer een zorg meer om
het terug betaald te krijgen.... Nu behoeft dit al
weêr niet."
Berven Btaarde bem aan„Zogt ge dat aan mij
„Als ik leenen moet, dan zal ik liever naar eene
bank gaan dan heeft men met geen persoonlijken
krediteur te maken."
„Dus ge wilt het niet aannemen Jakob
Berven stond met het papier in de handdie hand
beefde
„Neenliever niet", zeide Jakob koel.
„Wilt ge het niet aannemen Heusch nietEr
blonk iets vochtigs in zijn oogen.
„Neendas dan kunt ge me zeker niet langer ge
bruiken Jakob", klonk het langzaam„zoover
zoo ver ik weet.,.. En wilt ge dan maar laten
in in inspannendan ga ik van avond maar
doornaar het bosch."
„Zooals ge wilt, Jörgen! Het spijt mij waarlijk,
dat ik je zoo lang heb opgehouden. Ik had moeten
bedenken wat leenen eigenlijk was."
Hij had moeite zich goed te honden.
Berven sprak geen woord meer. Hij nam zijn reis-
tober 1839 aan den duitschen zaakgelastigde te Lenden,
om aan de engelsche regeering tnededeeling te doen van
den inhoud eener nota van deu staatssecretaris Bismarck.
Uit die nota biijktdat de duitsche regeering alle
grieven tegen die maatschappij als gegrond beschouwt
ea van de engelsche regeering nadrukkelijk beratel
verlangt. Verder wordt op grond der mededeelingen van
haren commissaris uiteengezet, dat die maatschappij
geen aanspraak heeft op het aan dan Boven-Niger
gelegen koninkrijk Nupe. Aldaar is koning Moleki
uitsluitend heerscher. Die maatschappij heeft duB geen
recht den doorvoerhandel te beperken en de engelsche
regeering moet zorgen, oat schepen en koopwaren, die
op weg van of naar Nupe over den Beneden Niger
gaan, van alle tollen ontheven en voor alle oponthoud
gevrijwaard worden. Totdat beslist is over eventueele
aanspraken der maatschappij in de bovsn Nupe gelegen
strekeu en aan de Bennemoot ook daar tolvrijheid
bij den doorvoerhandel bestaan. Evenzoo moet de en
gelsche regeering zorgendat de buitengewoon booge
tollen welke de maatschappij heft in strijd met de
daitsch-engelsche overeenkomst van 1885, warden afge
schaft, daar zij alleen ten doel hebben den meest winst-
gevenden handelstak uitsluitend voor die maatschappij
alleen te behouden. Ook bebooren de lastige bepalingen
opgeheven te worden welke tot het verdringen van
andere handelaars genomen zijn. De aanspraken op
schadevergoeding van deu duitschen koopman Hoenigs-
berg zijn gegrond gebleken.
Ten slotte wordt de hoop geuitdat de engelsche
regeering, tegenover de thans bewezen feiten, niet
langer met hare tussohen komst talmen en de middelen
zal weten te vinden, om die maatschappij tot nakoming
der internationale verdragen te dwingen.
De Nordd. A lig. Zeitung de9lt een officieel bericht
mede van den duitschen consul te Zanzibar dat daar
uit zekere bron de tijding is ontvangendat docter
Peters en zijne metgezellen zich in welstand bevinden
bij het Kenia-gebergte. Er z;;n maatregelen genomen
om te zijner kennis ts brengen, dat Ernin Pacha (wiens
bevrijding het doel der duitsche expeditie is) uit Wadelaï
is vertrokken.
In de Nordd. Allg. Zeituog leest menVoor zoover
uit de telegrafische berichten kaa worden afgeleid, be
hoeft de tegenwoordige toestand van Brazilië geene
ongerustheid te wekken. Aan het voorloopig bewind
schijnt noch de macht, noch de wil te ontbreken, om
de orde te handhaven. Het is dus onnoodig, duitsche
oorlogschepen naar Eio-Janeiro te zenden tot bescher
ming der aldaar gevestigde duitschers.
FRANKRIJK. De Eifleltoren te Parijs zal van
1 Dcc. tot het voorjaar gesloten zijn, om de moeielijk-
heden van den toegang tot den toren over het veld van
Mars in het ongunstige jaargetijde en tengevolge van
de opruiming der gebouwen.
Kamer. Den 23 zeide de minister-president Tirard,
dat hij geen druk op de Kamer wilde uitoefenen, maar
zak op legde h6tn weer op den grond, en stond bleek
en treurig te kijken onzeker of hij nog naar de hu's-
kamer zou gaan.
Hij deed de deur half open en knikte even tegen
Elizabethdie daar zat.
Jakob stond hem beleefd aan de deur na te kijken, toen
zijn oude vriend zonder knikken of wuiven wegreed
Hij bleef hem nastaren met bet ontbloottereeds
grijzende hoofd.
„Ik ben toch eigenlijk wel gek zeide hjj bij zioh
zeiven toen bij naar 't kantoor ging.
Ja, dat was bij waarlijk Gescheiden van zijn eenigen,
oudentrouwen vriendter wille van eene vrouw,
die zijne zorgen en bekommeringen niet deelde.,..
Hij bleef lang op *t kantoor. Het mondstuk van
zijne pijpdie hij uit gewoonte in zijn mond had ge
nomen zonder haar aan te steken was in tweeën ge
beten toen bij haar wilde weg leggen.
XVII.
Jakob kwam op 't kantoor, nog met de zweep in de
hand om zijn reispels en zijne reislaarzen uit te doen.
Hij was den gebeelen dag aan 't rijden geweest en
zyn gelaat was rood van de konde.
„Martin EingDaes is ook failliet Tobiesen 1 Nu
hebben Mathiesen en ik bet genoegenom ook zyn
aandeel, zijn vierde part in het Varaasbosch, te moeten
overnemen.''
„Welzoo? Wie zou dat ooit van dien rijken man
gedacht bebben
„lijk P ja 1 spoedig ligt het geheele endossement
als een kaartenhuis in elkaar."
„Ja, ja, het is een vervloekt werk, die handel
waarin iedereen even grootscheeps wil meedoen
barstte Tobiesen uit.
Jakob trachtte een paar maal te vergeefs zyn'aarzen
uit te trekken en stampte ongeduldig op den grond.
zich toch nadrukkelijk moest verklaren voor handhaving
vaD het monopolie op de lucifers om geldelijke redenen.
Art. 3 van het voorstel van de heeren Leydet en
Peytral werd daarop met 244 tegen 237 stemmen ver
worpen waarna de heer Peytral het voorstel introk.
De heer Eouvier, minister van financiën, antwoordde na
dien uitslag op de vraag, wat hij doen zou, dat, zoodra
de termijn verstreken was, dua met 1 Januari 1890, de
regeering zelve de vervaardiging der Inciters zon over
nemen waartoe do wet van 1872 het recht gaf.
OOSTENRIJK-HONGARIJE. Bij de be-
handeling van de begrooting in de hongaarscbe Kamer
verklaarde minister Tisza, dat do voor de bezetting van
Bosnia en do Herzegowina toegestane sommen op regel
matige wijze besteed waren. Wat bet afrukken van
de Keizersvlag te Monor betrof, deze zaak was wel
geschikt om verontwaardiging te wekken. Als het de
hongaarscbe vlag geweest was, dan zau de grondwettige
vorA ook straf geëiocht hebben. Hij betoogde verder
dat de wet van 1867 de gemeenschappelijkheid van het
leger ingesteld had en trachtte de tegen hem ingebraohto
beschuldigingen te weerleggen. De heer Caroljji riep
uit „Spreek luider, wij verstaan u niet." Daarop ont
stond eene geweldige opschudding j de president dreigde
den heer Caroliji met verwijdering. De oppositie klaagde
luide over onrechtvaardigheid, maar van de andere zijde
werd beweerd, dat de oppositie stelselmatig verzet tegen
den heer Tisza uitlokte.
BULGARIJE. De verjaardag van den veldslag
van Slivnitza is te Sofia met luister gevierd. Prins
Alexander hield eene aanspraak waarin hij zinspeelde
op de geruchtendat Duitscbland en Oostenrijk be
sloten hadden, Bulgarije aan zijn lot over te laten. Die
geruchten hadden alleen ten doel verdeeldheid te
zaaien onder bet bulgaarsohe volk. De Keizer van Oos
tenrijk die onlangs de houding van Bulgarije prees
is niet van gevoelen veranderd, evenmin als z jne regee
ring. En wat Duitscbland betreft deze mogendheid
hecht te hooge waarde aan de vriendschap van dien
vorst, om zich tot da beweerde plannen te leenen. Da
buigaren zullen zich beijveren om de welwillendheid
der groote mogendheden te verdienen, maar niets toe
geven, zoodra 'slanis onafhankelijkheid daarbij in bet
spel is.
ZÜID-AMERIKA. De president der republiek
Uruguay heeft het door het ministerie aangeboden ont -
slag aangenomen. Een verschil van gevoelen tusschen
den president en een der ministers gaf tot het verzoek
om ontslag aanleiding.
BRAZILIË. Da regeering van de Argentijnecbe
republiek en die van Uruguaij beeft de republiek Brazilië
erkend. De vertegenwoordiger der Vereenigde Staten
te Eio Janeiro gaat voort vriendschappelijke betrekkingen
te onderhouden met bet voorloopig bewind maar over
de vraagof de regeering der Vereenigde Staten het
bewind zal erkennen, is nog geene beslissing genomen.
„Wil ik u helpen?" vroeg Tobiesen.
„Natuurlijk zijn er eenige gelukvogelsdie bijtijds
het onweder in de lucht hebben zien aankomen. Zij
hebben er zich uitgekochtEn nu is iedereen even
wijs, Tobiesen maar te laat 1"
„Ja, maar dit zijn ook speculanten'', hield Tobiesen
hardnekkig vol. „Zij verbeelden zich zeker in Cali
fornia te zijn. De lichtzinnigheid kan ook te groot
worden
„He 1 ik geloof, dat ge bier van middag wilt bra
den!.... Neen, neen, laat het maar zoo", zeide by,
terwijl hij naar de deur liep om de kamer uit to
gaan„bet ligt natuurlijk aan mijdie zoo aan de
koude gewend ben."
„Ik hoorde je thuiskomen", riep Alette aan de keu
kendeur, „en zal even wat eten voor je laten warmen
van van middag; ge hebt zeker nog niet gegeten"
Zij spoodde zich de keuken in om bet dadelijk in
orde te laten maken.
Er was niemand in de hniskamer; Elizabeth was naar
de stad, zeide de meid, die naar de kachel kwam kijken.
Hij liep op en neer in de kamer.
„Och toe, Alette", riep hjj ongeduldig, „duurt
het zoo lang met het eten En wordt de lamp niet
aangestoken
„Ja, manlief, ik kom dadelijk; wees maar niet boos,1
Jakob
Alette stak de mooie groote lamp aan en liet de
gordijnen zakken, terwijl de meid de tafel dekteen bet
eten binnenbracht.
„Zie zoo nu hebt ge wat te eten dat zal je goed
doen
Zij ging over hem zitten met haar breiwerk.
„Wij hebben een nieuw vaatje bier uit Christiana
gekregenvan daag. Ge moet bet eens proeven.
M n je ook by den schout geweestJakob. Niet
Je bent zoo lang weg geweest! Vijf dagen; bet is in
lang niet gebeurd we bebben bet nu zoo stil en
eentonig, Elizabeth en ik alleen thuis