11
Na de beslissing.
No. 149. Een en Negentigste Jaargang. 1889.
ZONDAG
15 DECEMBER.
Opta üudejaarsavofld,
DINSDAG, den 31, zal in het als
dan verschijnende nummer onzer
courant gelegenheid bestaan tot het
plaatsen van Nöieuwjaatrs-
wensclien
van 1- 5 regels.
DE UITGEVERS.
Arbeidswet.
Brandweer.
Dit nummer bestaat uit twee bladen,
EERSTE BLAÏÏ
Deze Coarant wordtDinsdag-, Donderdag-en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door
het geheele rijk f 1,—
De 3 nummers f 0,06.
Prijs der gewone Advertentiën:
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HEEM'. COS'
TEE ZOON.
Plaatsgebrek, noodzaakt ons hel
"Feuilleton achterwege te laten.
A 25 cents a contant
©fficiëel tSeöesttK,
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge
meente Alkmaar vestigen de aandacht van be
langhebbenden op den inhoud van art. 10 der wet
van 5 Mei 1889 (Staatsblad No. 48), houdende be
palingen tot het tegengaan van overmatigen en ge
vaarlijken arbeid van jeugdige personen en van
vrouwen, inhoudende, dat het hootd of de bestuurder
van een binnen de gemeente uitgeoefend wordend
bedrijf of van eene aldaar gevestigde onderneming,
indien daarin of daarvoor op of na 1 Januari 1890
arbeid verricht wordt in eene fabriek of eene werk
plaats door een persoon beneden zestien jaren, ver
plicht is te voren voor eiken zoodanigen persoon
eene kaart aan te vragen bij den Burgemeester dier
gemeente of bij een door dezen aan te wijzen per
soon, onder opgave van den naam, de voornamen,
den dag en de plaats van geboorte van dien jeug
digen arbeider, en van den naam en de woonplaats
van het hoofd des gezins, waarbij of van het ge
sticht waarin deze inwoont.
Zij noodigen belanghebbenden dringend uitde
bij dit artikel van hen verlangde opgaven zoo
spoedig mogelijk aan den Burgemeester ter gemeente
secretarie in te zenden, opdat zij met 1 Januari 1890
in het bezit kunnen zijn van de volgens artikel 10
dier wet aan hen kosteloos voor die personen te
verstrekken kaarten.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
13 December .1889. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
VERGADERING VAN DEN RAAD DER GEMEENTE
J\ T A3FL
op Woensdag IS Ueceiuber ftSSü,
des Namiddags te 12 una.
TE BEHANDELEN PUNTEN;
Sl'HOl'T VAN DER VEEN.
De manschappen, in dienst bij de Brand
spuiten No8 1 en 2 of daarvan in den loop van 1889
ontslagen kunnen de hun over 1889 toekomende
belooning ontvangen op Dinsdag 17 en Woensdag 18
December 1889, 's morgens van 91 uur, ten kan
tore van den gemeente-ontvanger.
Wat de meesten verwachtten en velen met groote
zekerheid konden voorspellen is geschied het wets
ontwerp tot herziening der wet op het lager onderwijs
is ook door de Eerste Kamer der Staten-Generaal
aangenomen. Van de 50 leden was alleen de heer
H. M. Smits afgevaardigde uit Noord-Braband af
wezig. Van de 36 liberale leden stemde juist de
helft voor de wet; de 13 niet-liberale leden stemden
natuurlijk in geljken zin en zoo verklaarden zich 31
leden voor en 18 tegen het ontwerp. Met 1°. Januari
1890 zal de wet in werking treden.
Met zeer gemengde gevoelens hebben de liberalen
in Nederland dezen uitslag begroet. Aan adressen
tegen de wet, aan ernstigen aandrang bij de Eerste
Kamer om haar te verwerpen heeft het niet ontbroken,
maar met niet minder nadruk deden overtuigde ver
dedigers zich hooren en verklaarden de aanneming
der wet iu het belang des lands.
In het belang des lands. Niet als de
beste, de meest gewenschte regeling van het lager
onderwijs, maar als een maatregel door de tegenwoor
dige verhouding tusschen de voor- en de tegenstan
ders van ons openbaar onderwijs gewettigd en aan
bevelenswaardig als een middel om den schoolstrijd
van het staatkundig gebied te verwijderen. Onze
bezwaren tegen de wet zijn bekend en van bare
werking hebben wij minder gunstige verwachtingen.
Maar de beslissing is gevallen waarom verder
te twisten over de vermoedelijke gevolgen De leiten
zullen sprekenen de toekomst zal aantoonen aan
welke sijde de inzichten juist zijn geweest. Mogen
de liberalen die van de werking dezer wet de gun
stigste verwachting hebben gekoesterd, door de uitkomst
in het gelijk worden gesteld I
Wij voor ons hebben de openbare school lief, niet
omdat zij een openbare, maar omdat zij een gemengde
omdat zij de volksschool" is, waar de kinderen zon
der verschil van god-dienstige gezindheid naast en
door elkander zit en, met elkander worden onderwezen,
elkander leeren kennen en met elkander omgaan
praten, spelen, vechten en zich weer verzoenen, waar
een nationale zin het onderwijs beheerscht. Wij zijn
er volkomen zeker van dat ook deze kindereu spoe
dig genoeg leeren wat hen verdeelt en tot het besef
komen dat het Nederlandsche volk bestaat uit Chris
tenen en Jodenuit Protestanten en Katholieken
orthodoxen en modernen, maar er blijft toch altijd
nog zooveel over dat zij met elkander gemeen hebben,
ook zooveel als gemeenschappelijke vrucht van de
uiteenloopende godsdienstige overtuigingen dat een
openbare school in Nederland naar onze meening nog
altijd een geschikte plaats voor ouderwijs en opvoeding
van de kinderen des volks kan zijn, mits men dit
wensche en er toe medewerke. Had men dat gewild,
had er onder de leeraren en godsdienstonderwijzers
een wedijver geheerscht, door de belangstelling der
ouders gesteund, om in of buiten de schoollokalen
door hun (onderwijs de opvoeding aan te vullen met
hetgeen de gemengde school niet geven kan, zij had
haar hoogen rang in aller schatting kunnen handha
ven. Maar men heeft niet gewild. In plaats van
vereeniging en aansluiting eischt de richting van onzen
tijd scheiding en afzondering. Zal de openbare school
tegen die richting bestand zijn
Voor de provinciën Noord-Braband en Limburg
valt dit te betwijfelen. Tot nog toe werd door de
katholieke bisschoppen wel aan de bijzondere katho
lieke school de voorkeur gegeven boven de gemengde,
maar de openbare school voor de kinderen der katho
lieken niet onbruikbaar verklaard. Er bestaat alle
rede om te vreezen, dat in deze gedragslijn verande
ring zal komen. Nu uit 's Rijks kas aan de bijzon
dere school dezelfde toelagen zullen worden gegeven
als aan de openbare, vervallen in uitsluitend of bijna
uitsluitend katholieke landen de financieele bezwaren
aan de oprichting van bijzondere scholen verbonden
zoo niet geheel, dan toch voor een zeer groot gedeelte.
Wordt de openbare school verlaten dan verminderen
ook de uitgaven uit de gemeentekas ten haren be
hoeve of verdwijnen geheel. De gemeentebelastingen
verminderen in gelijke mate, en wat de ingezetenen
tot nog toe daarin bijdroegenom de kosten der
openbare school te bestrijdenzullen zij als school
geld of vrijwillige bijdrag; aan de bijzondere school
kunnen ofieren. Het staat dus te vreezen, dat in de
houding der geestelijkheid verandering zal komen en
dat zij aan de leeken geen vrijheid meer zal laten
om hunne kinderen op de openbare school te laten
onderwijzen. Dat de bevolking daartoe overal even
bereidwillig zal medewerken, is niet waarschijnlijk,
wanneer men zich herinnertmet hoeveel nadruk is
verklaard, dat zij volkomen vrede heeft met de open
bare school en hare katholieke onderwijzersmaar
dat die tevredenheid bestand zal zijn tegen den in
vloed der geestelijkheiddie nn alle aanleiding heeft
om krachtig aan te dringen op de oprichting van
bijzondere katholieke scholen achten wij ondenk
baar. En wat zal er onder deze omstandigheden
worden van de openbare scholen in kleine steden en
op de dorpen
In streken met een gemengde bevolking zal de
toestand anders zijn daar zal de openbare school
onmisbaar blijken. Of zij zal blijven bestaan niet
alleen maar ook zal bloeien en in aanzien blijven
als de «volksschool", dat zal voortaan meer dan ooit
afhangen van het Nederlandsche volk zelf. Met een
vrijgevigheid, die inderdaad zonder voorbeeld is, zijn
thans voor elke bijzondere school, die aan eenige
onbeduidende eischen voldoet, bijdragen uit 's Rijks
kas beschikbaar gesteld zonder dat naar het gehalte,
den aard of de richting van het onderwijs wordt
gevraagd. De onderwijzer behoeft de godsdienstige
meeningen van andersdenkenden niet langer te eer
biedigen, en hij kan onze vaderlandsche geschiedenis
ouderwijzen op eene wijze, die aan tal van zijn land-
genooten de grootste ergenis zou geven. Hij kan
alle vroegere binnenlandsche troebelen, verdeeldheden,
twisten en vervolgingen voorstellen niet iu het ver
zoenend licht der I9de eeuw, nu de afstammelingen der
heftigste partijgangers van weleer rustig naast en met
elkander leven, met volkomen vrijheid van godsdienst
oefening en onder een staatsbestuur, waarmede in
hoofdzaak allen volkomen vrede hebben maar in het
felle licht van den tijd waarin zij plaats vonden. Hij
kan de oude hartstochten doen ontwaken en al de
verbittering van den tijdgenoot weer opwekken bij het
nageslacht. Hij behoeft niemand en niets te ontzien
de bijdragen uit 's Rijks kas zijn door de wet aan de
school verzekerd.
Het Nederlandsche volk heeft thans de keus de
ouders kunnen hunne kinderen blijven zenden naar
de algemeene volksschoolwaar geen ergernis mag
gegeven, waar elkanders godsdienstige gevoelens ge
ëerbiedigd moeten wordenof wel zij kannen hunne
kinderen uit elkander doen gaan, de schapen schei
den van de bokken en ieder groepje afzonderlijk
doen onderwijzen in een school, die het in veler oogen
onschatbare voorrecht heeftdat men er van die
eerbiediging bevrijd is. Men wil zijn kinderen een
christelijke opvoeding geven, zoo mogelijk geheel naar
zijn eigen opvatting. Uitstekend; het huisgezin en
het godsdienstonderwijs zullen de godsdienstige ont
wikkeling leiden maar belet ditde kinderen van
6 tot 12 of 13 jaren gemeenschappelijk te doen on
derwijzen in een school waar zoowel het gebod geldt
van de wederkeerige eerbiediging van elkanders ge
voelens als de bevordering van die zedekundige be
ginselen waarover alle Christenen het eens zijn en
waarmee de niet-christenen instemmen
Onder hen die tot nog toe met de openbare school
volkomen vrede haddenzijn er thans wellicht die
zich afvragenof het nu toch niet beter zon zijn
inet de hulp van de toelagendie de nieuwe wet
verkrijgbaar stelt, met eenige geestverwanten een
eigen school op te riohtengeheel in eigen geest en
in de richting waarin zij hunne kinderen wenschen
ALKMAARSCHE COURANT.
Van Burgemeester en Wethouders.
Rapport op het verzoek van bewoners der Bleekerslaan, om
plaatsing van een lantaarn in die laan.
Voorstel tot herziening der verordening op het benoemen
schorsen en ontslaan van gemeente-ambtenaren en bedienden.
Voorstel tot herziening der verordening op de benoeming
van leden der besturen van de gemeentelijke instellingen van
weldadigheid en van een paar artikelen in de verordening op
de samenstelling der plaatselijke commissie van toezicht op het
lager en het middelbaar onderwijs.
Nader rapport der speciale commissie betreffende het nering
tarief voor het gebruik van duinwater, ingediend door de
Maatschappij tot exploitatie van waterleidingen in Nederland.
fan eene vroegere vergadering.
Rapport op een verzoek van den heer J. Pot tot het ver
beteren van de grenzen tusschen zijne eigendommen en die
der gemeente aan den Omval en om afstand van een stuk
gemeentegrond aldaar.
Benoeming van leden der vaste commissie uit den raad
voor 1890.
t van leden in de verschillende gemeentelijke be
sturen en commissiën in vervanging van de
periodiek aftredende leden.
Namens den Voobzitteb van den Raad,
De Secretaris,
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn»
verzonden gedurende de 2e helft der maand November 1889
A. J. Gijsbertsen, P. de Groot, A. E. Oortgijzen, Amsterdam;
A. J. van der Laan, Hoorn; wed. P. van Santen, Leiden;
Hofstede, Rotterdam; Henk,
Van Egmond a. d- Hoef:
A. Stam, Oudorp.
Van Schoorldam:
J. Schouten,
Van Zuidscbarwoude:
A. Neelis, Middelburg.
Briefkaart;
Wed. Keuskamp,
Brieven
D u i t s c h 1 a n d M. Tebart, Cassel.
Engeland: Stein, Londen.