BUITENLAND. enkele maal te wenschen over. Vaak maakt zij den indruk, dat zij aan haren studietijd nog eenige jaren had moeten vastknoopen. Het publiek was evenwel zeer verzoenend voor hare feilen gestemd, want aan bloomen en toejuichingen liet het 't niet ontbrekenvooral de heeren waren recht enthusiast! Weet ge, wie zijne hoorders niet heeft teleurgesteld? Dat is de pianist Franz Rummeldie donderdag in het concertgebouw gelegenheid gaf om zijne talenten te doen bewonderen. Zelden zal men iemand aantreffen, die met zooveel virtuositeit en met zulk een warm gevoel de schoonste meesterstukken voordraagt, en gerust mag men zeggen, dat eene technische ontwikkeling, als de zijne tot de buitengewone behoort. Onder dergelijke omstandig heden was het geen gunstige gelegenheid voor mej. Cateau Esser om met haar uit dilettanten samengesteld dameskoor vele lauweren in te oogsten, toch verdient dit koor een woord van lof voor de wijze, waarop het verschillende stukken ten gehoore bracht. Met meer ingenomenheid werd geluisterd naar Wagner's Trauer- marsch, die door het goed geschoolde orkest van Kes werd uitgevoerd en waarmee de sterfdag van den zeld- zamen componist werd herdacht. Een avond vol kunst genot alzoo in de ware beteekenis des woords! Het tellen van de inwoners van Nieuwer-Amstel heoft tot resultaat gehad, dat daar op 1 Januari 1890 25328 personen aanwezig waren. Dat is daarom van belang, omdat het aantal raadsleden van 15 op 21 zal moeten gebracht worden en er minstens nog één wethouder zal moeten worden gekozen. Hu is, zoools mijne lezers wel zullen weten, al vele jaren door sommigen moeite gedaan cm Nieuwer-Amstel bij Amsterdam in te lijven, welke pogingen door anderen even krachtdadig zijn bestreden. Des Pudels Kern is, dat de voornaamste ingezetenen van de naburige gemeente wel wetendat zij, indien hunne bezittingen op Amsterdam's grondgebied komen, daarvoor veel hooger belasting moeten betalen de burgerij daar entegen, die niet minder zwaar door den fiscus gedrukt wordt dan de Amsterdamscke, zou niets liever wenschen dan de voordeelen der wereldstad in nog ruimere mate deelachtig te worden dan nu reeds het geval is. Waar schijnlijk zal zij ten slotte zegevieren want onder haar argumenten zijn er vele, die steek houden. Zoo moeten de scholen te Nieuwer-Amstel te klein zijn om alle leer lingen te bevatten waardoor menig werkman verplicht is om zijne kinderen bij een familielid te Amsterdam te besteden om hen aldus de voorrechten van het Amster- damsche onderwijs te doen genieten. Dan is de brand weer van Nieuwer-Amstel in zulk een freurigen toestand, dat de aloude parodie van »glazenspuit" hier werkelijk niet misplaatst is en men een koude rilling langs zich glijden voelt bij de gedachte wat men zou moeten be ginnen als er eens een ernstige brand ontstond in eene der woningen, die ook hier dikwijls met menschon volgepropt zijn. Gelukkig, dat de Amsterdamsche brandweer althans tegen betaling harer diensten bereid is om in do ure des gevaars met hare flinke bluschmiddelen de behulpzame hand te bieden. Verder is de slechte inrichting der politie een niet minder ernstige griefslechts enkele agenten moeten de orde handhaven in het zoo uitge strekte gebied der gemeente. De straatjongens profiteeren van het onmogelijke daarvan en vinden in het gooien met allerlei projectielen niets zondigs meer. Wordt eens een voorbijganger getroffen, dan zijn zij zelfs nog op hun manier gepikeerd »dan most ie maoi uitkaiken" zeggen ze. Bij deze voorname grieven sluiten zich nog ver schillende aan, zooals de leverantie van duinwater, voor welke leiding men oude pijpen moet hebben overgenomen, waarvan het soldeersel nu sporen van lood in het water achterlaatde meer dan erbarmelijke toestand van som mige straten en dergelijke. De aanstaande verkiezingen zullen daarom zeker wel de hartstochten opwekken want de partijdie nu de meerderheid krijgtmag er op hopen dat hij vooreerst nog den voet in den stijg beugel zal houden. Te meer is dat van belangnu er weder plannen tot annexatie in de maak zijn. Uit zeer vertrouwbare bron kan ik daaromtrent mededeelen, oude jongen je schijnt het nog al erg beet te hebben en zij is eene sphinx." »Neen »Pst, laat ons maar zwijgen, ik moet weg. Dus weer de oude vriendschap, niet waar Ik wilde je niet kwetsen." Zij scheidden met een hartelijken handdruk. Waarom zou ik haar den goeden jongen niet gunnen dacht Felix bij zich zelfterwijl hij verder gingnaar de woning van den kapelmeester Schuch om nog eens over de opvoering van »de Wereld der Grieken" te be raadslagen Ook hij had een geheim. Zijn vader was iemand, die hardnekkig vasthield aan oude vooroordeelen. Welk een harden strijd hadden zij te zamen gevoerd toen voor hem de tijd gekomen was om een beroep te kiezen. Het was hem moeielijk gevallen zich tot eene gewone alle- daagsche betrekking te bepalen. Hij wilde zich aan de kunst wijden die hij liefhad. Er sluimerde een dichter in hem een componist naar bevoegde beoordeelaars hem hadden verzekerden hij was zich daarvan ook bewustvan zijn vroegste jeugd af. Zijn vader had zich met alle macht tegen deze neiging verzet. Wilde hij dezen niet ongelukkig maken dan moest hij zijne wenschen ten offer brengende hem voorgeschreven examens afleggen en bij de diplomatie zijn geluk be proeven. Zijne plaatsing bij het gezantschap in Athene was hem in vele opzichten aangenaam geweesten had hem afwisseling en genot gegeven. En het vriendschaps verbond met den prins die hem begreep en waardeerde, had hem veel vergoed. Maar toch was hij zijn geheime liefde getrouw ge bleven. Zijn eerste groote werk, waaruit reeds kleinere gedeelten, te Athene aan het grieksche hof waren op gevoerd, zou hier in zijn geheel ten gehoore worden gebracht. Ter wille van zijnen vader zou hij zijn naam verzwijgen en zou onder een aangenomen naam zijn kunststuk de wereld binnengeleid worden, waardoor het ook voor zijn vader een geheim bleef. Hoe was hij er toch toe gekomen om er met gravin Teschy over te spreken en haar tot zijn eenige vertrouwde te maken Het was gebeurd toen zij te zamen de Lohengrin hadden gespeeld. Zij waren alleen geweest, en hare bewondering, haar diep musicaal gevoelhaar kinderlijke verrukking over het werk van den genialen moester, hadden hem betooverd. (Wordt vervolgd). dat burg. en weth. van Amsterdam zich, met medeweten van den gemeenteraad, tot den min. van binnenlandsche zaken gewend hebben met een betoogdat uitbreiding van de grenzen der gemeente Amsterdam wenschelijk zou zijn. De minister heeft dat betoog gezonden aan Gedeputeerde Staten van Noordholland en dit college heeftwat Nieuwer-Amstel betreftdaarover de be schouwingen van burg. en weth. dier gemeente gevraagd. Spoedig zal nu wel door Gedeputeerde Staten een ont werp worden opgemaaktdat aan het oordeel van de gemeenteraden en van te kiezen commission wordt onder worpen en aanleiding kan geven tot een wetsontwerp. Weldra zal men over deze belangrijke quaestie dus wel meer hooren en tot die gelegenheid zal ik ook maar bewaren, wat mij daaromtrent nog meer is medegedeeld. J3EEGIE. Den 14 is het voorstel van den heel d'Oultremont om eene commissie te benoemen tot het onderzoeken van het al of niet wenschelijke van per soonlijken dienstplicht met 67 tegen 27 stemmen ver worpen nadat de regeering verklaard had van de be noeming eener dergelijke commissie niets te willen weten; daarna werd de begrooting van oorlog goedgekeurd. De burgemeester en het hoofd der politie te Laeken hebben een uitvoerig verslag uitgebracht over den brand in hot keizerlijk paleis aldaar, waarin aan de soldaten ten laste gelegd wordt, dat zij bij het blusschen niet den noodigen ijver hebben betoond. Dat oordeel is ge grond op de aan hen uitgebrachte rapporten, daar beide heeren door ziekte verhinderd waren bij den brand te genwoordig te zijn. De bevelhebber der soldaten, gene raal van der Smissen, is tegen die beschuldiging met ernst opgekomen en heeft in een brief aan den mi nister van oorlogdie als dagorder aan de soldaten werd voorgelezenals voldoening geeischt het ontslag van beide ambtenaren uit hunne betrekking. In de Kamer heeft de heer Janson over de houding van dien ge neraalwelke door hem sterk afgekeurd werd, inlich tingen gevraagd. De minister-president Beernaert, die mede zijne verwondering over het gebeurde betuigde achtte het inwinnen van nadere inlichtingen echter noodig en verklaarde zich bereid over acht dagen verder te ant woorden. Inmiddels schijnt de minister van oorlog ge noemden generaal reeds streng berispt te hebben over het laten voorlezen van zijn schrijven in de kazernes. Het hof van appèl behandelde den 17 het hooger be roep van den ingenieur Corvilain tegen het vonnis der arr. rechtbank te Antwerpen wegens de bekende ont ploffing der patronen-werkplaatsen. Het heeft de ge vangenisstraf van 2 jarenwelke de rechtbank den hoofdschuldige Corvilain had opgelegd verhoogd tot 5| jaar. Alle aan de slachtoffers toegestane schadeloosstel lingen zijn gelijktijdig verhoogd. DUITSCHIiAUTDDen 14 is do sociaal-democra tische leider Frits Goerchidie te Berlijn voor eenigen tijd een zekere rol speelde als partij-aanvoerder en lid van den gemeenteraadwegens wisselvervalsching en oplichtiug in hechtenis genomen. Den 15 hield het bestuur van de vereeniging van mijn eigenaren te Essen weer eene vergaderingwaar in de eerste plaats gesproken werd over de nieuwe eischen der werklieden in de districten Recklinghausen en Gelsen- kirchen diebehalve de bekende eischen van het be stuur nog verlangen, dat de directeuren de lokalen hunner mijnen te hunner beschikking stellen tot het houden van vergaderingen en aan de werklieden-com missie het recht toekennen om bij geschillen met de werk gevers terstond namens alle werklieden eene werk staking te kunnen afkondigen. De directeuren besloten, deze eischen evenmin in overweging te nemen als de vorige. Verder werd besloten tot de oprichting eener verze keringskas tegen werkstakingenopdatindien eenige mijnen door werkstaking lijden deze gesteund kunnen worden. Het kapitaal werd vastgesteld op 720.000. Baron von Schrenckburgemeester van Oldenburg 62 jaren oudwaar hij zeer gezien wasis wegens verduistering van aan die gemeente behoorende gelden in hechtenis genomen Zijne geldmiddelen waren sedert geruimen tijd in minder goeden staatwaardoor hij ten slotte geld uit de gemeentekas leende, dat hij niet terug kon betalen. G^iGELAKD, Den 13 des avonds om tien uren is het verslag der Parnell-commissie verschenen. Aan dat verslag, dat door de leden van het Lagerhuis met de grootste belangstelling afgewacht was, worden o. a. de volgende bijzonderheden ontleend. Tegen den heer Parnell waren drie beschuldigingen ingebracht. Vooreerst dat hij tijdens de bespreking te Kilmainham wist, dat Sheridan en Boyton de misdaad beraamd had den. Deze beschuldiging is onbewezen. Ten tweede, dat hij bekend was met de voornaamste der »onoverwinnelijken"; dat hij vermoedelijk van hem vernam, wat zij in het schild voerden toen hij op zijn woord van eer in April 1882 op vrije voeten werd ge steld en dat hij den moord van het P'noenixpark als hun werk beschouwde. Voor deze beschuldiging wordt geen bewijs gevonden. De »onoverwinnelijken" vormden geen onderdeel van het landverbond. Ten derde, dat Parnell den 23 Jan. 1883 door gelde lijke ondersteuning Byrne jin de gelegenheid stelde naar Frankrijk te vluchten. De heer Parnell heeft Byrne echter geene geldelijke ondersteuning doen toekomen. Tegen den heer Michael Davitt afzonderlijk werden twee beschuldigingen ingebracht, dat hij I. lid was van de vereeniging der Fenians en door geldelijke ondersteuning het plegen van misdaden had bevorderd II. in verkeer stond met de dynamiet-partij in Amerika en zijn best deed om tusschen deze partij en de Home- rule-partij een verbond tot stand te brengen. Wat deze beschuldigingen betreft, verklaarde de com missie, dat Davitt inderdaad lid der Fenian-vereeniging was en geld ontving, dat bestemd was tot aanmoediging van het plegen van misdaden. Dit geld diende wel niet tot het oprichten van het landverbond zelf, maar om de beweging te bevorderen, welke tot het oprichten van dat verbond leidde. Ook ten opzichte van het tweede punt is de heer Davitt schuldig bevonden, daar hij inderdaad met het gemelde doel in nauw verband 9tond met de dynamiet-partij in Amerika. Uit Zanzibar is het bericht ontvangen, dat de sultan Seijid Khalifa op 60jarigen leeftijd aan de gevolgen eener zonnesteek overleden is. Hij is opgevolgd door zijnen broeder Seijid Ali 48 jaren oud. Ten vorige jare zijn de dames Cons en Cobden ge kozen tot leden van de londenschen districtsraad. Op raad hunner advocaten hebben zij een jaar gewacht alvorens zitting te nemen, omdat een jaar na eene ver kiezing daartegen geen verzet meer kon worden ingebracht. Dezer dagen namen zij zitting. Eene derde damedie verkozen was en dadelijk zitting had willen nemen, was niet toegelaten. De gemachtigden van de vereeniging van mijnwerkers in Groot-Brittannië hielden den 16 te Londen eene vergadering waarop besloten werd eene loonsverhooging met 10 pet. te vragenmet ingang van 15 Maart a.s. JLagerhuïs. Uit de nadere berichten omtrent het voor stel van den heer Harcourt tot afkeuring van de openbaar making van Parnell's brieven in de Times blijkt, dat de voorsteller aanvoerde, dat de openbaarmaking van den on- echten brief van 8 April 1887 geschied was met het doel, om het Lagerhuis gunstig te stemmen voor eene stren gere iersche strafwetwelke toen juist in behandeling was en dit achtte hij een inbreuk op de voorrechten van het Huis. Dit door Gladstone Labouchère Bradlaugh en Parnell ondersteund voorstel werd door de regeering uitvoerig bestreden o. a. werd door minister Smith de verklaring afgelegd, dat de regeering voorschreven open baarmaking afkeurde en hare ingenomenheid betuigde, dat de heer Parnell bewezen had niets met de brieven te maken te hebben. Minister Smith heeft op de vraag, wat de regeering dacht te doen naar aanleiding van het rapport der Parnell- commissie geantwoorddat de regeering het nog niet overwogen had en dus nog niets over hare plannen kon zeggen. FRAAKRIUIi. Den 13 is te Pontivy een rijtuig, waarin een pas getrouwd paar en acht bruiloftsgasten gezeten waren, omgeslagen en in de rivier gestortten gevolge waarvan alle verdronken. Alleen de koetsier werd gered. De Senaat heeft een aanvang gemaakt met de behan deling van het voorstel van den heer Marcel Barthetor beperking van de vrijheid der pers. Deze heer wenschte dat zijdie den president der republiek en andere staats ambtenaren in openbare geschriften beieedigen, voortaan voor de correctioneele rechtbank terecht zullen staan. De heer Trarieux stelde daarentegen als amendement voor, om het oordeel over deze misdrijven bij de jury te laten, maar de beperking te maken, dat alleen de vraag mag gesteld worden, of de beschuldiging waar is. De minister van justitie verklaarde zich namens de regeering voor het voorstel-Barthe. Hij betoogde uit voerig de noodzakelijkheid om de ambtenaren tegen laster te beschermen en herinnerde aan hetgeen in den laatsten tijd in de pers was gezegd. Na een antwoord van den heer Trarieux werd de algemeene beraadslaging tot den .20 verdaagd. De Hooge Raad van Landbouw heeft zich den 14 des ochtends na eene langeop bescherming aandrin gende rede van den heer Méline in beginsel verklaard voor een recht van 5 francs op maïs en voor verschil lende rechten op andere graansoorten. De minister van binnenl. zaken beschikte aanvankelijk afwijzend op het verzoek van den hertog van Orleans om verlof tot het bijwonen der godsdienstoefening in de gevangenisop grond dat alleen de mis gelezen werd in het vrouwenkwartier voor de aldaar aanwezige vrouwen. De hertog hernieuwde daarop zijn verzoek, dat ondersteund werd door bisschop Freppelden leider der clericale partij in de Kamer. Het werd toen ingewilligd, doch de directeur der gevangenis nam maat regelen om hem af te zonderen van de gewone gevan genen, zoodat hij de godsdienstoefening bijwoonde, zonder door de andere gevangenen te zijn gezien. Bisschop Freppel, die den hertog in de gevangenis wilde bezoeken, werd door den directeur niet toegelaten, omdat zijn naam niet voorkwam op het lijstje der achttien personen, door den hertog opgegeven. De minister hechtte zijne goed keuring aan deze weigering, omdat het wel op den weg der regcering lag den geestelijkedien de hertog wilde zien, toe te laten, maar zij achtte het niet hare taak den hertog een geestelijke te zenden. De hertog de Luijnes wordt ook niet meer toegelaten nadat hij den 14 deel genomen heeft aan een feest van koningsgezinds stu denten die eene betooging tegen de republiek hielden. De verkiezingen voor de Kamer, noodzakelijk geworden door het van onwaarde verklaren van eenige verkie zingen, zijn den 17 in de grootste kalmte afgeloepen. Gekozen werden in het 13 arr. van Parijs de bout langist Panlin Méry met 5710 stemmen: de socialist Basly verkreeg 5543 stemmen; te Neuilly de boulangis Francis Laur met 10191 stemmen tegen 49-53 op den socialist Lissagaraij; te Saint-Denis de boulangist Revest met 8401 stemmen tegen 5095 op den republikein Lourdelet; te Sceaux de boulangist de Bellevai met lil022 st. tegen 9829 op den radicaal Goblet; te Pant n de boulangist Goussot met 4514 stemmen tegen 3341 op den radicaal Péan; in Tarn en Garronne de opp< r^nist Lasserre met 10674 st. tegen 6764 op den radica de Mauvoisin; te Ajaccio de radicaal Cecialci met 623a st. tegen 5973 op den bonapartist graaf de Multedo^. te Mantes de opportunist Lebaudy met 7771 st. tegen 47 36 op den radicaal Buneau-Varillate Orleans een conser vatief in plaats van een republikein. In het eerste district van Parijs moet herstemd worden; de boulangist Naquet bekwam 3840 de radicaal Burneville 2875 en de republikein Delombre 1761 stemmen. ITAEIE. De heer Criepi, minister-president, heeft in de Kamer op eene hem gedane vraag geantwoord dat Italië zal deel nemen aan de bijeenkomsten te Bern en te Berljjn. Den 14 heeft de Kamer met 159 tegen 35 stemmen de gewijzigde begrooting voor 1889.'90 aangenomen. OOSTESTBIJK-HOXeARIJE. Den 17 ver klaarde minister Tisza in de hongaarsche Kamer dat de geruchten over zijn aftreden ongegrond en door kwaadwilligen verspreid waren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1890 | | pagina 2