FEUILLETON.
No. 28.
Twee
en Negentigste Jaargang
1890.
AM8TEKDAMSCHE BE IEVEN.
WOENSDAG
5 MAAKT.
DE LEUKEN HAAKS LEVENS.
Roman van Alexander Kümer.
ALKMAARSCHE
Deze Courant wordt Dingdag-, lïonderdag- en
Zaterdagavond uitgegeren. Abonnementsprijs per
3 maanden roor Alkmaar O,SOfranco door het
geheele rijk f 1,
De 3 nammers
Prijs der gewone AdvertentiPn
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Officieel ffiedeelte.
De verlofganger JAN DE ROOR DER wordt verzocht
zich -ter gemeente-secretarie aan te mei den.
GEVONDEN VOORWERPJE'N.
Aan het Commissariaat van Politie zijn voor de
rechthebbenden terug te bekomen: een polsmofje; een
muntbiljeteen wollen handschoen een doos met bril;
een wagenschroef en dopeen nickel-a .rmbandtwee
sleutelseen houten voorwerp (speeltuig roor knikkers);
een koperen tang.
IX.
De brand in den Stadsschouwburg is nog dagelijks
het onderwerp veler gesprekken. Wie had durven ver
moeden dat de tempel der welsprekend „heid op het
Leidsche Pleinwaar de artisten van he it Kon. Ned
Tooneel zoo dikwerf aan de bezoekers genot rolle avonden
hebben verschaftbinnen zoo korten tijd a an het vuur
ten offer zou gebracht worden Over de aorzaak van
het ongeval verdiept men zich nog steed s in allerlei
gissingen. Na één uur des nachts werd Jan de twee
uren de ronde door een brandwacht gedaan die op 32
schellen moest drukken om te seinen dat al les in orde
was als zoo'n man steeds nauwkeurig zijne vo «rschriften
had opgevolgd, zon zeker een onheil als nn h eeft plaats
gehad, niet zoo licht zijn voorgekomen. Daarmee
willen wij echter geen steen werpen op den betrokken
wachter. Men moet de menschen nemenzoo; ris zij zijn
en niet, zooals zij wezen moesten; bij het voo rsehrijven
van allerlei maatregelen moet daarmee rekenii ig gehou
den worden. Ieder onzer lezers moet zich r, naar eens
in de plaats van zulk een brandwacht stelh m om te
begrijpen, hoe een verzuim licht kan voorkon ionden
eenen nacht na den anderen waakt hij over het gebouw,
in bet begin gaat hij alles met de meeste nauwg 'ezetheid
na, geen hoekje ontgaat aan zijn bespiedenden bl ik, doch
steeds blijkt hetdat er nergens eenig gevaar dreigt
zoodat hij zijne rondwandeling evengoed had kannen
nalaten. Het natuurlijke gevolg is, dat de in spectie
langzamerhand minder accuraat begint te worden en al
wordt de ronde dan ook nog gedaan, toch word t niet
alles meer zoo precies nagekeken als in den bep finne.
Daarbij komt nog, dat de brandwacht, naar ik hi lorde
beweren geen vrijen toegang had tot de kleedka. tners
der eerste artisten, zoodat zelfs bij den grootsten die nst-
jver toch nog steeds brandgevaar aanwezig bleef. M aar
bovendien is het geblekendat de brandweerman: len
het gedeelte bij de Leidsche straatdat door een kas te-
lein gepacht werd, nimmer inspecteerden, zeker eon
allerdwaaste bepalingomdat een restauratie van ee n
Schouwburg, waar velen in de panze een sigaar rooken".
en die wegwerpen als bet tooneelschelletje gaatzeker
wel in de eerste plaats gevaar voor brand oplevert.
Menige herinnering aan de oude dagen der Amster
damse ho Tooneelspeelkunst is in de vlammenzee verloren
gegaan. Het ergste daarbij isdat men nog zooweel
19)
De prins kwam aan, en spoedig daarop verscheen ook
Felix. Do ontmoeting van het bruidspaar was koel en
vormelijk zooals de omstanders verwacht hadden. De
prins gaf zich alle moeite om met zijne verloofde op
een vertrouwelijker voet te geraken. Prinses Mario was
kunstmatig vroolijk en dreef dit soms zoo ver, dat zij
alle regelen der etiquette te buiten ging. Bij haar ka
rakter was dit opvallend. Zij schertste met mijnheer von
Borkfeldt, en was nu eens buitengewoon vertrouwelijk
met hemterwijl zij een andore keer de airs eener
regeerende vorstin aannam.
Het werd Felix niet gemakkelijk gemaakt. Tusschen-
beide voelde hij hoe doordringend zijn vriend hem aan
keek en hem kon hij toch wel het allerminst alles
ophelderen. Ook Beate zag hem dikwijls bestraffend aan,
zij scheen hem ook niet te begrijpen.
Er vertoefden nog vele vorstelijke personen op de
badplaats en roeitochtenvuurwerkbengaalsche ver
lichting weldadigheidsbazars brachten veel afwisseling.
Ter wille van den erfprins waren de wedrennen tot zijne
komst uitgesteld. Hij stelde belang in allerlei soort van
sport en hoewel hij deze keer geen paard in de renbaan
had, volgde hij alles met de grootste belangstelling. Hij
was opgeruimden onderhield zich beurtelings met de
leden van het comitémet verschillende officieren met
de overwinnaars en met hen die weddingschappen aan
gegaan hadden. Hij was buitengewoon welwillend en
nam ieder voor zich in. Ook Felix was vandaag slechts
toeschouwer. Hoeveel hij anders ophad met vrooljkheid
en beweging, hij genoot nn volstrekt niet van harte, er
drukte hem eene zware last.
had kunnen reddenals men slechts zijne tegenwoor
digheid van geest bebonden had. Zoo had men het
archief dat in de commissariskamer geborgen was ge-
makkeljjk kunnen behoudenindien men slechts een
ladder tegen den muur geplaatst en de ruiten stukge
slagen had. Nu zijn al de notulen van de laatste 20
jaren photograhieën portretten en borstbeelden verloren
gegaan en daarmede een voorname bron voor de ge
schiedenis van het Nederlandsche Tooneel. Ook van de
oude décorswaaraan vroeger vrijwat meer moeite en
geld werden besteed dan dan tegenwoordigis niets over
gebleven: niet minder dan 180 achterdoeken, aan beide
zijden geschilderddie steeds de bewondering van stad
genoot en vreemdeling opwekten zijn door bet vuur
verteerd. Dan treurt de kunst ook om de vernietiging
der fraaie beeldhouwwerkendie den Stadsschouwburg
zulk een grootschen aanblik verschaften en waaraan
Bart van Hove, onze verdienstelijke landgenoot, zijne
beste krachten had gewijd. Alleen het beeld van het
treurspel is blijven staanals kon het niet besluiten
den blik af te wenden van het sombere tooneel aan
zijnen voet, waarvan het de verpersoonlijking is.
Woekerwinsten leiden vroeg of laat ten verderve
dat is een andere lesdié de Schouwburgbrand geleerd
heeft. Mijne lezers zullen zich waarschijnlijk wel her
inneren dat de couranten met veel deernis melding
gemaakt hebben van een gasfitter, die voor zijne bezittingen
geen veiliger bergplaats wist te vinden dan de komedie
en die aan do diepste wanhoop ten prooi wastoen zijn
kapitaaltje van omstreeks 5000 was verbrand. De
sympathie voor dien man vermindert wel ©enigszins als
men weetdat hij gewoon was aan de artisten
van bet Ned. Tooneel voorschotten te doen tegen over
matig hooge renten wie het zorgelooze en ondoordachte
en ook het niet zeldzame geldgebrek kent van
de meeste kunstenaars zal beseffendat zij menigmaal
leeljjk gehavend uit de handen van den woekeraar te
voorschijn kwamen. Intusschen moet men dien man een
woord van lof brengen voor zijne ijverige pogingen om
zijn -schat terng te vinden. Als hij de hem overkomen
rainp goed beseft en aan zijn wanhoop lacht gegeven
heeft, droqgt bij zijn tranen af en gaat niet werkeloos
bij de pakken neerzitten. Van 's morgens vroeg tot
's avonds laat dwaalt hij te midden van de hier en daar
•nog gloeiende massa rondmet arendsblikken ligt hij
ieder stukje hont op en schopt hij beelden en half ver
brande schilderstukken wegomdat zij wellicht een ge
deelte van zijne bezitting zonden kunnen verbergen
zijne pogingen zijn nist geheel vruchteloos, nu eens raapt
hij een nog tamelijk gaaf gebleven tienguldenstuk op
dan weder vindt hij een deel van zijn zilvergelddat
door de hitte is gesmolten, terng, ja waarlijk, ook zijn
effecten trommeltje ontdekt zijn scherpziend oog te midden
van puin m rookend bout en al is de inhoud daarvan
ook verkoold, toeh zijn „de nummers nog te zien en zal
hij wel zorgendat hij .nieuwe stukken daarvoor terng
krijgt. Intusschen moet hij nog,een niet onaanzienlijk
bedrag door den brand verloren hebben vooral de gouden
tientjes waren zoo moeilijk terug te vinden
De Raad van Beheer van het Nederlandsck Tooneel
Beate zat op de tribune., vlak achter de prinses in
een luchtig zomertoiletmet een kanten hoedje op het
blonde haar. Zij zag er ouder uit dan gewoonlijk en
was bleek en stil. Hij had haar nog niet alleen ontmoet
en nog geen woord met haar gewisseld. Wat was dat
nu Een hevige schrik teekende zich ep haar gelaat,
Zij staarde voor zich nit naar de menigtezij leasde
achterover en bracht de zakdoek voor hare oogen.
Wat was daar dan te zien Wat kon kaar zoo ver
schrikt hebben?
In de opeengedrongen menigte, vlak tegenover haar,
stend een man haar onbeschaamd aan te zien Hij was
forach gebouwd, had een allerongunstigst voorkomen en
was behoorlijkzelfs zwierig gekleed. Het lichtblonde
haar hing over zijn voorhoofd, om zijn breeden mond
speelde een hatelijke grijnslach en het scheen Felix, alsof
hij haar zegevierend aanzag. Stond deze man in eenige
betrekking tot gravin Teschy Maar hij was opgewonden
en zag spokenWas het echter werkelijk een spel zijner
verbeelding geweestdat hij den man naar de tribune
zag groeten Hij kon toch moeielijk bekenden hebben
in dit aristocratische gezelschap.
Prinses Marie trok, als verloofde van den erfprins, de
algemeene aandacht. Zij zag er slecht uit, en het ont
brak dan ook niet aan weinig vleiende opmerkingen.
Het uitreiken der prijzen was haar opgedragenmaar
ook hierbij maakte zij geen gelukkigen indruk zij was
onhandig, zenuwachtig, het ontbrak haar aan natuurlijke
bevalligheid en waardigheid. Zij kon ook den jnisten
toon niet vinden, vroeger was zij te stijf, nu te onrustig.
Gedurende de prijsuitdeeling zag Felix met smart, hoe
er een wolk over het opgewekte gelaat van den prins
trok, hij keerde zich af met een onmiskenbaren weerzin,
die aan zijne trekken een harde uitdrukking gaf en die
Felix nog van vroeger kende.
De prinses was na afloop der feestelijkheden geheel
uitgeput van vermoeidheid. Zij lag op een rustbed in
haar kamer; de deuren, die op het terras uitkwamen,
stonden open, de blauw zijden gordijnen werden door den
frisschen verkwikkenden zeewind heen en weder bewogen.
heeftten einde de artisten voor financieelen ondergang
te behoeden, een besluit genomen, dat aan deze Konink
lijke Veroeniging eer aandoet. Hoewel de bepaling luidt,
dat bij het onbespeelbaar worden van den Schouwburg
de verbintenissen vorvallen zijn alle contracten gehand
haafd terwijl bovendien aan de acteurs en actrices een
voorschot van een maand salaris is aangeboden, hetgeen
zij op zeer aannemelijke voorwaarden kunnen terugbeta
len. In vele couranten is ook gemeld dat genoemde
Raad de gebeele schade voor zijne rekening had genomen,
doch uit goede bron kan ik dit tegenspreken. Trouwens,
dat zou de goedheid wel wat al te ver gedreven zijn.
Mevrouw de Vries met hare kostbare toiletten en parures
moet bet meeste nadeel hebben geledenook mevrouw
Frenkel schijnt eene nog al kostbare garderobe te hebben
gehad. Louis Bouwmeester bad zijne costumes juist een
dag vóór den brand met zich mee naar huis genomen
dat was een goede geniusdie hem dien maatregel in
fluisterde. Andere acteurs, zooals Wensma en Schwab,
waren verzekerd, terwijl van de overige dames en heeren
niemand groote sommen in tooneelbenoodigdheden had
gestoken. Niettemin zullen Carré en de directie van het
concertgebouw liefdadigheidsvoorstellingen geven, hoe
edel het ook is om zich dadelijk in de bres te stellen
voor broeders en zusters in de kunst, mag men zich toch
afvragenof dat alles nu wel noodig was. Het grootste
financieelo nadeel is berokkend aan de mindere beambten
van den Schouwburg en verder aan verschillende leden
van het gezelschap van Gebrs. van Lier. Men moet
namelijk weten, dat deze wakkere amsterdamsche tooneel-
ondernemers hunne komedie in de Plantage dadelijk aan
het Nederlandsch Tooneel hebben verhuurdwaar nu
dan ook geregeld de voorstellingen worden gehouden.
Daardoor komen echter de artisten die dezen schouw
burg bespeelden aan lager walwant met 1 Mei a.s.
kunnen zij er op rekenen dat lmnno contracten ver
broken worden. Misschien komt er ook voor hen nog
licht in de op het oogenblik zoo duistere toekomst, want
het gaat toch eigenlijk niet aan, om mannen als Veltman,
Ellenberger en dergelijke, in den tooneelspeldienst vergrijsd,
op straat to zetten ter wille van eene vereenigingdie
anders altijd in de weer is om met Gebrs. van Lier
mede te dingen en hunne successtukken ook op baar
repertoire te plaatsen.
Zal de Stadsschouwburg weer opgebouwd worden zoo
vraagt men elkaar tegenwoordig af. Jazeggen som
migen doch niet meer op het Leidsche Pleinwaar
de stad een park wil aanleggen, maar op het terrein
achter het Rijks-museum. Ik meen dat te moeten be
twijfelen vooral nu het bestnnr van »het Nederlandsch
Tooneel" allerlei opmetingen heeft laten doen in het
Panoramagebouw en de architect Gosschalk zelfs al een
geheel plan moet hebben ontworpen voor de inrichting
van het gebouw als schouwburg. Worden de ontwerpen
goedgekeurddan hoopt men van den zomer zooveel
werkkrachten aan te nemen, dat Thalia met het a.s. win
terseizoen haar intrek in haar nienwen tempel houden kan.
Voor de gemeente Amsterdam is de brand een belangrijke
schade, want de schouwburg was niet verzekerd. Op het
eerste gezicht schijnt dat laatste eenigszins vreemd, doch
Langzamerhand kwam zij tot rust. Hoe vreesel jk was
deze dag geweest. Zij voelde hoezeer zij te kort geschoten
was, hoe de inwendige strijd haar verlamd en haar hare
zelfbeheerscbing had doen verliezen Zij had de blikken
van den prinswiens levensgezellin zij moest worden
wei opgemorktzij was hem niet alleen onverschillig
hij minachtte haar, op zijn hoogst gevoelde hij medelijden,
hnnne verbintenis was hem een opoffering en met
deze wetenschap zou zij aan zijne zijde moeten leven 1
Hj zelf was een wetenschappeljk ontwikkeld man, voor
wien bij vrouwen bevalligheid en bekoorljkheid en ta
lenten boven alles ging Diepe gedachten verwachtte hj
niet; er was nietsdat zij te zamen gemeen hadden
En zij had die andere, zjn vriend, met zjne on
weerstaanbare oogen, ook haar eene hopelooze liefde in
geboezemd Neen, neen, zj had zich daartegen verzet,
een eerlijken strjd gestreden meer wilskracht getoond
dan iemand kon vermoeden zj had Beate tusschen hen
gesteld Tusschen die twee ontkiemde de liefde en
wanneer die tot ontwikkeling gekomen waszon zj
genezen zijn. Maar ook die beiden kwamen niet nader
tot elkaar, daar was een kloof tusschen hen, die zij niet
kon peilen.
Zij sprong op en liep naar de geopende deur van
het terras.
Daar lag het donkere bosch en eenige schreden verder
stond een gezellige bank, hare geliefkoosde zitplaats.
Haar hoofd zou misschien wat minder zwaar, hare borst
vr jer worden, als z j hier wat frissche lucht kon scheppen.
Zj deed eon donkeren shawl om en sloeg, de treden
van het terras af, den weg naar het bosch in. Zj keek
nog eerst vluchtig omde duisternis maakte haar min
of meer angstigz j ging nooit alleen uiten nu nog
zoo laat. Niets bewoog zich. De lakeien waren aan de
andere zijde der villa, zj hadden op het oogenblik geen
dienst; van die zjde had zj dus niets te vreezeu. Met
haastige schreden naderde z j de bank hez j
haalde diep adem. De maan wierp haar zilveren stralen
op de kalme zee, die eentonig ruischte en aan den hemel
schitterden de sterren in ongewone pracht.