BUITENLAND. men moet niet vergeten dat er een aardig kapitaaltje zou noodig zijn om alle gemeentegebouwen te assureeren, zoodat het voor de gemeentekas ten slotte nog voordee- liger is, onverzekerde eigendommen te hebben al ont staat er ook eens een enkele maal brand. Bovendien troost het gemeentebestuur zich steeds met de surveil lance van de brandweeral zal dit argument nu velen wel een weinig in den steek laten. Nog een andere dure geschiedenis heeft de gemeente Amsterdam zich op den hals gehaald. Zooals men zich waarschijnlijk herinneren zal, werd voor eenige jaren de levering van gas hier ter stede aan de Hollandscbe Gas fabriek ontnomen en opgedragon aan de Imperial Con tinental Gaz-Association in de wandeling meestal alleen Imperial genaamd. Met de nieuwe Maatschappij werd overeengekomen de lichtsterkte met een zoogenaamden Elster Normal Arzand brander van Dumas te meten. Doch zietnog maar korten tijd werd door haar het gas geleverdof van alle kanten kwamen klachten over onvoldoende qualiteit. De concessie-voorwaarden worden nog eens nagelezen en ja waarlijk, daaruit weet men te putten dat de lichtsterkte behoorde gemeten te worden mot een anderen brander dan tot hiertoe gebruikt werd. De Imperial kwam daartegen in verzet; in welsprekende bewoordingen verdedigde zij zich tegen het haar aan gedane onrechtdoch niets mocht batenzij moest het hoofd wel bukken daar B. en W. de in de concessie voorgeschreven boeten onverbiddelijk toepasten. Gelukkig bestaat er echter nog een rechtbank en in de armen der heilige justitie zocht de Imperial haar toevlucht. Deze is haar niet geweigerd geworden. Bij uitvoerig gemotiveerd vonnis van de Eerste Kamer der rechtbank alhier is uitgemaaktdat de brander, uitgevonden door bet Amsterdamsche gasbureauweder moet vervangen worden door dien welken de Imperial tot dusverre gebruikte en dat bovendien de gemeente Amsterdam aan de Imperial te vergoeden heeft1° de door de genoemde gasmaatschappij aan haar betaalde boeten; 2° alle kosten, schaden en interessen, door de Imperial gehad en ge leden en nog te hebben en te lijden door de omstandig heid dat zij langen tijd achtereen genoodzaakt is geweest, duurder gas te leveren dan waartoe zij verplicht is en 3n alle proceskosten ten bedrage van 3150. Hoe hoog die schadevergoeding zal zijndurf ik niet te zeggen maar van personen die daarmee bekend kunnen zijn heb ik fabelachtige sommen gehoord. Alweer een buiten kansje voor de belastingbetalenden In het Concertgebouw heb ik een uitvoering bijge woond, waarbij Hugo Becker zijne medewerking verloonde. Deze heer maakte indertijd deel uit van het onder leiding van Jean Becker staande Florentijnsche quar tet dat in ons land dikwijls rondreizen deed en waarschijnlijk Alkmaar ook wel eens zal bezocht heb ben. Zacht en mollig is de toondien Hugo aan zijn violoncel weet te ontlokken, zijn techniek nadert het volmaakte on al moge van zijn voordracht niet die mag netische kracht uitgaandie de onsterfelijken op muzi kaal gebied pleegt te kenmerken toch is het een genot naar de zoete klanken van zijn instrument te luisteren. Langdurig waren dan ook de toejuichingen vooral na de kleinere stukjes waarin een violoncel meer tot kaar recht komt dan in de groote concertstukken, die dikwijls meer van haar vergen dan zij in staat is te geven. Een duet van fluit en klarinet viel ook zeer in den smaak dei- aanwezigen trouwens dit werd uitstekond voorgedragen. Tot mijn genoegen kan ik mededeelen dat in den toestand van prof. Kan den hoogleeraar in aardrijks kunde aan do Gemeentelijke Universiteit, eene verande ring ten goede is gekomen. Men moot namelijk weten dat de influenza hem zoo krachtdadig hoeft aangepakt dat hem door zijne geneesheeren alle geestelijke inspan ning ten strengste was verboden. Hij is daarop naar zijne familie te Groningen gegaan en hoopt nu de vol gende week weder naar Amsterdam terug te keeren om daar zijne werkzaamheden te hervatten. Van ganscher harte wenschen wij hem toedat zijne gezondheid hem nu niet weder in den steek zal latenopdat hij nog langen tijd behouden mag blijven voor de wetenschap waarvan hij zulk een talentvol beoefenaar is. Gelijkmatigplechtig langzaam rolden de golven en als er zich eene haastiger dan de andere voortspoedde, verdween zij in het witte schuim, dat tegen den oever spatte Daar was rustgrootheid eeuwige verhevene gelijkmoedigheid die met de waardigheid van een heldin de vernietiging te gemoet gaat. Odie kleingeestige besluiteloosheiddie den mensch zoo rampzalig kan maken. In het volle besef van haar beklagenswaardigen toe stand zonk zij in elkander. Het dunne weefsel gleed van haar hoofd, tranen stroomden langs hare bleeke wangen zij bad. Eensklaps weerklonken naderende voetstappen op het droge mos. Zij schrikte op. Tusseken de witte berken- stammen werd eene hooge gestalte zichtbaar, die ver wonderd op haar toetrad. «Mijnheer von Borkfeldtstamelde zij verschrikt. «Uwe HoogheidZoo laat nog hierriep Felix ten hoogste verbaasd en min of meer met het geval verlegen. Verschillende gedachten doorkruisten zijn hoofd. De toestand was pijnlijk en alleronaangenaamst. Prinses Marie leunde zwijgend tegen een slanken ber- kenstam en trachtte zich te herstellen. «Natuurlijk zijt gij stom van verbazing over hot on gehoorde feit, dat eene prinses ook behoefte kan gevoelen alleen te zijn", klonk het eindelijk met moeielijk be dwongen hartstochtelijkheid van hare lippen. «Gij vindt het onbehoorlijk en ongepast zooals ieder het zou vindendie het wist en ik behoorde het gevoel eener misdadigster te hebben, nu gij mij hier vindt. En wat deed ik Ik ben ziek en rampzalig «Uwe Hoogheid!" Felix was naar haar toegekomen, greep hare hand, die machteloos neerhingon kuste ze eerbiedig. Hij besefte plotseling wat er in haar arm hart omging. «Uwe Hoogheid is lijdende het zou ons beiden zeker als eene misdaad toegerekend worden, dat het toeval mij hierheen voerdeals Uwe Hoogheid mij toestaat «Van hier te gaan zoo spoedig mogelijk o zeker ik heb u immers niet geroepen", riep de prinses bitter. «Dat meende ik niet", antwoordde Felix bedaard «integendeel, ik wenschte, nu wij op dit oogenblik bevrijd BEIiOUS. Het sedert geruimen tijd bij de Kamer aanhangige wetsontwerp tot wijziging der wet op het hooger onderwijs is den 27 met 67 tegen 19 stemmen (één lid onthield zich) aangenomen. De Senaat keurde dien dag met algemeene stemmen de begrooting van oorlog goed. Te Brussel is in den ouderdom van 60 jaren overleden de heer Pirmez, de liberale afgevaardigde in de Kamer voor Charleroiin 1868 minister van binnenl. zaken in het liberale ministerie Frère. In het begin der vorige week zijn uit het stedelijk museum te Brussel eenige zeldzame penningen en munten ontvreemd. Den 28 werden door een kleerkoop 13 stuks aan de politie terug gebracht, welk hem, volgens zijn zeggenverkocht waren door een jongen man en een meisje. DEITSCHIiAHrW. Bij de den 1 te Berlijn in vier districten gehouden herstemmingen behaalden de vrijzin nigen de overwinning op 1 conservatief en drie socia listen. Gekozen werden de heeren TragerVirchow Miinckel en Baumbach. De Kartell-partij nam aan de stemming geen deel. Alleen Virchowdie met 24949 tegen 23378 stemmen op den socialist Janizewski boekbinder, gekozen werdschijnt eenige stemmen dier partij verkregen te hebben. De gemeenteraad van Berlijn heeft den burgemeester Forckenbeck met 85 van de 92 stemmen voor 12 jaren herkozen. Zijne jaarwedde bedraagt 18000. De Staatscourant deelt den inhoud mede van de over eenkomst tusseken Frankrijk en Duitschland gesloten tot regeling van de in- en uitgaande rechten in beider gebied aan de Slavenkust. Beide regeeringen zijn over eengekomen gelijke invoerrechten te heffen en de koop waren waarvoor deze belasting betaald iszonder verdere belasting in eikaars gebied toe te laten. De Keizerdie de zittingen van de commissies uit den staatsraad tot het einde toe heeft bijgewoond be tuigde in de laatste zitting op den 1 des avonds aan de leden zijnen dank voor hunnen arbeid en zijne groote ingenomenheid met den uitslag der beraadslagingen. Hij noodigde alle aanwezigen, waaronder de toegevoegde des kundigen, namelijk twee fabrikanten en drie werklieden, uit, den 2 bij hem liet middagmaal te komen gebruiken, waaraan door allen voldaan is. De Kölnischo Zeitung deelt de bepalingen medeten opzichte van de invoering der werkliedencommissies in de staatsmijnen te Saarbrücken vastgesteld. De leden dier commissies worden bij geheime stemming voor drie jaren gekozen. Kiezen mag ieder werkman, die 21 jaar oud is, en ten minste drie jaren in de koninklijke mijnen heeft gewerkt. Tot leden der commissies kunnen gekozen worden alle werkliedenouder dan 25 jaardie ten minste 5 jaren in die mijnen hobben gewerkt. Elke ploeg mijnwerkers kiest een gemachtigde, die tot de ploeg moet behooren. Den leden der commissies wordt opgedragen de voorstellen, wenschen en klachten der werklieden in elke mijn ter kennis te brengen van den directeur en bovendien met hem in overleg te treden over alle andere kwesties welke betrekking hebben op de regeling van den arbeid of in een ander opzicht in verband staan met het welzijn van de werklieden en hunne gezinnen. Oneenigheden tusschen de werklieden onderling, moeten zoo mogelijk door de commissies worden bijgelegd, terwijl zij er op moeten letten, dat de bepalingen, ten behoeve van de gezondheid en de veiligheid der werklieden ge nomen, door hunne makkers nauwkeurig worden nageleefd. Vier maal 's jaars worden bijeenkomsten gehouden tusschen de leden der commissies en den directeur. Meerdere bijeenkomsten knnnen worden gehouden zoo de directeur dit noodig acht of ten minste vijf gemach tigden dit verzoeken en hun verzoek daartoe uitvoerig toelichten. De nieuwe Rijksdag zal eerst na Paschen bijeenge roepen worden. De geheele uitslag der verkiezingen voor leden van den Rijksdag is op 7 districten na bekend. Gekozen zijn van de boeien der etiquetteeen openhartig woord met u te spreken." Hij stond voor haar met hoogopgericht hoofd; het maan licht bescheen zijn schoon gelaat, waarop diep medegevoel te lezen stond. Prinses Marie zag tot hem op. «Uwe Hoog heid is niet gelukkig, U we Hoogheid mist het geluk van een vredig bestaan en voert een nutteloozen strijd met zich zelf. De bruid van den erfprins zou gelukkig kunnen en moeten zijn." De prinses had het gelaat afgewend en staarde pein zend naar de zee. «Moeten", herhaalde zij. «Moeten wij niet in alles gehoorzamen wat ons bevolen wordt De natuur alleen laat zich niet dwingen." «Uwe Hoogheid bemint dus den prins niet «Ik ken hem niet, evenmin als hij mij beminnen Spreek dat woord toch hier niet uitgijgij, de dichter van het hooglied der liefde." Felix zag haar verrast aan. «Uwe Hoogheid kent dat?" vroeg hij weemoedig glimlachend«en hoe is het in uw bezit gekomen Maar u zult er slechts van gehoord hebben en het niet hebben gelezen, natuurlijk!" Ik heb het gelezen", sprak prinses Marie toonloos. Beiden zwegen. De zee ruischte zachtde golven sloegen eentonig tegen den oever. De prinses stond met gebogen hoofdterwijl de wind met hare losgewaaide haren speeldehare borst zwoegde zij haalde snel en gejaagd adem. Felix staarde haar verbaasd aan. «Het was geene geschikte lectuur voor u", sprak hij langzaam. «Waarom niet?" vroeg zjj heftig, «omdat ik niet voor gewaarwordingen vatbaar geacht wordt, omdat de waar heid mij altijd half en bedekt moest worden toegemeten Ja gij verkondigt in uw gedicht de onverbloemde taal der waarheid en der natuur." «Verstond Uwe Hoogheid die taal? De wereld en zelfs mijne vrienden hebben ze niet begrepen behalve een die dus ook uw geestverwant moet zijn. Wat ik durfde uitspreken was vermetel in deze eeuw van hooge beschaving en het verwonderde mij nietdat ik een storm van verontwaardiging te voorschijn riep. Uiterlijke schijn en vertooning nemen tegonwoordig de plaats in van het gevoel: de liefde is een flauw brandende zijn 6/ conservatieven, 22 vrij-conservatieven, 38 natio naal-] iberalen 104 leden van het centrum, 70 duitsch- vrijzinnigen 38 sociaal-democraten 9 welfen, 10 leden der zuid-duitsche volkspartij4 anti-semieten I deen en 2 tot geene der partijen behoorende. EKGELOD Lagerhui» Den 28 deelde minister Fergusson mede, dat het uitvoerig programma d'er berlijnsche arbeidsbij- eenkomst door de regeering ontvangen was. Zoodra van dit stuk door de regeering de noodige kennis zou zijn ge nomen, zou de volledige briefwisseling tusschen beide Staten over deze zaak worden overgelegd. Op een begrootingspost van 3.725 103 p. st. voor be zoldigingen, stelde de heer Labouchere eene vermindering voor naar aanleiding van het feit dat verschillende per sonen, wier bezoldiging in dat krediet begrepen was, aan eene gerechtelijke vervolging, ontsnapt waren, ofschoon zij bij de schandalen van Westend betrokken waren. Hij be schuldigde minister Salisbury een zijner vrienden, die in hechtenis zou worden genomen, gewaarschuwd te hebben. Hij beschuldigde ook de overheid, dat zij zekere schuldi gen had laten ontsnappen. De advocaat-generaal Webster antwoordde. Hij zeide, dat, sedert hij in het Parlement was, eene beschuldiging van dien aard niet gehoord was. De eerste minister werd van niets minder beschuldigd dan van medeplich tigheid aan eene misdadige samenzwering. De heer Labouchere hernam, dat hij den heer Salis bury niet op zijn woord geloofde. De voorzitter noodigde den heer Labouchere uit, dit gezegde in te trekken, doch deze weigerdewaarna met 177 tegen 96 stemmen de heer Labouchere in zijne hoedanigheid van parlementslid geschorst werd. Daarna stelde de heer John Morley, omdat de heer Labouchere afwezig was, voor om de beraadslaging over Labouchere's motie uit te stellen. Minister Smith betoogde, dat, nu zoo ernstige beschul digingen tegen den eersten minister ingebracht waren het Lagerhuis verplicht was zijne meening te doen ken nen en daarom, een besluit moest nemen. Namens de regeering verklaarde hij zich derhalve tegen het uitstel len der beraadslaging en eveneens tegen het voorstel van den heer Labouchere om eene enquête-commissie te be noemen. Het voorstel van den heer Labouchere werd daarop met 206 tegen 68 stemmen verworpen en de verdere behandeling van den begrootingspost tot den 3 uitgesteld. FitAXKHlIJK. Bij de herstemming voor een lid der Kamer te Parijs op den 3 is gekozen de boulangist Naquet met 4496 stemmen tegen 3694 st. op den repu blikein Boumeville. De heer Gonstans minister van binnenl. zaken, heeft zijn ontslag genomen, nadat in den ministerraad tusschen hem en den president-minister Tirard een persoonlijk geschil was gerezen dat zeer hoog liep. Nadat hij zijn besluit genomen had bracht hij op het Elysée een afscheids bezoek aan den president Carnot. Tot zijn opvolger is benoemd de heer Léon Bourgeois, 40 jaren oud, over hellende tot de radicalen, die achtereenvolgens referen daris aan hot ministerie van binnenl. zaken, prefect van politie en staats-secretaris tijdens het ministerie Floquet is geweest. De door den minister van financien aan de Kamer ingediende begrooting voor 1891 raamt de inkomsten op 3 247.408 225 en de uitgaven op 3.247.169.967 fres. Meer dan een derde der uitgaven is voor de openbare schuld en voor het leger en de marine bijna 1 milliard bestemd. Tegelijk met de begrooting diende hij voor stellen in tot verhooging der alcoholbelasting, waardoor deze jaarlijks 124.000.000 fres kan opbrengen, en tot wijziging der grondbelasting, welke 118.000.000 fres. opbrengt, alsmede tot het sluiten eener geldleeniug van 700.00Ö 000 fres., ten einde met de opbrengst daarvan de schatkistbiljetten in te lossen en de buitengewone begrooting te doen verdwijnen. In den nacht van den 28 op den 1 heeft het te Mar seille zoo zwaar gesneeuwd dat de tramomnibussen en wagens eerst na negen uren des morgens konden rijden. kaars die, zoodra zij dreigt op te vlammen zorgvuldig bedreigd wordt! In dat gunstig halfdonker sluipt en kronkelt zich dan de verdorvenheid maar ik moest tegenover Uwe Hoogheid niet op dezen toon spreken." «Rekent gij mij niet waardig, om met mij over uw werk te spreken vroeg de prinses zacht en demoedig. Hij zweeg een tijd langterwijl allerlei gedachten zich in zijn hoofd verdrongen. «Ik bewonder u, Uwe Hoog heid", sprak hij eindelijk. Gij hebt mij heden geleerd hoe veelomvattend de menschelijke geest is. Mijn lied heeft u doen begrijpen, wat liefde is, zal het tot uw geluk zijn die vraag maakt mij angstig «Ja, de blinddoek is van mijne oogen gevallen", sprak de prinses dof. «En tot welk besluit bracht dit Uwe Hoogheid?" «Dat ik liever wil sterven, dan met iemand te trouwen, dien ik niet liefheb." Felix schrikte hevig. «En zulk een man van ijzer, met een hart van goud, die in alles oprecht en waar is", sprak hij tot zich zelf. «Neen, Uwe Hoogheid heeft gelijkdat mag niet gebeuren maar sterven dat woord wordt zooveel gebruikt, en is toch het eind van alles op aarde. Slechts den moed te bezittenvoor de waarheid uit te komen en de schakel is verbroken. Zooals ik den prins ken, is één eerlijk openhartig woord uit uwen mond voldoende." «Voor hem zeker hij bemint mij niet, en ver langt zeker evenals ik naar het verbreken onzer boeien maar het weefsel van de maatschappelijke belangen waarmee men ons omgeven heeft «Een forsche ruk en het is verscheurd. Eene vrije, trotsche ziel mag zich niet door menschenvrees laten beheerschen." Zij had zich hersteldhare wangen gloeiden en hare trekken verrieden eene gemoedsbeweging, zooals niemand nog ooit daarop aanschouwd had. Het was, alsof alle kommer en twijfel zich opgelost had zij gevoelde zich vrij. Kalm en ernstig als een broeder stond Felix voor haar. Wtrdt vtrvtlffi.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1890 | | pagina 2