No. 40.
Twee en Negentigste Jaargang.
1890.
IaRIJSCHE BRIEVEN.
W O ËJN S DAG
2 APRIL.
g'taatsgehrek noodzaakt ons hel
Weuitleton achterwege te tuten.
Olficiëel Gedeelte.
BUITENLAND
ALK1AARSCHE COURANT
Deze Courant wordt Itinsdae-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
8 maanden voor Alkmaar J ®,8C; franco dooi bet
gebeele rijk 1,
De 3 nummers O,OH.
II IMl
V IA "V
Prijs der gewone Advertentiërt:
Per regel J Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER <fc ZOON.
Burgemeester en Wethouders van Alkmaar brengen
ter ateemeene kennis dat aan hen vei gunning is ge
vraagd3 door CORNELIS WEVER, wonende te Haarlem,
tot het voortzetten van den verkoop van sterken drank
in het klein in het perceel aan Zevenhuizen, wijk A
Nr. 3 welke vergunning thans ten name staat van
SIMON WEVER.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
1 \»ril 1890. De Secretaris,
NU HOUT van der VEEN.
Burgemeester en Wethouders van Alkmaar brengen
ter alo-emeene kennis, dat, aan hen vergunning is ge-
vraagd°door ADRIAAN PELS wonende te Schermer-
horn°, tot het voortzetten van den verkoop van sterken
drank in het klein in het perceel aan het Heiligland
Nr 24welke vergunning thans ten name staat van
LAMBERTUS DE BOER.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
A. MACLAINE PONT.
Alkmaar, De Secretaris,
1 April 1890. NUHOUT van der VEEN.
LIJST"VAN BRIEVEN,
waarvan de geadresseerden onbekend zijnverzonden
gedurende de le helft der maand Maart lb90
F. LandmanP. Metselaar, Amsterdam JBijpost
Haringkarspel.
Van Eg mond aan Zee:
Mevr. Schoorder, Amsterdam; M. van de Berg, Noord-
scharwoude.
Van Schermer horn:
BHartRotterdam.
Van S choorldam:
A. Giltjes Schagen.
Van Zuidscharwoude:
P. Bellis Haringkarspel.
Briefkaart:
C. de Pijpers Amsterdam.
Brieven, verzonden geweest naar
Amerika: Oortgijsen
Afrika: A. C. Sandroll, Graetf Reinet.
LIV.
Schreef ik voor tien dagen geleden, dat het ministerie
weder vast in den zadel zat, zoo moet ik erkennen mij
toen nog al vergist te hebben, want nog geene week
later was het Kabinet Tirard omvergeworpen. Zal ik thans
een beter profeet zjnwanneer ik meen te mogen aan
nemen dat het nieuwe ministerie Freycinet het een langen
tjd zal volhouden. Mag ik n dan enkelen van de voor
naamste leden van dit nieuwe Kabinet voorstellen. Dit
kan zjn nut hebben voor later, want wie weet voor
welke moeil jke gevallen die heeren te staan komennu
door het aftreden van den dnitschen rjkskanselier, prins
Bisrnarck hier aller oogen naar liet oosten gekeerd zjn.
Beginnen wij met de Freycinetpresident van den
ministerraad en tevens minister van oorlog. Deze is niet
jong meerwant hj werd geboren in 1828 als politiek
persoon is hij voornamelijk bekend sinds bet jaar 1870,
toen hij met Gambetta samenwerkte om Frankrijk tegen
den overmachtigen vjand te verdedigen. Senatenr in
1876maakte hj het daarop volgende jaar deel uit
van het ministerie Dufaure en van toen af is er bjna
geen ministerie geweest, waarin de Freycinet niet steeds
eene belangrijke rol speelde. In April aanstaande wordt
het twee jaardat h j een civiel ingenieur zijnde den
gewichtigéu post van minister van oorlog waarneemt, en
men kan er zeker van zijn dat reeds vele groote ver
beteringen zoowel in het leger als in de vestingverdedi
ging door hem werden ingevoerd. Ook de karikatuur
heeft dezen staatsman niet gespaard doch hem voorge
steld als »de kleine witte muis."
De tweede man in het Kabinetde rechterhand om
zoo te zeggenis Ernest Constans, dio pas het ministerie
Tirard was nitgetredendoch thans onmiddelljk zjne
plaats aan binnenlandsche zaken weder innam. Constans
is iemaDd die wat aandurftaan hem vooralhebben
wij te danken, dat het driemanschap Bonlanger, Rochefort
en Dillon bjtjds de wjk naar België nam. Daardoor
bleef het land rustig; overigens echter is Constans niet
zeer populairde oppositieen voornameljk de Boulan-
gisten, vallen hem steeds op heftige wijze aan, en Roche
fort heeft in zjne courant 1'Intransigeant zeker eene
geheele dictionaire van scheldwoorden uitgeput, allen aan
het adres van minister Constans. Rochefort heeft trou
wens de vriendel jke gewoontewanneer hij alle gewone
argumenten heeft uitgeputaan zjne tegenstanders de
vleiende bjnamen te geven van »dief, moordenaar, lakei,
omgekochte, oplichter, sauciesverkooper, dwerg enz. enz."
Behalve deze beide heeren leverde de Senaat nog een
derden minister, en wel dien van marine, den heer Barbey
Van dezen weet ik niet anders te vertellen dan dat hij
dezelfde portefeuille bj twee vroegere gelegenheden hield.
Volgen thans acht afgevaardigden waaronder twee
Ribotbuitenlandsche zaken en Jules Roche, handel en
njverheid nog nooit ministers geweest zjn.
Rouvier hebben wij reeds meer gezien aan finantiën
o. a. in het pas gevallen ministerie Tirard. Rouvier is
een echt republikein en was mede een aanhanger van
Gambetta. Ónder zjn ministerie in 1887 viel president
Grevy tengevolge der Wilsou-schandalen en werd Carnot
tot eersten staatsman der republiek gekozen.
Fallières schijnt iemand te zjn van buitengewone
bekwaamheden of althans van veel omvattende kennis.
In 1882 zien wij hem minister van binnenlandsche zaken,
in 1883 van onderwijs in hetzelfde jaar nog eens bin
nenland in 1887 justitie, in 1889 onderwijs, en nu
weder justitie en eeredienst. Ik kan niet nalaten bij
m j zelf af te vragen waar de heer Fallières den t jd
vindtin elke nieuwe betrekking steeds gewichtige
diensten te bewijzen.
Over de andere heeren in dit Kabinet zullen wij
nog niet sprekendoch eerst eens afwachten wat zj
uitrichten.
Nu wj toch zoo aan de politiek zjn moet gij my
nog even veroorloven, eeuige woorden aan den heer Carnot
te wjdenen u nogmaals te wjzen op een opmerkeljk
verschil tusschen president Carnot en zijn voorganger,
den heer Grévy. Onder de regoering van laatstgenoemde
zagen wj het aantal jeugdige misdadigers op verbazende
w jze toenemenen geen wonderpapa Grevy gaf alt jd
door maar gratieen hoe jonger de booswicht was
des te zekerder was hj een reisje naar de strafkolonie
»la Nouvelle" te maken. Het gevolg van deze overdrevene
gevoeligheid bleef niet uithet leger van de oude mis
dadigers begreep, dat het dom zou zjn zelf het hoold te
wagen, daarom werden in elke bende zeer jonge mannen,
bjna nog kinderen van 16 17 jaar opgenomen. Was
er een slag te slaan fluks werd die jonge snuiter er op
afgestuurd den volgenden dag stonden alle bladen vol
over een nieuw misdrijfde dader werd gevatdoch
hj liep door zijne jeugd geregeld de guillotine vrij.
Carnot heeft aan dien toestand een einde gemaakt
jong of nietwie ter dood veroordeeld wordt, ondergaat
thans zjne straf, het recht moet zijn loop hebben. OnlaDgs
nog vielen de jeugdige Ribot en Jeantroux, hunne kame
raads zullen zoo zoetjes aan wel wat angstiger worden
en zich tweemaal bedenken vóór zj een rustig burger
te lijf gaanintusschen wreken zj zich voorloopig met
dezen president niet voor een vadertje te houden doch
noemen hem Carnot Couge-tétes.
De groote gebeurtenis van den dag is gelegen in de
voorstelling van Ascanio, opera in vijf bedrijven en zeven
tafereelen, woorden van Gallet, muziek van Saint-Saens.
Ik herinner mij voor eenige jaren geleden een roman te
hebben gelezenAscanio van Alexander Dumas père
en ik zon ieder die deze opera gaat zienbepaald
aanradeneerst den roman te lezen of het gedicht zelf
te doorloopen want de handeling is nog al erg inge
wikkeld. Daarbj komt dat do titel niet juist gekozen
is Ascanio toch is een onschuldig jonkman, die verliefd
is op Colombo d' Estourvillezoowat even naief als hij
en deze jongelieden zjn dus de tortelduifjes van het stuk.
De hoofdpersoon echter is Benvenuto Cellini, florentjnsch
beeldhouwer aan het hof van Frans Ieene schoone
zware rol, welke in handen is van den baryton Lassalle.
Het zou mj te ver voeren u eene volledige kritiek over
deze opera te leverenbovendien schat ik Saint Saens
te hoog om ook maar een woord op zijne muziek af te
diugen. Toch kan ik u vertellen dat deze opera twee
voorname mannenrollen, Celliui en Ascanio, bevat en drie
vrouwenrollen, Colombe, de onschuldige verliefde, madame
d' Estampes, maïtresse van Frans Idie hier dienst doet
als verrader in een melodrama en eindeljk Scozzone
verliefde van Cellini, die ons de trouwe opofferende liefde
voorstelt. De directie van de groote opera beging hier
echter eene groote fontde rol van Scozzone is voor
contralto-mezzo-soprano geschrevenen wordt gezongen
door mevr. Bosmandie een soprano is.
Hetgeen echter aan deze uitvoering iets zeer pikants
geeftdat is de afwezigheid van den componistden
heer Saint-Saensvan wien niemand weet waar h j zich
thans ophoudt. De meest onwaarschijnlijke geruchten
zjn hierover in omloop. Zjn medewerker, de heer Gallet,
heeft sinds einde November niets meer van hem gehoord
toen schreef Saint Saens nit Cadixdat h j bepaald niet
van plan was de eerste voorstelling van zjne nieuwe
opera bj te wonen verder meldde hj zjn vertrek uit
Cadix doch zonder te zeggen waarheen hij zich begaf.
Eu verder ja wj weten niets meer van den man. Is
hij naar Java vertrokken zooals hj van plan scheen
is hij overleden of zooals zoovelen bewerenis de com
ponist gek geworden het is en bij ft een geheimen
juist door dat het een geheim is beginnen zelfs reeds
geruchten van een misdr jf te loopen, van wederrechtel jke
opsluiting door twee of meer personenmet het doel
beslag te leggen op Saint Saens' roerende goederen of
om hem een testament te doen teekenen in hun voordeel.
En zoo vertelt ieder er wat van doch niemand weet
het rechte en is het dus waarsch jnlijkdat weldra de
justitie er zich mede bemoeien zal. Laat ons hopen
datzoo de componist nog leefth j ons spoedig op de
hoogte van zijn tegenwoordig verbljf stelle.
Parijs, 23 Maart 1890. J. M. T.
BEEtJlE. Het lid van den gemeenteraad te Neuf-
chateau, de heer A Hard die uit onvoorzichtigheid den
rechter Bevgmann op de jacht dood geschoten had is
tot 500 boete en 75000 schadeloosstelling veroordeeld.
DEITSCHEAUrD Prins Bismarck nam den 29 des
middags afscheid van alle de koniukl jke prinsen, na den
vorigen dag een krans te hebben gelegd op de kist van
Keizer Wilhelm.
Des namiddags te 5 uren vertrok hij naar het spoor
wegstation. Hj was gekleed in de uniform der kurassiers
en°zat in een open rijtuig; zijne gemalin en eenige an
deren volgden in--een tweede rijtuig. Duizenden personen
waren op de been en hieven een oorverdovend gejnich
aan, dat tot aan het station aanhield. Alle vensters in
de straten, langs welke hj reed waren Jicht bezet en
onophoudelijk werd met zakdoeken gewuifd. Slechts
langzaam konden de rijtuigen, die door eene ontzettende
menigte werden gevolgd, voortkomen. Op het perron had
een escadron van de garde-kurassiers te voetmet de
regiments-muziekpost gevatdaar bevonden zich de
gezamenl jke ministers, al de leden van het corps diplo
matique en vele andore voorname personen. De aandrang
van het publiek was ontzachelijk groot. De bloemen en
ruikers lagen bj bergen in de wachtzalen welke bui
tendien feestelijk getooid waren. Prins en prinses Bismarck
namen een hartelijk afscheid en vertrokken met den
trein van 5 uur 40 min.
De Nordd. Zeitung maakt bekend, dat prins Bismarck,
naar aanleiding van zijn aftreden, zoo talrjke bijken van
deelneming geworden zjndat hij zonder den bjstand
van ambtenaren bj de drukte der verhuizing die onmo-
geljk kan beantwoorden en daarom allen langs dien
weg zjnen dank verzoekt aan te nemen.
In de den 29 gehouden slotzitting der arbeidsbijeen-
komst hield minister Berlepsch een lange redevoering
waarin hj deed uitkomen, dat de bjeenkomst niet in de
gelegenheid was geweest internationale schikkingen te
treffen; wel kon zij hare meeningen en wenschen kenbaar
maken. Hij meende, dat de grondslagen gelegd waren,
waarop verder kon worden voortgebouwd, tot verwezen-
ljking van het .streven om aan do werkende klassen meer
bescherming, grooteren waarborg voor hare stoffel jke en
zedelijke ontwikkeling te verschaffen. Mochten ook in
de naaste toekomst de moeiljkheden groot schjnen, toch
bestaat reeds thans eensgezindheid ten opzichte van
zekere internationale gezichtspunten waardoor het aan
eiken Staat op zich zeiven mogeljk zal worden onder
inachtneming van eigenaardige verhoudingen, de oplossing
van verschillende vraagstukken ter hand te nemen. Van
de door de regeeriugen beschermde ontwikkeling der nij
verheid hangt ook de welvaart der werklieden af.
Hj verklaarde verder, dat hij in last had aan de leden
den warmsten dank des Keizers over te brengen voor
hunnen zaakkundigen arbeid.
De engelsche gevolmachtigde, de heer John Gorst
betuigde zjnen dank aan den Keizer voor het bjeen-
roepen der bjeenkomst, welker uitkomsten buitengewoon
verbljdcnd waren en die, naar hij hoopte, niet de laatste
zonden zijn. Wanneer millioenen kinderen aan de ellende
onttrokken en even zooveel vrouwen aan het huiseljk
leven hergeven warendan zonden de leden zich met
dankbaarheid het initiatief des Keizers herinneren.
De heer Jacobs (België) dankte den heer Berlepsch voor
de leiding der vergadering, eene dankbetuiging, waarbj
de vertegenwoordigers van Italië en Spanje zich aansloten.
De bjeenkomst werd daarop te 3 u. 25 m. nit naam
van den Keizer gesloten verklaard.
De commissiën der Arbeidsbijeenkomst te Berljn
kwamen tot de volgende besluiten. Die voor de zon
dagsrust, dat het wenschel jk is, datbehoudens de
verder aangegeven uitzonderingen één rustdag in de
week aan de beschermde personen en alle werklieden der
njverheid worde verzekerd en die dag op Zondag be
paald worde. Uitzonderingen worden toegestaan voor de
exploitatie van dringend noodzakeljke zakenmaar ook
in dit geval is het wenscheljk, dat men één van de twee
zondagen vrij hebbe. Regeling der uitzonderingen bj
gemeen overleg tusschen de verschillende regeeringen
wordt wenscheljk verklaard.
Die voor den arbeid van vrouwen en kin
deren, dat kinderen beneden de 12, in de znideljke
landen beneden de 10 jaren, in indnstrieele inrichtingen
niet behooren te arbeiden; dat de overigen, alvorens dit
te doen aan de wettel jke voorschriften betreffende het
lager onderwjs moeten hebben voldaandat kinderen
beneden de 14 jaar noch des nachts, noch des zondags
mogen arbeiden en niet langer dan 10 uren daags met
eene rustpoos van ten minste anderhalf uur noch aan
ongezonde of gevaarlijke bezigheden, tenzij met bescher
mende voorzorgen. Dergelijke besluiten zjn ook geno
men voor jongelieden tusschen de 14 en 16 en voor hen
die tusschen de 16 en 18 jaar ond zjn. Voor vrouwen
en meisjes boven de 16 jaar wordt geen werk des nachts
of des zondags verlangd, een werkt jd van niet meer dan
11 uren met een rustpoos van anderhalf uur, beperkingen
voor ongezond en gevaarlijk werkalles behoudens
enkele uitzonderingen. Voor vrouwen moet de arbeid
vier weken na hare bevalling verboden worden.
Die voor de m j n o n verklaarde het wenscheljk, dat