Binnenland.
1 Mei door eene vredelievende betooging op de invoering
der onmisbare hervormingen aan te dringen.
OOSTEHTKIJK-HOllfQAUIJE. De regeering
heeft met de bulgaarsche regeering onderhandelingen
aangeknoopt over het sluiten van een handelsverdrag.
Den 8 werden door de werkstakers in de voorstad
van Weenen Nenlerchenfeld ernstige ongeregeldheden
gepleegd. Toen de samengeschoolde werklieden weigerden
uiteen te gaan, zelfs nadat een salvo met losse patronen
was gegeven, maakte de politie met den sabel een charge.
Bij het uitgaan der fabrieken vemeerderde het aantal
der werklieden, die samenschoolden. Twee koffiehuizen
werden geplunderd. De alcohol werd aangestoken en
veroorzaakte brand. Ook werdeu twee politie-bureaux
vernield.
De orde werd eerst hersteldtoen twee escadrons
kurassiers en een bataillon infanterie waren aangekomen.
Zeven-en-dertig personen werden in hechtenis genomen.
Vele burgers en tien politie-agenten werden gewond
Den 9 hervatten 3000 metselaars den arbeid. De politie
verbood twee bijeenkomsten.
ITALIË. De gemeenteraad van Rome beeft den 7
met groote meerderheid van stemmen eene motie van
vertrouwen aangenomen in den kurgemeester en de wet
houders en den wensch uitgesproken, dat hun ontslag,
totdat de begrooting in behandeling komt, zijndo in het
begin van Mei, als niet geschied worde aangemerkt.
POKTÜGAL De regeering heeft een afzonderlijk
departement van algemeen bestuur ingesteld voor onder
wijs en kunst op grond dat bet onderwijs veel te
wenschen overlaat en dringend verbetering behoeft. De
heer Arroyo, thans minister van koloniën, is tot minister
van dat departement benoemd en de beer Julio Vilhena
tot minister van koloniën. Verder is een besluit uit
gevaardigd. waarbij het recht van vergadering en de
drukpersvrijheid beperkt is terwijl eindelijk eeuc her
vorming van het rechtswezen uitgevaardigd is.
SPAXJE. Den 5 werd ia den Senaat de beraad
slaging over de zaak van generaal Daban voortgezet.
Al de generaals, die daar zetelen, keurden de houding
der regeering af. Generaal Campos verliet de zaal,
toen de minister van oorlog het woord nam. Den 7
hield generaal Daban zelf eene heftige redevoering tegen
Sagasta. Hij zeidedat deze laatste uit de militaire
opstanden voordeel had getrokkenzonder ooit zijn leven
in gevaar te stellen. Hij verklaardedat hij als militair
gehoorzaamd zou hebben aan de bevelen van den minister
van oorlogdie hem arrest had opgelegdmaar dat hij
als senaatslid alleen voor den wil van den Senaat had
te huigen. Hij eindigde met te zeggen, dat Sagasta het
land misleidde en zijne instellingen iu gevaar bracht.
De ministers van oorlog en justitie verdedigden de
handelingen der regeering.
Den 9 werd de beraadslaging voortgezet. Generaal
Daban bleef zich tegen het besluit der regeering verzetten
en is vast besloten, de beraadslagingen zoo lang mogelijk
te rekken.
VEBEEAKiüË STATES. De Senaat heeft een
wetsontwerp aaugenomen waarbij streng toezicht gelast
wordt op voor uitvoer bestemd varkensvleesch. Volgens
diezelfde wet wordt de president gemachtigd maatregelen
te nementen einde den invoer van vee te beletten
bij wijze van voorzorgsmaatregelen tegen besmettelijke
veeziekten.
Benoemd bij kon. besluit van den 5 tot Rijksont
vanger te 's-Gravenpolder de heer G. Meerdinkthans
te Leek, vóór dien tijd te MEIIiOO.
Op den koninklijken lokaalspoorweg is tusschen
Heerde en Hattem een wagen in brand geraaktbij
aankomst te Heerde bleken de acht kalveren welko in
dien wagen aanwezig waren, te zijn omgekomen.
Aan het schoolverslag over 1888/9 worden de vol
gende bijzonderheden ontleend. 1°. Hooger onderwijs.
Aan de Rijksuniversiteiten waren ingeschreven 1691
stndontennamelijk te Leiden 744waarvan 26 voor
enkele lessen te Utrecht 564 waarvan 36 voor enkele
lessen, te Groningen 383, waarvan 13 voor enkele
goed te tuchtigen, waartoe ik het volste recht had. Gij
hebt gelijk, hij heeft daar eene geduchte wondEllendig
Wat zal mijnheer von Gruthenau wel denken Kom, hij
zal moeten toegeven dat het nog veel ellendiger zijn
zou, als ik een arm of een been gebroken had."
«Natuurlijk", sprak freule von Gruthenau op gerust
stellenden toon. «Maak toch niet zooveel ophef van zulk
eene kleinigheid
Intusschen dropen dikke droppels bloed over het glan
zende vel van het dier en bespatten den koetsier op den
bok en den appelschimmel, die van tijd tot tijd deelne
mend omkeek naar zijn kameraad. Een geheele zwerm
insecten die reeds eenigen tijd om het rijtuig hadden
gegonsd, wierp zich op de wond. Ramiro schudde tel
kens pijnlijk den kop zijne halsspieren trilden en hij
liet een angstig snuiven hooron.
«Maar, luitenant", verzocht Hertha op levendigen toon,
«ncorn toch uw karwats
«O, gaarne, indien gij het beveelt. Ik meende dat de
rakker deze les dubbel en dwars verdiend had."
Hij sloeg met het groene gevlochten uitoinde onder de
muggen rond maar trof tevens eenige malen den kop
van het dier, zonder de kwelgeesten te verjagen.
Er verscheen oen ontevreden plooi tusschen Hertha's
werkbrauwen. «Och, Marie, laat de koetsier een oogen-
blik stilhouden Wij moeten Ramiro verbinden."
«Meent gij dat waarlijk
«Ja, al was bet alleen uit voorzichtigheid. Zoo iets
kan gevaarlijk worden. Wij hebben een veulen gehad
dat in eon dergelijk geval aan bloedvergiftiging ge
storven is."
Hertha trok den kop van den armen Ramiro naar zich
toe en legde het dierdat geduldig bleef staanmet
behulp van twee zakdoeken en den riem van haar regen
mantel een verband aan, terwijl de luitenant zich bezorgd
maaktedat de freule hare handen of hare japon zou
bezoedelen.
Gedurende den verderen rit deed Paul von Höffert
zichtbaar zijn bestom het onaangename voorval door
buitengewone ridderlijkheid te doen vergeten. Hertha
lesseu. Aan de Gemeentelijke Universiteit te AM8TEB-
DAM 727 studenten van welke 40 voor enkele lessen.
Yan de 1691 studenten aan de Rijksuniversiteiten waren
ingeschreven 211 in de faculteit der godgeleerdheid, 360
in die der rechtsgeleerdheid, 814 in die der geneeskunde,
191 in die der wis- en natuurkunde en 110 in die der
letteren en wijsbegeerte. Van de studenten, te Amster
dam ingeschreven, waren 57 in de facnlteit der godge
leerdheid 78 in die der rechtsgeleerdheid 445 in die
der geneeskunde103 in die der wis- en natuurkunde
en 44 in die der letteren en wijsbegeerte. Het getal
gymnasia (28) werd met één vermeerderd, te Tieldat
der progymnasia (2) daardoor met één verminderd. Het
getal der leeraren steeg van 410 tot 425; dat der leer
lingen van 2382 tot 2463 en dat der toehoorders van
33 tot 23, samen 2486 tegen 2415 in het vorige jaar.
De Vrije Universiteit te Amsterdam werd door 78 stu
denten bezochtwaarvan 67 in de faculteit der godge
leerdheid.
De uitgaven, voor de drie Rijksuniversiteiten in 1888
door het Rijk gedaan, bedroegen L622.295.90j, waarvan
632.053.62) voor Leiden, 351.047.48 voor Utrecht
en 265.778.21 voor Groningen. Aan inkomsten werd
genoten 219.152.50. Zuiver gaf het Rijk das uit
1.403.143.40).
Voor de Gemeentelijke Universiteit te Amsterdam
werd uitgegeven 349.090.29 en ontvangen 126.147.33).
Het zuiver bedrag der uitgaven door Rijk, de provincie
Noordholland en gemeente Amsterdam, ten behoeve van
de universiteiten gedaan was f 1.323.403.32 tegenover
1.276.493.36 in het vorige jaar.
Het goheole bedrag der nitgavon voor gymnasia, pro
gymnasia en latijnsche scholen in 1888 gedaan, is door
het Rijk f 236.110 55, de gemeente ƒ579.141.07), samen
815.251.62) tegenover 770.424.43) in 1887, waar
tegenover staan de inkomsten der gemeenten, na aftrek
der subsidiën ad 205.886.29).
In 1888 werden voor het booger onderwijs in zijn
geheeldoor het Rijk de provincie Noordholland en de
gemeenten zuiver uitgegeven f 2 009,341,14 tegen
f 1.918.306.47 in 1887.
M i d d e 1 b. o n d e r w ij 8. Het getal burgerdag- (1 te
Leeuwarden) en burgeravondscholen (37) bleef onveran
derd. Zij werden bezocht door 4366 leerlingen113
meer dan het vorige jaar. Van deze 4366 hadden 3385
reeds een beroep gekozen waaronder 1032 dat van
timmerman 489 dat van verver glazenmaker of ver
lakker 413 dat smid265 dat van schrijnwerker of
meubelmaker. Het onderwijs werd verstrekt door 411
leeraren, waaronder 171 die tevens aan eene hoogere
burgerschool of meisjesschool werkzaam waren.
De industrie- en teekenscholen ambachtsscholen enz.
telden 361 leeraren en 5523 leerlingen tegenover 375
en 5555 in 1887.
Er waren 61 hoogere burgerscholen, n.l. 21 Rijks
scholen, 39 gemeentelijke en 1 bijzondere, met 5256 leer
lingen waaronder 312 voor enkele lessentegenover
5100 en 337 in 1887. In 33 dier scholen worden boven
dien 263 vrouwelijke leerlingen toegelaten waaronder
78 voor enkele lessen te Almeloo en Hoorn waren de
meeste vrouwelijke leerlingen. Aan deze scholen waren
731 leeraren werkzaamwaaronder 26 aan meer dan
eene school.
Het getal hoogere burgerscholen voor meisjes bleef'12.
Zij telden 1372 leerlingenwaaronder 76 voor enkele
lessen en 154 leeraren of leeraressen.
De Rijkslandbouwschool telde in Deer. 1888 aan de
afd. hoogere burgerschool 43 aan die voor landbouw
onderwijs 75, samen 118 leerlingen, en 4 voor enkele
lessen tegenover 129 leerlingen in 1887.
Polytechnische school Ingeschreven 265
(166 voor volledig onderwijs en 99 voor enkele lessen).
Scholen voor de zeevaart. Getal leeraren 36;
getal leerlingen 180 in Dec. 1888 en 371 gedurende het
jaar 1888. Aan 75 werd een diploma uitgereikt.
Het totaal bedrag der uitgaven voor alle inrichtingen
van middelbaar onderwijsin 1888 gedaanwas
j 2,584,717,95), waarvan 1,149,091,92) door het Rijk,
44,854,17) door de provinciën en j 1,390,771,85) dooi
de gemeenten. Totaal der inkomsten f368,362,57), na
melijk voor het Rijk f 93,047,88, voor de gemoenten
f275,314,69). Zuiver bedrag der uitgaven f 2,216,355,38.
zag er ook zoo bekoorlijk uit in hare jeugdige frischheid
Dat zij zich ten opzichte van Ramiro wat sentimenteel
aansteldebeteokende niets. Integendeeltoen zij het
dier met hare kleineblanke bandjes verbond zag zij
er bepaald verrukkelijk uit en ware het mogelijk geweest,
hij had den nukkigen Trakhener kunnen benijden
Eindelijk kwam het slot Gruthenau tusschen de be
groeide hoogten in het gezicht.
De heer von Höffert beet zich op de lippen. »'t Is
werkelijk ongelukkig die geschiedenis met het paard",
sprak hij hoofdschuddend. «Hoogst fataal! Vindt gij ook
niet, Gustaaf? Ik voel mij schuldig tegenover uw papa,
die mij zijn beste paard heeft toevertrouwd Wat
dankt, u van een steenworp V Waarachtig kostelijk be
dacht Hoe denken de dames daarover
«Zooals gij wiltantwoordde Marie lachend.
«Wilt gij dan zoo goed zijn, koetsier en palfrenier de
les te lezen?"
«Hebt gij 't geboord, Holm?"
«Jawel, freule."
Eenige oogenblikken later rolde het rijtuig het voor
plein op. De luitenant ging terstond Ramiro zelf op stal
brengen. De barones stond met een lakei en een kamer
meisje op het bordes en kwam, toen het rijtuig stilstond,
de trap af, omhelsde Hertha en kuste haar op het voor
hoofd. «Zijt hartelijk welkom!" sprak zij. «Ik ben
blijde n eindelijk eens bij ons te zien. Komik zal n
uwe kamer wijzen Gij hebt een kwartier tijd, dan luidt
het etensklokje. Wat zijt gij mooi gewordenIk zou u
bijna niet herkend hebben
Te zamen gingen zij naar de tweede verdieping. Holm
en het kamermeisje volgden met de bagage.
Hoofdstuk III.
«Daar ben ik nu sprak Hertha tot zichzelve toen
mevrouw Grathenau haar alleen gelaten had. Zij keek
eens rond. «Allerliefst! Gezellig en gemakkelijk! Bijna
poëtisch
De kamerdie voor haar bestemd washad twee
De Hooge Raad heeft den 8 vernietigd het vonnis
van de arr. rechtbank te ALHJIAAB in hooger be
roep gewezen van een vonnis van den kantonrechter te
Helderdie een visecher veroordeeld had wegens het
liggen op een verboden vischplaats in de Zuiderzee nabij
Wieringen. Het hooger beroep was den veroordeelde
beteekend den 26 Juni 1889, zoodat toen nog niet gel
dende was de wet van 23 Juni 1889, waarbij tot ver
volging van strafbare feiten op het niet tot het rechts
gebied van eenig kantongerecht behoorende watergebied,
gerechtigd worden verklaard de ambtenaren van het
O. M. bij de rechtbank of 't kantongerechtonder wiens
ressort de verdachte woont of gevonden uordt. Ten
dage der dagvaarding behoorde de Zuiderzee nabij Wie-
ringen niet tot eenig kanton. De kantonrechter te Helder
was dus onbevoegd de zaak te berechten.
Tevens werd vernietigd een vonnis van diezelfde recht
bank, in hooger beroep gewezen van oen vonnis van
den kantonrechter te Hoorn mede in zake eene vissche-
rijovertreding op de Zuiderzee. Hier werd beslistdat
tijdens het plegen van het feit (5 Februari 1889) de
kantonrechtei te Hoorn nog niet was aangewezen om
de zaak te berechten en dus onbevoegd was.
Den 8 werd door de Holl. IJzeren Spoorwegmaat
schappij o.a. aanbesteed
(bestek n°. 455) het uitvoeren van onderhoudswerken
op den spoorweg AmsterdamRotterdam Haarlem
UitgeestIJmuiden en Haarlem—Zandvoortin 5 per-
ceelen raming 51 291.27
(bestek n". 466) het uitvoeren van onderhoudswerken
op den spoorweg HelderAmsterdam ZaandamEnk
huizen en HoornMedemblik raming 34.735.85
(bestek n". 458) het uitvoeren van onderhoudswerken
op den spoorweg op de inspectie Amsterdam in 2 per-
ceelen.
Laagste inschrijvers waren
Bestek n°. 455 le perc V. P. Braun, Beverwijk, f 10760;
2e perc. A. v. Dijk, Noordwijkerhout, 10050; 3e perc.
J. v. d. Kamp, 's-Gravenhage, 13500 4e perc. Braun
voornoemd, 9360 5e perc. J. v. d. Kamp voornoemd,
5700.
Bestek n". 456 le perc. J. Overtoom, Schagen, f 5295;
2e perc. E. Fransen Medemblik f 4560 3e perc. G.
D. van Doorn Amsterdam 8980 4e perc. J. Plas
Pnrmerendf 5273 5e perc. D. Bot te Bovenkarspel
voor 5795.
Bestek n". 458. G. D. v. Doorn te Amsterdam voor
25300.
Den 8 des morgens zijn te Sneek, tusschen het
station en de wagen loods, van den locaaltrein uit Leeu
warden van 8 uur 52 min. do locomotief en een goederen
wagen ontspoord, zonder persoonlijke ongelukken te ver
oorzaken met den sneltrein van half negen konden de
reizigers hunne reis vervolgen.
Den 8 is bij eene hevige vechtpartij in de Ruiter-
straat te Groningen zekere Zuidema ernstig aan hoofd en
rug verwond. Men vreest voor zijn levende dader
G. AVesterveld is in hechtenis genomen.
Den 8 des nachts omstreeks half drie is te Rot
terdam een hevige brand uitgebroken in een pand aan
bet Zwaanshalsbewoond door verschillende gezinnen
dat voor het grootste gedeelte vernield is.
Den 9 is de voortzetting van het baggerwerk in
het benedendeel der Nieuwe Merwedo, geraamd op 62000,
aanbesteed. Laagste inschrijver was de beer T. Volker
te Dordrecht voor 53700.
Den 9 is t)t lid van den gemeenteraad van HAAïï-
IiEM gekozen de heer mr. Th. de Haan Hugenholtz (lib.)
met 410 van de 562 stemmen de heer J. Klein (anti-
rev.) bekwam 70 st de heer C, Witteveen (rad 30 st.
en de heer H. C. Tombergh (r. k.) 8 st.
Bij kon. besluit van 29 Maart is de zilveren medaille,
ingesteld bij kon. besluit van 5 Mei 1877 No. 32, toegekend
aan den heer P. W. Janssen, directeur derDeli-Maatschappij,
te AJISTE'tiDAM, als blijk van waardeering zijner
belangstelling in 's Rijks wetenschappelijke en kunstverza
melingen, betoond door de schenking van het door den
beeldhouwer Bart van Hove in marmer uitgevoerd le
vensgroot borstbeeld van den dichter Willem Hofdijk.
De eigenlijke kolenwerkersdie in de vorige week
te AMSTERDAM het werk staakten, hebben don ar
beid nog niet hervat. Eenige kolenschepen zijn gelost
vensters. Aan den rechter kant kwam men door eeu
gang in een kleiner vertrekjewaarheen Holm haar
koffer gebracht had.
Het kasteel Gruthenau dagteekendein ziju tegen-
woordigen vorm uit het derde gedeelte der vijftiende
eeuw. De vensternissen waren anderhalve el diep
de kleine ruiten in lood gevat het plafond door een
kunstig gesneden dwarsbalk in twee deelen verdeeld.
Bij deze bouworde pasten volkomen de voorouderlijke
zware meubelen, ofschoon deze uit een veel later tijdperk
afkomstig waren.
Met verbazing staarde Hertha het reusachtig ledikant
aan waarbij eene zekere mate van geoefendheid in het
voltigeeren geëischt werden de zwareblauwe zijden
gordijnen, waarvan de plooien de hooge slaapstede om
lijstten als metalen vleugeldeuren. Daarna viel haar oog
op de bruin-gele, met zilver beslagen penantkastjes tus
schen de venstersop de latafel op hooge pooten en
voornamelijk op de schrijftafel, een overblijfsel van oud-
Frankische gezelligheid en vertrouwelijkheid. Hier zou
Faust het opgaan der maan hebben kunnen afwachten
zoo tooveraehtig, zoo plechtig, zoo geleerd zag die er uit
Een kolossale inktkoker met eenige penhouders en een
zandpot ter hoogte van een Beierschbierglasbeide van
ebbehout, stonden hier tusschen oude folianten en quarto's,
die er uitzagen alsof zij in geen honderd jaar geopend
waren. Boven dat alles prijkten eene globe een verre
kijker en eene engelsche kopergravure; The three merry
sisters. Alles uit den ouden tijd, over alles de adem van
het verleden, de verschillende een wen wel bont door-
eengehaald maar toch nog ver verwijderd van den
warboel van onze dagen. Heel vooraan juist daar,
waar de hooggerugde stoel met de verbleekte kwasten
aan de armleuningen de schrijftafel raakte, stond modern
schrijfgereedschapdat er blijkbaar voor de logée was
neergezet.
Ook elders vond Hertha bewijzen van bijzondere op
lettendheid. Voor den spiegel prijkten twee vazen met
bloeiende rozen een frissche ruiker versierde de kleine
tafel voor de sofa. Hier lagen ook boeken waaivan