HER TH A. Hondsdolheid. FEUILLETON. In Memoriara. No. 49. Twee en Negentigste 1890. WO KNS D AG 23 A PHIL. a Olliciëel Gedeelte. BEVELSCHRIFT. ALKMAABSCHE C01IBANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per o maanden voor Alkmaar 0,§0; franco door het geheele rijk 1, De 3 nummers ©,06. Prijs der gewone Advertentiën Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Dë "DIRECTEUR van het POSTKANTOOR te ALK- MAAR brengt ter kennis van het algemeen dat met ingang van l Mei a.s de buslichting aan het Kantoor voor «ie navolgende plaatsen is gewijzigd als volgtvoor i Petten en B u r g e r b r n g als voor Schagen; 23. Oudkarspel, Noordscharwoude,Zuid- scharwoude en Broek op Langedjk 10, 's m.; 5,45 's av. en 10.30'sav.; 3°. Egmoud aan Zee eu Eg mond aan den Hoef te 6,40 's m. en 4,45 's av.; 4°. Bergen en Koedijk 8,30 's m. eu 5,45 s av. 5°. Schoorldam en 's m. en 5,45 's av. Warmenhuizen 10, De Directeur voornoemd, GOUWE. De Burgemeester van Alkmaar; Overwegendedat in deze gemeente een geval van hondsdolheid is voorgekomen Gelet op de artikelen 2 en 3 der wet van 5 Juni 1875 (Staatsblad No. 110); BEVEELT: dat gedurende vier maanden, te rekenen van beden alle homteiidis zich buiten woningen of vaartuigen (geene openbare middelen van vervoer zijnde) in deze gemeente bevinden en niet binnen een afgesloten erf aan een ketting liggen, moeten voorzien zijn van een muilkorf, volgens het door den Minister van Binnenlandsehc Za ken vastgestelde model, dat ter gemeente-secretarie ter bezichtiging ligt. Alkmaar, De Burgemeester voornoemd 19 April 1890. A. MACLAINE PONT. Burgemeester en Wethouders van Alkmaar brengen ter algemeene kennis dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen ingediend verzoekmet de bijlagenvan de. beercn J. C. en F. WITTE voor de firma C. M. WITTE alhier om vergunning tot het oprichten van eene stoommachine in liet perceel aan de Bierkade, wijk C, No. 13, en dat op Maandag, 5 Mei 1890, 's middags te twaalf uren ton raadhuize gelegenheid wordt gege ven om tegen het oprichten van die inrichting bezwaren in te dienen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, A. MACLAINE PONT. Alkmaar, De Secretaris 21 April 1890. NITHOUT van der VEEN. GEVONDEN VOORWERPEN. Aan het Commissariaat van Politie zijn voor de rechthebbenden terug te bekomen: eenige sleutels; een wandelstok een hamer; een hertenkop van een paarden tuig een koperen armband een slachtersstaaleen handmofeen vergulde armbandeen brninlederen halsband een boleenbriefje een pakje lint; een fantasie oorbelletje een gordijnenfranje een halster; eene porte monnaie, inhoudende 0,15; een gouden ring. UIT HET HOOGDUITSCH VAN E. ECKSTEIN. 9) De wind stak hoe langer hoe meer op en de golven sloegen bruisend tegen en over het zwakke vaartuig, dat volgens alle regelen van de kunst werd bestuurd. Nu eens stond de achtersteven dan de voorsteven in de hoogte zoodat de professor die op handen en voeten naar de stuurplaats gekropen was op en neder danste als een Karthesiaanseh duikertje. Den strooien hoed met het lichtblauwe lint had Iduna in bewaring gekregen. Het sluike haar fladderde wanhopend om de ingevallen slapen. Krampachtig hield hij het roer vast en hij luisterde naar elk woord van den luitenant als naar eene goddelijke openbaring. De vast opeengeknepen lippen, de wijd geopende oogen en de trillende neusvleugels verrieden den doodsangst waarin hij verkeerde. Inderdaad het was geen kleinigheid op zulk een broos vaartuig illi robur et aes triplex circum pectus erat door de woedende baren te sturen, welke wel niet op die van de Thyrrheensche zee geleken maar toch honderd dergelijke notesehalen met hun inhoud gemakkelijk konden verzwelgen De jonge meisjes die nog nauwelijks den kinderschoenen waren ontwassen bleven alleen daarom zoo kalm en gelaten, wijl zij in hunne onervarenheid den geheelen omvang van het gevaar niet beseften Gnstaaf en de overmoedige luitenant wilden zich in de oogen van de dames voordoen als holden Id una keek meer uit aan geboren weerspannigheid zoo onverschillig in de schuimende golvenHare wereldbeschouwing was bovendien reeds eigenaardig genoeg. Hoe dikwijls reeds had zij tegen hem gezegd«Zie wanneer thans de spoortrein derailleerde en in den afgrond stortte of wanneer de lenuing thans Onderstaand geven wij gaarne eene eereplaats aan het hoofd van ons blad Onverwachts ontviel der gemeente Alkmaar verleden week een harer verdienstelijkste burgers: Dr. Jan Jacob «Se Gelderin leven rector der latijnsche scholen aldaar Ofschoon wij ons vele jaren in zijn bezit mochten verhengen, toch heeft mij zijn heengaan in hooge mate getroffen en 't is mij een behoefte in dit blad eenige regelen aan zijn nagedachtenis te wijden. De Gelder werd geboren to 's-Gravenhagedon 12 October 1802 en was het eenige kind van den heer Jacob de Gelder die zijn veel bewogenmerkwaardig leven ein digde als emeritus-hoogleeraar in de wiskunde aan de leidsche hoogeschool. Toen zijn zoon den leeftijd van 13 jaar bereikt had, was de vader leeraar in de mathesis en cosmographie aan de kadettenschool te Delft, en be zocht onze knaap de latijnsche school dier aloude stad waar hij zich spoedig door zijn gelukkigen aanleg en ijver onderscheidde. Meent echter nietdat hj een zoetsappig ventje wasnooit grappen uithaalde of het zijn leermeesters nooit lastig maakte. Dat zj verre hj was een druk en bewegeljk scholier en gaf èn ouders èn ondervvjzers veel moeite, maar nooit ontaardden zjn jon gensstreken in laagheden. Dat hij op lateren leettjd zijn leerlingen ontzag en genegenheid wist in to boe zemen, laat zich grootendeels uit dit verschjnsel verklaren. Hij wist wat een jongen toekwam wat wel en wat niet door de vingers kan en moet gezien worden. Zijn bevordering tot de academische lessen viel nage noeg samen met de benoeming van den ouden de Gelder tot hoogleeraar to Leiden. Dientengevolge trok de familie metterwoon naar de sleutelstad en daar begon onze student zijn studiën aanvankeljk in wiskunde en aanverwante vakken. Toen reeds trok hem de physica meer bjzonder aan en zjn voorliefde voor deze wetenschap is hem tot het laatste toe bjgebleven. Gaarne zon zijn vader ge zien hebben, dat Jan in de philosofie promoveerde en bj zonder de wiskunde ter harte namdoch hoewel den zoon noch aanleg noch lust ontbraktoch liet h j die studie varen en wijdde zich aan de oude talen en letteren. De weinige vooruitzichten in die dagen voor een phil. doetor zullen daartoe wel meegewerkt hebben. Hoe het zijhij legde zich met de borst op grieksch en lat jn toe en stond weldra b j leermeesters en medestudenten gunstig aangeschreven. In 't laatst van zjn studietjd verloofde de Gelder zich met mej M. E van Es uit Rotterdam en na zjn promotie trad hj al zeer spoedig op (1827) als leeraar voor oude talen aan het destjds beroemde instituut Noorthey van dr. P. de Raadt. Gedurende zjn driejarigen werkkring aldaargeraakte hj met de practjk van het onderwijs bekend en leerde hj de kunst zjn discipelen te boeien en te sturen. Noorthey werd de oefenschool waar hj zjn krachten leerde kennen en gebruiken. Inmiddels was onze jonge docter gehuwd en daar hem het solliciteeren naar een praeceptoraat verdroot, kwam het denkbeeld bij hem tot rjpheid evenals de Itaadt een particuliere inrichting voor hooger onderwjs op te brak 't zou mj niets kunnen schelen Zj verachtte het leven niettegenstaande haar levenslust alleen om anderen omaangenaam to zijn en verdriet te doen! Er kwam in dit oogenblik een gevoel van haat in hem op tegen die koel voor zich uitstarende vrouw, die zelfs niet met de oogen knipte wanneer een bliksemstraal vlak voor haar nederschoot. Mooi was zj ja mooi en begeerlijk, maar bj al hare bekoorljkheid wreed, eene duivelin En nu kwam de gedachte in hem op »Wj zouden eens zien hoe de overmoedige vrouw zich zou aanstellen indien deze notendop omsloeg en z j met haar blank meerminnengezicht in het water lag te spar telen!" In het volgende oogenblik ging hem eene huive ring door de leden van het hoofd tot de voeten. H j trok de knieën in de hoogte als iemand die op het punt is te bevriezen. Het was boven allen twjfel verheven zj zon het leven er afbrengenmaar bj de mandie dit vergankeljk bestaan op de juiste waarde schatte, hij zon ellendig verdrinkenkrachtens dezelfde wetdie Patrocles deed sterven en Thersites veilig liet terug- keeren «Rechts houden!" riep de luitenant, zoo luid hj kon, want de regen viel nu in zulke stroomen neder, dat het geluid van de menscheljke stem als het ware werd ge smoord. «Rechts, professor! Nog meer! Nog meer!" Professor Ehlers deed bjna het onmogeljke. Hij was den luitenant dankbaar, dat hij zoo energiek optrad. Die vastberadenheidhem zeiven zoo vreemd gaf hem nu een zekeren zedeljken steun. Hertha von Weijlburg had, terwijl zij krachtig en regelmatig roeide, het oog gericht gehouden op het beklagenswaardig voorkomen van den geïmproviseerden stuurman. Die man was haar een raadsel. Hoe was het taogel jkdat Iduna hem kon liefhebbenals zj hem slechts eenmaal half zoo goed had gadegeslagen als zij nu Was dat een maneen beschermer van de vrouw zijner keuze? Hij, die zelf een leiband noodig had als een schreiend kind! Zj dacht aan haar overleden vader en aan de innige vereering, waar mede hare moeder steeds over hem gesproken had. Een zonderling gevoel overviel haar. Haar blik wendde zich richten. Wat Noorthey op groote schaal voor de aan- zienl jke familien in den lande was dat werd het Pae- dagogium van dr. -J. J. de Gelder te Leiden voor allen, die hun kinderen een geletterde opvoeding wenschten te geven. De school werd geopend in 1830 met een klein getal discipelen, waaronder twee kostleerlingen. Allengs echter klom 't getal en het Paedagogium telde in zijn grootst eh. bloei een zestig leerlingen waaronder veertien internes. Aan de school was een voorbereidende klasse verbonden, 't Sprak van zelf, dat de directeur van het Paedagogium het jus promovendi miste en zijne leerlingen dus geen student konden wordenzonder examen te doen, doch hierin lag een groote prikkel voor de studie en toen het beruchte staats-examen in 1845 verscheen en alle adspiranten door een staats-commissie ondervraagd werden maakten zijn leerlingen een goed figuur eu slaagden verreweg de meesten Er werd in die dagen veel gewerkt: de lessen op het Paedagogium be gonnen om acht en duurden tot drie nnr met één uur pauze. Van 57 kregen de nieuwe talen een benrt en eiken avond nam het huiswerk nog een uur in beslag. Het groote geheim van den bloei zijner inrichting zat in zjn persoonlijkheid hij zelf doceerde veel en goed hij zélf was de voornaamste onderwijskracht zijner school. Bovendien heerschte aan het instituut de vereisehte een heid. Al liet hij zijn medehelpers vrij in hun methode de geest eu richting van het onderwjs moest de zjne wezen en wat niet bruikbaar was, werd verwijderd. Na de afschaffing van het staats-examen door Thor- becke, die van de leer uitging, dat de deuren van het hooger onderwjs voor ieder moeten openstaan en een admissie-examen ouders of voogden wel raad mag geven maar nooit den toegang tot de academie sluitenbegon het Paedagogium te kwjnen. Andere omstandigheden werkten daartoe mede, en ten laatste begreep de Gelder dat hj naar een vaste betrekking moest uitzien. Hij slaagde en werd rector der Lat. scholen van Alkmaar (1856). Wat hj voor deze stad gedaan heeft en geweest is, heeft de courant van 18 April op uitstekende wijze medegedeeld en behoeft dus niet herhaald. Onder de werken door hem voor de pers geschreven staan boven aan zjn Wetenschappelijke Grondbeginselen, der Theoretische en Historische Paedagogieeen boek dat om de degelijkheid van zijn inhoud grootero bekendheid verdient, dan het ton deel gevallen is. Meer bekend in de onderwjzers wereld is zjn Methode en Tucht, een hand leiding voor aankomende ondervvjzers. liet boekje be hoefde twee of drie drukken. Gaarne snuffelde onze rector in archieven, vooral met het doel meer licht te erlangen omtrent alles wat den vroegeren toestand van het onder wjs betrof en hieraan danken we enkele belangrijke bijdragen voor de. geschiedenis van het onderwjs binnen Leiden en. Alkmaaralsmede zjn Brieven en andere be scheiden rakende het beleg van Alkmaar God schonk de Gelder een lang leven en spaarde zijn krachten naar lichaam en geest, doch 't moet van hem gezegd dat hj er mee gewoekerd, dat hj niet tevergeefs geleefd heeft. Een breede rj van bekwame en hoogge plaatste mannen danken den man hunne opleiding en spreken steeds met achting eu waaTdeering over hem. En de steller dezer regelen, die jaren lang met hem in van den angstigen professor naar de bossehen van Lass- bergdie hoewel nog in het donker gehuldaL nader en nader kwamen. De regen had na vijf minuten reeds opgehoudentoch had hij lang genoeg geduurd om het geheele gezelschap, niettegenstaande de opgestoken parasols en de uitgespreide shawls, overjassen en plaids doornat te doen worden. «Morgen zijn wj allen verkouden", meende professor Ehlers. «Gj misschien", antwoordde de luitenant. «Wij zjn gehard. Niet waar, freule von Wejlburg." «Ik hoop het." De toon, waarop von Höffert dit zeide, was vriendeijker, warmer, levendiger nog dan zoo strakstoen h j Hertha een compliment maakte over haar roeitalent. «Kijk, kijk", dacht Marie, «hij legt het er toch op aan, om haar hart te veroveren. Zoo'n Don Jnan Ik had mij verbeeld, dat ik hem genoeg zou zijn! Nu wij zijn Goddank, in staatom zoo onverschillig mogelijk de schouders op te halen. Veel genoegen, mijnheer de lui tenant Afgunst op mijne beste vriendin «afgezaagde minnenjd", zooals papa het noemtdat zon niet edol dat zou belachelijk zijn 't Is oen knap paar; waarlijk en voor mj staat hij ver onder nul Niettegenstaande deze bekentenis aan zich zelve was zj toch een weinig boos op den luitenant. Dat kwam niet te pas Aan eene jonge dame van naam aan eene baronnesse von Gruthenau, znlk eene allerliefste blondine, drie weken achtereen het hof te maken en dan bj de eerste gelegenheid de beste te deserteeren dat was wat kras gezegd maar dan toch oogen te hebben voor eene andere O o Nog v jf minuten flink doorgeroeid en de boot legdo bj het dorp Lassberg aan. Terwijl de luitenant de dames bj het uitstjgen hielp, maakte Gustaaf de boot vast en ondersteunde daarna den druipenden professor, die zuch tend èn steunend over de natte planken klauterde. «Ik wensch n geluk met de behouden aankomst na het doorgestane gevaarzei Gnstaaf vroolijk lachend. «Dat moogt gj wel doen antwoordde Ehlers met een

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1890 | | pagina 1