■Vergadering* Behoorende Bij de Alkmaarsche Courant van Vrijdag 8 Augustus 1890. RAAD DER GEMEENTE ALKMAAR dat het bestaan eener inrichting tot het ontvangen gymnasiaal onderwijs noodzakelijk is voor den ver deren bloei en den doorgaanden vooruitgang dezer ge meente. Zij vertrouwt, dat die wensch door den raad in gunstige overweging zal worden genomen, omdat zij weet, dat de raad tot groote opofferingen bereid is wanneer de stoffelijke en geestelijke belangen der gemeente daar door bevorderd kunnen worden, ten bewijze waarvan zij zich, voor zooveel de laatste jaren betreft, beroept op het beschikbaar stollen van gelden voor eone spoorwegver binding met Hoorn het schenken van terrein voor een nieuw rechtsgebouw en wanneer althans de loopende geruchten niet geheel en al onjuist zijn het doen van aanbiedingen aan den minister van oorlog met het oog op eono eventueele plaatsing der voorgestelde cadetten school in deze gomeente. Ten slotte verklaart zij zich bereid, hare denkbeelden omtrent de eventueele regeliug van het voorbereidend hooger onderwijs alhier nader uiteen te zetten, mocht de raad zulks verlangen. VAN DEN No. 7. op Woensdag 6 Augustus 189». Voorzitter do Burgemeester A. Maclaino Pont. Tegenwoordig 13 leden. Afwezig wegens redenen van gezondheid de Lieer A. Goede Dz. Eene vacature. De Voorzitter opent de vergadering, waarna 1. de notulen der vorige vergadering gelezen en goedgekeurd worden. 2. Wordt gelezen een brief van mevrouw de weduwe W. Helling geboren Schouten houdende mededeeling van het overlijden van haren echtgenoot en de aan de familie Helling namens den gemeenteraad gezonden brief van rouwbeklag. Voor kennisgeving aangenomen. 3. Deelt de Voorzitter mede, dat: a. op 30 Juni 1.1 in het openbaar aanbesteed is I. het maken van schoolbankenII. het rioleeren van de Lindelaan aan Cornelis Grootegoedtimmerman en aannemer alhier voor 2552welke som 40.80 beneden de raming was en 17.50 beneden de laagste som dor inschrijvingen voor de perceelen afzonderlijk. Voor kennisgeving aangenomen. b. een nader onderhoud met de commissie van toezicht en beheer over het stedelijk muziekkorps op 18 Juni 1.1., den dag na de laatste raadszitting geleid heeft tot den uitslag, dat het stedelijk muziekkorps zich op den avond van dien feestdag in verschillende doelen der gemeente zou laten hooren. Burgemeester en wethouders kunnen thans de ver zekering geven, dat die feestavond zeer ten genoegen van een groot deel der burgerij geslaagd is en zij verzoeken daarom den raad hen te machtigen een bedrag van 40 uit den post voor openbare verma kelijkheden op de gemeente-begrooting voor 1890 ter beschikking van dat korps te stellen bij wijze van scha deloosstelling. De gevraagde machtiging verleend. c burg. en weth. bij besluit van 24 Juni 1.1. No. 12 tot concierge iu het stadshuis en tot gemeente-bode in plaats van wijlen J. C. Boom, benoemd hebben A. Bol derink en tot gemeente-bode en aanplakker, alsmede concierge der burgeravondschool in diens plaats bij besluit van 7 Jnli No. 11 J. G. Corino, een en ander met ingang van 1 Augustus 1.1. Voor kennisgeving aangenomen. d. reeds in handen der vaste commissie van financiën om bericht en raad gesteld zijn de na de laatste raads vergadering ingekomen bezwaarschriften tegen de plaatselijke directe belasting naar het inkomen, dienst 1890, van wed. A. Schouten, C. van der Oord, W. Hooijer, P. M. V. Zervas G Stolpwed. N. J. Stam Klaas Baltus, J. Baltus, J. Kwast en wed. C. Kwast. Voor kennisgeving aangenomen. Zijn medegedeeld de sedert de vorige ver gadering ingekomen stukken. Van Gedeputeerde Staten. 4. Brief ten geleide van het goedgekeurde raadsbe sluit tot het doen van af- en overschrijvingen in de gemeente-begrooting voor 1889. 5. Brief ten geleide van het goedgekeurde raadsbe sluit tot afstand van 28 centiaren gemeente-grond aan D. Visser. G. Bericht, dat de minister van binnenl. zaken het voorschot dezer gemeente krachtens art. 5 der gewijzigde wet op het lager onderwijs over 1889 nader bepaald heeft op f 11377.15*, berekend naar eene totale som van 37'923 85j zullende het bedrag der verhooging betaalbaar gestold worden op 1 Aug. e k. 7. Brief ten geleide van het goedgekeurde raadsbe sluit tot kosteloozen afstand van terrein iu den Geester hout voor een nienw rechtsgebouw aan den Staat. Nos. 4 tot en met 7 voor kennisgeving aangenomen Van Burgemeester en Wethouders. 8. Brief ten geleide van het op 24 Juni opgemaakte proces-verbaal van opneming der kas en boeken van den gemeente-ontvanger. Voor kennisgeving aangenomen 9. Brief ton geleide van do gemeente-rekening over 1889 zijnde aan ieder lid een gedrnkt exemplaar ter hand gesteld met rapport der commissiedie bij haar onderzoek geene aanleiding tot het maken van op- of aanmerkingen heeft gevonden en de onveranderde vast stelling der rekening voorstelt. Beide stukken ter visie gelegd. 10. Brief ten geleide van oen nader rapport van den gemeente-architect omtrent den toestand van den Mid denweg door den polder Heer Hugo Waard, van welk rapportin voldoening aan hot in de vorige vergadering genomen besluit, reeds een afschrift vorzonden is aan het, polderbestuur van Heer Hugo Waard. Daarbij deelt -de architect mede, dat de hoeveelheid grintkitsen langs don weg niet alleen verminderd is, maar, wat van meer be teekenis is en wat vermoedelijk tot eene goede oplossing ■der hangende geschillen zal leiden, is, dat hij van af de steenen pijp even ten noorden van het dorp tot bij de zuidelijkst gelegen plaats Graafstein den weg hersteld vond met nieuwe steenen en dat men bezig was in noor- •delijke richting den weg te verstraten met ouden steen Verder deelt hij mede, waarom hij den gebruikten nieuwen steen minder verkieselijk vindt. Ter lezing gelegd. 11. Rapport op het verzoek van bewoners van per ceelen aan den Westerweg om het leggen van eene straat of een straatje langs die perceelen en oin eene behoor lijke rioleering voor den afvoer van vuil- en hemelwater. Burg. en weth. deelen mede dat zij den gemeente architect opdroegen zijn gevoelen omtrent dit verzoek uiteen te zetten. Hot rapport van dien ambtenaar wordt overgelegd. Na van de daarin gegeven uiteenzetting van den toestand kennis te hebben genomen hebben zij geen bezwaar voor te stellen hen te machtigen langs die perceelen een straatje te leggen, ter breedte van 1.25 Meter, zoodra daarvoor oude steen beschikbaar komt waarvan de kosten met inbegrip van het afhakken en verlagen van den weg f 363 zullen bedragen. Tegen het tweede verzoek om aldaar eone rioleering te maken, hebben zij echter bedenking Zooals uit het rapport van den architect blijktis het maken van rioleeriug voor den afvoer van het hemelwater, dat op don openhalen weg valt, geheel onnoodig. Een te leggen riool zou dus uitsluitend dienen tot het afvoeren van hot vuil- en hemelwater uit de aan dezen weg gelegen perceelen. Het meerendeel dezer perceelen is in de laatste ja ren gebouwdterwijl men wistdat daar geene gelegenheid bestond om het vuil- en hemelwater kwijt te raken. Moesten die huizen thans nog ge bouwd worden de voorschriften van de artikelen 22G 230 dor algemeeuo politie-verordening zouden een beletsel tegen het bouwen daarvan zijn. En nu gaat het naar hunne meening niet aan, om, wetende dat hier geene rioleering bestond, toen men bouwde, thans aan de ge meente dien last geheel over te dragen. Daarbij komt, dat in de stad zelve nog zoovele verbeteringen in de rioleering wenschelijk en noodzakelijk zijnwelke uit gebrek aan beschikbare fondsen tot later uitgesteld moe ten worden, dat het niet billijk zou zijn, rekeninghou dende met het zoo even aangevoerdedeze rioleering aan die verbeteringen te doen voorafgaan. Men verlieze tevens niet uit het oog, dat van de be woners van dit deel der gemeente slechts een gering aantal behoort tot hen, die in de gemeente-belastingen bijdragen. Op deze gronden stellen zij voorop het tweede gedeelte van het verzoek afwijzend te beschikken. Gesteld in handen der vaste commissie van bijstand in betrekking tot het beheer en onderhond der plaatse lijke werken en eigendommen. 12. Rapport omtrent het voorstel der commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs tot hervorming der burgeravondschool. Dit rapport zal gedrukt em aan do leden rondgedeeld worden. Ter visie gelegd. Van de kamer van koophandel en fabrieken, 13. Brief ten geleide van het jaarverslag over 1889. Voor kennisgeving aangenomen. 14. Brief, waarbij in ovorweging wordt gegeveu tot bevordering van den plaatselijken handel en iu het be lang dor gemeente weder de heffing van haven-, kaai- en diepgelden in te voeren zonder eenigo uitzondering en wel speciaal om de volgende redenen 1". dat de con currentie alhier voor de burgerij wordt mogelijk gemaakt, te meer daar het toch blijkt, dat ook elders, waar rechten geheven worden, de schippers zich niet laten afschrikken om hunne goederen aldaar in te voeren en te verkoopen; 2°. dat de lasten der burgerij met betrekking tot het onderhouden en beschoeien der stadswallen en het op diepte houden van het stadsvaarwaterdat uitsluitend ton bate van stoombooten, beurt-, vracht- en marktschepen geschiedtdie steeds van de voordeeion dezer gemeente genieten, zonder iets bij te dragen, aanmerkelijk zullen worden verminderd3°. dat daardoor eene meer ge ordende en naar do eischen des tijds ingerichte ha vendienst kan worden gevestigd. Het bewijs dat het belang voor de gemeente groot is, kan daaruit blijken, dat in dagelijkseh en wekelijkscli geregeld verkeer 22 stoombooten alhier komen en vertrekkenalsmede 70 kaas-, vracht- en marktschepen, terwijl in gewoon ver keer jaarlijks kan worden gerekend op minstens 75 schepen met turf, 75 met steenkolen en cokes, 100 met hooi, stroo en vlas, 100 met steen, kalk en grint, 15 met hout, 150 met granen en zaden, 20 met beetwortelen, vlas enz en 10 stuks veebooten voor de koemarkt, samen 545 stuks ongerekend nog p. m. 100 open vletten en vaartuigen voor eigen bedrijf en met diverse handels artikelen belastalsmede het niet te becijferen aantal vaartuigen die tijdelijk komen aanleggen en bij bijzondere gelegenheden als kermis enz. hier eenigo dagen vertoeven Met bet oog op die gegevens alsmede op de tarieven die in Nederland op verschillende plaatsen geheven wor den en zeer uiteenloopen, vermeent de Kamer, dat bij eene eventueele minimum-heifing aan de gemeente eene waarlijk niet te verwerpen jaarlijksche opbrengst van f 3000 kan worden verzekerd, hetgeen, tijdsomstandig heden in aanmerking nemendede burgerij zeker ii rnime mate ten goede komt. Mag de kamer eenmaal de voldoening smaken, dat het voorstel ingang vindt, zoo gelooft zij tevensdat het tot spoorslag zal strekken om ook eenmaal, al zij het dan ook langs geleidelijken weg, het besproken denkbeeld te zien verwezenlijktnamelijk het besteigeren van de Kanaalkade van af de Bokkesluis tot aan do gasfabriekeen werk waardoor de scheepvaart ruime mate zal worden vergemakkelijkt en bevorderd en Izijn, van waarop de gemeente na kort verloop met trotseh zal kunnen neerzien. Zij sluit haar schrijven met de volle overtuiging in deze zaak te hebben gedaan wat mogelijk is en vertrouwt, dat de raad zich zal vereenigen met hare gevoelens, dat eene heffiDg noodzakelijk is en bijzonder het belang dezer gemeente geldt zonder benadeeling vau den algemeenen handel. Gesteld in handen van de vaste commissie van financiën om bericht en raad. 15. Brief waarbij zijnaar aanleiding van tot haar gekomen klachten van botoraanvoerders dat de ruimte voor de botermarkt veel te klein is, mededeelt, dat bij een door sommige harer leden ingesteld onde|zoek naar die klachten bevonden is, dat die klachten zeer gegrond zijn. De wijze van vergrooting dier markt aan den gemeenteraad overlatendevestigt zij er toch de aandacht van den raad op, dat die vergrooting hot gemakkelijkst zal kun geschieden [door het aanbrengen van losse zeilen of luifels aan de noordzijde van het Waaggebouw, die telkons na afloop van de markt weggenomen kunnen worden. Aangehouden, om daarop zooveel acht te slaan als de raad vermeent te belmoren wanneer straks het op deze zaak betrekking hebbende rapport aan do orde komt. 16. Brief van de commissie van toezicht op het mid delbaar onderwijs, waarbij den raad eerbiedig in over weging wordt gegeven de noodige maatregelen te nemen tot het in hot leven roepen eener inrichtingalwaar gelegenheid zal bestaan om onderwijs te ontvangen in de vakken, welker beoefening voor het afleggen van het toe latings-exameu tot de Hoogeschool noodzakelijk is. In den laatsten tijd is het meer dan eens geblekendat juist het ontbroken van eene gelegenheid tot het ont vangen van gymnasiaal onderwijs aanleiding geeftdat gezinnen, wier aanwezigheid voor deze stad van veel belang is deze gemeente verlaten of trachten te ver laten. Wordt voor het ontvangen van dat onderwijs de gelegenheid aangebodendan zullen ook kinderen van •inwoners uit omliggende gemeenten daarvan gebruik kunnen maken hetgeen in de meeste gevallen voor de ingezetenen dezer gemeente een niet te versmaden voordeel zal opleveren. De commissie herinnert aan de gelegenheid, welke hier tot dat doel bestaan heeft na de opheffing der latijnsche school en acht zich verplicht aan den raad den wensch kenbaar te maken, door menigeen na het overlijden van wijlen den heer dr. J. J. de Gelder geuit, dat Albmaar's raad, evenals vroeger, overtuigd zou Gesteld in handen van burg. en weth. om berichten raad. 17. Brief van de plaatselijke commissie van toezicht op het lager onderwijs, waarbij zij ouder 's raads aan dacht brengtdat hot in de laatste raadsvergadering in gekomen voorstel betreffende do openbare school voor meisjes de vraag heeft doen rijzen, of van die commissie niet mocht verwacht worden, dat zij omtrent een zoo ingrijpend voorstelvoor zooveel betreft de verandering van een negenjarigen iu een zevenjarigen cursus dou raad zou dienen van advies'? Lettende op de bepalingen harer instructie, dan komt het haar niet twijfelachtig voor, dat deze vraag niet anders dan bevestigend beantwoord moet worden. Dat zij desniettegenstaande niet aan die verwachting heeft kunnen voldoen, vindt zijn grond enkel hierin dat zij door Burgemeester en Wethouders om redenon die haar evenmin bekend zijn en dus aan hare beoordceliug zijn onttrokken ten eenonmale onkundig is gelaten van het door hen inge diende voorstel. Maar waar jzij dus niet heeft kunnen doen datgene wat zij haren plicht zou hebben geacht daar wenscht zij toch te constateerendat do schuld harer mindere activiteit in dezedie zij zelve iu de eerste plaats betreurtniet bij haar is te zoekon. Aangehouden, om daarop zooveel acht te slaan als de raad vermeent te behooren, wanneer het hierop betrek kelijk onderwerp straks aan de orde dor beraadsla ging komt. 18. Adres van het bestuur der Voroenigiug tot be vordering en verbetering der zuivelbereidingdaarbij ondersteunende het verzoek om te bopaleu, dat voortaan op de botermarkt de boter alleen verkocht mag worden in stukken van 1 pond en pond. Gelijk besluit als bij punt 17. 19. Verzoek van do leeraren der burgeravondschool, om hun eene gratificatie te verleenon voor de meerdere werkzaamheden, gedurende de afwezigheid van den direc teur en leeraar in de schei-, natuur- en werktuigkunde verricht tijdens den cursus 1889/90, op grond dat alle lessen vau den vroegeren directeur terstond in het eind van September 1889 dus in het begin van den cursus, ingevuld zijn zoodat geen leerling een enkel uur naar huis behoefde gezonden te worden en do werkzaamheden de leeraren in nederl. taal, aardrijkskunde en ge schiedenis, wis- en rekenkunde buiten den schooltijd, die met zoodanige uitbreiding der bezigheden in do school gelijken trod houden mede vermeerderden. De leeraar P. C. Bakker nam bovendien alle administratieve bezig heden waar. Dit verzoek wordt aangeboden en ten sterkste ondersteund door de commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs. Het door de leeraren voor hun verzoek aangevoerde is volkomen juist en het komt haar dan ook alleszins billijk voor, dat allen, in 't bij zonder den leeraar P. C. Bakker, eene gratificatie wordt verleend. Zij onthoudt zich van een voorstel omtrent do hoegrootheid dier gratificatie, vertrouwonde, dat die naar billijkheid on op onbekrompen wijze, zal worden bepaald, waartoe te meer gelegenheid bestaatnu het trac- tement van don directeur-leeraar over don afgeloopen cursus nagenoeg geheel vrijgevallen is. Gesteld in handen van Burg. en Weth. om bericht en raad. 20. Brief van den heer J. Masdorp daarbij berich tende, dat hij met genoegen aanneemt de benoeming tot lid der commissie van toezicht op het stedelijk museum. Voor kennisgeving aangenomen. 21. Verzoek van den hëer W. E, Stoel, industrieel alhier, door aankoop eigenaar geworden van het landgoed Brittanje in den Hout en een deel daarvan aanvankelijk langs den zoogenaamden Doodenweg wenschendo te be stemmen tot het bouwen van rentonierswoningen om s Raads medewerking, opdat aldaar een zoowel voor zijn belang als iu dat der wandelwegen ge wensch te toestand moge ontstaan. Ter vorkrijgiug van een van het begin tot het einde doorgaande scheidingslijn langs den Doo denweg zoodanig, dat de boomregel der gemeente kan doorgetrokken worden en bewesten daarvan nog een pad van 2 el breedte overblijft, wenscht hij met de gemeoute eene ruiling van grond aan te gaanzooals op eene overgelegde teekening is aangeduid. Genoemde lijn zou dan komen op 6 el uit het hart van het paardenpad van den weg. Hij wil zich verbinden op die nieuwe scheidingslijn een ijzeren hek te plaatsen als iu het Kennemerpark en in den te dempen greppel bij bouw van woningen een riool voor vuil- en hemelwater te leggen, dat door eene bij de boerderij te graven, oost-west loo pende sloot gemeenschap zal bekomen met do oude Zandersloot. Verder is hot zijne bedoeling eene brug over die sloot te leggen nabij Ropjeskuil en van daar een minstens 6 el breeden weg te maken aan den Doodenweg, ter plaatse waar onlangs eene rij popels geplaatst is en dien dwarsweg aan de noordzijde tor bebouwing uit to geven in perceelen van zoodanige dieptedat het denkbeeld van het stichten eener arbeiderswijk aldaar uitgesloten wordt. Voor den aankoop van het landgoed Brittanje heeft hij zich eene te groote uitgaaf getroost, dan dat hij er niet op bedacht zou zijn de exploitatie zoo te leidendat er een goededen Hout niet ont sierende toestand geboren wordt. Hij vleit zich dat de raad hem iu dit streven zal willen steunen en geen bezwaar zal maken togen de aangevraagde ruiling van grond. De Voorzitter stelt voor, dit verzoek te stellen in han den der vaste commissie van bijstand voor de gemeente werken en eigendommen om bericht en raad. De heer Kraakman acht dit minder wenschelijk, omdat de boer Stoel zelf lid dier commissie is. Hij zou het verzoek liever in handen der commissie voor don hout en de plant soenen stollen. De Voorzitter acht deze zaak minder ge-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1890 | | pagina 5